TOYOTA RAV4 2023 Instructieboekje (in Dutch)
Page 421 of 646
OPMERKING
Vóór het starten
Controleer de grond onder de auto.
Als er brandstoflekkage waarneembaar
is, is het waarschijnlijk dat het
brandstofsysteem beschadigd is en
reparatie behoeft. Start de motor niet
opnieuw.
7.2.4 Als een waarschuwingslampje gaat branden of een
waarschuwingszoemer klinkt
Voer op rustige wijze onderstaande handelingen uit als een van de waarschuwingslampjes
gaat branden of knipperen. Als een van de lampjes gaat branden of knipperen en daarna
weer uitgaat, is er niet noodzakelijkerwijs een defect in het systeem aanwezig. Als deze
situatie echter blijft voortduren, laat dan uw auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Acties behorende bij de waarschuwingslampjes of -zoemers
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) remsysteem
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Rood)Geeft het volgende aan:
■Het remvloeistofniveau is te laag; of
■Er zit een storing in het remsysteem
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand
en neem contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Doorrijden met
de auto kan gevaarlijk zijn.
Waarschuwingslampje remsysteem
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Geel)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het parkeerremsys-
teem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Laadstroomcontrolelampje
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het laadsysteem van
de auto
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand
en neem contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
419
7
Bij problemen
Page 422 of 646
Waarschuwingslampje hoge koelvloeistoftemperatuur*(waarschuwingszoemer)
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat de motor oververhit raakt
Breng de auto zo snel mogelijk op een veilige plaats tot stil-
stand. Oplossing (→blz. 458)
*Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay en er wordt een melding weergegeven.
Waarschuwingslampje lage oliedruk
*(waarschuwingszoemer)
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat de motoroliedruk te laag is
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand
en neem contact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
*Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay en er wordt een melding weergegeven.
Motorcontrolelampje
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
■Het elektronische motorregelsysteem;
■De elektronische smoorklepregeling;
■Het emissieregelsysteem (indien aanwezig); of
■Het elektronische regelsysteem Multidrive CVT;
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje SRS
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
■Het SRS-airbagsysteem; of
■Het gordelspannersysteem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje ABS
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
■Het ABS; of
■Het Brake Assist-systeem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
420
Page 423 of 646
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) elektrische stuurbekrachtiging
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Rood)
(Geel)Geeft aan dat er een storing is in de elektrische stuurbekrachti-
ging (EPS)
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Controlelampje iMT*
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Geel)
(indien aanwezig)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de iMT
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
*Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay.
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) PCS
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert of brandt)
(indien aanwezig)Wanneer er gelijktijdig een zoemer klinkt: Geeft aan dat er een
storing aanwezig is in het PCS (Pre-Crash Safety-systeem).
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Wanneer er geen zoemer klinkt: Het PCS (Pre-Crash Safety-
systeem) is tijdelijk niet beschikbaar, corrigerende maatregelen
kunnen noodzakelijk zijn.
Volg de instructies die worden weergegeven op het multi-
informatiedisplay. (→Blz. 224, blz. 429)
Als het PCS (Pre-Crash Safety-systeem) of de VSC (Vehicle Sta-
bility Control-systeem) wordt uitgeschakeld, gaat het waar-
schuwingslampje PCS branden.
Blz. 237
Controlelampje (waarschuwingszoemer) LTA
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Oranje) (indien aanwezig)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de LTA (Lane Tracing
Assist)
Volg de instructies die worden weergegeven op het multi-
informatiedisplay. (→Blz. 247)
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
421
7
Bij problemen
Page 424 of 646
Controlelampje uitgeschakeld Stop & Start-systeem
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert)
(indien aanwezig)Geeft aan dat er een storing aanwezig is het Stop & Start-
systeem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Controlelampje (waarschuwingszoemer) Toyota Parking Assist-sensor OFF
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert)
(indien aanwezig)Wanneer er een zoemer klinkt: Geeft aan dat er een storing aan-
wezig is in de Toyota Parking Assist-sensor
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Wanneer er geen zoemer klinkt: Dit geeft aan dat het systeem
tijdelijk niet beschikbaar is, doordat een sensor mogelijk vuil is
of is bedekt met bijvoorbeeld ijs.
Volg de instructies die worden weergegeven op het multi-
informatiedisplay. (→Blz. 283, blz. 427)
Controlelampje (waarschuwingszoemer) PKSB OFF
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert) (indien aanwe-
zig)Wanneer er een zoemer klinkt: Geeft aan dat er een storing aan-
wezig is in het PKSB-systeem (Parking Support Brake)
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Wanneer er geen zoemer klinkt: Dit geeft aan dat het systeem
tijdelijk niet beschikbaar is, doordat een sensor mogelijk vuil is
of is bedekt met bijvoorbeeld ijs.
Volg de instructies die worden weergegeven op het multi-
informatiedisplay. (→Blz. 299, blz. 427)
Controlelampje (waarschuwingszoemer) RCTA OFF
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert)
(indien aanwezig)Wanneer er een zoemer klinkt: Geeft aan dat er een storing aan-
wezig is in de RCTA (Rear Crossing Traffic Alert)
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Wanneer er geen zoemer klinkt: Geeft aan dat de achterbumper
rondom de radarsensor vuil is, enz. (→Blz. 277)
Volg de instructies die worden weergegeven op het multi-
informatiedisplay. (→Blz. 291, blz. 427)
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
422
Page 425 of 646
Controlelampje Traction Control
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
■Multi-terrain Select-remregeling (indien aanwezig);
■De VSC/Trailer Sway Control;
■Het TRC-systeem;
■Het Hill Start Assist Control-systeem of
■De Downhill Assist Control (indien aanwezig)
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje onjuiste bediening pedaal*(waarschuwingszoemer)
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Wanneer er een zoemer klinkt:
■Het Brake Override-systeem is defect
■De wegrijregeling is defect (indien aanwezig)
■De wegrijregeling is in werking (indien aanwezig)
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Wanneer er geen zoemer klinkt: Het Brake Override-systeem is
in werking
Laat het gaspedaal los en trap het rempedaal in.
*Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay en er wordt een melding weergegeven.
Controlelampje (waarschuwingszoemer) Brake Hold-systeem in werking
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het Brake Hold-
systeem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje parkeerrem
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(Knippert)Mogelijk is de parkeerrem niet volledig geactiveerd of gedeacti-
veerd
Bedien nogmaals de parkeerremschakelaar.
Dit lampje gaat branden als de parkeerrem niet gedeactiveerd
is. Als het lampje uitgaat nadat de parkeerrem gedeactiveerd is,
werkt het systeem normaal.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
423
7
Bij problemen
Page 426 of 646
Waarschuwingslampje lage bandenspanning
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(indien aanwezig)Als het lampje gaat branden nadat het gedurende 1 minuut
heeft geknipperd: Storing in het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem
Laat het systeem nakijken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Als het lampje gaat branden: Lage bandenspanning, bijvoor-
beeld door
■Natuurlijke oorzaken
■Lekke band (→blz. 441)
Breng de auto zo snel mogelijk op een veilige plaats tot
stilstand. Oplossing (→blz. 425)
Waarschuwingslampje laag brandstofniveau
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Geeft aan dat de resterende hoeveelheid brandstof ongeveer
8,3 liter of minder is
Vul de brandstoftank.
Controlelampje (waarschuwingszoemer) bestuurders- en voorpassagiersgordel*
Waarschuwingslampje Details/handelingen
Waarschuwt de bestuurder en/of voorpassagier dat de veilig-
heidsgordel vastgemaakt dient te worden.
Doe de veiligheidsgordel om. Als er iemand op de voorpassa-
giersstoel zit, moet ook de veiligheidsgordel voor de voor-
passagier worden vastgemaakt, zodat het waarschuwings-
lampje (de waarschuwingszoemer) uitgaat.
*Waarschuwingszoemer veiligheidsgordel bestuurder en voorpassagier: De
waarschuwingszoemer voor de veiligheidsgordel herinnert de bestuurder en de
voorpassagier eraan de veiligheidsgordel om te doen. Als de veiligheidsgordel wordt
losgemaakt klinkt de zoemer gedurende een bepaalde tijd met tussenpozen wanneer de
auto een bepaalde snelheid heeft bereikt.
Controlelampjes veiligheidsgordel achterpassagiers
*1(waarschuwingszoemer)*2, 3
Waarschuwingslampje Details/handelingen
(indien aanwezig)Waarschuwt de achterpassagiers om de veiligheidsgordel om te
doen
Doe de veiligheidsgordel om.
*1Deze lampjes branden op het multi-informatiedisplay.
*2Waarschuwingszoemer veiligheidsgordel achterpassagiers (behalve auto's met
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
424
Page 427 of 646
modelcode*4met een “W” of “X” als laatste letter): De waarschuwingszoemer voor de
veiligheidsgordel herinnert de achterpassagiers eraan de veiligheidsgordel om te doen.
Als de veiligheidsgordel wordt losgemaakt klinkt de zoemer gedurende een bepaalde tijd
met tussenpozen wanneer de veiligheidsgordel is vastgemaakt en losgemaakt en de auto
een bepaalde snelheid heeft bereikt.
*3Waarschuwingszoemer veiligheidsgordel achterpassagiers (auto's met modelcode*4
met een “W” of “X” als laatste letter): De waarschuwingszoemer voor de veiligheidsgordel
herinnert de achterpassagiers eraan de veiligheidsgordel om te doen. Als de
veiligheidsgordel wordt losgemaakt klinkt de zoemer gedurende een bepaalde tijd met
tussenpozen wanneer de auto een bepaalde snelheid heeft bereikt.
*4De modelcode staat vermeld op het typeplaatje. (→Blz. 464)
Waarschuwingszoemer
De zoemer is in sommige gevallen niet
hoorbaar, zoals in een luidruchtige
omgeving of wanneer het volume van de
audio hoog staat.
Detectiesensor voorpassagier,
controlelampje veiligheidsgordel en
waarschuwingszoemer
• Als er bagage wordt geplaatst op de
passagiersstoel kan de detectiesensor
het controlelampje laten knipperen en
de waarschuwingszoemer laten
klinken, ook al zit er niemand op de
passagiersstoel.
• Als er op de stoel een kussen wordt
geplaatst, werkt de sensor wellicht
niet goed, waardoor ook het
waarschuwingslampje niet goed
werkt.
Als het motorcontrolelampje tijdens
het rijden gaat branden
Het motorcontrolelampje gaat branden
als de brandstoftank volledig leeg raakt.
Vul de brandstoftank onmiddellijk als
deze leeg is. Het motorcontrolelampje
gaat na enkele ritten weer uit.
Neem zo snel mogelijk contact op met
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige als het motorcontrolelampje
niet uitgaat.Waarschuwingslampje
(waarschuwingszoemer) elektrische
stuurbekrachtiging
Als de laadtoestand van de accu laag
wordt of de spanning tijdelijk daalt, kan
het waarschuwingslampje van de
elektrische stuurbekrachtiging gaan
branden en kan er een
waarschuwingszoemer klinken.
Als het waarschuwingslampje lage
bandenspanning gaat branden (auto's
met
bandenspanningswaarschuwingssysteem)
Controleer het uiterlijk van de banden
om na te gaan of er een band lek is.
Als een band lek is:→blz. 430, blz. 441
Als geen van de banden lek is:
Zet het contact UIT en vervolgens AAN.
Controleer of het waarschuwingslampje
lage bandenspanning gaat branden of
knipperen.
Als het waarschuwingslampje lage
bandenspanning gedurende ongeveer
1 minuut knippert en vervolgens blijft
branden
Er kan een storing aanwezig zijn in het
bandenspanningswaarschuwingssysteem.
Laat de auto onmiddellijk nakijken door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
425
7
Bij problemen
Page 428 of 646
Als het waarschuwingslampje lage
bandenspanning gaat branden
1. Controleer de bandenspanning voor
iedere band nadat de banden
voldoende zijn afgekoeld en breng de
banden op de voorgeschreven
spanning.
2. Als het waarschuwingslampje zelfs na
enkele minuten niet uitgaat,
controleer dan of de bandenspanning
voor iedere band in orde is en voer de
initialisatie uit. (→Blz. 389)
Het waarschuwingslampje lage
bandenspanning gaat mogelijk branden
door een natuurlijke oorzaak (auto's
met bandenspanningswa-
arschuwingssysteem)
Het waarschuwingslampje lage
bandenspanning gaat mogelijk branden
door een natuurlijke oorzaak, zoals het
onvermijdelijke spanningsverlies dat op
den duur optreedt of een veranderde
bandenspanning die veroorzaakt wordt
door temperatuurveranderingen. In dat
geval zal het waarschuwingslampje na
een paar minuten uitgaan als de banden
weer op de juiste spanning gebracht zijn.
Als een wiel wordt vervangen door een
compact reservewiel (auto's met
compact reservewiel en
bandenspanningswa-
arschuwingssysteem)
Het compacte reservewiel is niet voorzien
van een bandenspanningssensor en
-zender. Bij een lekke band zal het
waarschuwingslampje lage
bandenspanning niet uitgaan, ook al is
het wiel met de lekke band vervangen
door het reservewiel. Vervang het
reservewiel door het standaardwiel en
breng de band op de juiste spanning. Het
waarschuwingslampje lage
bandenspanning zal na een paar minuten
uitgaan.Omstandigheden waaronder het
bandenspanningswa-
arschuwingssysteem mogelijk niet juist
werkt
→Blz. 387
WAARSCHUWING!
Als er een waarschuwingslampje gaat
branden of een
waarschuwingszoemer klinkt
wanneer een waarschuwingsmelding
wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay
*
Controleer de melding die wordt
weergegeven op het multi-
informatiedisplay en volg deze op.
Het niet in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan dodelijk of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
*Het waarschuwingslampje gaat rood
of geel branden en de
waarschuwingszoemer piept één keer
of klinkt continu.
Als het waarschuwingslampje
elektrische stuurbekrachtiging gaat
branden
Als het lampje geel gaat branden, wordt
de stuurbekrachtiging beperkt. Als het
lampje rood gaat branden, werkt de
stuurbekrachtiging niet meer en gaat
het draaien van het stuurwiel zeer
zwaar. Als het stuurwiel zwaarder werkt
dan gebruikelijk, houd het dan stevig
vast en oefen meer kracht uit.
Als het waarschuwingslampje lage
bandenspanning gaat branden (auto's
met bandenspanningswa-
arschuwingssysteem)
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Als u dat
niet doet, kunt u de macht over het
stuur verliezen. Dit kan leiden tot een
ongeval met dodelijk of ernstig letsel
tot gevolg.
• Zet de auto zo snel mogelijk stil op
een veilige plaats. Breng de banden
meteen op spanning.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
426
Page 429 of 646
WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Als, nadat de banden op spanning
zijn gebracht, het
waarschuwingslampje lage
bandenspanning opnieuw gaat
branden, kan dit erop duiden dat er
een band lek is. Controleer de
banden. Vervang het wiel met de
lekke band door het reservewiel en
laat de band repareren door de
dichtstbijzijnde erkende
Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
• Vermijd plotselinge
stuurbewegingen en hard remmen.
De banden kunnen beschadigd
raken, waardoor u de controle over
het stuurwiel of de remmen kunt
verliezen.
Als u een klapband krijgt of als er
plotseling een lek ontstaat (auto's
met bandenspanningswa-
arschuwingssysteem)
Het kan zijn dat het
bandenspanningswa-
arschuwingssysteem niet meteen in
werking treedt.
OPMERKING
Ervoor zorgen dat het
bandenspanningswa-
arschuwingssysteem goed werkt
(auto's met bandenspanningswa-
arschuwingssysteem)
Monteer geen banden met verschillende
specificaties of van verschillende
merken, anders werkt het
bandenspanningswa-
arschuwingssysteem mogelijk niet goed.
7.2.5 Als er een
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven
Het multi-informatiedisplay waarschuwt
bij systeemstoringen en onjuist
uitgevoerde handelingen, of geeft
meldingen over noodzakelijk onderhoud
weer. Voer de juiste herstelprocedure uit
wanneer er een melding verschijnt.
Als een waarschuwingsmelding weer
wordt weergegeven na het uitvoeren van
de volgende handelingen, neem dan
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingsmeldingen
De hieronder uitgelegde
waarschuwingsmeldingen verschillen
mogelijk van de werkelijke meldingen
overeenkomstig de bedrijfscondities en
voertuigspecificaties.
Als er een melding over een bediening
wordt weergegeven
• Als er een melding over de bediening
van het gaspedaal of rempedaal wordt
weergegeven
– Er wordt mogelijk een
waarschuwingsmelding over de
bediening van het rempedaal
weergegeven terwijl de
ondersteunende systemen zoals het
PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
(indien aanwezig) of het Dynamic
Radar Cruise Control-systeem met
volledig snelheidsbereik (indien
aanwezig) in werking zijn. Als een
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
427
7
Bij problemen
Page 430 of 646
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven, decelereer de auto
dan of volg de instructie op het
multi-informatiedisplay.
– Er wordt een
waarschuwingsmelding
weergegeven wanneer het Brake
Override-systeem in werking is.
(→Blz. 171)
– Er wordt een
waarschuwingsmelding
weergegeven wanneer de
wegrijregeling (indien aanwezig) of
de Parking Support Brake-functie
(indien aanwezig) (→blz. 176,
blz. 296) in werking is. Volg de
instructies op het
multi-informatiedisplay.
• Als er een melding over de bediening
van de startknop wordt weergegeven
(indien aanwezig)
Er wordt een instructie voor de
bediening van de startknop
weergegeven wanneer een onjuiste
procedure voor het starten van het
motor wordt uitgevoerd of wanneer
de startknop onjuist wordt bediend.
Volg de op het multi-
informatiedisplay weergegeven
instructies om de startknop nogmaals
te bedienen.
• Als er een melding over de bediening
van de selectiehendel wordt
weergegeven (indien aanwezig)
Om te voorkomen dat de
selectiehendel in de verkeerde stand
wordt gezet of dat de auto
onverwachts in beweging komt, kan
op het multi-informatiedisplay een
melding worden weergegeven die u
verzoekt om de selectiehendel in een
andere stand te zetten. Volg in dat
geval de instructie van de melding en
zet de selectiehendel in de
aangegeven stand.
• Als er een melding of afbeelding met
betrekking tot een geopend/gesloten
onderdeel of het bijvullen van een
vloeistof wordt weergegevenControleer het onderdeel dat op het
multi-informatiedisplay wordt
weergegeven of dat door het
waarschuwingslampje wordt
aangegeven en los het probleem op,
bijvoorbeeld door het geopende
portier te sluiten of de vloeistof bij te
vullen.
Als er een melding wordt weergegeven
dat u naar een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige moet gaan
Het systeem of onderdeel dat op het
multi-informatiedisplay wordt
weergegeven, is defect. Laat de auto
onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Als er een melding wordt weergegeven
dat de handleiding moet worden
geraadpleegd
• Als de onderstaande berichten
worden weergegeven, volg dan de
desbetreffende instructies.
– “Engine Coolant Temp High” (hoge
koelvloeistoftemperatuur)
(→blz. 458)
– “Exhaust Filter Full”
(uitlaatgasfiltersysteem vol)
(→blz. 319)
• Als de onderstaande meldingen
worden weergegeven, is er mogelijk
sprake van een storing. Laat
onmiddellijk de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
– “Charging System Malfunction”
(storing laadsysteem)
– “Smart Entry & Start System
Malfunction” (storing Smart
entry-systeem met startknop)
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
428