TOYOTA VERSO 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2016, Model line: VERSO, Model: TOYOTA VERSO 2016Pages: 664, PDF Size: 53.37 MB
Page 301 of 664

301
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
VERSO_EE_OM64590E
■
Detectie-informatie sensoren
● De staat van de auto en de omgeving kunnen van invloed zijn op de
capaciteit van de sensor om een obstakel correct te signaleren. Speci-
fieke situaties waarin dit voor kan komen ziet u hieronder.
• De sensor is bedekt met vuil, sneeuw of ijs.
• De sensor is bevroren.
• Een sensor wordt ergens door afgedekt.
• De auto helt sterk over naar één zijde.
• De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, op grind
of op gras.
• Er is veel omgevingslawaai rond de auto van claxons, motorfietsmoto- ren, luchtremmen van vrachtwagens of andere geluidsbronnen die
ultrasone geluidsgolven produceren.
• Er is een andere auto uitgerust met Parking Assist-sensoren in de nabije omgeving.
• Een sensor is bedekt met een waterfilm of er is sprake van zware regenval.
• De auto is uitgerust met een staafantenne of een radioantenne.
• Er is een sleepoog gemonteerd.
• Een bumper of sensor krijgt een harde klap.
• De auto nadert een hoge of rechthoekige stoeprand.
• In fel zonlicht of zeer koud weer.
• Als een niet-originele Toyota-wielophanging (bijvoorbeeld verlaagde wielophanging) is gemonteerd.
Naast bovenstaande voorbeelden zijn er situaties waarin verkeersborden en
andere objecten vanwege hun vorm door de sensor dichterbij worden
gezien dan ze in werkelijkheid zijn.
● De vorm van een obstakel kan ervoor zorgen dat een sensor het obsta-
kel niet signaleert. Let goed op bij de volgende obstakels:
• Kabels, hekken, touwen, enz.
• Katoen, sneeuw en andere materialen die geluidsgolven absorberen
• Objecten met scherpe hoeken
• Lage obstakels
• Hoge obstakels waarbij het bovenste deel uitsteekt in de richting van
uw auto
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 301 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 302 of 664

302
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO_EE_OM64590E
■
Wanneer de sensor abnorm aal werkt of defect is
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen die bij een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een ande re naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige kunn en worden geconfigureerd
De instelling van het geluidsvolume van de zoemer kan worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen
→ Blz. 640)
WAARSCHUWING
■Wees alert tijdens het gebruik van de Toyota Parking Assist-sensor
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Anders kan een ongeval het gevolg zijn.
● Rijd als het systeem is ingeschakeld niet harder dan 10 km/h.
● Monteer geen accessoires binnen het bereik van de sensor.
●Als een van de sensoren vuil of bevro-
ren is, gaat het controlelampje voor de
abnormaal werkende sensor branden
en klinkt er gedurende 8 seconden een
zoemer. Nadat de zoemer heeft geklon-
ken, gaan alle controlelampjes van de
sensoren branden.
Reinig de sensoren met een zachte
doek.
●Als een van de sensoren defect is, gaat
het controlelampje voor de defecte sen-
sor branden en klinkt er gedurende
8 seconden een zoemer. Nadat de zoe-
mer heeft geklonken, gaan alle controle-
lampjes van de sensoren knipperen.
Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Controlelampjes
sensor
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 302 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 303 of 664

303
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
VERSO_EE_OM64590E
OPMERKING
■
Opmerkingen bij het wassen van de auto
Stel de omgeving van de sensoren niet bloot aan sterke waterstralen of
stoom.
De sensor kan hierdoor defect raken.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 303 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 304 of 664

304
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO_EE_OM64590E
Stop & Start-systeem∗
∗: Indien aanwezig
Het Stop & Start-systeem stopt en start de motor overeenkomstig de
bediening van het koppelingspedaal voor het stoppen van en wegrij-
den met de auto.
■ Uitzetten van de motor
Breng de auto tot stilstand terwijl het koppelingspedaal
geheel ingetrapt is. Zet vervolgens de selectiehendel in
stand N.
Laat het koppelingspedaal los.
De motor wordt uitgezet en het
controlelampje van het Stop &
Start-systeem gaat branden.
■Opnieuw starten van de motor
Controleer of de selectiehendel in stand N staat en trap het kop-
pelingspedaal in.
De motor wordt weer gestart. Het controlelampje van het Stop & Start-
systeem dooft.
(In dit geval wordt de motor niet uitgezet als het koppelingspedaal
wordt losgelaten.)
STAP1
STAP2
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 304 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 305 of 664

305
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
VERSO_EE_OM64590E
Uitschakelen van het Stop & Start-systeem
Druk op de uitschakeltoets van
het Stop & Start-systeem om het
Stop & Start-systeem uit te scha-
kelen.
Het controlelampje uitgeschakeld
Stop & Start-systeem gaat bran-
den.
Wanneer het koppelingspedaal
wordt ingetrapt, zal de motor niet
elke keer dat de auto tot stilstand
komt, worden uitgeschakeld.
(→Blz. 304)
Druk nogmaals op de toets om
het Stop & Start-systeem weer in
te schakelen.-
■ Als op de uitschakeltoets van het Stop & Start-systeem wordt
gedrukt terwijl de auto stilstaat
●Als de motor is uitgezet door he t Stop & Start-systeem, kunt u de
motor weer starten door op de uitschakeltoets van het Stop &
Start-systeem te drukken.
Vanaf de volgende keer dat de auto tot stilstand wordt gebracht
(nadat het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld), zal de motor
niet worden uitgezet.
● Als het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld en op de uitscha-
keltoets van het Stop & Start-systeem wordt gedrukt, wordt het
systeem weer ingeschakeld, maar zal de motor blijven draaien.
Vanaf de volgende keer dat de auto tot stilstand wordt gebracht
(nadat het Stop & Start-systeem is ingeschakeld), zal de motor
worden uitgezet.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 305 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 306 of 664

306
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO_EE_OM64590E
■
Werkingsvoorwaarden
● Het Stop & Start-systeem werkt als aan de volgende voorwaarden wordt
voldaan:
• De motor is op bedrijfstemperatuur.
• Het bestuurdersportier is gesloten.
• De veiligheidsgordel van de bestuurder is vastgemaakt.
• De motorkap is gesloten.
• Het koppelingspedaal wordt niet ingetrapt.
• De selectiehendel staat in stand N.
• Het stuurwiel wordt niet gebruikt.
● Onder de volgende omstandigheden wordt de motor mogelijk niet uitge-
schakeld door het Stop & Start-systeem. Dit wijst niet op een storing van
het Stop & Start-systeem.
• De temperatuur van de koelvloeistof is te laag of te hoog.
• De buitentemperatuur is te laag.
• Auto's met automatische airconditioning: De airconditioning wordt
gebruikt om het interieur af te koelen als de temperatuur in het interie\
ur
extreem hoog is, bijvoorbeeld nadat de auto in de brandende zon
stond geparkeerd.
• Auto's met automatische airconditioning: De voorruitverwarming wordt gebruikt.
• Auto's met extra verwarming: De extra verwarming wordt gebruikt.
• De accu is niet voldoende opgeladen, bijvoorbeeld als de auto gedu- rende lange tijd is geparkeerd en de ladingstoestand afgenomen is, als
de elektrische belasting hoog is, als de accutemperatuur extreem laag
is of als de accu verouderd is of periodiek wordt opgeladen.
• De temperatuur van de accuvloeistof is extreem laag of hoog.
• Door verkeersdrukte of andere omstandigheden komt de auto veelvul- dig tot stilstand, waardoor de hoeveelheid tijd dat de motor is uitgezet
door het Stop & Start-systeem extreem oploopt.
• Het vacuüm van de rembekrachtiger is te laag.
• Er wordt een grote hoeveelheid elektriciteit verbruikt.
• Op grote hoogte.
Als de bovenstaande omstandigheden zich niet meer voordoen, zal het Stop
& Start-systeem de volgende keer dat de auto tot stilstand komt de motor
weer uitzetten en starten.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 306 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 307 of 664

307
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
VERSO_EE_OM64590E
●
In de volgende gevallen kan het langer duren voordat het Stop & Start-
systeem wordt ingeschakeld:
• Enige tijd nadat de accupolen zijn losgenomen en weer aangesloten.
• Enige tijd na het vervangen van de accu.
• De koelvloeistoftemperatuur laag is.
■ Automatische startfunctie
In de volgende situaties kan de motor ook worden gestart zonder dat het
koppelingspedaal wordt ingetrapt.
• Het rempedaal wordt pompend of diep ingetrapt.
• Auto's met automatische airconditioning: De airconditioning wordt inge-
schakeld.
• Auto's met automatische airconditioning: De voorruitverwarming is inge- schakeld.
• De laadtoestand van de accu is onvoldoende.
• De auto begint te rollen op een helling.
• Er wordt een grote hoeveelheid elektriciteit verbruikt.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De veiligheidsgordel van de bestuurder wordt losgemaakt.
• Het stuurwiel wordt gedraaid.
■ Automatisch opnieuw inschakelen van het Stop & Start-systeem
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Zelfs als het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld met de uitschakeltoets
van het Stop & Start-systeem, zal het systeem automatisch weer worden
ingeschakeld als de motor weer wordt gestart nadat het contact UIT is
gezet.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Zelfs als het Stop & Start-systeem is uitgeschakeld met de uitschakeltoets
van het Stop & Start-systeem, zal het systeem automatisch weer worden
ingeschakeld als de motor weer wordt gestart nadat het contact UIT is
gezet.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 307 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 308 of 664

308
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO_EE_OM64590E
■
Beveiliging van het Stop & Start-systeem
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Als het volume van het audiosysteem hoog staat, kan het audiosysteem
automatisch worden uitgeschakeld zodat er voldoende vermogen behou-
den blijft voor de werking van het Stop en Start-systeem.
Zet als dit gebeurt het contact UIT en vervolgens in stand ACC of AAN om
het audiosysteem weer in te schakelen.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Als het volume van het audiosysteem hoog staat, kan het audiosysteem
automatisch worden uitgeschakeld zodat er voldoende vermogen behou-
den blijft voor de werking van het Stop en Start-systeem.
Zet als dit gebeurt het contact UIT en vervolgens in stand ACC of AAN om
het audiosysteem weer in te schakelen.
■ Bediening van het stuurwiel
Als de motor wordt uitgezet door het Stop & Start-systeem, kan de besturing
van de auto zwaarder worden.
■ Motorkap
Als de motor is uitgezet door het Stop & Start-systeem en de motorkap wordt
geopend, kan de motor niet worden gestart door het Stop & Start-systeem of
de automatische startfunctie van de motor. Start de motor door het contact-
slot of de startknop te bedienen. ( →Blz. 198, 202)
Zelfs als de motorkap wordt gesloten nadat de motor is gestart terwijl de
motorkap was geopend, werkt het Stop & Start-systeem niet. Sluit de motor-
kap, zet het contact UIT, wacht ten minste 30 seconden en start vervolgens
de motor.
■ Gebruik van het Stop & Start-systeem
Gebruik het Stop & Start-systeem wanneer de auto tijdelijk wordt stilgezet,
bijvoorbeeld bij verkeerslichten of kruispunten. Zet de motor volledig uit wan-
neer de auto voor langere tijd wordt stilgezet.
■ Waarschuwingszoemer Stop & Start-systeem
Als de motor wordt uitgezet door het Stop & Start-systeem en de onder-
staande handeling wordt uitgevoerd, klinkt er een zoemer en gaat het con-
trolelampje Stop & Start knipperen. Dit geeft aan dat de motor alleen is
uitgeschakeld door het Stop & Start-systeem en niet helemaal is uitgezet.
De selectiehendel wordt als het koppelingspedaal niet is ingetrapt in een
andere stand dan stand N gezet.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 308 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 309 of 664

309
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
2
Tijdens het rijden
VERSO_EE_OM64590E
■
Als het controlelampje uitgeschakeld Stop & Start-systeem blijft knip-
peren
Er is mogelijk een storing in het Stop & Start-systeem aanwezig. Neem con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Als de voorruit is beslagen terwijl de motor is uitgezet door het Stop &
Start-systeem
● Auto's met handmatig bediende airconditioning: Herstart de motor door
het koppelingspedaal in te trappen ( →Blz. 304) of door op de uitschakel-
toets van het Stop & Start-systeem te drukken en de draaiknop voor de
keuze van de uitstroomopening in de stand te zetten. ( →Blz. 335)
● Auto's met automatische airconditioning: Schakel de voorruitverwarming
in. (De motor wordt gestart door de automatische startfunctie van de
motor.) ( →Blz. 344)
Druk als de voorruit blijft beslaan op de uitschakeltoets van het Stop & Start-
systeem om het systeem uit te schakelen.
■ Weergave werkingsduur Stop & Start-systeem en totale werkingsduur
Stop & Start-systeem
→ Blz. 224
■ Batterij vervangen
→ Blz. 605
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 309 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 310 of 664

310
2-5. Gebruik van overige rijsystemen
VERSO_EE_OM64590E
WAARSCHUWING
■
Als het Stop & Start-systeem is ingeschakeld
●Houd de selectiehendel in stand N en bedien het rempedaal of de parkeerrem
als de motor is uitgezet door het Stop & Start-systeem (het controlelampje
Stop & Start brandt).
Anders kan de auto onverwacht in beweging komen als de motor wordt gestart
door de automatische startfunctie, waardoor een ongeval kan ontstaan.
●Verlaat de auto niet als de motor is uitgezet door het Stop & Start-systeem
(zolang het controlelampje Stop & Start brandt).
Anders kan de auto onverwacht in beweging komen als de motor wordt gestart
door de automatische startfunctie, waardoor een ongeval kan ontstaan.
●Zorg ervoor dat de motor niet wordt uitgezet door het Stop & Start-systeem als
de auto zich in een slecht geventileerde ruimte bevindt. Anders kan de motor
worden gestart door de automatische startfunctie, waardoor er uitlaatgassen in
de auto terecht kunnen komen die zeer schadelijk kunnen zijn voor de
gezondheid.
OPMERKING
■ Ervoor zorgen dat het systeem goed werkt
In onderstaande gevallen werkt het Stop & Start-systeem mogelijk niet goed.
Laat uw auto in dat geval zo snel mogelijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
● Het waarschuwingslampje van de veiligheidsgordel van de bestuurder en
voorpassagier knippert, terwijl de veiligheidsgordel van de bestuurder is
vastgemaakt.
● Zelfs wanneer de veiligheidsgordel van de bestuurder niet is vastgemaakt,
blijft het waarschuwingslampje van de veiligheidsgordel van de bestuurder
en voorpassagier uit.
● Zelfs wanneer het bestuurdersportier gesloten is, gaat het waarschu-
wingslampje open portier/achterklep branden of de interieurverlichting
gaat branden terwijl de schakelaar in de stand DOOR staat.
●Zelfs wanneer het bestuurdersportier open is, gaat het waarschuwingslampje
open portier/achterklep niet branden of de interieurverlichting gaat niet bran-
den terwijl de schakelaar van de interieurverlichting in de stand DOOR staat.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 310 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM