Hyundai Ioniq Hybrid 2017 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2017, Model line: Ioniq Hybrid, Model: Hyundai Ioniq Hybrid 2017Pages: 564, PDF Size: 47.22 MB
Page 121 of 564

3-15
Handige voorzieningen in uw auto
3
Informatie
In een koud en nat klimaat werken de portiervergrendeling en
portiermechanismen mogelijk niet
door bevriezingsverschijnselen.
Als het portier een aantal keren snel achter elkaar wordt vergrendeld en
weer ontgrendeld, ofwel met de
sleutel ofwel met de schakelaar
portiervergrendeling, zal de
werking van het systeem tijdelijk
worden onderbroken om
beschadiging van de onderdelen te
voorkomen.Smart Key
Druk, om de portieren te
vergrendelen, op de toets op de
buitenportiergreep terwijl u de Smart
Key bij u draagt of druk op de
vergrendeltoets voor de portieren op
de Smart Key. Trek na het ontgrendelen aan de
portiergreep om het portier teopenen.
Druk het portier met de hand dicht
om het te sluiten. Zorg ervoor dat de
portieren goed dichtzitten.
i
OAE046001
OBA043224IN
VVVVeeeerrrrggggrrrreeeennnnddddeeeelllleeeennnn////oooonnnnttttggggrrrreeeennnnddddeeeelllleeeennnn
Page 122 of 564

3-16
Handige voorzieningen in uw auto
Informatie
In een koud en nat klimaat werken de portiervergrendeling en
portiermechanismen mogelijk niet
door bevriezingsverschijnselen.
Als het portier een aantal keren snel achter elkaar wordt vergrendeld en
weer ontgrendeld, ofwel met de
sleutel ofwel met de schakelaar
portiervergrendeling, zal de
werking van het systeem tijdelijk
worden onderbroken om
beschadiging van de onderdelen te
voorkomen.Portiersloten van binnenuit
vergrendelen/ontgrendelen
Met de vergrendelknop
Zet de vergrendelknop (1) in standONTGRENDELD om het portier te
ontgrendelen. Het rode merkteken
(2) op de vergrendelknop van het
portier moet zichtbaar zijn.
Zet de vergrendelknop (1) in stand VERGRENDELD om het portier te
vergrendelen. Als het portier juist is
vergrendeld, zal het rode
merkteken (2) op de knop nietzichtbaar zijn. Trek aan de portiergreep (3) om
het portier te openen.
Als aan de binnenportiergreep van het bestuurdersportier (of het
voorpassagiersportier) wordt
getrokken terwijl de
vergrendelknop in de vergrendelde
stand staat, wordt het portier
ontgrendeld en kan het geopend
worden.
De voorportieren kunnen niet worden vergrendeld als de sleutelin het contact zit en een
voorportier geopend is.
Als de Smart Key zich in de auto bevindt en een portier is geopend,
kunnen de portieren niet
vergrendeld worden.
i
OAE046004
O
OOOnnnnttttggggrrrreeeennnnddddeeeelllleeeennnn////vvvveeeerrrrggggrrrreeeennnnddddeeeelllleeeennnn
Page 123 of 564

3-17
Handige voorzieningen in uw auto
3
Informatie
Als de centrale portierontgrendeling
niet werkt terwijl u in de auto zit,
probeer dan een van onderstaande
mogelijkheden om de portieren te
openen:
Ontgrendel de portieren herhaaldelijk
(zowel elektronisch als handmatig) en
trek tegelijkertijd aan de
portiergreep.
Ontgrendel de overige portieren en
trek aan de grepen, voor en achter.
Open een voorportierruit en gebruik
de mechanische sleutel om het portier
vanaf de buitenzijde te ontgrendelen.Met de schakelaar centrale vergrendeling
Als op het gedeelte ( ) (1) van de
schakelaar wordt gedrukt, worden
alle portieren vergrendeld.
Als de sleutel zich in het contactslot bevindt en een portier
wordt geopend, kunnen de
portieren niet worden vergrendeld,
ook al wordt de
vergrendelschakelaar (1) van de
schakelaar centrale vergrendeling
ingedrukt. Als de Smart Key zich in de auto
bevindt en een portier wordt
geopend, kunnen de portieren niet
worden vergrendeld, ook al wordt
de vergrendelschakelaar (1) van
de schakelaar centrale
vergrendeling ingedrukt.
Als op het gedeelte ( ) (2) van de
schakelaar wordt gedrukt, worden
alle portieren ontgrendeld.
i
OAE046005
Page 124 of 564

3-18
Handige voorzieningen in uw auto
De portieren moeten tijdens het
rijden altijd volledig gesloten en
vergrendeld zijn. Als de
portieren ontgrendeld zijn,neemt de kans toe dat
inzittenden bij een ongeval uit
de auto geslingerd worden.
WAARSCHUWING
Het openen van een portier als
iemand of iets de auto nadert,
kan schade of letsel
veroorzaken. Let bij het openen
van portieren goed op of er
geen ander verkeer aankomt.
WAARSCHUWING
Laat kinderen en huisdieren
nooit zonder toezicht achter in
de auto. Een afgesloten auto
kan binnenin erg warm worden,
waardoor achtergelatenkinderen of huisdieren die niet
uit de auto kunnen komen,ernstig letsel kunnen oplopen.
Kinderen kunnen gewond raken
door het bedienen van bepaalde
systemen in de auto of gevaar
lopen als iemand zich
bijvoorbeeld toegang tot de
auto verschaft.
WAARSCHUWING
Laat uw auto altijd beveiligd
achter.
Als u de auto niet vergrendeld
achterlaat, kan iemand zich in
uw auto verstoppen en u of
anderen in gevaar brengen.
Doe om de auto veilig achter te
laten het volgende: zet, terwijl u
het rempedaal intrapt, deselectiehendel in stand P
(parkeren), activeer de
parkeerrem, zet het contact in
stand LOCK/OFF, sluit alle
ruiten, vergrendel alle portieren
en neem altijd de sleutel mee.
WAARSCHUWING
Page 125 of 564

3-19
Handige voorzieningen in uw auto
Kenmerken van de
automatische
portiervergrendeling/-ontgrendeling
Portierontgrendelsysteem(indien van toepassing)
Wanneer bij een aanrijding de
airbags worden geactiveerd, worden
alle portieren automatisch
ontgrendeld.
Snelheidsafhankelijk
portiervergrendelsysteem(indien van toepassing)
Alle portieren worden automatisch
vergrendeld bij een rijsnelheid vanmeer dan 15 km/h.
U kunt de automatische vergrendel-
/ontgrendelfunctie van de portieren
activeren of deactiveren met de
modus Gebruikersinstellingen op het
LCD-display. Zie "LCD-display" in
dit hoofdstuk voor meer
informatie.
Kindersloten achterportieren
Het kinderslot zorgt ervoor dat
kinderen die achterin zitten de
achterportieren niet per ongeluk
kunnen openen. Schakel het
kinderslot altijd in als u gaat rijdenmet kinderen.
Het kinderslot bevindt zich aan de
rand van elk achterportier. Als hetkinderslot in stand LOCK staat, kan
het achterportier niet van binnenuit
worden geopend. Steek een sleutel (of een
schroevendraaier) (1) in de opening
en draai het kinderslot in de stand
vergrendeld om het slot te
vergrendelen.
Ontgrendel het kinderslot om ervoor
te zorgen dat een achterportier van
binnenuit kan worden geopend.
3
Als kinderen tijdens het rijden
per ongeluk de achterportieren
openen, kunnen ze uit de auto
vallen. Schakel het kinderslot
van de achterportieren altijd inals er kinderen in de autoaanwezig zijn.
WAARSCHUWING
OAE046006L
Page 126 of 564

3-20
Dit systeem helpt uw auto en
waardevolle spullen te beschermen.De claxon klinkt en de
alarmknipperlichten knipperen
continu in een van de volgendesituaties :
- Een portier wordt geopend zonder
dat de afstandsbediening of de
Smart Key wordt gebruikt.
- De achterklep wordt geopend zonder dat de afstandsbediening
of de Smart Key wordt gebruikt.
- De motorkap wordt geopend.
Het alarm klinkt gedurende 30
seconden en vervolgens wordt het
systeem gereset. Het alarm kan
worden uitgeschakeld door de
portieren te ontgrendelen met de
afstandsbediening of de Smart Key.
Het antidiefstalsysteem wordt 30
seconden na het vergrendelen van
de portieren en de achterklep
automatisch ingeschakeld. Om het
systeem te activeren moet u de
portieren en de achterklep van
buitenaf vergrendelen met de
afstandsbediening of de Smart Keyof door op de toets op de
buitenportiergreep te drukken terwijl
u de Smart Key bij u draagt. De alarmknipperlichten knipperen en
de zoemer klinkt eenmaal om aan te
geven dat het systeem is
ingeschakeld. Als het antidiefstalsysteem is
ingeschakeld, wordt het alarm
geactiveerd zodra een van de
portieren, de achterklep of de
motorkap wordt geopend zonder de
afstandsbediening of de Smart Key
te gebruiken.
Het antidiefstalsysteem wordt niet
ingeschakeld als de motorkap, de
achterklep of een van de portieren
niet volledig gesloten is. Als het
systeem niet wordt ingeschakeld,
controleer dan of de motorkap, de
achterklep en de portieren vollediggesloten zijn. Probeer geen wijzigingen aan te brengen aan het systeem of het uit te
breiden met andere apparaten.
Informatie
Vergrendel de portieren pas als alle inzittenden de auto hebben verlaten.
Als het alarm is ingeschakeld terwijl
er nog iemand in de auto zit, wordt
het alarm geactiveerd als diegene de
auto verlaat.
Als het alarm niet is uitgeschakeld met de afstandsbediening of de
Smart Key, open dan de portieren
met de mechanische sleutel en zet
het contact in stand ON
(afstandsbediening) of start de
motor (Smart Key) en wacht 30
seconden.
Als het systeem is uitgeschakeld, maar niet binnen 30 seconden een
portier of de achterklep wordt
geopend, wordt het systeem weer
ingeschakeld.
i
AANN TTIIDD IIEE FFSSTT AA LLSS YY SSTT EEEE MM
Handige voorzieningen in uw auto
Page 127 of 564

3-21
Handige voorzieningen in uw auto
Informatie
Op auto's die zijn uitgerust met een
antidiefstalsysteem is een sticker
aangebracht met de volgende tekst :
1. WAARSCHUWING
2. VEILIGHEIDSSYSTEEM De bestuurdersstoel heeft een
geheugen, waarin de volgende
geheugeninstellingen met een druk
op de knop kunnen wordenopgeslagen en opgeroepen. - Stand bestuurdersstoel
- Stand buitenspiegels
- Helderheid dashboardverlichting Informatie
Als de accukabels worden losgenomen, worden de
geheugeninstellingen gewist.
Als het geheugen van de bestuurdersstoel niet goed werkt,
raden we u aan het systeem te laten
controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.ii
GGEEHH EEUU GGEENN BB EESSTT UU UURRDD EERR SSSSTT OO EELL
(
( IINN DDIIEE NN VV AA NN TT OO EEPP AA SSSSIINN GG))
3
OJC040170 Bedien het geheugen van de
bestuurdersstoel nooit tijdenshet rijden.
Hierdoor kunt u de controle
verliezen waardoor een ongeluk
met ernstig letsel of schade het
gevolg kan zijn.
WAARSCHUWING
OAE046036L
Page 128 of 564

3-22
Handige voorzieningen in uw auto
Opslaan van standen in het
geheugen
1.Zet de selectiehendel in stand Pterwijl het contact of de startknop in stand ON staat.
2.Stel de stand van de bestuurdersstoel, de stand van de
buitenspiegels, en de helderheid
van de dashboardverlichting naar
wens in.
3.Druk op toets SET. Het systeem geeft één piepje en de melding
"Press button to save settings"
(knop indrukken voor opslaan
instellingen) verschijnt op het LCD-
display.
4.Druk binnen 4 seconden op één van de geheugentoetsen (1 of 2).
Het systeem geeft met tweepiepjes aan dat de instellingen metsucces in het geheugen zijnopgeslagen.
5. "Driver 1 (or 2) settings saved" (instellingen voor chauffeur 1 (of
2) opgeslagen) verschijnt op het
LCD-display.
Oproepen standen uit het
geheugen
1.Zet de selectiehendel in stand P terwijl het contact of de startknopin stand ON staat.
2.Druk op de gewenste geheugentoets (1 of 2). Hetsysteem geeft één piepje en debestuurdersstoel, de
buitenspiegels en de
dashboardverlichting wordenautomatisch in de opgeslagen
positie gezet (indien vantoepassing).
3."Driver 1 (or 2) settings is applied" (instellingen voor chauffeur 1 (of 2)
toegepast) verschijnt op het LCD-
display. Informatie
Als de geheugeninstellingen "1" worden opgeroepen, wordt het
aanpassen van de in het geheugen
opgeslagen instellingen tijdelijk
onderbroken door op toets SET of 1
te drukken. Door op toets 2 te
drukken worden de
geheugeninstellingen "2"
opgeroepen.
Als de geheugeninstellingen "2" worden opgeroepen, wordt het
aanpassen van de in het geheugen
opgeslagen instellingen tijdelijk
onderbroken door op toets SET of 2
te drukken. Door op toets 1 te
drukken worden de
geheugeninstellingen "1"
opgeroepen.
Als tijdens het oproepen van de opgeslagen stand op een van de
bedieningstoetsen van de
bestuurdersstoel, de buitenspiegels
of de dashboardverlichting wordt
gedrukt, stopt de beweging van deze
component en beweegt hij in de
richting die met de bedieningstoets
is gekozen.
i
Page 129 of 564

3-23
Handige voorzieningen in uw auto
3
Instapfunctie
(indien van toepassing)
Het systeem beweegt de
bestuurdersstoel als volgtautomatisch :
De selectiehendel staat in stand P.
Zonder Smart Key-systeem- De bestuurdersstoel beweegtnaar achteren als de
contactsleutel wordt verwijderd
en het bestuurdersportier
geopend wordt.
- De bestuurdersstoel beweegt naar voren als de contactsleutel
wordt geplaatst.
Met Smart Key-systeem - De bestuurdersstoel beweegtnaar achteren als de startknop in
stand OFF wordt gezet en het
bestuurdersportier geopend
wordt.
- De bestuurdersstoel beweegt naar voren als de startknop in
stand ACC of START wordt
gezet. U kunt de instapfunctie activeren of
deactiveren met de modus
Gebruikersinstellingen op het LCD-
display.
Zie "LCD-display" in dit
hoofdstuk voor meer informatie.
Page 130 of 564

3-24
Handige voorzieningen in uw autoS
S TT UU UURRWW IIEE LL
Elektrische stuurbekrachtiging (EPS)
Het systeem ondersteunt u tijdens
het sturen. Bij een niet-draaiende
motor of bij een defecte
stuurbekrachtiging blijft de auto
bestuurbaar, maar is de benodigde
stuurkracht veel groter.
Zo wordt het sturen zwaarder
wanneer de rijsnelheid toeneemt en
lichter wanneer de snelheid afneemt.Hierdoor hebt u een betere controle
over het stuurwiel.
Indien u merkt dat onder normale
omstandigheden het sturen van de
auto zwaarder gaat dan normaal,dan adviseren wij u de
stuurbekrachtiging te latencontroleren door een officiële
HYUNDAI-dealer. Als de elektrische
stuurbekrachtiging niet goed
werkt, gaat het
waarschuwingslampje ( ) ophet instrumentenpaneel
branden of knipperen. Mogelijk
wordt het stuurwiel moeilijk te
draaien of onder controle te
houden. Breng uw auto naar een
officiële HYUNDAI-dealer en laat
het systeem zo snel mogelijk
controleren.
Als een storing wordt gesignaleerd in de elektrische
stuurbekrachtiging wordt de
stuurassistentie uitgeschakeld
om een ongeval te voorkomen.Op dat moment gaat het
waarschuwingslampje in hetinstrumentenpaneel branden of
knipperen. Mogelijk wordt hetstuurwiel moeilijk te draaien of
onder controle te houden. Laat
uw auto onmiddellijk
controleren nadat u uw auto op
een veilige plaats tot stilstand
hebt gebracht. Informatie
De volgende symptomen kunnen zich
tijdens normaal gebruik voordoen :
De benodigde stuurkracht kan direct nadat het contact in stand ON
is gezet, hoog zijn.
Dit gebeurt als het systeem de EPS-
diagnose uitvoert. Als de
zelfdiagnose is voltooid, werkt het
stuurwiel weer normaal.
Er kan een klikkend geluid hoorbaar zijn van het EPS-relais na
het in stand ON of LOCK/OFF
zetten van het contact.
Het geluid van de elektromotor kan hoorbaar zijn als de auto stilstaat of
met lage snelheid rijdt.
(vervolg)
iAANWIJZING