sensor TOYOTA RAV4 HYBRID 2021 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2021, Model line: RAV4 HYBRID, Model: TOYOTA RAV4 HYBRID 2021Pages: 626, PDF Size: 108.42 MB
Page 491 of 626

4906-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Bij het vervangen van banden of velgen
moeten de bandenspanningssensoren
en -zenders ook worden geplaatst.
Als er nieuwe bandenspanningssenso-
ren en -zenders geplaatst worden,
moeten de identificatiecodes van deze
componenten worden geregistreerd in
de bandenspanningswaarschuwings-
systeem-ECU en moet het banden-
spanningswaarschuwingssysteem
worden geïnitialiseerd. Laat de identifi-
catiecodes van de bandenspannings-
sensoren en -zenders registreren door
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. ( Blz. 492)
■Bij het vervangen van banden en velgen
Als de identificatiecode van de bandenspan-
ningssensor en -zender niet is geregistreerd,
werkt het bandenspanningswaarschuwings-
systeem niet correct. Na ongeveer 10 minu-
ten rijden gaat het waarschuwingslampje
lage bandenspanning gedurende 1 minuut
knipperen en het blijft daarna branden om
aan te geven dat er een storing in het sys-
teem aanwezig is.■Het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem moet worden geïni-
tialiseerd onder de volgende
omstandigheden:
Bij het wisselen van wielen.
Als de band is gewisseld.
Nadat de identificatiecodes zijn
geregistreerd. ( Blz. 492)
Als het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem wordt ge ïnitialiseerd,
wordt de actuele bandenspanning als
referentiespanning beschouwd.
Plaatsen van
bandenspanningssensoren en
-zenders
OPMERKING
■Repareren of vervangen van banden,
velgen, bandenspanningssensoren, -
zenders en ventieldopjes
●Neem voor het verwijderen en plaatsen
van wielen, banden of bandenspan-
ningssensoren en -zenders contact op
met een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige omdat de bandenspan-
ningssensoren en -zenders beschadigd
kunnen raken als er niet voorzichtig
mee wordt omgegaan.
●Vergeet niet de dopjes weer op de ven-
tielen aan te brengen. Als de ventieldop-
jes niet geplaatst worden, dan kan er
water in de bandenspanningssensoren
terechtkomen en kunnen ze vast gaan
zitten.
●Vervang ventieldopjes alleen door het
voorgeschreven type ventieldopje.
De dop kan anders vast gaan zitten.
■Voorkomen van schade aan de ban-
denspanningssensoren en -zenders
Als een band is gerepareerd met banden-
reparatievloeistof, werken de bandenspan-
ningssensor en -zender mogelijk niet
goed. Neem wanneer bandenreparatie-
vloeistof is gebruikt zo snel mogelijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Vervang bij het repareren of
vervangen van de band de bandenspan-
ningssensor en -zender. ( Blz. 480, 494)
Initialiseren van het
bandenspannings-
waarschuwingssysteem
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 490 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 493 of 626

4926-3. Zelf uit te voeren onderhoud
●Nadat er na de initialisatie gedurende een
bepaalde tijd gereden is, gaat het waar-
schuwingslampje branden nadat het gedu-
rende 1 minuut heeft geknipperd.
Elke bandenspanningssensor en -zen-
der is voorzien van een unieke identifi-
catiecode. Naast de set
identificatiecodes van de sensoren van
het bandenspanningswaarschuwings-
systeem die al bij de auto is geregis-
treerd, kan een tweede set
identificatiecodes worden geregis-
treerd. Een tweede set identificatieco-
des van de sensoren van het
bandenspanningswaarschuwingssys-
teem kan door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige worden gere-
gistreerd. Als er 2 sets identificatieco-
des zijn geregistreerd, kunnen beide
sets identificatiecodes worden geselec-
teerd.
■Gevolgen van een onjuiste banden-
spanning
Het rijden met een onjuiste bandenspanning
kan de volgende gevolgen hebben:
●Hoger brandstofverbruik
●Verminderd rijcomfort en een slechte
handling
●Kortere levensduur van de banden als
gevolg van slijtage
●Een onveilige auto
●Beschadiging van de aandrijflijn
Als een band vaak moet worden opgepompt,
laat deze dan controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
■Instructies voor het controleren van de
bandenspanning
Let bij het controleren van de bandenspan-
ning op het volgende:
●Controleer de bandenspanning alleen als
de banden koud zijn.
Als uw auto ten minste 3 uur heeft stilge-
staan of niet meer dan 1,5 km heeft gere-
den, kunt u de bandenspanning voor
koude banden correct aflezen.
●Gebruik altijd een bandenspanningsmeter.
Het is moeilijk te bepalen of een band de
juiste bandenspanning heeft op basis van
alleen het uiterlijk.
●Het is normaal dat de spanning van een
band na een rit is opgelopen aangezien
warmte wordt gegenereerd in de band.
Laat na het rijden geen lucht uit de banden
lopen om de spanning te verlagen.
●Verdeel de passagiers en het gewicht van
de bagage gelijkmatig over de auto.
WAARSCHUWING
■Bij het initialiseren van het banden-
spanningswaarschuwingssysteem
Initialiseer het bandenspanningswaar-
schuwingssysteem niet voordat de banden
op de voorgeschreven spanning zijn
gebracht. Anders kan het voorkomen dat
het waarschuwingslampje voor de lage
bandenspanning niet gaat branden terwijl
de bandenspanning te laag is, of wel gaat
branden terwijl de bandenspanning in orde
is.
Registreren van
identificatiecodes
Bandenspanning
Zorg ervoor dat de banden de
juiste spanning hebben. De ban-
denspanning moet ten minste een-
maal per maand gecontroleerd
worden. Toyota beveelt u echter
aan de bandenspanning eens per
twee weken te controleren.
( Blz. 589)
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 492 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 494 of 626

493
6
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
Let er bij het vervangen van velgen op
dat deze hetzelfde draagvermogen,
dezelfde diameter, velgbreedte en ET-
waarde
* hebben.
Vervangende velgen zijn verkrijgbaar
bij een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
*: “Offset” is de gebruikelijke term.
Toyota adviseert u het volgende niet te
gebruiken:
Velgen van verschillende maten of
types
Gebruikte velgen
Verbogen velgen die hersteld zijn
■Vervangen van velgen
De velgen van uw auto zijn uitgerust met
bandenspanningssensoren en -zenders voor
het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem, dat in een vroegtijdig stadium waar-
schuwt als de bandenspanning te laag wordt.
Bij het vervangen van velgen moeten er ban-
denspanningssensoren en -zenders worden
geplaatst. ( Blz. 480, 494)
WAARSCHUWING
■Een goede bandenspanning zorgt
voor een langere levensduur van de
banden
Houd de bandenspanning op de juiste
waarde.
Als de banden niet de juiste spanning heb-
ben, kunnen onderstaande zaken zich
voordoen. Dit kan leiden tot een ongeval
waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
●Overmatige slijtage
●Ongelijkmatige slijtage
●Slecht rijgedrag
●Mogelijke klapband door oververhitting
●Luchtlekkage tussen de band en velg
●Wielvervorming en/of beschadiging van
de band
●Groter risico op beschadiging van de
band tijdens het rijden (als gevolg van
voorwerpen op het wegdek, verbin-
dingsstukken of scherpe randen in het
wegdek, enz.)
OPMERKING
■Controleren en op de juiste spanning
brengen van de banden
Plaats na controle altijd de ventieldopjes.
Zonder de ventieldopjes kan er vuil en
vocht in het inwendige van de ventielen
doordringen. Hierdoor kan de afdichting in
gevaar komen, wat kan leiden tot een
lagere bandenspanning.
Velgen
Als een velg verbuigingen of
scheuren vertoont of erg gecorro-
deerd is, moet deze vervangen
worden. Anders kan de band van
de velg raken of kan de auto moei-
lijk beheersbaar worden.
Keuze van velg
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 493 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 495 of 626

4946-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Gebruik uitsluitend de Toyota-wiel-
moeren en de Toyota-wielmoersleu-
tel bij uw lichtmetalen velgen.
Controleer de wielmoeren na de eer-
ste 1.600 km telkens als een band is
verwisseld, een band is gerepa-
reerd of is vervangen.
Pas op dat lichtmetalen velgen niet
beschadigd raken als u sneeuwket-
tingen gebruikt.
Bij het balanceren moet gebruik wor-
den gemaakt van Toyota- of gelijk-
waardige balanceergewichtjes, die
geplaatst dienen te worden met een
kunststof of rubber hamer.
WAARSCHUWING
■Vervangen van velgen
●Gebruik alleen de in deze handleiding
aanbevolen maat velgen en banden.
Een andere maat kan resulteren in een
slechtere controle over de auto.
●Gebruik nooit een binnenband bij een
poreuze velg die ontworpen is voor een
tubeless band. Als u dat wel doet, kan
dat leiden tot een ongeval waarbij ern-
stig letsel kan ontstaan.
■Plaatsen van wielmoeren
Breng nooit olie of vet aan op de wielbou-
ten of -moeren. Door het gebruik van olie
of vet worden de wielmoeren mogelijk te
vast aangedraaid waardoor de bouten of
de velg beschadigd kunnen raken. Daar-
naast kunnen de wielmoeren loslopen en
de wielen losraken, wat kan leiden tot een
ongeval met ernstig letsel als gevolg. Ver-
wijder olie of vet van de wielbouten of wiel-
moeren.
■Gebruik van beschadigde velgen niet
toegestaan
Gebruik geen gescheurde of vervormde
velgen.
Als u dat wel doet, kan er tijdens het rijden
lucht uit de band ontsnappen, waardoor
een ongeval zou kunnen ontstaan.
OPMERKING
■Vervangen van bandenspannings-
sensoren en -zenders
●Omdat het repareren of vervangen van
een band invloed kan hebben op de
bandenspanningssensoren en -zen-
ders, adviseren we u deze werkzaam-
heden uit te laten voeren door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Ga ook voor de aanschaf
van bandenspanningssensoren en -
zenders naar een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
●Gebruik voor uw auto alleen originele
Toyota-velgen.
Bij niet-originele velgen kan niet worden
gegarandeerd dat de bandenspannings-
sensoren en -zenders goed werken.
Belangrijke aanwijzingen voor
lichtmetalen velgen
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 494 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 538 of 626

537
7
7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Controlelampje Toyota Pa
rking Assist-sensor OFF* (waarschuwingszoe-
mer)
*: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay (alleen 7 inch display).
■Controlelampje PKSB OFF*
*: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay (alleen 7 inch display).
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
(Knippert)
(indien aanwezig)
Wanneer er een zoemer klinkt:
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de Toyota Par-
king Assist-sensor
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Wanneer er geen zoemer klinkt:
Dit geeft aan dat het systeem tijdelijk niet beschikbaar is,
doordat een sensor mogelijk vuil is of is bedekt met bijvoor-
beeld ijs.
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay. ( Blz. 385, 543)
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
(Knippert)
(indien aanwezig)
Wanneer er een zoemer klinkt:
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het PKSB-sys-
teem (Parking Support Brake)
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Wanneer er geen zoemer klinkt:
Dit geeft aan dat het systeem tijdelijk niet beschikbaar is,
doordat een sensor mogelijk vuil is of is bedekt met bijvoor-
beeld ijs.
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay. ( Blz. 395, 543)
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 537 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 539 of 626

5387-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
■Controlelampje RCTA OFF* (waarschuwingszoemer)
*: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay (alleen 7 inch display).
■Controlelampje Traction Control
■Waarschuwingslampje Brake Override-systeem/wegrijregeling/PKSB
(indien aanwezig)* (waarschuwingszoemer)
*: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay en er wordt een melding weergegeven.
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
(Knippert)
(indien aanwezig)
Wanneer er een zoemer klinkt:
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de RCTA (Rear
Crossing Traffic Alert)
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Wanneer er geen zoemer klinkt:
Geeft aan dat de achterbumper rondom de radarsensor vuil
is, enz. ( Blz. 377)
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay. ( Blz. 369, 543)
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
De VSC/Trailer Sway Control;
Het TRC-systeem;
De functie Trail-modus (indien aanwezig); of
De Hill Start Assist Control
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
Wanneer er een zoemer klinkt:
Het Brake Override-systeem is defect;
De wegrijregeling is in werking;
De wegrijregeling is defect; of
Parking Support Brake-functie (voor stilstaande objecten)
(indien aanwezig) in werking
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay
Wanneer er geen zoemer klinkt:
Het Brake Override-systeem is in werking
Laat het gaspedaal los en trap het rempedaal in.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 538 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 542 of 626

541
7
7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Waarschuwingszoemer
De zoemer is in sommige gevallen niet hoor-
baar, zoals in een luidruchtige omgeving of
wanneer het volume van de audio hoog
staat.
■Detectiesensor voorpassagier, contro-
lelampje veiligheidsgordel en waar-
schuwingszoemer
●Als er bagage wordt geplaatst op de pas-
sagiersstoel kan de detectiesensor het
controlelampje laten knipperen en de
waarschuwingszoemer laten klinken, ook
al zit er niemand op de passagiersstoel.
●Als er op de stoel een kussen wordt
geplaatst, werkt de sensor wellicht niet
goed, waardoor ook het waarschuwings-
lampje niet goed werkt.
■Als het motorcontrolelampje tijdens het
rijden gaat branden
Het motorcontrolelampje gaat branden als de
brandstoftank volledig leeg raakt. Vul de
brandstoftank onmiddellijk als deze leeg is.
Het motorcontrolelampje gaat na enkele rit-
ten weer uit.
Neem zo snel mogelijk contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige als het
motorcontrolelampje niet uitgaat.
■Waarschuwingslampje (waarschu-
wingszoemer) elektrische stuurbe-
krachtiging
Als de spanning van de 12V-accu laag is of
tijdelijk daalt, kan het waarschuwingslampje
van de elektrische stuurbekrachtiging gaan
branden en kan er een waarschuwingszoe-
mer klinken.
■Als het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning gaat branden
Controleer het uiterlijk van de banden om na
te gaan of er een band lek is.
Als een band lek is: Blz. 547, 558
Als geen van de banden lek is:
Zet het contact UIT en vervolgens AAN. Con-
troleer of het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning gaat branden of knipperen.
Als het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning gedurende ongeveer 1
minuut knippert en vervolgens blijft bran-
den
Er kan een storing aanwezig zijn in het ban-
denspanningswaarschuwingssysteem. Laat
de auto onmiddellijk nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Als het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning gaat branden
1 Controleer de bandenspanning voor
iedere band nadat de banden voldoende
zijn afgekoeld en breng de banden op de
voorgeschreven spanning.
2 Als het waarschuwingslampje zelfs na
enkele minuten niet uitgaat, controleer
dan of de bandenspanning voor iedere
band in orde is en voer de initialisatie uit.
( Blz. 491)
■Het waarschuwingslampje lage banden-
spanning gaat mogelijk branden door
een natuurlijke oorzaak
Het waarschuwingslampje lage bandenspan-
ning gaat mogelijk branden door een natuur-
lijke oorzaak, zoals het onvermijdelijke
spanningsverlies dat op den duur optreedt of
een veranderde bandenspanning die veroor-
zaakt wordt door temperatuurveranderingen.
In dat geval zal het waarschuwingslampje na
een paar minuten uitgaan als de banden
weer op de juiste spanning gebracht zijn.
■Als een wiel wordt vervangen door een
compact reservewiel (auto's met com-
pact reservewiel en bandenspannings-
waarschuwingssysteem)
Het compacte reservewiel is niet voorzien
van een bandenspanningssensor en -zender.
Bij een lekke band zal het waarschuwings-
lampje lage bandenspanning niet uitgaan,
ook al is het wiel met de lekke band vervan-
gen door het reservewiel. Vervang het reser-
vewiel door het standaardwiel en breng de
band op de juiste spanning. Het waarschu-
wingslampje lage bandenspanning zal na
een paar minuten uitgaan.
■Omstandigheden waaronder het ban-
denspanningswaarschuwingssysteem
mogelijk niet juist werkt
Blz. 480
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 541 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 548 of 626

547
7
7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
Breng de auto tot stilstand op een
veilige plaats en een stevige, vlakke
ondergrond.
Activeer de parkeerrem.
Zet de selectiehendel in stand P.
Schakel de inbraaksensor en hel-
lingsensor uit (indien aanwezig)
(Blz. 112)
Schakel het hybridesysteem uit.
Schakel de alarmknipperlichten in.
(Blz. 524)
Auto's met elektrisch bedienbare
achterklep: Schakel de elektrisch
bedienbare achterklep uit.
(Blz. 183)
Controleer de mate waarin de band
beschadigd is.
Een band mag alleen met de bandenre-
paratieset worden gerepareerd indien
de beschadiging te wijten is aan perfo-
ratie van het loopvlak door een spijker
of schroef.
• Haal de spijker of schroef niet uit de band. Door het verwijderen van de
spijker of de schroef kan het gat gro-
ter worden waardoor de band niet
meer tijdelijk gerepareerd kan wor-
den.
• Rijd de auto naar voren tot het gat, voor zover zichtbaa r, zich boven aan
de band bevindt om lekkage van
bandenreparatievloeistof te voorko-
men.
Als uw auto een lekke
band heeft (auto's zonder
een reservewiel)
Uw auto is niet uitgerust met een
reservewiel, maar wel met een
bandenreparatieset.
Een lek dat wordt veroorzaakt
door een spijker of schroef die
door het loopvlak van de band
steekt, kan tijdelijk worden gere-
pareerd met de bandenreparatie-
set. (De set bestaat uit een fles
met bandenreparatievloeistof. De
bandenreparatievloeistof kan
slechts één keer worden gebruikt
voor de tijdelijke reparatie van één
band, waarbij de spijker of schroef
in het loopvlak moet blijven zit-
ten.) Afhankelijk van de beschadi-
ging van de lekke band kan hij
mogelijk niet gerepareerd worden
met de bandenreparatieset.
(Blz. 548)
Laat na de noodreparatie met de
bandenreparatieset de band repa-
reren of vervangen door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
WAARSCHUWING
■Als uw auto een lekke band heeft
Rijd niet door met een lekke band.
Zelfs als er over een korte afstand met een
lekke band wordt doorgereden, kunnen
band en velg zodanig beschadigd worden
dat reparatie niet meer mogelijk is en kan
er een ongeval ontstaan.
Door het rijden met een lekke band kan er
op de wang rondom een groef ontstaan.
In zo'n geval kan de band bij het gebruik
van een reparatieset exploderen.
Voordat u de band repareert
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 547 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 557 of 626

5567-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
■Verwijderen van de krik (indien aanwe-
zig)
Verwijder de krik uit de houder onder de
vloerplaat in de bagageruimte.
Raak het schroefdraadgedeelte van de krik
niet aan omdat hier vet op aanwezig is.
■Als de band te hard wordt opgepompt
1 Neem de slang los van het ventiel.
2 Plaats het dopje op het uiteinde van de
slang en duw het uitstekende gedeelte
van het dopje in het ventiel van de band
om wat lucht te laten ontsnappen.
3 Neem de slang los van het ventiel, verwij-
der het dopje van de slang en sluit dan
de slang weer aan.
4 Zet de compressor aan, wacht enkele
seconden en zet de compressor weer uit.
Controleer of de bandenspanningsmeter
de voorgeschreven spanning aangeeft.
Zet de compressor weer aan als de spanning
onder de voorgeschreven waarde ligt en vul
de band tot de juiste spanning is bereikt.
■Nadat een band is gerepareerd met de
bandenreparatieset
●Vervang de bandenspanningssensor en -
zender.
●Zelfs als de bandenspanning op het voor-
geschreven niveau ligt, gaat mogelijk het
waarschuwingslampje lage bandenspan-
ning branden/knipperen.
WAARSCHUWING
■Bij het repareren van een lekke band
●Parkeer de auto op een veilige plaats en
een vlakke ondergrond.
●Raak de wielen of het gedeelte rond de
remmen direct nadat met de auto is
gereden niet aan.
Nadat met de auto is gereden, zijn de
wielen en het gedeelte rond de remmen
mogelijk zeer heet. Wanneer u deze
delen met uw handen, voeten of andere
lichaamsdelen aanraakt, kan dit leiden
tot brandwonden.
●Sluit de slang stevig aan op het ventiel
terwijl het wiel aan de auto bevestigd is.
Als de slang niet goed op het ventiel is
aangesloten, kan er lekkage van lucht
optreden waarbij bandenreparatievloei-
stof naar buiten spuit.
●Als de slang tijdens het vullen loskomt
van het ventiel, is het mogelijk dat de
slang abrupte bewegingen maakt van-
wege de luchtdruk.
●Nadat de band gevuld is, kunnen er
spetters bandenreparatievloeistof naar
buiten komen als de slang wordt losge-
maakt of wanneer u lucht uit de band
laat ontsnappen.
●Volg voor het repareren van de band de
volgende procedure. Als u de procedu-
res niet volgt, kan de bandenreparatie-
vloeistof naar buiten spuiten.
●Bewaar afstand tot de band wanneer
deze gerepareerd wordt, omdat de band
kan klappen. Zet de schakelaar van de
compressor direct uit als u ziet dat de
band scheurtjes vertoont of vervormt.
●De reparatieset kan oververhit raken als
deze langere tijd achter elkaar wordt
gebruikt. Gebruik de reparatieset niet
langer dan 40 minuten achter elkaar.
●Delen van de reparatieset worden tij-
dens het gebruik heet. Behandel de
reparatieset voor en na gebruik voor-
zichtig. Raak het metalen deel rond de
verbinding tussen de fles en de com-
pressor niet aan. Dit is namelijk zeer
heet.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 556 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
Page 558 of 626

557
7
7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
WAARSCHUWING
●Plak de waarschuwi
ngssticker voor de
rijsnelheid alleen op de aangegeven
plaats. Als de sticker wordt aangebracht
op een plaats waar zich een airbag
bevindt, zoals op het stuurwielkussen,
werkt de airbag mogelijk niet goed
meer.
■Rijden om de bandenreparatievloei-
stof gelijkmatig te verdelen
Neem om de kans op ongevallen te beper-
ken de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht.
Als u dat niet doet kunt u de macht over
het stuur verliezen, waardoor ernstig letsel
kan ontstaan.
●Rijd langzaam en voorzichtig. Wees
extra voorzichtig bij het maken van
bochten.
●Breng de auto tot stilstand wanneer de
auto niet rechtuit wil rijden of als u voelt
dat er aan het stuurwiel wordt getrokken
en controleer het volgende.
• Toestand van de band. De band kan van de velg zijn afgelopen.
• Bandenspanning. Als de bandenspan- ning 130 kPa (1,3 kg/cm
2 of bar, 19 psi)
of lager is, is de band mogelijk ernstig
beschadigd.
OPMERKING
■Een noodreparatie uitvoeren
●Een band mag alleen met de bandenre-
paratieset worden gerepareerd indien
de beschadiging is veroorzaakt door
perforatie van het loopvlak door een
scherp voorwerp, zoals een spijker of
een schroef.
Verwijder de spijker of de schroef niet
uit de band. Door het verwijderen van
de spijker of de schroef kan het gat gro-
ter worden waardoor de band niet meer
tijdelijk gerepareerd kan worden.
●De reparatieset is niet waterbestendig.
Zorg dat de bandenreparatieset niet in
aanraking komt met water, bijvoorbeeld
bij gebruik tijdens regen.
●Zet de bandenreparatieset niet op een
stoffige ondergrond, zoals in het zand of
in de berm. Als de reparatieset stof e.d.
opzuigt, kunnen er storingen optreden.
●Plaats de bandenreparatieset verticaal.
De bandenreparatieset werkt anders
niet.
■Voorzorgsmaatregelen voor de ban-
denreparatieset
●De reparatieset heeft als voeding 12V-
gelijkstroom nodig. Sluit de reparatieset
niet aan op andere voedingsbronnen.
●Als er brandstofdruppels op de repara-
tieset terechtkomen, kan de set bescha-
digd raken. Zorg dat de set niet met
brandstof in aanraking kan komen.
●Berg de reparatieset op, zodat de set
beschermd is tegen vuil en vocht.
●Berg de reparatieset op in de bagage-
ruimte, buiten bereik van kinderen.
●Demonteer de reparatieset niet en
breng geen wijzigingen aan. Stel onder-
delen als de bandenspanningsmeter
niet bloot aan schokken. Hierdoor kun-
nen storingen optreden.
■Voorkomen van schade aan de ban-
denspanningssensoren en -zenders
Als een band is gerepareerd met banden-
reparatievloeistof, werken de bandenspan-
ningssensor en -zender mogelijk niet
goed. Neem wanneer bandenreparatie-
vloeistof is gebruikt zo snel mogelijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Vervang na het gebruik van
bandenreparatievloeistof de bandenspan-
ningssensor en -zender wanneer de band
wordt gerepareerd of vervangen.
( Blz. 480)
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 557 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM