Hyundai Santa Fe 2013 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2013, Model line: Santa Fe, Model: Hyundai Santa Fe 2013Pages: 670, PDF Size: 44.06 MB
Page 41 of 670
Onderhoud
30
7
Koelvloeistof verversen
We adviseren u de koelvloeistof te laten
vervangen door een officiële HYUNDAI-
dealer.
OPMERKING
Leg een flinke doek rond de
vulopening om te voorkomen dat als er gemorst wordt, koelvloeistof
terechtkomt of de dynamo ofandere onderdelen van de motor.
WAARSCHUWING
Gebruik geen koelvloeistof of antivries in het sproeierreservoir.
Koelvloeistof kan het zicht ernstig belemmeren wanneer dit
op de voorruit terecht komt
waardoor u de macht over de
auto kunt verliezen. Bovendien
kan het de lak beschadigen.WAARSCHUWING
Radiateurdop
Verwijder bij een warme motor en
radiateur de radiateurdop niet. Erkan nog steeds gloeiend hete
koelvloeistof en stoom
ontsnappen, waardoor er ernstigletsel kan ontstaan.
ODM072007
Page 42 of 670
731
Onderhoud
REM-/KOPPELINGSVLOEISTOF (INDIEN VAN TOEPASSING)
Controle van niveau
rem-/koppelingsvloeistof
Controleer regelmatig het niveau in het
reservoir. Het vloeistofniveau dient zich
tussen de merktekens MAX en MIN aan
de zijkant van het reservoir te bevinden.
Reinig het gebied rondom de dop van het
reservoir grondig alvorens de dop te
verwijderen en vloeistof bij te vullen, om
te voorkomen dat deze vervuild raakt. Vul vloeistof bij tot aan het merkteken
MAX wanneer het niveau te laag is. Het
niveau van de remvloeistof zal na
verloop van tijd dalen. Dit is normaal en
wordt veroorzaakt door het slijten van de
remblokken. Als het rem-
/koppelingsvloeistof extreem laag is,
adviseren we u het systeem te laten
controleren door een officiële HYUNDAI-
dealer.
Gebruik alleen de voorgeschreven
remvloeistof. (Zie "Aanbevolensmeermiddelen en hoeveelheden" in
hoofdstuk 8.)
Meng nooit verschillende soortenvloeistof door elkaar.
ODM072009
WAARSCHUWING
- Rem-/koppelingsvloeistof
Wees voorzichtig bij het vervangen
of bijvullen van rem-
/koppelingsvloeistof. Zorg ervoor
dat de vloeistof niet in contact komt
met uw ogen. Spoel uw ogen direct
met een ruime hoeveelheidleidingwater wanneer u
remvloeistof in uw ogen krijgt. Laat
uw ogen zo snel mogelijk
onderzoeken door een dokter.
OPMERKING
Zorg ervoor dat rem- /koppelingsvloeistof niet in contact
komt met het lakwerk van de auto.De lak kan hierdoor beschadigen.De kwaliteit van remvloeistof die gedurende lange tijd blootgesteld
is aan de buitenlucht kan nietgegarandeerd worden. Vervang deze. Gebruik het juiste typevloeistof. Slechts een paar druppels
minerale olie, bijvoorbeeldmotorolie, in het remsysteem kunnen de onderdelen van hetsysteem beschadigen.
WAARSCHUWING -
Lekkage van rem-
/koppelingsvloeistof
Als u het rem-
/koppelingsvloeistofreservoir
regelmatig moet bijvullen,
adviseren we u het systeem te laten
controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Page 43 of 670
Onderhoud
32
7
STUURBEKRACHTIGINGSVLOEISTOF (INDIEN VAN TOEPASSING)
Controleren van vloeistofniveau
stuurbekrachtiging
Controleer regelmatig het niveau van het
reservoir van de
stuurbekrachtigingsvloeistof. Zet de auto
hiervoor op een vlakke ondergrond. Het
vloeistofniveau dient zich bij normale
temperaturen tussen de merktekens
MAX en MIN aan de zijkant van het
reservoir te bevinden.
Reinig het gebied rondom de dop van het
reservoir grondig alvorens
stuurbekrachtigingsvloeistof bij te vullen
om te voorkomen dat deze vervuild raakt.
Vul vloeistof bij tot aan het merkteken
MAX wanneer het niveau te laag is.
✽✽ AANWIJZING
Controleer of het vloeistofniveau zich in
het gebied HOT op het reservoir
bevindt. Als de vloeistof koud is,
controleer dan of het vloeistofniveauzich in het gebied COLD bevindt.
Als u het
stuurbekrachtigingsvloeistofreservoir
regelmatig moet bijvullen, adviseren weu het systeem te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
Gebruik alleen de voorgeschreven
stuurbekrachtigingsvloeistof. (Zie "Aanbevolen smeermiddelen en
hoeveelheden" in hoofdstuk 8.)
Controle van de slangen van de
stuurbekrachtiging
Controleer voor het rijden de slangen van
de stuurbekrachtiging op loszitten,
lekkage, beschadigingen en verdraaiing.
ODMNMC2035OPMERKING
Blijf niet te lang doorrijden met een te laag vloeistofniveau in hetreservoir om schade aan destuurbekrachtigingspomp tevoorkomen.
Start de motor nooit als het reservoir leeg is.
Voorkom bij het bijvullen van vloeistof dat er vuil in hetreservoir komt.
(Vervolg)
(Vervolg) Als het vloeistofniveau te laag is, kan het sturen zwaarder gaan enkunnen er vreemde geluiden tehoren zijn van de
stuurbekrachtiging.
Door niet de voorgeschreven vloeistof te gebruiken, zal destuurbekrachtiging minder effectief zijn en kan schade aan
de stuurinrichting ontstaan.
Page 44 of 670
733
Onderhoud
RUITENSPROEIERVLOEISTOF
Ruitensproeiervloeistofniveau
controleren
Het reservoir is transparant, zodat het
niveau snel visueel kan wordengecontroleerd. Controleer het vloeistofpeil in het
sproeierreservoir en vul indien nodig
vloeistof bij. Als u geen
ruitensproeiervloeistof bij de hand heeft,
kunt u het reservoir bijvullen met gewoon
water. Gebruik in koude klimaten echter
speciale ruitensproeiervloeistof om
bevriezing te voorkomen.
WAARSCHUWING
Gebruik geen koelvloeistof of antivries in het sproeierreservoir.
Koelvloeistof kan het zicht ernstig belemmeren wanneer dit
op de voorruit terecht komt
waardoor u de macht over de
auto kunt verliezen. Bovendien
kan het de lak beschadigen.
Ruitensproeiervloeistof bevat alcohol en kan onder bepaalde
omstandigheden licht
ontvlambaar zijn. Houd open
vuur en vonken uit de buurt van
de ruitensproeiervloeistof en het
sproeierreservoir. De auto kan
beschadigd raken en deinzittenden kunnen letseloplopen.
Ruitensproeiervloeistof is giftig voor mensen en dieren. Drink
geen ruitensproeiervloeistof envermijd contact met
ruitensproeiervloeistof. Hierdoorkan ernstig letsel ontstaan.
ODMNMC2019
ODM072010
■Type A
■Type B
Page 45 of 670
Onderhoud
34
7
PARKEERREM
Controleer de parkeerrem
Type A
Controleer of de slag van het
parkeerrempedaal volgens de
specificatie is als het wordt ingetrapt met
294 N (30 kg, 66 lb). De parkeerrem
alleen moet de auto veilig op een vrij
steile helling kunnen houden. Als de slag
groter of kleiner is dan voorgeschreven,
adviseren we u het systeem te laten
repareren door een officiële HYUNDAI-
dealer.
Vrije slag : 8-9 tarden
Type B
Controleer de slag van de parkeerrem
door het aantal klikken te tellen wanneer
de hendel volledig wordt aangetrokken.
De parkeerrem alleen moet de auto veilig
op een vrij steile helling kunnen houden.
Als de slag groter of kleiner is dan
voorgeschreven, adviseren we u hetsysteem te laten repareren door een
officiële HYUNDAI-dealer.
Slag: 5~6 klikjes bij een kracht van 20 kg (44 lbs, 196 N).OCM050015
ODM052015
Page 46 of 670
735
Onderhoud
BRANDSTOFFILTER (DIESEL)
Aftappen van water uit het brandstoffilter
De waterafscheider vangt het water uit
de brandstof op.
Het waarschuwingslampje gaat branden
wanneer het contact in stand ON staat
en water zich in de waterafscheider
verzameld heeft. Als het waarschuwingslampje
brandt, adviseren we u hetsysteem te laten controleren
door een officiële HYUNDAI-
dealer. Brandstoffilterelement vervangen
✽✽
AANWIJZING
We adviseren u voor het vervangen van
het brandstoffilterelement vervangendeonderdelen te gebruiken die zijn
geleverd door een officiële HYUNDAI-
dealer.OPMERKING
Als het water in de afscheider niet of niet vaak genoeg wordt afgetapt,kan er schade ontstaan aanbelangrijke onderdelen, zoals hetbrandstofsysteem, doordat er water
in het brandstoffilter komt.
ODM072011
Page 47 of 670
Onderhoud
36
7
LUCHTFILTER
Filter vervangen
Dit moet indien nodig vervangen worden
en mag niet gereinigd worden.
U kunt het filter schoonmaken wanneer u
het luchtfilterelement controleert.
Reinig het filter met behulp van perslucht. 1. Neem de bevestigingsclips los om het
luchtfilterdeksel te verwijderen. 2. Veeg de binnenkant van het luchtfilter
schoon.
3. Vervang het luchtfilter.
4. Bevestig het deksel met de bevestigingsclips.
ODM072012
ODM072013OXM079014
Page 48 of 670
737
Onderhoud
Vervang het filter overeenkomstig het onderhoudsschema.
Vervang het element vaker dan in hetonderhoudsschema is aangegeven alsde auto wordt gebruikt in gebieden met
zeer veel stof of zand. (Raadpleeg"Onderhoudsschema bij gebruik onderzware omstandigheden" in dit
hoofdstuk.)
OPMERKING
Rijd niet met de auto wanneer het luchtfilter verwijderd is; hierdoor
kan de motor overmatig slijten.
Zorg er om schade aan de motor te voorkomen voor dat bij hetverwijderen van het luchtfilter
geen stof en vuil in de luchtinlaat komt.
We adviseren u vervangende onderdelen te gebruiken diegeleverd zijn door een officiële
HYUNDAI-dealer.
Page 49 of 670
Onderhoud
38
7
INTERIEURFILTER (INDIEN VAN TOEPASSING)
Controle filter
Als er veelvuldig met de auto gereden
wordt in druk stadsverkeer of een stoffige
omgeving, moet het filter vaker worden
gecontroleerd en indien nodig worden
vervangen. Als u als eigenaar het filter
zelf wilt vervangen, volg danonderstaande procedure en let eropgeen andere onderdelen tebeschadigen.
Vervang het filter overeenkomstig het onderhoudsschema. Filter vervangen
1. Open het dashboardkastje en
verwijder de steunbeugel (1). 2. Verwijder terwijl het dashboardkastje
geopend is de aanslagstukken aan beide zijden.
ODM072015
ODM072014
Page 50 of 670
739
Onderhoud
3. Verwijder het interieurfilterhuis door opde vergrendeling rechts op het
afdekkapje te drukken. 4. Verwijder het interieurfilter.
5. Plaats de onderdelen in omgekeerde
volgorde van verwijderen.
✽✽ AANWIJZING
Plaats het nieuwe interieurfilter op de
juiste manier. Als het filter isomgekeerd, zal het systeem veel lawaai
produceren en zal het filter mindereffectief zijn.
OCM070017ODM072016