TOYOTA SUPRA 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2020, Model line: SUPRA, Model: TOYOTA SUPRA 2020Pages: 476, PDF Size: 59.11 MB
Page 91 of 476

91
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
Vervoer de afstandsbediening niet samen
met elektronische apparaten.
• Verstoring van de radiografische ver-
binding door het opladen van
mobiele apparaten, zoals een
mobiele telefoon.
• De afstandsbediening bevindt zich in de directe omgeving van een draad-
loos oplaadstation. Leg de afstands-
bediening op een andere plaats.
Bij een storing kan de auto van buitenaf
worden ontgrendeld en vergrendeld
met de geïntegreerde sleutel, zie
blz. 91.
De Drive Ready-modus kan niet wor-
den ingeschakeld als er geen afstands-
bediening is gedetecteerd.
Voer in dat geval de volgende proce-
dure uit:
1 Houd de achterzijde van de
afstandsbediening tegen het merk-
teken op de stuurkolom. Let op het
display van het instrumentenpaneel.
2 Als de afstandsbediening wordt
gedetecteerd: Schakel binnen 10
seconden de Drive Ready-modus
in. Als de afstandsbediening niet wordt
gedetecteerd, wijzig
dan de positie van
de afstandsbediening enigszins en her-
haal de procedure.
Welke voorzorgsmaatregelen kunnen
er worden genomen om een auto te
kunnen openen als de afstandsbedie-
ning per ongeluk in de auto is opgeslo-
ten?
• De auto kan ook worden vergren- deld en ontgrendeld met de functie
onderhoud op afstand van de Toyota
Supra Connect-app.
Dit vereist een actief Toyota Supra Con-
nect-contract en de Toyota Supra Con-
nect-app moet op een smartphone zijn
geïnstalleerd.
• De auto kan worden ontgrendeld via de Concierge Services.
Dit vereist een actief Toyota Supra Con-
nect-contract.
Met de geïntegreerde sleutel kan het
bestuurdersportier worden ontgrendeld
en vergrendeld zonder de afstandsbe-
diening te gebruiken.
De geïntegreerde sleutel past ook op
het slot van het dashboardkastje.
De geïntegreerde sleutel kan ook wor-
den gebruikt op de schakelaar voor het
in- en uitschakelen van de voorpassa-
giersairbags, zie blz. 203.
De Drive Ready-modus inschakelen
via de speciale ID-functie van de
afstandsbediening
Veelgestelde vragen
Geïntegreerde sleutel
Algemeen
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page
91 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 92 of 476

92
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
Druk op de knop (pijl
1) en trek de geïn-
tegreerde sleutel naar buiten (pijl 2).1
Houd met één hand de portiergreep
naar buiten getrokken.
2 Duw met een vinger van uw andere
hand het kapje vanaf de achterzijde
van de portiergreep naar buiten.
Houd het kapje met uw duim tegen om te
voorkomen dat het uit de portiergreep valt.
3Verwijder het kapje.
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Bij sommige landspecificaties is ontgren-
deling van binnenuit alleen mogelijk met
speciale kennis.
Er bestaat een kans op letsel of levensge-
vaar als personen lang in de auto achter-
blijven en daardoor worden blootgesteld
aan extreme temperaturen. Vergrendel de
auto niet van buitenaf als er iemand in zit.
OPMERKING
Het portierslot is stevig met het portier ver-
bonden. De portiergreep is een beweeg-
baar onderdeel. Als u aan de portiergreep
trekt terwijl de geïntegreerde sleutel zich in
het slot bevindt, kan de lak of de geïnte-
greerde sleutel beschadigd raken. Er
bestaat een kans op schade. Verwijder de
geïntegreerde sleutel uit het slot voordat u
aan de portiergreep trekt.
Verwijderen
Ontgrendelen/vergrendelen via
het portierslot
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page
92 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 93 of 476

93
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
4
Ontgrendel of vergrendel het por-
tierslot met de geïntegreerde sleu-
tel.
Het andere portier moet vanuit het inte-
rieur van de auto worden ontgrendeld
of vergrendeld.
Als het portier wordt geopend nadat het
is ontgrendeld met de geïntegreerde
sleutel, wordt het ingeschakelde alarm-
systeem geactiveerd.
Het alarmsysteem wordt niet ingescha-
keld als de auto wordt vergrendeld met
de geïntegreerde sleutel.
Als bij een aanrijding een bepaalde
kracht wordt overschreden, wordt de
auto automatisch ontgrendeld. In dat
geval worden de alarmknipperlichten
automatisch ingeschakeld en gaat de
interieurverlichting branden. Toetsen centrale vergrendeling.
• De tankdopklep blijft ontgrendeld.
• Bij het vergrendelen wordt de
inbraakbeveiliging van de auto niet
geactiveerd.
• Druk op de toets om beide portieren gelijktijdig te ontgrendelen.
Trek aan de portiergreep boven de arm-
steun.
• Trek aan de portiergreep van het portier dat moet worden geopend.
Het andere portier blijft vergrendeld.
Alarmsysteem
Toetsen centrale vergrendeling
Algemeen
Overzicht
Vergrendelen
Houd de toets ingedrukt terwijl de
portieren zijn gesloten.
Ontgrendelen
Druk op de toets.
Openen
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page
93 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 94 of 476

94
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
Met deze functie hebt u toegang tot de
auto zonder de afstandsbediening te
hoeven bedienen.
Als u de afstandsbediening bij u hebt,
bijvoorbeeld in uw broekzak, is dat al
voldoende.
De auto herkent de afstandsbediening
automatisch wanneer deze zich in de
directe omgeving of in de auto bevindt.
Het Smart entry-systeem met start-
knop ondersteunt de volgende functies:
• Ontgrendelen en vergrendelen van
de auto via de portiergreep.
• Voor het vergrendelen is het nood- zakelijk dat de afstandsbediening
zich buiten de auto bevindt, in de
omgeving van de portieren.
• U dient ongeveer 2 seconden te
wachten voordat de auto weer ont-
grendeld en opnieuw vergrendeld
kan worden.
De bestuurder moet altijd de
afstandsbediening bij zich dragen en
meenemen bij het verlaten van de
auto.
Afhankelijk van de locatie van de
auto en mogelijke radiogolven in de
omgeving kan het voorkomen dat de
afstandsbediening niet correct werkt.
Draag de afstandsbediening niet in
de buurt van elektronische appara-
ten zoals een mobiele telefoon of
een laptop.
Neem de afstandsbediening altijd
mee als u de auto verlaat, voor het
geval dat de batterij van de afstands-
bediening leeg is of dat de afstands-
bediening niet werkt.
Smart entry-systeem met
startknop
Principe
Algemeen
Voorwaarden voor werking
Belangrijke punten
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 94 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 95 of 476

95
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
De auto zendt radiogolven uit als het
Smart entry-systeem met startknop wordt
gebruikt om de portieren te vergrendelen
of ontgrendelen, de achterklep te openen
of de startknop te bedienen. Hierbij is het
mogelijk dat dit systeem de werking van
geïmplanteerde pacemakers of hartdefi-
brillatoren beïnvloedt.
Mensen met een geïmplanteerde pacema-
ker of hartdefibrillator dienen tijdens het
ontgrendelen of vergrendelen van de por-
tieren ten minste 22 cm uit de buurt van de
auto te blijven. Laat deze mensen ook niet
tegen de auto leunen of van dichtbij bij de
auto naar binnen kijken tijdens het ont-
grendelen of vergrendelen van de portie-
ren.
Gebruikers van elektrische medische
apparatuur anders dan geïmplanteerde
pacemakers, CRT-pacemakers en geïm-
planteerde hartdefibrillatoren moeten con-
tact opnemen met hun arts of de fabrikant
van deze producten om te informeren of
radiosignalen invloed uitoefenen op de
werking van deze apparatuur.
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page
95 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 96 of 476

96
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
Aan de voorzijde van de middenconsole
Aan de achterzijde van de middenconsole
In de bagageruimte en bij de achterbumper
Bij de portiergreep van elk portier
De reactie van de auto op het ontgren-
delen via het Smart entry-systeem met
startknop is afhankelijk van de vol-
gende instellingen, zie blz. 98:
• Of het ontgrendelen van de auto wordt bevestigd met een lichtsig-
naal.
• Of de verlichting van het Welcome
Light-systeem (zie blz. 186) wordt
ingeschakeld als de auto wordt ont-
grendeld. • Of de buitenspiegels automatisch
uit- en ingeklapt worden wanneer de
auto wordt ontgrendeld en vergren-
deld.
Bereik van de radiogolven van het Smart entry-systeem met startknopA
B
C
D
Ontgrendelen
Algemeen
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 96 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 97 of 476

97
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
Pak de portiergreep van de auto goed
vast.
De reactie van de auto op het vergren-
delen via het Smart entry-systeem met
startknop is afhankelijk van de vol-
gende instellingen, zie blz. 98:
• Of het vergrendelen van de auto
wordt bevestigd met een lichtsig-
naal.
• Of de buitenspiegels automatisch uit- en ingeklapt worden wanneer de
auto wordt ontgrendeld en vergren-
deld.
• Of het vertraagd uitschakelen van de
koplampen (zie blz. 186) wordt
geactiveerd bij het vergrendelen van
de auto.
Sluit het bestuurdersportier. Raak met een vinger het gegroefde
gedeelte van de portiergreep van een
gesloten portier van de auto ongeveer
1 seconde aan zonder de portiergreep
vast te pakken.
Om te voorkomen dat de afstandsbe-
diening in de auto wordt opgesloten is
het raadzaam deze niet in de bagage-
ruimte te leggen.
Afhankelijk van de uitrusting en de
landspecificaties is het mogelijk om in
te stellen dat ook de portieren worden
ontgrendeld. Wijzigen van de instellin-
gen, zie blz. 98
Ontgrendelen van de auto
Vergrendelen
Algemeen
Vergrendelen van de auto
Achterklep
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Bij het openen of sluiten van de achterklep
bestaat het risico dat er lichaamsdelen
bekneld raken. Er bestaat een kans op let-
sel. Houd bij het openen en sluiten van de
achterklep het bewegingsgebied vrij.
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 97 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 98 of 476

98
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
• Houd de toets op de
afstandsbediening ongeveer 1
seconde ingedrukt.
Indien van toepassing worden ook de portie-
ren ontgrendeld. Openen met de afstands-
bediening, zie blz. 89.
Steek uw hand in de uitsparing en trek
de achterklep omlaag. Trek aan de handgreep in de bagage-
ruimte.
Hierdoor wordt de achterklep ontgren-
deld.
Afhankelijk van de uitrusting en de
landspecificaties zijn verschillende
instellingen voor de functies van de
afstandsbediening mogelijk.
Deze instellingen worden opgeslagen
voor het op dat moment gebruikte
bestuurdersprofiel.
Via Toyota Supra Command:
1
“My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Doors/Key” (portieren/sleutel)
4 “Driver's door” (bestuurderspor-
tier) of “All doors” (alle portieren)
OPMERKING
De achterklep zwaait bij het openen naar
achteren en omhoog. Er bestaat een kans
op schade. Houd bij het openen en sluiten
van de achterklep het bewegingsgebied
vrij.
Openen en sluiten
Openen van buitenaf
Openen van binnenuit
Druk op de toets in het portiervak
van het bestuurdersportier.
Sluiten
Noodontgrendeling achterklep
Instellingen
Algemeen
Ontgrendelen
Portieren
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 98 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 99 of 476

99
4
Handleiding Supra 4-1. BEDIENING
BEDIENING
5
Selecteer de gewenste instelling:
• “Driver's door only” (alleen bestuur-
dersportier)
Alleen het bestuurdersportier en de tankdop-
klep worden ontgrendeld. Als nogmaals op
de toets wordt gedrukt, wordt de auto volle-
dig ontgrendeld.
• “All doors” (alle portieren)
De auto wordt volledig ontgrendeld.
De beschikbaarheid van deze instellin-
gen is afhankelijk van de uitrusting en
de landspecificatie.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Doors/Key” (portieren/sleutel)
4 “Tailgate” (achterklep) of
“Tailgate and door(s)” (achter-
klep en portier(en))
5 Selecteer de gewenste instelling:
• “Tailgate” (achterklep)
De achterklep wordt geopend.
• “Tailgate and door(s)” (achterklep en portier(en))
De achterklep wordt geopend en de portie-
ren worden ontgrendeld.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Driver profiles” (bestuurdersprofie-
len)
3 Selecteer een bestuurdersprofiel.
De instellingen kunnen worden uitge-
voerd voor het met dit symbool gemarkeerde
bestuurdersprofiel.
4 “Last seat positi on automatic” (auto-
matisch instellen op laatste zitposi-
tie)
Wanneer de auto wordt ontgrendeld,
worden de bestuurdersstoel en de bui-
tenspiegels automatisch ingesteld op
de laatst ingestelde stand.
De laatst ingestelde stand is onafhan-
kelijk van de via het stoelverstellingsge-
heugen opgeslagen standen.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Doors/Key” (portieren/sleutel)
4 “Flash for lock/unlock” (knipperen
bij vergrendelen/ontgrendelen)
Bij het ontgrendelen knipperen de richting-
aanwijzers twee keer, bij het vergrendelen
één keer.
Via Toyota Supra Command:
1“My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Doors/Key” (portieren/sleutel)
4 Selecteer de gewenste instelling:
• “Relock automatically” (automatisch weer vergrendelen)
Als de auto wordt ontgrendeld zonder dat
een portier wordt geopend, wordt hij na korte
tijd automatisch weer vergrendeld.
Achterklep
De stoel en de buitenspiegels instellen
op de laatst ingestelde stand
Bevestigingssignalen van de
auto
Automatische vergrendeling
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 99 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 100 of 476

100
Handleiding Supra4-1. BEDIENING
• “Lock after pulling away” (vergrende-
len bij het wegrijden)
De auto wordt bij het wegrijden automatisch
vergrendeld.
Via Toyota Supra Command:
1 “My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Doors/Key” (portieren/sleutel)
4 “Unlock at end of journey” (ontgren-
delen bij aankomst)
Als de Drive Ready-modus wordt uitgescha-
keld doordat op de startknop wordt gedrukt,
wordt de vergrendelde auto automatisch
ontgrendeld.
Via Toyota Supra Command:
1“My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Doors/Key” (portieren/sleutel)
4 “Fold mirrors in when locked” (bui-
tenspiegels inklappen bij het ver-
grendelen)
De buitenspiegels worden automatisch inge-
klapt wanneer de auto wordt vergrendeld.
Via Toyota Supra Command:
1“My Vehicle” (mijn auto)
2 “Vehicle settings” (instellingen auto)
3 “Doors/Key” (portieren/sleutel)
4 “Switch off after door opening” (uit-
schakelen na openen portier)
De auto gaat over op de inactieve modus
(zie blz. 48) als de voorportieren worden
geopend.
Het alarmsysteem reageert op de vol-
gende veranderingen als de auto is ver-
grendeld:
• Een van de portieren, de motorkap
of de achterklep wordt geopend.
• Bewegingen binnen in de auto.
• Een wijziging van de hellingshoek van de auto, bijvoorbeeld door een
poging om de auto op te krikken om
de wielen te stelen of om de auto op
te takelen.
• Een onderbreking in de stroomtoe-
voer van de accu.
• Oneigenlijk gebruik van de diagno- seaansluiting (OBD).
• De auto wordt vergrendeld terwijl er een apparaat is aangesloten op de
diagnoseaansluiting (OBD). Diagno-
seaansluiting (OBD), zie blz. 333.
Als het alarmsysteem wordt geacti-
veerd, gebeurt dit met de volgende sig-
nalen:
• Geluidsalarm: Afhankelijk van lokale regelgeving kan de werking van het
geluidsalarm zijn onderdrukt.
• Visueel alarm: Door het knipperen van de alarmknipperlichten en,
indien van toepassing, de koplam-
pen.
Wijzig het alarmsysteem niet om de
werking van het systeem te garande-
ren.
Automatische ontgrendeling
Automatisch inklappen van de
buitenspiegels
Activeren van de inactieve
modus na het openen van de
voorportieren
Alarmsysteem
Algemeen
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page
100 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM