MAZDA MODEL CX-5 2013 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: MAZDA, Model Year: 2013, Model line: MODEL CX-5, Model: MAZDA MODEL CX-5 2013Pages: 657, PDF Size: 5.51 MB
Page 251 of 657

OPMERKING
lDe koplampen, overige buitenverlichting en instrumentenpaneelverlichting gaan
mogelijk niet onmiddellijk uit in het geval de omgeving ineens helder verlicht wordt,
aangezien de lichtsensor bepaalt dat het avond is als de omgeving gedurende enkele
minuten continu donker is, zoals bijvoorbeeld in lange tunnels, bij files in tunnels of
in parkeergarages.
In dit geval wordt de verlichting uitgeschakeld als de verlichtingsschakelaar naar de
stand
gedraaid wordt.
lWanneer de koplampschakelaar in de standstaat en het contact op ACC gezet
wordt of uitgezet wordt, zullen de koplampen, de overige buitenverlichting en de
instrumentenpaneelverlichting uitgeschakeld worden.
lDe instrumentenpaneelverlichting kan afgesteld worden door het draaien van de knop
in de instrumentengroep. Ook kan de dag/nachtstand veranderd worden door de knop
te draaien totdat er een pieptoon gegeven wordt. Afstellen van de helderheid van de
instrumentenpaneelverlichting:
Zie Instrumentenpaneelverlichting op pagina 4-28.
lDe gevoeligheid van de AUTO lampen kan gewijzigd worden door een officiële
Mazda reparateur.
Zie Gebruikersinstellingen op pagina 9-13.
Xenon gasontlading koplampení
Voor de dimlichtlampen van de koplampen worden xenon gasontladingslampen gebruikt
die een heldere witte lichtstraal over een groot gebied verspreiden.
WAARSCHUWING
De xenon gasontladingslampen niet zelf vervangen
Het zelf vervangen van xenon gasontladingslampen is gevaarlijk. Aangezien de xenon
gasontladingslampen gebruik maken van hoge spanning, bestaat de kans op een
elektrische schok als de lampen verkeerd behandeld worden. Raadpleeg een
deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur wanneer
vervanging noodzakelijk is.
OPMERKING
Als de koplampen gaan knipperen of als de helderheid vermindert, bestaat de kans dat de
gebruiksduur ten einde is en vervanging noodzakelijk is. Raadpleeg een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur.
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
4-95íBepaalde modellen.
Page 252 of 657

qKoplampen grootlicht-dimlicht
Druk de hendel naar voren voor het
inschakelen van grootlicht.
Trek de hendel terug naar zijn
uitgangspositie voor het inschakelen van
dimlicht.
Het grootlichtindikatielampje in de
instrumentengroep gaat branden wanneer
het grootlicht ingeschakeld is.
Grootlicht
Dimlicht
qKoplamplichtsignaal
Voor het geven van een lichtsignaal met
de koplampen, de hendel volledig naar u
toe trekken (de koplampschakelaar hoeft
niet ingeschakeld te zijn). Het
grootlichtindikatielampje in de
instrumentengroep gaat tegelijkertijd
branden. Wanneer u de hendel loslaat, zal
deze naar de normale stand terugkeren.
UIT
Knipperen
qKoplamphoogteverstellingí
De hoek van de lichtbundel van de
koplampen verandert naargelang het
aantal passagiers in de auto en het gewicht
van de lading in de bagageruimte.
Automatisch type
Bij inschakeling van de koplampen wordt
de hoek van de koplampen automatisch
afgesteld.
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden
worden aangeduid door een
waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op
pagina 4-41.
Handbediend type
De schakelaar voor de
koplamphoogteverstelling wordt gebruikt
om de hoogte van de koplampen
handmatig af te stellen.
4-96
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Schakelaars en regelaars
Page 253 of 657

Kies de juiste instelling voor de koplamphoogte uit
de volgende tabel.
Voorzitting
Achterzit-
tingBelastingSchakelaar-
stand
Bestuurder
Passagier
×―――0
××――0
×××―1,5
× × × × 2,5
×――× 3,5
×: Ja
―: Nee
qAanpasbaar
voorverlichtingssysteem (AFS)í
Het aanpasbaar voorverlichtingssysteem
(AFS) stelt de lichtbundels van de
koplampen automatisch naar links of
rechts af in samenhang met de bediening
van het stuurwiel nadat de koplampen zijn
ingeschakeld.
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden
worden aangeduid door een
waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op
pagina 4-41.
AFS OFF schakelaar
Door het indrukken van de AFS OFF
schakelaar wordt het AFS systeem
uitgeschakeld. Het AFS OFF
indikatielampje in de instrumentengroep
gaat branden.
Door de AFS OFF schakelaar nogmaals in
te drukken wordt de schakelaarverlichting
uitgeschakeld en wordt het AFS systeem
in werking gesteld. Het AFS OFF
indikatielampje gaat uit.
qDagverlichtingí
In bepaalde landen is het vereist dat
rijdende voertuigen overdag met
ingeschakelde verlichting (dagverlichting)
rijden.
De dagverlichting gaat automatisch
branden wanneer het contact op ON wordt
gezet.
Deze worden uitgeschakeld wanneer de
handrem aangetrokken wordt of de
keuzehendel in stand P gezet wordt (auto
met automatische transmissie).
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
4-97íBepaalde modellen.
Page 254 of 657

OPMERKING
(Behalve landen waar dit bij de wet
verboden is)
De dagverlichting kan buiten werking
gesteld worden.
Zie Gebruikersinstellingen op pagina
9-13.
4-98
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
Page 255 of 657

Koplampregelsysteem (HBC)í
lHet koplampregelsysteem (HBC) bepaalt met behulp van de vooruitrijcamera (FSC) de
omstandigheden aan de voorzijde van de auto bij het rijden in het donker en schakelt het
licht van de koplampen automatisch over tussen grootlicht en dimlicht.
Bij het rijden met een snelheid van ongeveer 30 km/h, worden de koplampen op
grootlicht ingesteld wanneer er zich geen voertuigen vóór uw auto bevinden of geen
tegenliggers naderen.
Het systeem schakelt de koplampen over op dimlicht bij de volgende omstandigheden:
lWanneer het systeem een voertuig bespeurt of de koplampen/lichten van een voertuig
dat vanuit tegenovergestelde richting nadert.
lBij het rijden op wegen met straatverlichting of op wegen in goed verlichte steden en
dorpen.
lWanneer de rijsnelheid minder is dan ongeveer 20 km/h.
lBij auto's met een type A instrumentengroep, de toestand van de auto controleren of de
auto door een deskundige reparateur laten inspecteren, bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur, overeenkomstig de indikatie.
lSysteemdefecten of bedrijfstoestanden worden aangeduid door een waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op pagina 4-41.
Vooruitrijcamera
(FSC)
De herkenningsafstand van de
vooruitrijcamera (FSC) varieert
afhankelijk van de
omgevingsomstandigheden
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
4-99íBepaalde modellen.
Page 256 of 657

OPGELET
lDe hoogte van de auto niet afstellen, de koplampeenheden niet wijzigen en de camera
niet verwijderen. Anders zal het systeem niet normaal functioneren.
lNeem voor de juiste werking van het koplampregelsysteem (HBC) de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht.
lPlaats geen voorwerpen op het instrumentenpaneel die licht weerkaatsen.lHoud het gedeelte van het voorruitglas in de buurt van de vooruitrijcamera (FSC)
schoon.
lBreng geen accessoires, stickers of folie op de voorruit aan in de buurt van de
vooruitrijcamera (FSC). Als er zich voorwerpen vóór de lens van de
vooruitrijcamera (FSC) bevinden, zelfs een doorzichtige sticker, zullen deze de
lens blokkeren met als gevolg dat het systeem niet correct kan functioneren.
lNeem contact op met een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur alvorens reparaties rondom de achteruitkijkspiegel uit te voeren.
lHoud het gedeelte van de voorruit rondom de vooruitrijcamera (FSC) altijd
schoon. Als de voorruit beslaat, deze ontwasemen met behulp van de
voorruitontwaseming.
lZorg er voor bij het reinigen van de voorruit dat er geen glasreiniger of soortgelijke
vloeibare reinigingsmiddelen op de lens van de vooruitrijcamera (FSC)
terechtkomen. Raak ook de lens van de vooruitrijcamera (FSC) niet aan.
lRaadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur
voor wat betreft het reinigen van de binnenzijde van de voorruit rondom de
vooruitrijcamera (FSC).
4-100
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
Page 257 of 657

OPMERKING
Onder de volgende omstandigheden verandert het moment waarbij het systeem de
koplampen overschakelt. Als het systeem de koplampen niet juist overschakelt,
handmatig tussen grootlicht en dimlicht overschakelen, al naargelang het zicht en de
weg- en verkeerssituatie.
lWanneer er lichtbronnen in het gebied zijn, zoals straatlantaarns, verlichte
aanwijsborden en verkeerslichten.
lWanneer er lichtweerkaatsende voorwerpen in de omgeving zijn, zoals
lichtweerkaatsende platen en borden.
lWanneer het zicht verminderd is tijdens regen, sneeuw of mist.
lBij het rijden op wegen met scherpe bochten of golvingen.
lWanneer de koplampen/achterlichten van voertuigen vóór u of op de
tegenovergestelde rijbaan niet duidelijk zichtbaar of onverlicht zijn.
lWanneer het voldoende donker is, zoals bij zonsopgang of schemering.
lWanneer de bagageruimte beladen is met zware voorwerpen of de
achterpassagierszittingen bezet zijn.
lWanneer het zicht verminderd is doordat spatwater van de banden van een voertuig
vóór u op uw voorruit terechtkomt.
Vooruitrijcamera (FSC)
De camera van het koplampregelsysteem (HBC) die zich bij de achteruitkijkspiegel
bevindt, werkt ook als de vooruitrijcamera (FSC) voor het
rijstrookafwijkingwaarschuwingssysteem(LDWS).
Vooruitrijcamera (FSC)
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
4-101
Page 258 of 657

OPGELET
Neem voor de juiste werking van de vooruitrijcamera (FSC) de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht.
lDe afdekking van de vooruitrijcamera (FSC) niet verwijderen.
lRaadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur,
betreffende het reinigen van de cameralens.
lDe vooruitrijcamera (FSC) of het gedeelte er om heen niet blootstellen aan harde
schokken of stoten. Als er zeer hard tegen de vooruitrijcamera (FSC) is gestoten, het
Koplampregelsysteem (HBC) niet gebruiken en contact opnemen met een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur.
lRaadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur,
alvorens reparaties rondom de vooruitrijcamera (FSC) uit te voeren.
lDe vooruitrijcamera (FSC) is aan de voorruit gemonteerd. Raadpleeg een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur voor het repareren en
vervangen van de voorruit.
lDe richting waarin de vooruitrijcamera (FSC) is geplaatst, is met grote precisie
afgesteld. De installatiepositie van de vooruitrijcamera (FSC) niet veranderen en deze
niet verwijderen. Anders kan dit beschadiging of defecten veroorzaken.
lWees voorzichtig de lens van de vooruitrijcamera (FSC) niet te beschadigen en
voorkom dat deze vuil wordt. De camera niet demonteren. Anders kan dit
beschadiging of defecten veroorzaken.
lHoud het gedeelte van de voorruit rondom de vooruitrijcamera altijd schoon door vuil
of wasem te verwijderen. Gebruik de voorruitontwaseming om wasem van de voorruit
te verwijderen.
4-102
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
Page 259 of 657

qGebruik van het systeem
Het koplampregelsysteem (HBC) schakelt
het licht van de koplampen automatisch
over tussen grootlicht en dimlicht nadat
het contact op ON is gezet en de
koplampschakelaar in de stand AUTO en
grootlicht staat. Tegelijkertijd gaat het
koplampregelsysteem (HBC)
indikatielampje (groen) in de
instrumentengroep branden.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op
pagina 4-41.
Het koplampregelsysteem (HBC) bepaalt
dat het buiten donker is op basis van de
helderheid van de omgeving.
OPMERKING
lBij een rijsnelheid van 30 km/h of
hoger, worden de koplampen
automatisch op grootlicht ingesteld
wanneer er zich geen voertuigen
vóór uw auto bevinden of geen
tegenliggers naderen.
Wanneer de rijsnelheid minder dan
ongeveer 20 km/h is, schakelt het
koplampregelsysteem (HBC) de
koplampen over op dimlicht.
lHet is mogelijk dat bij het maken
van een bocht het dimlicht niet naar
grootlicht overschakelt.
lDe werking van het
koplampregelsysteem (HBC) kan
uitgeschakeld worden. Zie
Gebruikersinstellingen op pagina
9-13.
qWanneer het systeem buiten
werking gesteld wordt
Overschakelen naar dimlicht
Zet de hendel in de stand voor dimlicht.
Het indikatielampje (groen) van het
koplampregelsysteem (HBC) gaat uit.
Overschakelen naar grootlicht
Draai de koplampschakelaar naar de stand
.
Het indikatielampje (groen) van het
koplampregelsysteem (HBC) gaat uit en
het
gaat branden.
Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
4-103
Page 260 of 657

Voormistlichtení
Gebruik deze schakelaar om de
voormistlichten in te schakelen. De
voormistlichten helpen het zicht in het
donker en tijdens mist te verbeteren.
qType A (Met achtermistlicht)
Voor het inschakelen van de
voormistlichten, de mistlichtschakelaar
naar de stand
ofdraaien (de
mistlichtschakelaar keert automatisch naar
de stand
terug).
Alvorens de voormistlichten in te
schakelen, dient de koplampschakelaar in
de stand
ofte staan.
Het voormistlichtindikatielampje in de
instrumentengroep gaat branden wanneer
de voormistlichten ingeschakeld zijn.
Mistlichtschakelaar
Voor het uitschakelen van de
voormistlichten, de mistlichtschakelaar
naar de stand
draaien of de
koplampschakelaar naar de stand
draaien.
Het voormistlichtindikatielampje in de
instrumentengroep gaat uit wanneer de
voormistlichten uitgeschakeld worden.
OPMERKING
l(Met automatische
verlichtingsregeling)
Als de mistlichtschakelaar in de
stand
ofstaat en de
koplampschakelaar in de stand
staat, worden de
voormistlichten ingeschakeld
wanneer de koplampen, de
buitenverlichting en de
instrumentenpaneelverlichting
ingeschakeld zijn.
lAls de mistlichtschakelaar naar de
stand
gedraaid wordt (de
mistlichtschakelaar keert
automatisch naar de stand
terug),
gaat ook het achtermistlicht branden
en gaat het
achtermistlichtindikatielampje in de
instrumentengroep eveneens
branden.
4-104
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Schakelaars en regelaars