YAMAHA TENERE 700 RALLY EDITION 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2022, Model line: TENERE 700 RALLY EDITION, Model: YAMAHA TENERE 700 RALLY EDITION 2022Pages: 106, PDF Size: 6.56 MB
Page 61 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-8
6
27*Koelsysteem • Controleer het
koelvloeistofni-
veau en controleer de machine
op vloeistoflekkage.
• Verversen. Elke 3 jaar
28 *Voor- en achterrem-
schakelaar •Controleer de werking.
29 *Bewe
gen de delen
en ka bels •Smeren.
30 *Gas
greephuis en
g aska bel • Controleer werking en vrije slag.
• Stel de vrije slag van de gaskabel
af indien nodig.
• Smeer het gasgreephuis en de gaskabel.
31 *Lampen, richting
-
aanwijzers en scha-
kelaars •Controleer de werking.
• Stel de koplamplichtbundel af.
NR. ITEM
CONTROLE OF ONDERHOUDS-
BEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
UBEHDBD0.book Page 8 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 62 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-9
6
DAU72800
OPMERKINGLuchtfilter
• Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papier en filterelement. Reinig dit niet met perslucht om beschadiging te
voorkomen.
• Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt.
Hydraulisch remsysteem
• Controleer regelmatig het remvloeist ofniveau en vul indien nodig bij.
• Elke twee jaar moeten de inwendige onderdelen van de hoofdremc ilinders en de remklauwen worden vervangen en de remvloei-
stof worden ververst.
• De remslangen dienen elke vier jaar te worden vervan gen, of wanneer deze zijn gescheurd of beschadigd.
UBEHDBD0.book Page 9 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 63 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-10
6
DAU18782
Stroomlijnpanelen verwij deren
en aan bren genBij het uitvoeren van sommige onder-
houdswerkzaamheden die in dit hoofdstuk
worden beschreven, moeten de afgebeel-
de stroomlijnpanelen worden verwijderd.
Neem deze paragraaf steeds door wanneer
u een stroomlijnpaneel moet verwijderen of
aanbrengen.
DAU18792
Stroomlijnpaneel A
Verwijderen van stroomlijnpaneelVerwijder de schroeven en neem het
stroomlijnpaneel los. Aanbrengen van het stroomlijnpaneel
Plaats het stroomlijnpaneel in de oorspron-
kelijke positie en breng dan de schroeven
aan.
DAU19653
De
bou gies controlerenBougies vormen belangrijke onderdelen
van de motor die periodiek moeten worden
gecontroleerd, bij voorkeur door een
Yamaha dealer. Omdat bougies door ver- hitting en neerslag al tijd langzaam slijten,
moeten de bougies worden verwijderd en
gecontroleerd volgens de tijden genoemd
in het periodieke smeer- en onderhouds-
schema. De conditie van de bougies kan
daarnaast veel duid elijk maken over de
conditie van de motor.
De porseleinen isolator rond de centrale
elektrode moet licht tot gemiddeld bruin
verkleurd zijn (de ideale kleur als normaal
met het voertuig wordt gereden), en alle
bougies in de motor horen dezelfde ver-
kleuring te hebben. Wanneer een bougie
een heel andere kleur vertoont, werkt de
motor mogelijk niet naar behoren. Probeer
dergelijke problemen niet zelf vast te stel-
len. Laat in plaats daarvan uw machine na-
kijken door een Yamaha dealer.
Vervang een bougie als de elektroden blij-
ken te zijn afgesleten en als overmatige
koolaanslag of andere neerslag gevonden
wordt.
1. Stroomlijnpaneel A
1
1. Stroomlijnpaneel A
2. Bout en ring
1
2
Vo o r geschreven bou gie:
NGK/LMAR8A-9
UBEHDBD0.book Page 10 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 64 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-11
6
Voordat een bougie wordt aangebracht
moet de elektrodenafstand met een draad-
voelmaat worden ge meten; breng indien
nodig de elektrodenafstand op specificatie.
Reinig het oppervlak van de bougiepakking
en het pasvlak en verwijder eventueel vuil
uit de schroefdraad van de bougie.OPMERKINGAls geen momentsleutel beschikbaar is,
wordt de bougie correct vastgezet door
handvast te zetten en dan nog 1/4–1/2 slag verder te draaien. De bougie moet echter
zo snel mogelijk naar
het juiste aanhaalmo-
ment worden aangedraaid.
LET OP
DCA10841
Ge bruik geen geree dschap om d e bou-
g ie dop te verwij deren of aan te bren gen,
om de bob ineka bel niet te beschad ig en.
De bou gie dop is mo gelijk lasti g te ver-
wij deren om dat de ru bber af dichtin g aan
het uitein de stevi g vastzit. Haal de bou-
g ie dop los door hem heen en weer te
d raaien en te gelijkertij d los te trekken;
b ren g d e bou gie dop aan door deze heen
en weer te draaien en te geli
jkertijd aan
te drukken.
DAU36113
Filter busDit model is voorzien van een filterbus die
voorkomt dat brandstofdampen naar de at-
mosfeer ontsnappen. Controleer alvorens
met deze machine te rijden het volgende: Controleer alle slangaansluitingen.
Controleer de slangen en de filterbus
op barsten of beschadiging. Vervang
indien beschadigd.
Controleer de ontluchtingsinrichting
van de filterbus op verstopping en rei-
nig deze indien nodig.
1. ElektrodenafstandElektro denafstan d:
0.8–0.9 mm (0.031–0.035 in)
Aanhaalmoment: Bougie:13 N·m (1.3 kgf·m, 9.6 lb·ft)
ZAUM1386
UBEHDBD0.book Page 11 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 65 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-12
6
DAUM4152
Motorolie en oliefilterpatroonVóór iedere rit moet het motorolieniveau
worden gecontro leerd. Verder moet de olie
worden ververst en de oliefilterpatroon
worden vervangen volgens de intervalperi-
oden vermeld in het periodieke onder-
houdsschema.
Om het motorolieniveau te controleren 1. Zet de machine op een vlakke onder- grond en houd deze rechtop. Wan-
neer de machine iets schuin staat, kan
het niveau al foutief worden afgelezen.
2. Start de motor, laat deze een paar mi-
nuten warmdraaien en zet hem dan af.
3. Wacht een paar minuten tot de olie tot rust is gekomen voor een correcte af-
lezing en controleer dan het olieniveau
via het kijkglas voor het motorolieni-
veau. 4. Als de motorolie beneden de merk-
streep voor minimumniveau staat, vul
dan voldoende olie van het aanbevo-
len type bij tot het maximumniveau.
OPMERKINGControleer de o-ring op beschadiging en
vervang deze indien nodig.
De motorolie verversen (en het filter ver-
vang en)
1. Zet de machine op een vlakke onder- grond.
2. Verwijder stroomlijnpaneel A. (Zie pa-
gina 6-10.)
3. Start de motor, laat deze een paar mi- nuten warmdraaien en zet hem dan af.
4. Zet een olieopvangbak onder de mo- tor om de gebruikte olie op te vangen.
5. Verwijder de olievuldop en de olieaf-
tapplug met de pakking om de olie uit
het carter te laten stromen.
1. Olievuldop
2. Kijkglas olieniveau
3. Merkstreep maximumniveau
4. Merkstreep minimumniveau3
4
2
1
1. Olievuldop
2. O-ring
21
UBEHDBD0.book Page 12 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 66 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-13
6
OPMERKINGSla de stappen 6–8 over als de oliefilterpa-
troon niet wordt vervangen.6. Verwijder de olie filterpatroon met een
oliefiltersleutel.
OPMERKINGDe Yamaha dealer kan een oliefiltersleutel
leveren.7. Smeer een dun laagje schone motor- olie op de O-ring van de nieuwe oliefil-
terpatroon.OPMERKINGZorg dat de o-ring correct aanligt.8. Plaats de nieuwe o liefilterpatroon met
een oliefiltersleutel en zet hem dan
met een momentsleutel vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment. 9. Monteer de olieaftapplug met een
nieuwe pakking en zet de plug vast
met het voorgeschreven aanhaalmo-
ment.
10. Vul met de aangegeven hoeveelheid van de aanbevolen motorolie.
1. Olieaftapplug
2. Pakking
1. Oliefilterpatroon
2. Oliefiltersleutel
12
1
2
1. O-ring
1. Momentsleutel
Aanhaalmoment:Oliefilterpatroon: 17 N·m (1.7 kgf·m, 13 lb·ft)
Aanhaalmoment: Olieaftapplug:
43 N·m (4.3 kgf·m, 32 lb·ft)
1
UBEHDBD0.book Page 13 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 67 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-14
6
OPMERKINGVeeg enige gemorste o lie af nadat de motor
en het uitlaatsysteem zijn afgekoeld.LET OP
DCA11621
Om het slippen van de koppelin g te
voorkomen ( de motorolie smeert
immers ook d e koppeling) mog en
g een chemische add itieven worden
toe gevoe gd. Ge bruik geen oliën
met een “CD” dieselspecificatie of
oliën met een ho gere kwaliteit dan
g especificeer d. Ge bruik ook geen
oliën met een “ENERGY CONSER-
VING II” of ho gere aan dui din g.
Zorg d at er geen verontreini gin gen
in het carter terecht komen.11. Controleer de o-ring op beschadiging en vervang deze indien nodig. 12. Breng de olievuldop aan en draai deze
vast.
13. Breng het stroomlijnpaneel aan A.
14. Start de motor, laat deze een paar mi- nuten stationair draaien en controleer
daarbij op olielekkage. Als er sprake is
van olielekkage, zet de motor dan di-
rect af en zoek de oorzaak.
OPMERKINGNadat de motor is gestart moet het waar-
schuwingslampje oliedruk uitgaan.
LET OP
DCA20860
Zet de motor direct af als het waarschu-
win gslampje olie druk knippert of blijft
b ran den en laat het voertui g controleren
d oor een Yamaha- dealer, zelfs als het
olieniveau in or de is.15. Zet de motor af en wacht een paar mi-
nuten om de olie tot rust te laten ko-
men voor een correcte aflezing.
Controleer dan het olieniveau en corri-
geer indien nodig.
Aanb
evolen motorolie:
Zie pagina 8-1.
Oliehoeveelhei d:
Zonder vervanging van oliefilterpa-
troon: 2.30 L (2.43 US qt, 2.02 Imp.qt)
Met vervanging van oliefilterpa-
troon: 2.60 L (2.75 US qt, 2.29 Imp.qt)
1. Olievuldop
2. O-ring
21
UBEHDBD0.book Page 14 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 68 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-15
6
DAU85450
Waarom Yamalu beYAMALUBE olie is een origineel YAMAHA
onderdeel dat is ontwikkeld vanuit de over-
tuiging dat motorolie een belangrijke vloei-
bare component van de motor is. Wij
stellen teams samen van specialisten op
technisch, chemisch, elektronisch en race-
testgebied die samen de motor en de daar-
in te gebruiken olie ontwikkelen. Yamalube
oliën bestaan uit hoogwaardige basisoliën
die zijn aangevuld met specifieke additie-
ven die verzekeren dat het eindproduct aan
onze prestatienormen voldoet. Hierdoor
hebben de minerale, semisynthetische en
synthetische oliën van Yamalube hun eigen
karakter en toepassi ngsgebied. Dankzij de
enorme ervaring die Yamaha sinds de jaren
zestig met de ontwikkeling van oliën heeft
opgedaan, is Yamalube de beste keus voor
uw Yamaha motor.
DAUS1203
KoelvloeistofHet koelvloeistofniv eau moet regelmatig
worden gecontroleerd. Verder moet de
koelvloeistof worden ververst volgens de
intervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema.OPMERKINGAls er geen originele Yamaha koelvloeistof
beschikbaar is, gebruik dan een ethyleen-
glycol antivries met corrosieremmers voor
aluminium motoren en meng deze met ge-
destilleerd water in een verhouding van 1:1.
DAU20097
Controleren van het koelvloeistofniveau
Aangezien het koelvloeistofniveau varieert
met de motortemperatuur, moet het wor-
den gecontroleerd me t een koude motor.
1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond. 2. Houd de machine rechtop en contro-
leer het koelvloeistofniveau in het re-
servoir.
3. Als het koelvloeistofniveau zich op of onder de merkstreep voor minimum-
niveau bevindt, open dan de reser-
voirdop. WAARSCHUWING!
Verwijd er alleen de dop van het
koelvloeistofreservoir. Pro beer
nooit om de ra diatorvul dop te ver-
wij deren als de motor warm is.
[DWA15162]
Aanb evolen koelvloeistof:
YAMALUBE-koelvloeistof
Hoeveelhei d koelvloeistof:
Koelvloeistofreservoir (merkstreep
voor maximumniveau): 0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
Radiator (inclusief alle leidingen): 1.60 L (1.69 US qt, 1.41 Imp.qt)
1. Koelvloeistofreservoir
2. Merkstreep maximumniveau
3. Merkstreep minimumniveau
L F
231
UBEHDBD0.book Page 15 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 69 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-16
6
4. Vul koelvloeistof bij tot de merkstreep
voor maximumniveau. LET OP: Als er
g een koelvloeistof aanwezi g is, g e-
b ruik dan in plaats daarvan ged istil-
leer d water of onthar d lei din gwater.
Ge bruik geen har d water of zout
water, dit is scha delijk voor de mo-
tor. Als er in plaats van koelvloeistof
water is geb ruikt, vervan g d it dan
zo snel mo gelijk door koelvloeistof,
an ders is het systeem niet be-
scherm d te gen vorst en corrosie.
Als er water aan de koelvloeistof is
toe gevoe gd, laat dan een Yamaha
d ealer zo snel mo gelijk het anti-
vries gehalte van de koelvloeistof
controleren om te voorkomen dat
d e effectiviteit van d e koelvloeistof
afneemt.
[DCA10473]
5. Breng de dop van het koelvloeistofre- servoir aan.
DAU33032
De koelvloeistof verversen
De koelvloeistof moet volgens de interval-
perioden vermeld in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema ververst worden.
Laat de koelvloeisto f verversen door een
Yamaha dealer. WAARSCHUWING! Pro-
b eer nooit om de rad iatorvul dop te ver-
wij deren als de motor warm is.
[DWA10382] DAUM4270
Luchtfilterelement vervang
en en
aftapslang reinigenHet luchtfilterelement moet worden vervan-
gen volgens de intervalperioden vermeld in
het periodieke onderhoudsschema. Ver-
vang het luchtfilterelement vaker als u veel
in de regen of in stoffige gebieden rijdt. Ver-
der moet de aftapslang van het luchtfilter
regelmatig worden ge controleerd en indien
nodig worden gereinigd.
Om het luchtfilterelement te vervan gen
1. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-20.)
2. Verwijder het luchtfilterdeksel door de schroeven los te halen, verwijder de
schroef waarmee het luchtfilterele-
ment vastzit en trek dan het luchtfilte-
relement eruit.
1. Dop koelvloeistofreservoir
1
1. Luchtfilterdeksel
2. Schroef
1
2
UBEHDBD0.book Page 16 Friday, October 15, 2021 4:47 PM
Page 70 of 106

Periodiek ond erhoud en afstellin g
6-17
6
3. Controleer het luchtfilter op beschadi-
ging of vuil en vervang het indien no-
dig.LET OP
DCA21220
Het luchtfilterelement moet wor den
vervan gen vol gens de intervalperio-
d en vermel d in het perio dieke on-
d erhou dsschema.
Het luchtfilterelement moet vaker
wor den vervan gen als u vaak in de
re gen of stoffi ge geb ie den rij dt.
Het luchtfilter kan niet wor den ge-
reini gd door het schoon te blazen
met perslucht. Het moet wor den
vervan gen.
4. Plaats het luchtfilterelement in het
luchtfilterhuis en zet het vast met de
schroef. LET OP: Zorg ervoor d at het
filterelement goe d aanli gt in het
luchtfilterhuis. Laat de motor nooit
d raaien met het luchtfilterelement
uit genomen, hier door kunnen de
zui ger(s) en/of cilin der(s) overmati g
versleten raken.
[DCA10482]
5. Monteer het luchtfilterdeksel door de schroeven aan te brengen.
6. Breng het zadel aan.
Reini gen van de luchtfilteraftapslan g
1. Verwijder de luchtfilteraftapslang on-
der het luchtfilterdeksel. 2. Verwijder de slang, reinig deze en
breng hem dan weer in de oorspron-
kelijke positie aan.
1. Schroef
2. Luchtfilterelement
1
2
1. Luchtfilterelement
1
1. Aftapslang luchtfilter
1
UBEHDBD0.book Page 17 Friday, October 15, 2021 4:47 PM