Bandenspanning Hyundai Ioniq Electric 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2017, Model line: Ioniq Electric, Model: Hyundai Ioniq Electric 2017Pages: 566, PDF Size: 44.45 MB
Page 507 of 566
7-29
7
Onderhoud
Velgen vervangen
Als u om de een of andere reden de
velgen wilt vervangen, dient u erop
te letten dat de nieuwe velgen
gelijkwaardig zijn aan de originele
velgen voor wat betreft diameter,
velgbreedte en offset.
Grip
De grip van de banden kan
verslechteren als de banden
versleten zijn of niet op de juistespanning zijn, of als u op een glad
wegdek rijdt. Banden moeten
worden vervangen als de slijtage-
indicatoren zichtbaar zijn. Pas uwsnelheid aan als er regen, sneeuw of
ijzel op de weg ligt om de kans te
verkleinen dat u de controle over de
auto verliest.
Onderhoud van banden
Naast een juiste bandenspanning,
draagt een juiste wieluitlijning bij tot
het beperken van de bandenslijtage.Laat uw dealer de wieluitlijningcontroleren als een band
ongelijkmatig afgesleten is.
Zorg ervoor dat nieuwe wielen
uitgebalanceerd zijn. Dit komt het
rijcomfort en de levensduur van de
banden ten goede. Balanceer een
wiel ook altijd wanneer de band van
de velg verwijderd is geweest.
Informatie op de wang van de band
Deze informatie bestaat uit de
basiseigenschappen van de band en
het identificatienummer voor
veiligheidscertificatie. Het
identificatienummer kan worden
gebruikt om de band te identificeren
bij een terugroepactie.
(Vervolg)
Geadviseerd wordt banden (of
wielen) altijd per twee (voor of
achter) te vervangen. De
handling van de auto kan
ernstig beïnvloed worden
wanneer slechts één band
wordt vervangen.
Banden verouderen na
verloop van tijd, zelfs wanneer
ze niet worden gebruikt.
HYUNDAI adviseert om
banden bij normaal gebruik
over het algemeen na zes (6)
jaar te vervangen, ongeacht
de resterende profieldiepte.
Warmte ten gevolge van het rijden in een warm klimaat of
het regelmatig met zwarebelading rijden kan het
verouderingsproces
versnellen. Het niet opvolgen
van deze waarschuwing kan
resulteren in onverwachte
bandproblemen. Hierdoor
kunt u de controle verliezen,
waardoor een ongeval het
gevolg kan zijn.
Page 510 of 566
7-32
Onderhoud
5. Maximale bandenspanning
Dit getal geeft aan hoe hoog de bandenspanning maximaal mag zijn.
Overschrijd deze maximale
bandenspanning niet. Zie het
informatielabel voor de aanbevolenbandenspanning.
6. Maximale belasting
Dit getal geeft het maximale gewichtin kilo's en ponden aan die de band
kan dragen. Gebruik altijd banden
met dezelfde maximale belasting als
de banden die vanuit de fabriek zijngeplaatst.
7. Universelekwaliteitsclassificatie banden
Kwaliteitsgradaties vindt u, indien
van toepassing, op de zijkant van de
band tussen de schouder van het
loopvlak en de maximumbreedte van
de wang.
Bijvoorbeeld:
TREAD wear 200
TRACTION AA
TEMPERATURE A
Slijtage loopvlak
De slijtageclassificatie van het
loopvlak is een relatieve classificatie
gebaseerd op de mate van slijtageonder gecontroleerdeomstandigheden op een officieel
erkende testbaan. Voorbeeld: eenband met de aanduiding 150 zal 1,5
keer langer meegaan dan een bandmet de aanduiding 100.
De levensduur van de banden zal
echter in belangrijke mate afhankelijk
zijn van de
gebruiksomstandigheden, en kan
aanzienlijk afwijken van de norm
door de rijstijl van de bestuurder,
onderhoud van de banden, de
toestand van de wegen en hetklimaat. De indicator is bij
personenautobanden aangebracht
op de wang. Welke banden erstandaard of als optie beschikbaar
zijn voor uw auto is afhankelijk van
de uitvoering.
Grip - AA, A, B en C
De gripclassificaties zijn van hoog
naar laag: AA, A, B en C. De
gripclassificatie geeft aan in
hoeverre de banden op een nat
wegdek doorglijden bij het maken
van een noodstop, zoals gemetenonder gecontroleerdeomstandigheden op een officieel
erkende testbaan, zowel op asfalt als
op beton. Een band met classificatie
C is een band met relatief weinig
grip.
De gripclassificatie voor deze
band is gebaseerd op griptests
waarbij rechtuitrijdend wordt
geremd. Bij de classificatie is
geen rekening gehouden met
de acceleratie, het nemen van
bochten, aquaplaning en
maximum tractie.
WAARSCHUWING
Page 511 of 566
7-33
7
Onderhoud
Temperatuur - A, B en C
Er zijn drie temperatuurclassificaties
mogelijk: A (de hoogste), B en C.
Deze classificaties geven aan in
hoeverre de band hittebestendig is
en in welke mate de band warmte
afvoert, zoals getest ondergecontroleerde omstandigheden op
een testwiel in een officieel erkend
laboratorium. Door aanhoudende hoge
temperaturen gaat het materiaal van
de banden achteruit, waardoor de
banden minder lang meegaan. Bij
extreem hoge temperaturen kunnen
de banden zelfs plotseling lek gaan.
De classificaties A en B geven aan
dat het testresultaat van de band in
het laboratorium beter is dan het in
de wet voorgeschreven minimum.
Banden met een kleine
hoogte-/breedteverhouding
Er zijn banden toegepast met een
kleine hoogte-/breedteverhouding,
kleiner dan 50, voor een sportieve
uitstraling. De kleine hoogte-
/breedteverhouding zorgt voor betere
handling en remprestaties.
Dergelijke banden kunnen dus
minder comfort bieden tijdens een riten meer geluiden produceren,
vergeleken met een normale band.
De temperatuurclassificatie van
deze band geldt voor een banddie de juiste spanning heeft en
niet overbelast is. Extreem hoge
rijsnelheden, een te lage
bandenspanning, een te hogebandenspanning en/of
overbelasting kunnen een
concentratie van hitte in de
band veroorzaken, wat kanleiden tot een klapband.
Hierdoor kunt u de controle
over de auto verliezen,
waardoor er een ongeval kanontstaan.
WAARSCHUWING
Page 512 of 566
7-34
Onderhoud
(Vervolg)
Controleer de staat van de band en de bandenspanning
elke 3.000 km, om schade aan
de band te voorkomen.
Het is moeilijk de banden
alleen visueel te controleren
op beschadiging. Als er enige
aanwijzing is van schade aan
een band, controleer en
vervang hem dan om schade
door een lek te voorkomen.
Als een band beschadigd raakt door rijden op een
slecht wegdek, in het terrein
of over obstakels, zoals een
putdeksel, drempel of
stoeprand, valt deze schade
niet onder de garantie.
Informatie over de band staat
op de wang van de band.
De wang van een band met een kleine hoogte-
/breedteverhouding is korter
dan die van een normale band.Een band met een kleine
hoogte-/breedteverhouding
raakt dus snel beschadigd. Volg
onderstaande instructies.
Let er bij rijden op een slecht wegdek of in het terrein op dat
de banden en velgen niet
beschadigd raken. Controleerna het rijden de banden en de
velgen.
Rijd langzaam over
putdeksels, drempels en
stoepranden, om te
voorkomen dat de banden en
velgen beschadigd raken.
Als een band ergens tegenaan
stoot, controleer dan de staat
van de band. Of neem contact
op met een officiële HYUNDAI-
dealer.(Vervolg)
OPMERKING
Page 549 of 566
8
Specificaties en consumenteninformatie
8
Specificaties en consumenteninformatie
8
Afmetingen .............................................................8-2
Motor .......................................................................8-2
Wattage lampen......................................................8-3
Banden en velgen ..................................................8-4
Belastingsindex en snelheidsindex banden .......8-5
Airconditioningssysteem .......................................8-5
Hoeveelheden en gewichten ................................8-5
Aanbevolen smeermiddelen en hoeveelheden ..8-6
Voertuigidentificatienummer (VIN)......................8-7
Voertuigcertificatie ................................................8-7
Bandenspanningslabel ...........................................8-8
Elektromotornummer.............................................8-8
Aircocompressorlabel ............................................8-8
Conformiteitsverklaring ........................................8-9
Page 552 of 566
8-4
Specificaties en consumenteninformatieB
B AA NN DDEENN EE NN VV EELLGG EENN
Onderwerp Bandenmaat Velgmaat Bandenspanning, bar (kPa, psi)
Aanhaalmoment
wielmoeren
kgf·m (lbf·ft, Nm)
Normale belasting*
1
Maximum belasting
Voor Achter Voor Achter
Standaardband 205/55 R16 6,5J X 16 2,5 (250, 36) 2,5 (250, 36) 2,5 (250, 36) 2,5 (250, 36) 11 - 13
(79 - 94,
107 - 127)
Zorg er bij het vervangen van de banden voor dat ze dezelfde maat hebben als de originele banden. Bij
gebruik van banden met een andere maat kunnen gerelateerde onderdelen beschadigd raken of kan dewerking niet goed zijn.
OPMERKING
* 1
: Normale belasting: maximaal 3 personen
Het is toegestaan de standaard bandenspanning te verhogen met 20 kPa (3 psi) als er op korte termijn lagere temperaturen worden verwacht. Banden verliezen gemiddeld 7 kPa (1 psi) voor elke temperatuurdaling van
7°C. Als er extreme temperatuurschommelingen worden verwacht, controleer de bandenspanning dan indiennodig opnieuw om de banden op de juiste spanning te houden.
De bandenspanning daalt over het algemeen wanneer u rijdt in gebieden die ver boven de zeespiegel liggen. Controleer dus de bandenspanning voordat u gaat rijden in hoger gelegen gebieden. Breng de
bandenspanning indien nodig op het juiste niveau (bandenspanning per hoogte: +10 kPa/1 km).
AANWIJZING
Page 556 of 566
8-8
Specificaties en consumenteninformatie
De banden waarmee uw nieuwe
auto is uitgerust, zijn zorgvuldig
geselecteerd voor de beste
prestaties onder normale
rijomstandigheden. Op hetbandenspanningslabel op demiddenstijl aan bestuurderszijde
staan de aanbevolen
bandenspanningen voor de auto.Het elektromotornummer is
ingeslagen in het huis, zoals
aangegeven in de afbeelding.
Het elektromotornummer is te zien
vanaf de onderzijde van de auto.
Op het compressorlabel staat welktype compressor in uw auto is
toegepast en informatie als model,
onderdeelnummer leverancier,
productienummer, koudemiddel (1)
en koudemiddelolie (2).
BB
AA NN DDEENN SSPP AA NN NNIINN GGSSLLAA BBEELL EE
LLEE KK TTRR OO MM OOTTOO RRNN UU MM MMEERR
OHC081001
AA IIRR CCOO CCOO MM PPRR EESSSSOO RRLLAA BBEELL
OAEE086001OAE086002L
Page 560 of 566
I-3
Banden en velgen ...................................................7-24,8-4
Aanbevolen bandenspanning bij koude banden ........7-25
Aandacht voor de banden ..........................................7-24
Banden met een kleine hoogte-/breedteverhouding ..7-33
Banden vervangen .....................................................7-28
Bandenspanning controleren .....................................7-26
Grip ............................................................................7-29
Informatie op de wang van de band ..........................7-29
Onderhoud van banden ..............................................7-29
Velgen vervangen.......................................................7-29
Wielen uitlijnen en balanceren ..................................7-28
Wielen verwisselen ....................................................7-27
Bandenspanningscontrolesysteem (TPMS) ....................6-8 Bandenspanningscontrolesysteem ...............................6-9
Controleer bandenspanning .........................................6-8
Controlelampje storing TPMS
(bandenspanningscontrolesysteem) ...........................6-11
Een wiel verwisselen met TPMS...............................6-12
Waarschuwingslampje lage bandenspanning ............6-10
Waarschuwingslampje positie lage
bandenspanning en bandenspanning..........................6-10 Bandenspanningslabel ....................................................8-8
Belangrijke veiligheidsvoorzorgsmaatregelen ...............2-2
Afleiding van de bestuurder ........................................2-2
Doe uw veiligheidsgordel altijd om ............................2-2
Gebruik voor alle kinderen de juiste
veiligheidssystemen .....................................................2-2
Gevaren airbag .............................................................2-2
Houd uw auto in een veilige conditie ..........................2-3
Pas uw snelheid aan .....................................................2-3
Belastingsindex en snelheidsindex banden ....................8-5
Blind spot detection-systeem (BSD) ............................5-41 Beperkingen van het system ......................................5-48
BSD (Blind Spot Detection)
/LCA (Lane Change Assist) .......................................5-42
RCTA (Rear Cross Traffic Alert) ...............................5-45
Cruise control ...............................................................5-73 Werking cruise control...............................................5-73
Door de eigenaar uit te voeren onderhoud .....................7-5 Schema voor door de eigenaar uit te
voeren onderhoud ........................................................7-6
I
Index
B
C
D