CITROEN C3 PICASSO 2012 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2012, Model line: C3 PICASSO, Model: CITROEN C3 PICASSO 2012Pages: 245, PDF Size: 8.34 MB
Page 91 of 245

6
VOORZIENINGEN
Voorzieningen voor de
bagageruimte
1.
Bagagenet op de zijbekleding rechts
in de koffer
2.
Open zijbergvakken
3.
Zaklamp
4.
Vloerplaat
5.
Tassenhaken
6.
Sjorogen
7.
Opbergruimte onder de vloerbedek-
king
8.
Bagageafdekking
Page 92 of 245

6
90
VOORZIENINGEN
Verplaatsbare laadvloer
De vloer van de bagageruimte kunt u in
twee standen zetten om:
- het laadvolume maximaal te vergro-
ten,
- de bagageruimte in te delen (opber-
gen van de hoedenplank...),
- een vlakke laadvloer te verkrijgen
van de opening van de achterklep
tot aan de voorstoelen, nadat u de
achterbank hebt weggeklapt en
maximaal naar achteren hebt ge-
plaatst.
De verplaatsbare laadvloer in de
lage stand zetten
)
Trek de laadvloer via de lus om-
hoog.
)
Verplaats de laadvloer via de gelei-
dingen aan de zijkant naar achteren
en vervolgens naar beneden.
De verplaatsbare laadvloer in de
hoge stand zetten
)
Licht de verplaatstbare laadvloer via
de lus op.
)
Verplaats de laadvloer naar achte-
ren en vervolgens naar boven, tot
deze in de hoogste stand staat.
Als de laadvloer in de hoge stand is ge-
zet, kunnen de hoedenplank en kwets-
bare voorwerpen worden opgeborgen.
De verplaatsbare laadvloer is voorzien
van vier sjorogen die u kunt gebruiken
om uw bagage met behulp van het als
accessoire leverbare bagagenet vast te
zetten.
Maak altijd de bagageruimte leeg
voordat u de verplaatsbare laad-
vloer in een andere stand zet.
Page 93 of 245

6
91
VOORZIENINGEN
Haken Hoedenplank
De hoedenplank bestaat uit drie delen.
Het voorste deel is fl exibel en het mid-
den- en achterdeel is hard.
Het achterste deel is met twee koorden
aan de achterklep bevestigd.
Verwijderen vanuit de bagageruimte:
)
haak de beide koorden los,
)
licht de hoedenplank iets op om
deze uit de steunen te lichten,
)
verwijder de hoedenplank.
Berg de hoedenplank vervolgens op in
de kofferruimte onder de verwijderbare
vloerplaat, nadat u deze eerst in de
hoogste stand hebt gezet. Hieraan kunt u een boodschappentas
ophangen.
Page 94 of 245

7
92
VEILIG VERVOEREN VAN KINDEREN
CITROËN
beveelt u aan
kin-
deren op de achterbank
te ver-
voeren en de achterbank daarbij
zo ver mogelijk naar achteren te
zetten:
- met de rug in de rijrichting
tot 2 jaar,
- met het gezicht in de rij-
richting
vanaf 2 jaar.
MET BETREKKING TOTKINDERZITJES
"Met het gezicht in de rijrichting"
Wanneer een kinderzitje voor het vervoe-
ren met het gezicht in de rijrichting op de
passagiersstoel voor
wordt geplaatst,
moet de stoel van de auto in de middelste
stand met de rugleuning rechtop worden
gezet en mag de airbag aan passagiers-
zijde niet worden uitgeschakeld.
"Met de rug in de rijrichting"
Wanneer een kinderzitje voor het ver-
voeren met de rug in de rijrichting op de
passagiersstoel voor
wordt geplaatst,
moet de airbag aan passagierszijde zijn
uitgeschakeld. Anders kan het kind bij
het afgaan van de airbag levensge-
vaarlijk gewond raken
.
*
De regels voor het vervoeren van
kinderen zijn per land verschillend.
Raadpleeg hiervoor de wetgeving in
uw land. Hoewel CITROËN bij het ontwerp van
uw auto veel aandacht heeft besteed
aan veiligheidsvoorzieningen voor uw
kinderen, is hun veiligheid natuurlijk ook
afhankelijk van uzelf.
Volg voor een optimale veiligheid de
volgende adviezen op:
- conform de Europese wetgeving die-
nen kinderen jonger dan 12 jaar of
kleiner dan 1,50 m in gehomolo-
geerde, aan het lichaamsgewicht
aangepaste kinderzitjes
op met
veiligheidsgordels of ISOFIX-beves-
tigingen uitgeruste plaatsen te wor-
den vervoerd * ,
- de veiligste plaats voor het ver-
voeren van een kind is volgens
de statistieken een plaats op de
achterbank van uw auto,
- kinderen tot 9 kg moeten zowel
voor- als achterin met de rug in
de rijrichting worden vervoerd.
KINDERZITJE VOORIN
Middelste stand
Page 95 of 245

7
VEILIG VERVOEREN VAN KINDEREN
Airbag aan passagierszijde OFF
Raadpleeg de voorschriften op de stic-
ker die zich aan beide zijden van de zon-
neklep aan passagierszijde bevindt:
Schakel voor de veiligheid van uw kind de airbag aan passagierszijde altijd
uit als u een kinderzitje met de rug in de rijrichting op de voorstoel plaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan van de airbag levensgevaarlijk gewond
raken.
Page 96 of 245

7
94
VEILIG VERVOEREN VAN KINDEREN
Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kg
Groep 1, 2 en 3 : van 9 tot 36 kg
L1
"RÖMER Baby-Safe
Plus"
Wordt met de rug
in de rijrichting
geplaatst.
L2
"KIDDY Comfort Pro"
Voor het vervoer
van jonge kinderen
(van 9 tot 18 kg)
is het gebruik van
de beschermband
verplicht.
Groep 2 en 3: van 15 tot 36 kg
L3
"RECARO Start"
.
L4
"KLIPPAN Optima"
Vanaf 6 jaar
(ongeveer 22 kg):
gebruik alleen de
zitverhoging.
L5
"RÖMER KIDFIX"
Kan aan de ISOFIX-verankeringen van de
auto worden bevestigd.
Het kind wordt beschermd door de veiligheidsgordel.
DOOR CITROËN AANBEVOLEN KINDERZITJES
CITROËN levert een complete reeks kinderzitjes met artikelnummer die met een
driepuntsveiligheidsgordel
kunnen worden vastgemaakt:
Page 97 of 245

7
95
VEILIG VERVOEREN VAN KINDEREN
BEVESTIGING VAN KINDERZITJES MET AUTOGORDEL
Conform de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkheden weer met betrekking tot het bevestigen, met een veilig-
heidsgordel, van een universeel gehomologeerd kinderzitje, gerangschikt naar gewicht van het kind en de plaats in de auto:
a
: universeel kinderzitje: kinderzitje dat in alle auto's bevestigd kan worden met behulp van de veiligheidsgordel.
b
: groep 0: vanaf de geboorte tot 10 kg. Reiswiegen en autobedjes mogen niet op de passagiersplaats voorin worden ver-
voerd.
c
: raadpleeg de huidige wetgeving in uw land alvorens een kinderzitje op deze plaats te bevestigen.
U
: zitplaats geschikt voor de bevestiging van een universeel gehomologeerd kinderzitje met een veiligheidsgordel, zowel met
de "rug in de rijrichting" als met het "gezicht in de rijrichting".
X:
zitplaats die niet geschikt is voor een kinderzitje voor de aangegeven gewichtscategorie.
CITROËN adviseert de achterbank zo ver mogelijk naar achteren te verplaatsen als u hierop kinderen vervoert.
Gewicht van het kind en leeftijdsindicatie
Plaats
Minder dan 13 kg
(Categorie 0 ( b
)
en 0+)
Tot ongeveer 1 jaar
Van 9 tot 18 kg
(Categorie 1)
Van 1 tot ongeveer
3 jaar
Van 15 tot 25 kg
(Categorie 2)
Van 3 tot ongeveer
6 jaar
Van 22 tot 36 kg
(Categorie 3)
Van 6 tot ongeveer
10 jaar
Passagiersstoel
vóór ( c
)
U
U
U
U
Buitenste zitplaatsen
achter
U
U
U
U
Middelste zitplaats
achter
X
X
X
X
Page 98 of 245

7
VEILIG VERVOEREN VAN KINDEREN
ADVIEZEN VOOR KINDERZITJES
Plaatsen van een stoelverhoger
Het bovenste gedeelte van de veilig-
heidsgordel moet over de schouder
van het kind liggen zonder de hals te
raken.
Controleer of de heupgordel goed
over de bovenbenen van het kind ligt.
CITROËN beveelt aan een stoelver-
hoger met rugleuning te gebruiken
voorzien van een gordelgeleider ter
hoogte van de schouder. Laat uit veiligheidsoverwegingen:
- geen kinderen zonder toezicht
achter in een auto,
- nooit een kind of een dier in een
auto achter wanneer alle ruiten
gesloten zijn en de auto in de zon
staat,
- de sleutels nooit binnen bereik
van de kinderen achter in de
auto.
Gebruik de kindersloten om te voor-
komen dat de portieren en de portier-
ruiten achter per ongeluk geopend
worden.
Zorg er voor dat de portierruiten ach-
ter niet verder dan voor 1/3 deel ge-
opend worden.
Plaats zonneschermen om uw jonge
kinderen tegen de zon te bescher-
men.
De onjuiste bevestiging van een kin-
derzitje brengt de veiligheid van het
kind in gevaar bij een aanrijding.
Zorg ervoor dat de veiligheidsgordels
of het tuigje van het kinderzitje, zelfs
bij korte ritten, worden vastgemaakt
waarbij de speling ten opzichte van
het lichaam van het kind zoveel mo-
gelijk moet worden beperkt.
Zorg er bij het bevestigen van het
kinderzitje met de veiligheidsgordel
voor dat de veiligheidsgordel cor-
rect tegen het kinderzitje is gespan-
nen en dat de gordel het kinderzitje
stevig op zijn plaats houdt. Schuif de
passagiersstoel, wanneer deze ver-
steld kan worden, indien nodig naar
voren.
Zorg er voor een optimale beves-
tiging van het kinderzitje "met het
gezicht in de rijrichting" voor dat de
rugleuning van het zitje tegen de
rugleuning van de stoel van de auto
aandrukt en dat de hoofdsteun geen
belemmering vormt.
Als de hoofdsteun verwijderd moet
worden, berg deze dan zorgvuldig
op om te voorkomen dat de hoofd-
steun door de auto vliegt bij krachtig
afremmen. Kinderen jonger dan 10 jaar mogen
niet met het gezicht in de rijrichting op
de passagiersstoel voor worden ver-
voerd, behalve als de achterzitplaat-
sen al bezet zijn door andere kinderen
of als de achterbank niet bruikbaar,
neergeklapt of verwijderd is.
Schakel de airbag aan passagiers-
zijde uit zodra een kinderzitje met de
rug in de rijrichting op de voorstoel
wordt geplaatst.
Het kind kan anders bij het afgaan
van de airbag levensgevaarlijk ge-
wond raken.
Page 99 of 245

7
97
VEILIG VERVOEREN VAN KINDEREN
ISOFIX-BEVESTIGINGEN
Deze auto is gehomologeerd volgens de
nieuwste voorschriften voor
ISOFIX.
Deze zitplaats is uitgerust met ISOFIX-
bevestigingen. Elke zitplaats is voorzien van drie be-
vestigingsringen:
- twee ringen A
, tussen de rugleuning
en de zitting van de autostoel, aan-
gegeven via een sticker,
- een ring B,
die tegen het dak is aan-
gebracht en TOP TETHER
wordt
genoemd, voor het bevestigen van
het hoge gordelgedeelte.
Page 100 of 245

7
VEILIG VERVOEREN VAN KINDEREN
De ISOFIX-bevestigingen zorgen voor
een betrouwbare, degelijke en snelle
montage van het kinderzitje in uw auto.
De ISOFIX-kinderzitjes
beschikken
over 2 sloten die eenvoudig aan deze
ringen kunnen worden verankerd.
Sommige zitjes hebben een hoog gor-
delgedeelte
dat u aan ring B
bevestigt.
Voor het bevestigen van dit gordelge-
deelte zet u de hoofdsteun van deze zit-
plaats in de hoogste stand en steekt u
de haak tussen de poten van de hoofd-
steun. Bevestig vervolgens de haak
aan ring B
en span het hoge gordelge-
deelte.
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje kan
het kind bij een aanrijding ernstig letsel
oplopen.
Voor informatie over ISOFIX-zitjes die
geschikt zijn voor uw auto, raadpleegt u
de tabel voor het plaatsen van ISOFIX-
zitjes in uw auto.
Plaats voor het bevestigen van ISOFIX
kinderzitjes de achterbank zo ver mo-
gelijk naar achteren.
Dit kinderzitje kan ook worden bevestigd op zitplaatsen die niet zijn voor-
zien van ISOFIX-bevestigingen. Het is in dat geval verplicht het kinderzitje
met de normale driepunts veiligheidsgordel op de zitplaats van de auto te
bevestigen.
Volg bij het plaatsen van het kinderzitje de gebruiksaanwijzing van de
fabrikant van het zitje.
ISOFIX-KINDERZITJE AANBEVOLEN DOOR CITROËN ENGEHOMOLOGEERD VOOR UW AUTO
"RÖMER Duo Plus ISOFIX"
(gewichtsgroep B1
)
Groep 1: van 9 tot 18 kg
Dit wordt uitsluitend met het gezicht in de rijrichting
geplaatst.
Het is voorzien van een bovenste riem voor ver-
ankering aan de bovenste bevestiging B
, de
TOP TETHER.
Drie standen: rechtop, ruststand en ligstand.
)
Verstel de voorstoel van de auto om te voorko-
men dat de voeten van het kind de rugleuning
raken.