sensor TOYOTA YARIS 2022 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: YARIS, Model: TOYOTA YARIS 2022Pages: 590, PDF Size: 111.43 MB
Page 275 of 590

273
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Blz. 249
■Voorwaarden voor werking van de Par-
king Support Brake-functie (voor voer-
tuigen die achterlangs rijden)
De functie werkt als het controlelampje PKSB
OFF niet brandt of knippert ( Blz. 91, 92) en
aan alle onderstaande voorwaarden wordt
voldaan:
●Begrenzingsregeli ng hybridesysteem
• De Parking Support Brake is ingeschakeld.
• De rijsnelheid is ongeveer 15 km/h of lager.
• Er naderen voertuigen de auto van rechts of links achter met een snelheid van onge-
veer 8 km/h of meer.
• De selectiehendel staat in stand R.
• De Parking Support Brake stelt vast dat er harder dan normaal moet worden geremd
om een aanrijding met een naderende auto
te voorkomen.
●Remregeling
• De begrenzingsregeling van het hybri- desysteem is in werking.
• De Parking Support Brake stelt vast dat een noodstop noodzakelijk is om een aanrijding
met een naderende auto te voorkomen.
■Voorwaarden voor het stoppen van de
werking van de Parking Support Brake-
functie (voor voertuigen die achterlangs
rijden)
De werking van de functie stopt als aan één
van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
●Begrenzingsregeli ng hybridesysteem• De Parking Support Brake is uitgeschakeld.• De aanrijding kan worden voorkomen met
normaal remmen.
• Er nadert niet langer een auto van rechts of links achter de auto.
●Remregeling• De Parking Support Brake is uitgeschakeld.• Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat de auto door de remregeling tot stil-
stand is gebracht.
• Het rempedaal wordt ingetrapt nadat de auto tot stilstand is gebracht door de rem-
regeling.
• Er nadert niet langer een auto van rechts of links achter de auto.
■Opnieuw inschakelen van de Parking
Support Brake-functie (voor voertuigen
die achterlangs rijden)
Blz. 268
■Detectiegebied van de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die ach-
terlangs rijden)
Het detectiegebied van de Parking Support
Brake-functie (voor voertuigen die achter-
langs rijden) verschilt van dat van de RCTA
( Blz. 260). Daardoor wordt de Parking Sup-
port Brake-functie (voor voertuigen die ach-
terlangs rijden) mogelijk niet geactiveerd, ook
al signaleert de RCTA een auto en wordt er
een waarschuwing gegeven.
■Situaties waarin het systeem geen auto
signaleert
Blz. 261
■RCTA-zoemer
Als, ongeacht of de RCTA is ingeschakeld of
niet ( Blz. 259), de Parking Support Brake-
functie is ingeschakeld ( Blz. 265) en de
remregeling wordt uitgevoerd, klinkt een zoe-
mer om de bestuurder hierop te attenderen.
■Situaties waarin het systeem mogelijk
niet goed werkt
Blz. 262
■Situaties waarin het systeem mogelijk
werkt, zelfs als er geen kans op een
aanrijding is
Blz. 263
Soorten sensoren
WAARSCHUWING
■Ervoor zorgen dat het systeem goed
werkt
Blz. 259
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 273 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 279 of 590

277
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Secondary Collision Brake
Als de airbagsensor een aanrijding sig-
naleert en het systeem in werking is,
worden de remmen en remlichten auto-
matisch geregeld om de rijsnelheid te
verlagen en te helpen de kans op ver-
dere schade ten gevolge van een
tweede aanrijding te verkleinen.
■Als het TRC/VSC/ABS-systeem in wer-
king is
Het controlelampje Traction Control knippert
wanneer het TRC/VSC/ABS-systeem in wer-
king is.
■Uitschakelen van het TRC-systeem
Als u met uw auto vast komt te zitten in mod-
der of sneeuw, kan het TRC-systeem het
aandrijfvermogen van het hybridesysteem
naar de wielen beperken. Als u op drukt
om het systeem uit te schakelen, kunt u de
auto waarschijnlijk gemakkelijker los krijgen
door te ‘schommelen’.
Schakel het TRC-systeem uit door snel
in te drukken en weer los te laten.
“Traction Control Turned OFF” (tractiecon-
trole UIT) wordt op het multi-informatiedisplay
weergegeven.
Druk nogmaals op om het systeem
weer in te schakelen. “Traction Control Turned OFF” (Traction
Control uitgeschakeld)
■Zowel TRC als VSC uitschakelen
Houd meer dan 3 seconden ingedrukt
terwijl de auto stilstaat om de TRC en VSC uit
te schakelen.
Het controlelampje VSC OFF gaat branden
en “Traction Control Turned OFF” (Traction
Control uitgeschakeld) wordt op het multi-
informatiedisplay weergegeven.
*
Druk nogmaals op om het systeem
weer in te schakelen.
*: Bij auto's met PCS (Pre-Crash Safety-sys- teem), wordt de PCS ook uitgeschakeld
(alleen Pre-Crash-waarschuwing is
beschikbaar) Het waarschuwingslampje
PCS gaat branden en er wordt een mel-
ding weergegeven op het multi-informatie-
display. ( Blz. 219)
■Wanneer de melding wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay dat
de TRC is uitgeschakeld, zelfs al is
niet ingedrukt
TRC is tijdelijk uitges chakeld. Als de melding
niet verdwijnt neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 277 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 281 of 590

279
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Voorwaarden voor werking noodstop-
signaal
Als aan de volgende voorwaarden wordt vol-
daan, werkt het noodstopsignaal:
●De alarmknipperlichten zijn uit
●De werkelijke rijsnelheid is hoger dan 55
km/h
●Het systeem oordeelt op basis van de
deceleratie van de auto dat het om een
noodstop gaat.
■Automatisch uitschakelen van nood-
stopsignaal
Het noodstopsignaal wordt in de volgende
situaties uitgeschakeld:
●De alarmknipperlichten worden ingescha-
keld.
●Het systeem oordeelt op basis van de
deceleratie van de auto dat het niet om
een noodstop gaat.
■Uitschakelen werking Secondary Colli-
sion Brake
Het systeem werkt als de airbagsensor een
aanrijding signaleert terwijl de auto in bewe-
ging is.
Het systeem werkt echter niet wanneer
onderdelen beschadigd zijn.
■Automatisch uitschakelen Secondary
Collision Brake
Het systeem wordt automatisch uitgescha-
keld in een van de volgende situaties.
●De rijsnelheid daalt tot ongeveer 0 km/h.
●Er verstrijkt een bepaalde tijd tijdens de
werking
●Het gaspedaal wordt flink ingetrapt.
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
●De maximale grip van de banden over-
schreden wordt (bijvoorbeeld versleten
banden op een weg die bedekt is met
sneeuw).
●Er sprake is van aquaplaning bij hoge
snelheid op een nat of glad wegdek.
■De remweg met ABS in werking kan
langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg
van de auto te verkorten. Houd altijd vol-
doende afstand tot uw voorligger, met
name in de volgende gevallen:
●Als wordt gereden op wegen met grind,
zand en dergelijke, of op besneeuwde
wegen
●Als wordt gereden met sneeuwkettingen
●Als wordt gereden op slechte wegen
●Als wordt gereden over wegen met
diepe gaten of andere grote oneffenhe-
den
■De TRC/VSC werkt mogelijk niet
effectief als
Het insturen van de juiste richting en het
overbrengen van de aandrijfkracht kunnen
op een gladde weg niet onder alle omstan-
digheden gerealiseerd worden, zelfs niet
als het TRC/VSC-systeem in werking is.
Rijd voorzichtig met de auto onder
omstandigheden waarbij de stabiliteit en
de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.
■De Active Cornering Assist werkt niet
effectief als
●Vertrouw niet alleen op de Active Corne-
ring Assist. De Active Cornering Assist
werkt mogelijk niet effectief bij het acce-
lereren op een helling of bij het rijden op
een glad wegdek.
●Wanneer de Active Cornering Assist
vaak in werking is getreden, wordt de
werking ervan mogelijk tijdelijk gestopt
om een goede werking van de remmen,
TRC en VSC te garanderen.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 279 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 285 of 590

283
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-6. Rijtips
Rijden
Gebruik vloeistoffen die geschikt zijn
voor winterse omstandigheden.
• Motorolie
• Koelvloeistof motor/vermogensregeleen-
heid
• Ruitensproeiervloeistof
Laat de toestand van de 12V-accu
controleren door een monteur.
Laat vier winterbanden onder uw
auto monteren of schaf een set
sneeuwkettingen voor de voorwielen
aan.
Controleer of alle banden dezelfde maat
hebben en van hetzelfde merk zijn en con-
troleer of de sneeuwkettingen geschikt zijn
voor de bandenmaat van uw auto.
Rijden in de winter
Tref voor het aanbreken van de
winter de noodzakelijke voorberei-
dingen en voer de benodigde con-
troles uit. Pas uw rijgedrag altijd
aan de actuele weersomstandighe-
den aan.
Voorbereidingen voor de winter
WAARSCHUWING
■Rijden met winterbanden
Neem om de kans op ongevallen te beper-
ken de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht.
Als u dat niet doet, kunt u de macht over
het stuur verliezen, waardoor dodelijk of
ernstig letsel kan ontstaan.
●Gebruik banden met de voorgeschreven
maat.
●Zorg ervoor dat de bandenspanning aan
de specificatie voldoet.
●Rijd niet harder dan de toegestane snel-
heid of harder dan de snelheidslimiet die
geldt voor de gebruikte winterbanden.
●Monteer winterbanden op alle wielen.
■Rijden met sneeuwkettingen
Neem om de kans op ongevallen te beper-
ken de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht.
Anders kunnen een aanrijding en dodelijk
of ernstig letsel het gevolg zijn.
●Rijd niet harder dan de maximaal toege-
stane snelheid voor de gebruikte
sneeuwkettingen of niet harder dan 50
km/h, afhankelijk van welke snelheid de
laagste is.
●Vermijd het rijden over slechte wegdek-
ken en over gaten.
●Vermijd plotseling accelereren, abrupte
stuuracties, plotseling remmen en scha-
kelhandelingen die een plotselinge
motorremwerking veroorzaken.
●Minder uw snelheid alvorens een bocht
aan te snijden zodanig, dat u zeker weet
dat de auto bestuurbaar blijft.
●Gebruik het LTA-systeem (Lane Tracing
Assist) niet. (indien aanwezig)
OPMERKING
■Repareren of vervangen van winter-
banden
Laat winterbanden repareren of vervangen
door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
of door een bandenspecialist.
Het verwijderen en plaatsen van winter-
banden heeft namelijk invloed op de wer-
king van de bandenspanningssensoren
en -zenders.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 283 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 287 of 590

285
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-6. Rijtips
Rijden
Gebruik de juiste maat sneeuwkettin-
gen.
De maat van de sneeuwkettingen is
afgestemd op de bandenmaat.Zijketting (diameter 3 mm)
Dwarsketting (diameter 4 mm) De wetgeving met betrekking tot het
gebruik van sneeuwkettingen verschilt
per land en per soort weg. Stel u op de
hoogte van lokale voorschriften alvo-
rens sneeuwkettingen te monteren.
■Monteren van sneeuwkettingen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht bij het monteren en verwijderen van
sneeuwkettingen:
●Monteer en verwijder de sneeuwkettingen
op een veilige locatie.
●Monteer de sneeuwkettingen uitsluitend op
de voorwielen. Gebruik geen sneeuwket-
tingen om de achterwielen.
●Plaats de sneeuwkettingen zo strak moge-
lijk om de voorwielen. Zet de sneeuwkettin-
gen na 0,5 - 1 km opnieuw vast.
●Monteer de sneeuwkettingen volgens de
meegeleverde gebruiksaanwijzing.
Kiezen van sneeuwkettingenWetgeving met betrekking
tot het gebruik van
sneeuwkettingen
OPMERKING
■Monteren van sneeuwkettingen
Als er sneeuwkettingen gemonteerd zijn,
werken de bandenspanningssensoren en
-zenders mogelijk niet goed.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 285 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 315 of 590

313
6
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
6-1. Onderhoud en verzorging
Onderhoud en verzorging
WAARSCHUWING
■Bij het wassen van de auto
Zorg dat er geen water in de motorruimte
komt. Anders kunnen de elektrische com-
ponenten, enz. vlam vatten.
■Bij het wassen van de voorruit
(auto's met ruitenwissers met regen-
sensor)
Zet de ruitenwisserschakelaar in de stand
OFF. Als de ruitenwisserschakelaar in de
stand AUTO staat, kunnen de ruitenwis-
sers in de volgende gevallen onverwacht
in werking treden. Hierdoor kunnen uw
handen bekneld raken en kunt u ernstig
letsel oplopen, en hierdoor kunnen de rui-
tenwisserbladen beschadigd raken.
Uit
AUTO
●Wanneer het bovenste deel van de
voorruit waar de regensensor is
geplaatst met de hand wordt aangeraakt
●Wanneer een natte doek of iets derge-
lijks in de buurt van de regensensor
wordt gehouden
●Als iets tegen de voorruit stoot
●Als u het regensensorhuis aanraakt of
als iets in aanraking komt met de regen-
sensor
■Voorzorgsmaatregelen met betrek-
king tot de uitlaatpijp
Uitlaatgassen zorgen ervoor dat de uitlaat-
pijp tamelijk heet wordt.
Raak wanneer u de auto wast de uitlaat-
pijp niet aan totdat deze voldoende is
afgekoeld, aangezien het aanraken van
een hete uitlaatpijp brandwonden kan ver-
oorzaken.
■Voorzorgsmaatregelen met betrek-
king tot de achterbumper met de
Blind Spot Monitor (indien aanwezig)
Als de lak van de achterbumper is geschil-
ferd of bekrast, kan een storing optreden
in het systeem. Neem, als dit gebeurt, con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
OPMERKING
■Aantasting van de lak en corrosie van
de carrosserie en onderdelen (licht-
metalen velgen, enz.) voorkomen
●Was de auto zo spoedig mogelijk:
• Na het rijden in een kustgebied
• Na het rijden over gepekelde wegen
• Als er zich teer of boomsappen op de lak bevinden
• Als er zich dode insecten, insecten- of vogelpoep op de lak bevinden
• Na het rijden in gebieden waar sprake is van veel rook, stof, ijzerdeeltjes of che-
mische stoffen
• Als de auto erg vuil is geworden van stof of modder
• Als er brandstof op de lak is gemorst
●Als de lak is geschilferd of bekrast, laat
deze dan direct herstellen.
●Verwijder vuil van de velgen en berg ze
op een droge plaats op om te voorko-
men dat de velgen tijdens de opslag
gaan corroderen.
■Schoonmaken van de verlichting aan
de buitenzijde
●Was deze met de nodige voorzichtig-
heid. Gebruik geen organische oplos-
middelen en borstel ze ook niet af met
een harde borstel.
Dit kan het oppervlak van de lampen
beschadigen.
●Breng geen was aan op de lenzen.
Was kan het lampglas beschadigen.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 313 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 316 of 590

314
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
6-1. Onderhoud en verzorging
OPMERKING
■Voorkomen van beschadiging van de
ruitenwisserarmen voor
Trek eerst de ruitenwisserarm aan de
bestuurderszijde omhoog en daarna die
aan de passagierszijde. Begin, als u de
ruitenwisserarmen weer in hun oorspron-
kelijke stand terugzet, aan de passagiers-
zijde.
■Wassen in een wasstraat (auto's met
ruitenwissers met regensensor)
Zet de ruitenwisserschakelaar in stand
OFF. Als de ruitenwisserschakelaar in
stand AUTO staat, kunnen de ruitenwis-
sers in werking treden waardoor de ruiten-
wisserbladen beschadigd kunnen raken.
■Reinigen met een hogedrukreiniger
●Auto's met Rear View Monitor-systeem:
Stel de camera of de omgeving ervan tij-
dens het wassen van de auto niet bloot
aan sterke waterstralen uit een hoge-
drukreiniger. Door de kracht van de
waterstralen werkt het apparaat moge-
lijk niet goed meer.
●Spuit geen water rechtstreeks op de
radar die achter het embleem is aange-
bracht. Anders kan het systeem
beschadigd raken.
●Houd de sproeierkop uit de buurt van
hoezen (rubberen of kunststof afdekkin-
gen), stekkers of de volgende onderde-
len. Wanneer onderdelen in aanraking
komen met sterke waterstralen, kunnen
ze beschadigd raken.
• Aan tractie gerelateerde onderdelen
• Onderdelen stuurinrichting
• Onderdelen wielophanging
• Onderdelen remsysteem
●Houd de sproeierkop op ten minste 30
cm van de carrosserie. Anders kunnen
kunststof delen, zoals lijsten en bum-
pers, vervormd of beschadigd raken.
Houd de sproeierkop ook niet de hele
tijd op dezelfde plek.
●Spuit niet continu met water op het
onderste gedeelte van de voorruit. Daar
bevindt zich de luchtinlaatopening voor
de airconditioning en als daar water
doorheen komt, werkt de airconditioning
mogelijk niet goed.
●Reinig de onderzijde van de auto niet
met een hogedrukreiniger.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 314 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 335 of 590

333
6
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
Auto's met een volwaardig reserve-
wielVo o r
Toyota beveelt aan om de banden ongeveer
elke 10.000 km van plaats te wisselen om
een gelijkmatig slijtagepatroon en een lan-
gere levensduur van de banden te verkrijgen.
Vergeet bij het wisselen van voor- en achter-
banden met een verschillende bandenspan-
ning niet om na het wisselen het banden-
spanningswaarschuwingssysteem te initiali-
seren.
Uw auto is uitgerust met een banden-
spanningswaarschuwingssysteem dat
gebruikmaakt van bandenspannings-
sensoren en -zenders om een lage
bandenspanning te signaleren voordat
deze tot problemen leidt.
Het bandenspanningswaarschuwings-
systeem van deze auto kent 2 verschil-
lende soorten waarschuwingen.
Wanneer “Adjust Pressure” (breng
banden op spanning) wordt weerge-
geven (normale waarschuwing)
Er wordt een waarschuwing gegeven mid-
dels het waarschuwingslampje lage banden-
spanning en een waarschuwingszoemer
wanneer de bandenspanning mogelijk te laag is als gevolg van het
natuurlijk weglek-
ken van lucht alsmede bij wijzigingen in de
bandenspanning overeenkomstig de buiten-
temperatuur. (Oplossingen: Blz. 381, 426)
Wanneer “Immediately Check tire
when Safe” (controleer de band
onmiddellijk wanneer dit veilig kan)
wordt weergegeven (noodwaarschu-
wing)
Er wordt een waarschuwing gegeven mid-
dels het waarschuwingslampje lage banden-
spanning en een waarschuwingszoemer
wanneer de bandenspanning plotseling te
laag is. (Oplossingen: Blz. 386, 396)
Het systeem kan echter mogelijk geen plot-
selinge klapband e.d. signaleren.
De door het bandenspanningswaar-
schuwingssysteem gesignaleerde ban-
denspanning kan op het 9 inch display
van het multimediasysteem of op het
multi-informatiedisplay worden weerge-
geven.
Multimediasysteem met 9 inch dis-
play
1 Druk op de toets HOME.
2 Selecteer “Vehicle” (voertuig) op het
beginscherm.
3 Als er een ander scherm dan “Tyre
pressure” (bandenspanning) wordt
weergegeven, selecteer dan “Tyre
pressure” (bandenspanning).
Bandenspannings-
waarschuwingssysteem
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 333 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 336 of 590

334
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Multi-informatiedisplay
De eenheid kan worden gewijzigd.
■Wijzigen van de eenheid
1 Parkeer de auto op een veilige
plaats en zet het contact UIT.
De eenheid kan niet worden gewijzigd wan-
neer de auto rijdt.
2Zet het contact AAN.
3 Druk op / (verticaal display)
of / (horizontaal display)
van de bedieningstoetsen van het
instrumentenpaneel en selecteer
.
4 Druk op / (verticaal display)
of / (horizontaal display) om
“Vehicle Settings” (voertuiginstellin-
gen) te selecteren en houd vervol-
gens ingedrukt.
5 Druk op / om “TPWS set-
ting” (instelling TPWS) te selecteren
en druk vervolgens op .
6 Druk op / om “Setting Unit”
(eenheid instellen) te selecteren. 7
Druk op / om de gewenste
eenheid te selecteren en druk ver-
volgens op .
■Periodieke controle van de banden-
spanning
Het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem vervangt de periodieke controle van de
bandenspanning niet. Controleer daarom ook
zelf regelmatig de bandenspanning.
■Bandenspanning
●Nadat het contact AAN is gezet, kan het
enkele minuten duren voordat de banden-
spanning wordt weergegeven. Het kan ook
enkele minuten duren voordat de banden-
spanning wordt weergegeven nadat de
banden op spanning zijn gebracht.
●De bandenspanning verandert met de tem-
peratuur. De weergegeven waarden kun-
nen verschillen van de waarden die met
andere bandenspanningmeters worden
gemeten.
■Situaties waarin het bandenspannings-
waarschuwingssysteem mogelijk niet
goed werkt
●Onder de volgende omstandigheden werkt
het bandenspanningsw aarschuwingssys-
teem mogelijk niet goed.
• Als er niet-originele Toyota-velgen zijn gemonteerd.
• Er is een band vervangen door een exem- plaar dat niet overeenkomt met de OE-
specificaties (Original Equipment).
• Er is een band vervangen door een exem- plaar dat niet de voorgeschreven maat
heeft.
• Er zijn sneeuwkettingen gemonteerd.
• Er is een run-flat band met ondersteu- nende ring gemonteerd.
• Als de ruiten zijn voorzien van een coating die de ontvangst van de radiografische sig-
nalen nadelig beïnvloedt.
• Als de auto bedekt is met sneeuw of ijs, vooral bij de wielen of de wielkasten.
• Als de bandenspanning aanzienlijk hoger is dan de voorgeschreven waarde.
• Als er banden zonder bandenspannings- sensoren en -zenders worden gebruikt.
• Als de identificatiecode op de banden- spanningssensoren en -zenders niet is
geregistreerd in de bandenspanningswaar-
schuwingssysteem-ECU.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 334 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 337 of 590

335
6
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
●In de volgende situaties kunnen de presta-
ties worden beïnvloed.
• In de buurt van een televisiezendmast, elektriciteitscentrale, tankstation, radiozen-
der, videowall, luchthaven of andere loca-
tie waar sterke radiogolven of elektromag-
netische velden aanwezig zijn.
• Als u een draagbare radio, mobiele tele- foon, draadloze telefoon of een ander
draadloos communicatiemiddel bij u draagt.
●Wanneer de auto geparkeerd is, kan het
langer duren voordat de waarschuwing
verschijnt of verdwijnt.
●Wanneer de bandenspanning snel daalt,
zoals bij een klapband, dan verschijnt de
waarschuwing mogelijk niet.
■Waarschuwingen bandenspannings-
waarschuwingssysteem
De eventuele waarschuwing van het banden-
spanningswaarschuwingssysteem is geba-
seerd op de rijomstandigheden. Daarom laat
het systeem mogelijk zelfs een waarschu-
wing zien wanneer de bandenspanning niet
laag genoeg is of wanneer de druk hoger is
dan de druk die was ingesteld tijdens het initi-
aliseren van het systeem.
Bij het vervangen van banden of velgen
moeten de bandenspanningssensoren
en -zenders ook worden geplaatst.
Als er nieuwe bandenspanningssenso-
ren en -zenders geplaatst worden,
moeten de identificatiecodes van deze
componenten worden geregistreerd in
de bandenspanningswaarschuwings-
systeem-ECU en moet het banden-
spanningswaarschuwingssysteem wor-
den geïnitialiseerd. Laat de identifica-
tiecodes van de
bandenspanningssensoren en -zenders
registreren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige. ( Blz. 338)
■Vervangen van banden en velgen
Als de identificatiecode van de bandenspan-
ningssensor en -zender niet is geregistreerd,
werkt het bandenspanningswaarschuwings-
systeem niet correct. Na ongeveer 10 minu-
ten rijden gaat het waarschuwingslampje
lage bandenspanning gedurende 1 minuut
knipperen en het blijft daarna branden om
aan te geven dat er een storing in het sys-
teem aanwezig is.
Plaatsen van bandenspannings-
sensoren en -zenders
OPMERKING
■Repareren of vervangen van banden,
velgen, bandenspanningssensoren, -
zenders en ventieldopjes
●Neem voor het verwijderen en plaatsen
van wielen, banden of bandenspan-
ningssensoren en -zenders contact op
met een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige omdat de bandenspan-
ningssensoren en -zenders beschadigd
kunnen raken als er niet voorzichtig
mee wordt omgegaan.
●Vergeet niet de dopjes weer op de ven-
tielen aan te brengen. Als de ventieldop-
jes niet geplaatst worden, dan kan er
water in de bandenspanningssensoren
terechtkomen en kunnen ze vast gaan
zitten.
●Vervang ventieldopjes alleen door het
voorgeschreven type ventieldopje.
Anders kunnen de dopjes vast komen te
zitten.
■Voorkomen van schade aan de ban-
denspanningssensoren en -zenders
Als een band is gerepareerd met banden-
reparatievloeistof, werken de bandenspan-
ningssensor en -zender mogelijk niet
goed. Neem wanneer bandenreparatie-
vloeistof is gebruikt zo snel mogelijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Vervang bij het vervangen
van de band de bandenspanningssensor
en -zender. ( Blz. 335)
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 335 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM