TOYOTA HILUX 2016 Instructieboekje (in Dutch)

Page 211 of 660

2114-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
■Als u wegrijdt op een helling omhoog
De Hill Start Assist Control wordt geactiveerd. ( Blz. 351)
■ Rijden in de regen
●Rijd voorzichtig als het regent, omdat het zicht dan minder is, de ruiten
beslagen kunnen zijn en de weg glad kan zijn.
● Rijd extra voorzichtig wanneer het begint te regenen, de weg kan dan
immers bijzonder glad zijn.
● Matig uw snelheid bij het rijden in de regen, tussen band en wegdek kan er
zich dan immers een waterfilm vormen die het sturen en remmen kan
bemoeilijken.
■ Motortoerental tijdens het rijden (automatische transmissie)
In de volgende gevallen kan het motortoerental tijdens het rijden te hoog
oplopen. Dit is het gevolg van automatisch op- of terugschakelen, al naar
gelang de rijomstandigheden. Het duidt niet op plotseling accelereren.
●Het systeem signaleert dat de auto een helling op of af rijdt
● Als het gaspedaal wordt losgelaten
■ Beperken van het motorvermogen (Brake Override-systeem)
●Wanneer het gaspedaal en rempedaal gelijktijdig worden ingetrapt, wordt
het motorvermogen mogelijk beperkt.
● Auto's zonder multi-informatiedisplay: Een waarschuwingslampje brandt ter-
wijl het systeem in werking is. (Blz. 556)
● Auto's met multi-informatiedisplay: Er wordt een waarschuwingsmelding
weergegeven op het multi-informatiedisplay terwijl het systeem in werking
is.
■ Inrijden van uw nieuwe Toyota
Voor een maximale levensduur van de auto adviseren wij rekening te houden
met onderstaande aanwijzingen:
●De eerste 300 km:
Voorkom plotseling sterk afremmen.
● De eerste 800 km (modellen met bestemming W
* in de modelcode):
Trek geen aanhangwagen. ( Blz. 223)
*: Zie “Vaststellen van de uitvoering van uw auto” als u niet zeker weet welke
uitvoering uw auto is. ( Blz. 11)
● De eerste 1.000 km:
• Rijd niet met extreem hoge snelheden.
• Vermijd plotseling sterk accelereren.
• Rijd niet langdurig in een lage versnelling.
• Rijd niet langdurig met een constante snelheid.
• Rijd niet langzaam met een handgeschakelde transmissie in een hoge
versnelling.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 211 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 212 of 660

2124-1. Voordat u gaat rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)■
Stationair draaien vóór uitzette n van de motor (alleen dieselmotor)
Laat de motor stationair draaien na rijden met hoge snelheden of oprijden
van een helling om schade aan de turbo te voorkomen.
■ Rijden in het buitenland
Zorg ervoor dat uw auto voldoet aan de in het desbetreffende land geldende
wettelijke voorschriften en controleer of de juiste brandstof verkrijgbaar is.
(Blz. 611)
■ Milieubewust rijden
Blz. 126

Na het rijden op modderige wegen in slechte staat (EUR VI-uitvoeringen*)
Controleer de koelribben van de ureuminjector en verwijder alle verontreini-
gingen, zoals bladeren of modder. Als een van bovenstaande onderdelen
extreem vuil is of als u niet zeker bent van de staat ervan, laat dan uw auto
nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
*: EURO VI is een emissienorm. Als niet du idelijk is of uw auto aan de relevante
normen voldoet, neem dan contact op met een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
RijomstandighedenStationair draaien
Normaal stadsgebruikNiet nodig
Rijden met hoge
snelheid
Constante snelheid van
ongeveer 80 km/hOngeveer
20 seconden
Constante snelheid van
ongeveer 100 km/hOngeveer 1 minuut
Oprijden van een helling of langdurig rijden met
een snelheid van 100 km/h of hoger (rijden op een
circuit enz.)Ongeveer
2 minuten
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 212 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 213 of 660

2134-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Bij het starten van de auto
Houd bij auto's met automatische transmissie altijd uw voet op het rempe-
daal als u stilstaat met een draaiende motor. Dit voorkomt kruipen van de
auto.
■ Tijdens het rijden
● Zorg ervoor dat u, voordat u wegrijdt, blindelings het gas- en rempedaal
kunt vinden.
• Als u per ongeluk in plaats van het rempedaal het gaspedaal intrapt, zal
de auto onverwacht accelereren, wat een ongeval tot gevolg kan heb-
ben.
• Bij het achteruitrijden draait u we llicht uw lichaam, waardoor het bedie-
nen van de pedalen moeilijk wordt. Zorg dat u de pedalen altijd goed
kunt bedienen.
• Zorg dat u altijd in de juiste houding achter het stuur zit, ook als de auto maar kort hoeft te rijden. Zo kunt u rem- en gaspedaal goed bedienen.
• Trap het rempedaal met uw rechtervoet in. Wanneer u het rempedaal met uw linkervoet intrapt, kan in een noodgeval uw reactie vertraagd
worden, waardoor een ongeval kan ontstaan.
● Rijd niet met de auto over licht ontvlambare materialen en parkeer de auto
ook niet in de buurt van dergelijke materialen.
Het uitlaatsysteem en de uitlaatgassen kunnen zeer heet worden. Deze
hete onderdelen kunnen brand veroorzaken als er licht ontvlambaar mate-
riaal aanwezig is.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 213 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 214 of 660

2144-1. Voordat u gaat rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Tijdens het rijden
● Zet de motor niet uit tijdens het rijden. Door de motor tijdens het rijden uit
te zetten, verliest u niet de controle over het stuurwiel of de remmen, maar
werkt de bekrachtiging van deze systemen niet meer. Hierdoor zullen het
remmen en sturen veel zwaarder gaan dan normaal. Zet in dat geval de
auto aan de kant zodra dit veilig kan.
In geval van nood echter, bijvoorbeeld als de auto onmogelijk op de nor-
male manier tot stilstand kan worden gebracht: Blz. 543
● Rem bij het afdalen van een steile helling af op de motor (terugschakelen)
om een veilige snelheid aan te kunnen houden.
Het continu gebruiken van de remmen kan leiden tot oververhitting en een
verminderde remwerking. ( Blz. 245)
● Verstel het stuurwiel, de stoel en de binnen- en buitenspiegels niet tijdens
het rijden.
Als u dat wel doet, kunt u de macht over het stuur verliezen.
● Controleer altijd of alle passagiers hun armen, hoofd en andere lichaams-
delen binnen de auto houden.
● Rijd bij auto's met handgeschakelde transmissie nooit gedurende langere
tijd met een half ingetrapt koppelingspedaal. Anders kan de koppeling
overmatig slijten, maar ook beschadigd raken of zelfs een ernstig ongeval
zoals een brand veroorzaken.
■ Tijdens het rijden op een glad wegdek
● Door plotseling remmen, accelereren en sturen kunnen de banden hun
grip verliezen, met controleverlies tot gevolg.
● Door plotseling accelereren, afremmen op de motor als gevolg van scha-
kelen, of wijzigingen in het motortoerental kan de auto in een slip raken.
● Trap, nadat u door een plas bent gereden, het rempedaal lichtjes in om
ervoor te zorgen dat de remmen goed werken. Door natte remblokken kan
de remwerking afnemen. Remmen die aan één kant van de auto nat zijn
en niet goed werken, kunnen de besturing bemoeilijken.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 214 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 215 of 660

2154-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Bedienen van de selectiehendel
● Laat bij auto's met automatische transmissie de auto niet achteruit rollen
als de vooruitversnelling is ingeschakeld of vooruit rollen terwijl de selec-
tiehendel in stand R staat.
Als dat wel gebeurt, kan de motor afslaan of kan de rem- en stuurwerking
verslechteren, waardoor een ongeval of schade aan de auto kan ontstaan.
● Zet de selectiehendel van auto's met automatische transmissie tijdens het
rijden niet in stand P.
Als u dat wel doet, kan er schade aan de transmissie ontstaan waardoor u
de controle over de auto kunt verliezen.
● Zet de selectiehendel tijdens het vooruitrijden niet in stand R.
Als u dat wel doet, kan er schade aan de transmissie ontstaan waardoor u
de controle over de auto kunt verliezen.
● Zet de selectiehendel tijdens het achteruitrijden niet in een vooruitversnel-
ling.
Als u dat wel doet, kan er schade aan de transmissie ontstaan waardoor u
de controle over de auto kunt verliezen.
● Zet de selectiehendel tijdens het rijden niet in stand N. Als u dat wel doet,
wordt de verbinding tussen de motor en de transmissie verbroken. Als de
transmissie in stand N staat, is afremmen op de motor niet mogelijk.
● Zet bij auto's met automatische transmissie de selectiehendel niet in een
andere stand als het gaspedaal ingetrapt is. Als de selectiehendel in een
andere stand dan P of N wordt gezet, kan de auto onverwacht snel accele-
reren, waardoor een aanrijding kan ontstaan.

Als u een piepend of krassend geluid hoort (remblokslijtage-indicatoren)
Laat de remblokken zo snel mogelijk nakijken en indien nodig vervangen
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De remschijven kunnen beschadigd raken als de remblokken niet op tijd
worden vervangen.
Het rijden met een auto waarvan de remblokken en/of de remschijven de
slijtagelimiet overschreden hebben, is gevaarlijk.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 215 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 216 of 660

2164-1. Voordat u gaat rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Bij stilstaande auto
● Laat de motor niet met te veel toeren draaien.
Als de transmissie in een andere stand dan P (alleen auto's met een auto-
matische transmissie) of N staat, kan de auto plotseling en onverwacht
accelereren, waardoor er een ongeval kan ontstaan.
● Voorkom bij auto's met automatische transmissie het ontstaan van onge-
lukken door het wegrollen van de auto en houd het rempedaal altijd inge-
trapt als de motor draait en activeer indien nodig de parkeerrem.
● Voorkom voor- of achteruitrollen van de auto bij stoppen op een helling,
waardoor een ongeval kan ontstaan: trap altijd het rempedaal in en acti-
veer de parkeerrem indien nodig.
● Voorkom dat de motor met een te hoog toerental draait.
Als de motor met een hoog toerental draait terwijl de auto stilstaat, kan het
uitlaatsysteem oververhit raken, hetgeen brand kan veroorzaken als er
brandbaar materiaal aanwezig is.
■ Als de auto geparkeerd is
● Laat geen brillen, aanstekers, spuitbussen of blikken frisdrank in de auto
liggen als deze in de zon geparkeerd staat.
Dit kan resulteren in het volgende:
• Een aansteker of spuitbus kan gas gaan lekken, waardoor brand kan
ontstaan.
• De temperatuur in de auto kan zo hoog oplopen dat kunststof brillengla- zen en kunststof monturen kunnen vervormen of barsten.
• Blikjes frisdrank kunnen open barsten, waardoor de inhoud in het interi- eur terechtkomt. Bovendien kan de vloeistof kortsluiting in de elektri-
sche componenten van de auto veroorzaken.
● Laat geen aanstekers achter in de auto. Als een aansteker in het dash-
boardkastje of op de vloer ligt, kan deze per ongeluk gaan branden als er
bagage wordt geplaatst of een stoel wordt afgesteld en brand veroorza-
ken.
● Plak geen parkeerschijven op de voorruit of andere ruiten. Plaats geen
reservoirs zoals luchtverfrissers op het instrumentenpaneel of dashboard.
Deze parkeerschijven of reservoirs kunnen als een lens werken en brand
veroorzaken in de auto.
● Laat geen portier of ruit open als het gebogen glas van naastliggende
gebouwen voorzien is van een gemetalliseerde film, bijvoorbeeld een zil-
verkleurige folie. Weerkaatst zonlicht kan van het glas een lens maken en
brand veroorzaken.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 216 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 217 of 660

2174-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Als de auto geparkeerd is
● Activeer altijd de parkeerrem, zet de selectiehendel in stand P (alleen
auto's met een automatische transmissie), zet de motor uit en vergrendel
de auto.
Laat de auto niet onbeheerd achter met draaiende motor.
● Raak de uitlaatpijp niet aan als de motor draait en ook niet net na het uit-
zetten van de motor.
Anders kunt u brandwonden oplopen.
■ Als u even gaat slapen in de auto
Zet de motor altijd uit. Anders zou u per ongeluk de selectiehendel kunnen
verplaatsen of het gaspedaal in kunn en trappen, waardoor een ongeval zou
kunnen ontstaan of de motor oververhit zou kunnen raken en brand kan ont-
staan. Verder kunnen uitlaatgassen in een slecht geventileerde omgeving in
de auto terechtkomen, hetgeen zeer schadelijk is voor de gezondheid.
■ Bij het remmen
● Rijd voorzichtiger wanneer de remmen nat zijn.
De remweg neemt toe als de remmen nat zijn en bovendien kan vocht
ertoe leiden dat de ene kant van de auto sterker afgeremd wordt dan de
andere kant. Ook de werking van de parkeerrem kan door vocht in nega-
tieve zin beïnvloed worden.

Rijd niet te dicht achter een andere auto als de rembekrachtiging niet werkt
en vermijd afdalingen en scherpe bochten die krachtig afremmen noodzake-
lijk maken. In dit geval kan de auto nog wel worden afgeremd, maar moet er
een grotere kracht op het rempedaal worden uitgeoefend dan normaal. De
remweg zal ook langer zijn. Laat uw remmen onmiddellijk repareren.
● Rem niet “pompend” als de motor afgeslagen is.
Elke keer dat het rempedaal wordt ingetrapt, wordt er weer een gedeelte
van de reserveremdruk verbruikt.
● Het remsysteem bestaat uit twee afzonderlijke hydraulische systemen: als
een van de beide systemen uitvalt, werkt het andere systeem nog wel. In
dat geval moet het rempedaal krachtiger worden ingetrapt dan gewoonlijk
en neemt ook de remweg toe.
Laat uw remmen onmiddellijk repareren.
■ Als de auto vast komt te zitten (4WD-uitvoeringen)
Laat de wielen niet overmatig doorsli ppen als een van de wielen los van de
grond komt of als de auto vastzit in bijvoorbeeld zand of modder. Anders kun-
nen de onderdelen van het aandrijfsysteem beschadigd raken en kan de auto
plotseling naar voren of achteren schieten en een ongeval veroorzaken.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 217 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 218 of 660

2184-1. Voordat u gaat rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
OPMERKING
■Tijdens het rijden
● Trap tijdens het rijden niet tegelijkertijd het gaspedaal en het rempedaal in,
anders neemt het motorvermogen mogelijk af.
● Gebruik bij auto's met automatische transmissie niet het gaspedaal of het
gaspedaal en het rempedaal samen om de auto op een helling op zijn
plaats te houden.
● Schakel bij auto's met handgeschakelde transmissie niet als het koppe-
lingspedaal niet geheel is ingetrapt. Laat na het schakelen het koppe-
lingspedaal geleidelijk opkomen. Anders kunnen de koppeling, de
transmissie en de versnellingen beschadigd raken.
● Let bij auto's met handgeschakelde transmissie op het volgende om te
voorkomen dat de koppeling beschadigd raakt.
• Laat uw voet tijdens het rijden niet op het koppelingspedaal rusten.
Dit kan problemen met de koppeling veroorzaken.
• Gebruik voor het wegrijden alleen de 1e versnelling. Anders kan de koppeling beschadigd raken.
• Gebruik de koppeling niet om de auto op een helling stil te laten staan. Anders kan de koppeling beschadigd raken.
● Zet bij auto's met handgeschakelde transmissie de selectiehendel niet in
stand R terwijl de auto nog rijdt. Anders kunnen de koppeling, de transmis-
sie en de versnellingen beschadigd raken.
● Als bij auto's met handgeschakelde transmissie de auto niet versnelt ter-
wijl het koppelingspedaal is losgelaten en het gaspedaal wordt ingetrapt,
slipt de koppeling mogelijk en kan de auto als niet-rijdbaar worden
beschouwd. Laat de auto zo snel mogelijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 218 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 219 of 660

2194-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
OPMERKING
■Bij het parkeren
Zet bij auto's met automatische transmissie de selectiehendel bij het parke-
ren altijd in stand P. Als dat niet gebeurt, kan de auto plotseling in beweging
komen als het gaspedaal per ongeluk wordt ingetrapt.
■ Vermijd schade aan onderdelen van de auto
● Draai het stuurwiel niet gedurende langere tijd in een van beide richtingen
tegen de aanslag aan.
Hierdoor kan schade aan de stuurbekrachtigingspomp ontstaan.
● Rijd zo langzaam mogelijk over oneffenheden in de weg om schade aan
de wielen, de onderzijde van de auto, enz. te vermijden.
● Dieselmotor: Laat de motor direct na het rijden met hoge snelheden of het
oprijden van een helling stationair draaien. Zet de motor pas af als de
turbo is afgekoeld.
Anders kan de turbo beschadigd raken.
■ Als u tijdens het rijden een lekke band krijgt
Een lekke of beschadigde band kan leiden tot de onderstaande situaties.
Houd het stuurwiel stevig vast en trap het rempedaal geleidelijk in om de
auto tot stilstand te brengen.
● Het kan moeilijk zijn om de auto onder controle te houden.
● De auto kan abnormale geluiden maken of trillen.
● De auto kan abnormaal gaan overhellen.
Informatie over wat u moet doen in het geval van een lekke band.
( Blz. 568)
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 219 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page 220 of 660

2204-1. Voordat u gaat rijden
HILUX_OM_OM0K269E_(EE)
OPMERKING
■Overstroomde wegen
Rijd niet op wegen die na zware regenval e.d. zijn overstroomd. Indien u dat
toch doet, kan de auto hierdoor ernstig beschadigd raken:
● Motor slaat af
● Kortsluiting in elektrische componenten
● Motorschade door onderdompeling in water
Na het rijden op een overstroomde weg moet het volgende worden nageke-
ken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige:
● Remwerking
● Peil en kwaliteit van motorolie, transmissievloeistof, tussenbak (4WD-uit-
voeringen), differentieel, enz.
● Smering van cardanas, lagers en kogelgewrichten van de wielophanging
(indien mogelijk) en de werking van alle koppelingen, lagers, enz.
■ Terreinrijden (auto's met wieldoppen type A [ Blz. 575])
Verwijder de wieldoppen als wordt gereden op modderige wegen of rots-
achtig terrein of zand of bij het doorwaden van rivieren. Als wordt gereden
met geplaatste wieldoppen, kunnen de wieldoppen beschadigd raken of er
zelfs af vallen.
Verwijder na terreinrijden zonder wieldoppen vuil en vreemde voorwerpen
van het wiel alvorens de wieldoppen weer te plaatsen.
HILUX_OM_OM0K269E_(EE).book Page 220 Monday, March 7, 2016 2:16 PM

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 660 next >