MAZDA MODEL CX-5 2013 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: MAZDA, Model Year: 2013, Model line: MODEL CX-5, Model: MAZDA MODEL CX-5 2013Pages: 657, PDF Size: 5.51 MB
Page 211 of 657

qi-stop waarschuwingslampje
(Oranje)/i-stop indikatielampje
(Groen)
í
De i-stop functie controleert voor een
veilig en comfortabel gebruik van de auto
constant de functies die door de
bestuurder worden bediend, de omgeving
binnen en buiten de auto, alsmede de
bedrijfstoestand van de auto en gebruikt
het i-stop waarschuwingslampje (oranje)
en het i-stop indikatielampje (groen) om
de bestuurder te informeren over de
bedrijfstoestand van het i-stop systeem of
de daarmee verband houdende
waarschuwingen.
i-stop waarschuwingslampje (oranje)
Wanneer het lampje brandt
lWanneer het contact op ON wordt
gezet, zal dit waarschuwingslampje
gedurende enkele seconden blijven
branden.
lHet waarschuwingslampje gaat
branden wanneer de i-stop OFF
schakelaar wordt ingedrukt om het
systeem uit te schakelen.
lAls één van de volgende handelingen
wordt uitgevoerd nadat de motor
automatisch is stopgezet, gaat het
waarschuwingslampje branden. In dit
geval wordt de motor om
veiligheidsredenen niet automatisch
opnieuw gestart, alhoewel het
koppelingspedaal wordt ingetrapt
(handgeschakelde versnellingsbak) of
het rempedaal wordt losgelaten
(automatische transmissie). Gebruik de
standaard motorstartprocedure voor het
starten van de motor.
lDe motorkap geopend wordt.lDe bestuurder staat op het punt uit te
stappen terwijl de keuzehendel in de
stand D/M staat (niet in
blokkeermodus voor tweede
versnelling) (behalve Europese
modellen) (de veiligheidsgordel van
de bestuurder is losgemaakt en het
bestuurdersportier is geopend).
lRaadpleeg een deskundige reparateur,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur als het i-stop
waarschuwingslampje (oranje) blijft
branden nadat de i-stop OFF
schakelaar onder andere
omstandigheden dan wanneer de
motorkap geopend is of de bestuurder
de auto verlaten heeft terwijl de
keuzehendel in de stand D/M staat (niet
in blokkeermodus voor tweede
versnelling) (behalve Europese
modellen) (veiligheidsgordel van
bestuurder is losgemaakt en
bestuurdersportier is geopend) continu
ingedrukt is gehouden.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-55íBepaalde modellen.
Page 212 of 657

Wanneer het lampje knippert
Het lampje knippert als er een defect in
het i-stop systeem is. Raadpleeg een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur.
i-stop indikatielampje (groen)
Wanneer het lampje brandt
Dit lampje gaat branden terwijl de i-stop
functie bedrijfsklaar (behalve Europese
modellen) of in werking is en de motor
automatisch is stopgezet. Het lampje gaat
uit wanneer de motor automatisch
opnieuw gestart wordt.
Wanneer het lampje knippert
lAls zich één van de volgende
omstandigheden voordoet gaat het
lampje tweemaal per seconde
knipperen als veiligheidsmaatregel om
de bestuurder te waarschuwen.
l(Europees model)
Het lampje knippert wanneer het
bestuurdersportier wordt geopend en
gaat uit nadat het portier is gesloten.
l(Handgeschakelde
versnellingsbak)
Het lampje knippert wanneer de
keuzehendel in een andere stand dan
de neutraalstand wordt gezet zonder
het intrappen van het
koppelingspedaal en gaat uit nadat
de schakelhendel in de neutraalstand
gezet is.
l(Europees model)
Als zich één van de volgende
omstandigheden voordoet, gaat het
lampje eenmaal per seconde knipperen
gedurende een periode van ongeveer
drie seconden om de bestuurder te
informeren dat de motor op het punt
staat automatisch opnieuw gestart te
worden en vervolgens gaat het lampje
uit nadat de motor opnieuw gestart is.
l(Volautomatisch type
airconditioning)
De temperatuurinstelknop voor het
klimaatregelsysteem aan de
bestuurderszijde is ingesteld op de
maximale hoogste of laagste stand.
l(Volautomatisch type
airconditioning)
Er is een groot verschil tussen de
interieurtemperatuur en de
ingestelde temperatuur op het
klimaatregelsysteem.
lDe voorruitontwasemingsschakelaar
is aan.
lEr zijn twee minuten verstreken
sinds de i-stop functie in werking is
gesteld.
lDe accu is uitgeput.
l(Behalve Europees model)
Dit lampje knippert eenmaal per
seconde als het rempedaal niet met
voldoende kracht wordt ingetrapt. Er
kunnen gevallen zijn waarbij u het
rempedaal niet met voldoende kracht
hebt ingetrapt. Trap in dit geval het
rempedaal wat krachtiger in.
4-56
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
Page 213 of 657

qRVM waarschuwingslampje
(Oranje)/RVM indikatielampje
(Groen)
í
RVM waarschuwingslampje (oranje)
Dit waarschuwingslampje gaat branden
wanneer het contact op ON gezet wordt.
De kleur van de verlichting verandert van
oranje naar groen wanneer het
rijbaanveranderingcontrolesysteem in
werking is, of wordt uitgeschakeld
wanneer het systeem wordt uitgeschakeld.
Het lampje blijft branden als het systeem
defect is. Raadpleeg een officiële Mazda
dealer.
OPMERKING
Dit waarschuwingslampje kan gaan
branden als resultaat van een tijdelijke
vermindering in de gevoeligheid van de
radarsensor als gevolg van slecht weer
of vuil op het bumperoppervlak. Dit
duidt echter niet op een defect.
RVM indikatielampje (groen)
Dit indikatielampje brandt wanneer het
rijbaanveranderingcontrolesysteem
gebruiksklaar is.
qLDWS waarschuwingslampje
(Oranje)/LDWS indikatielampje
(Groen)
í
LDWS waarschuwingslampje (Oranje)
Wanneer het lampje brandt
lWanneer het contact op ON gezet
wordt, gaat het waarschuwingslampje
branden.
lHet indikatielampje gaat uit wanneer
het LDWS geannuleerd wordt.
lHet indikatielampje gaat branden
wanneer het LDWS standby is.
Onder de volgende omstandigheden gaat
het LDWS waarschuwingslampje (oranje)
continu branden.
lHet glas van de voorruit aan de
voorzijde van de vooruitrijcamera
(FSC) is beslagen of er is een obstakel.
lWanneer de rijsnelheid minder is dan
ongeveer 65 km/h.
lDe witte (gele) strepen worden niet
bespeurd.
Wanneer het lampje knippert
lHet waarschuwingslampje gaat
knipperen als het systeem defect is.
Laat uw auto bij een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur controleren.
lHet LDWS werkt niet wanneer het
waarschuwingslampje knippert.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-57íBepaalde modellen.
Page 214 of 657

OPGELET
lAls zich een van onderstaande
gevallen voordoet, is er mogelijk een
defect in het systeem. Laat de auto
door een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda
reparateur controleren.
lHet lampje gaat tijdens het rijden
knipperen.
lHet lampje gaat niet branden
wanneer het contact op ON gezet
wordt.
lGebruik altijd banden van het
voorgeschreven formaat voor alle
wielen en van hetzelfde merk, soort
en profielpatroon. Bovendien geen
banden met duidelijk zichtbaar
verschillende slijtagepatronen op
dezelfde auto gebruiken. Als
dergelijke ongeschikte banden
gebruikt worden, bestaat de kans dat
het LDWS niet normaal functioneert.
lWanneer een noodreservewiel wordt
gebruikt, bestaat de kans dat het
systeem niet normaal functioneert.
LDWS indikatielampje (Groen)
Wanneer het lampje brandt
lHet LDWS indikatielampje gaat
branden vanuit de standby toestand
wanneer aan de volgende voorwaarden
is voldaan.
lDe rijsnelheid is 65 km/h of hoger.lDe witte (gele) strepen worden
bespeurd.
lHet indikatielampje gaat uit wanneer
de LDWS schakelaar wordt ingedrukt.Wanneer het lampje knippert
Het indikatielampje gaat knipperen
wanneer het systeem bepaalt dat de auto
van zijn rijstrook afwijkt.
q4WD waarschuwingsindikatie/
waarschuwingslampjeí
Type A
De waarschuwingsindikatie wordt onder
de volgende omstandigheden getoond;
lEr is een afwijking in het 4WD
systeem.
lEr is teveel verschil in de bandradius
tussen de voor- en achterwielen.
lDe temperatuur van de differentieelolie
is abnormaal hoog.
lEr is voortdurend een groot verschil
tussen het aantal omwentelingen van
de voor- en achterwielen, zoals
wanneer u probeert weg te rijden op
een bevroren wegdek of wanneer u de
auto probeert vrij te trekken uit
modder, zand of soortgelijke
omstandigheden.
Wanneer“4WD Systeem inspectie
vereist”wordt aangegeven
Raadpleeg een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur.
4-58
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
Page 215 of 657

Wanneer“Voertuig stoppen op een
veilig plek”wordt aangegeven
Parkeer de auto op een veilige plaats. Als
de aanduiding na enkele ogenblikken
verdwijnt kunt u verder rijden. Als de
aanduiding niet verdwijnt, contact
opnemen met een deskundige reparateur,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur.
Type B
Wanneer het contact op ON wordt gezet,
zal dit waarschuwingslampje gedurende
enkele seconden blijven branden.
Het waarschuwingslampje zal onder de
volgende omstandigheden gaan branden
of knipperen:
lGaat branden wanneer er een afwijking
is in het 4WD systeem.
lGaat branden als er teveel verschil is in
de bandradius tussen de voor- en
achterwielen.
lGaat knipperen wanneer de
temperatuur van de differentieelolie
abnormaal hoog wordt.
lKnippert wanneer er voortdurend een
groot verschil is tussen het aantal
omwentelingen van de voor- en
achterwielen, zoals wanneer u probeert
weg te rijden op een bevroren wegdek
of wanneer u de auto probeert vrij te
trekken uit modder, zand of
soortgelijke omstandigheden.
Wanneer het lampje brandt
Als het 4WD waarschuwingslampje gaat
branden, contact opnemen met een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur.Wanneer het lampje knippert
Parkeer de auto op een veilige plaats. Start
de motor na enkele ogenblikken opnieuw,
als het waarschuwingslampje ophoudt met
knipperen kunt u verder rijden. Als het
lampje niet ophoudt met knipperen,
contact opnemen met een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële
Mazda reparateur.
qWaarschuwingsindikatie/
waarschuwingslampje voor
automatische transmissie
í
Type B
Wanneer het contact op ON wordt gezet,
zal dit waarschuwingslampje gedurende
enkele seconden blijven branden.
Type A/Type B
Het lampje/indikatie gaat branden
wanneer er een probleem is met de
transmissie.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-59íBepaalde modellen.
Page 216 of 657

OPGELET
Als het waarschuwingslampje/
waarschuwingsindikatie voor de
automatische transmissie gaat branden,
is er een elektrisch probleem in de
transmissie. Wanneer u in deze toestand
met uw Mazda blijft doorrijden, kan dit
beschadiging van uw transmissie tot
gevolg hebben. Raadpleeg zo spoedig
mogelijk een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda
reparateur.
qIndikatie/indikatielampje voor
defecte stuurbekrachtigingí
Type B
Dit indikatielampje gaat branden wanneer
het contact op ON wordt gezet en gaat uit
wanneer de motor gestart wordt.
Type A/Type B
Het indikatielampje/
waarschuwingsindikatie voor defecte
stuurbekrachtiging gaat branden of
knipperen als er een defect is in de
stuurbekrachtiging terwijl de motor draait.
Als het indikatielampje/
waarschuwingsindikatie brandt of
knippert, de auto onmiddellijk op een
veilige plaats parkeren en de motor
stopzetten.
Als het indikatielampje/
waarschuwingsindikatie ook als de motor
daarna opnieuw gestart wordt niet uitgaat,
een deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur
raadplegen.
OPMERKING
lAls het indikatielampje/
waarschuwingsindikatie brandt of
knippert, zal de stuurbekrachtiging
niet normaal functioneren. In dat
geval kan het stuurwiel alsnog
gedraaid worden, echter het sturen
gaat dan zwaarder dan normaal en
het is mogelijk dat het stuurwiel
tijdens het draaien trilt.
lAls tijdens stilstand of uiterst
langzaam rijden het stuurwiel bij
herhaling naar links en naar rechts
gedraaid wordt, is het mogelijk dat
de defectbeveiliging van het
stuurbekrachtigingssysteem in
werking treedt waardoor het sturen
zwaarder wordt. Dit duidt echter niet
op een probleem. Parkeer in dit geval
de auto op een veilige plaats en
wacht enkele minuten totdat het
systeem weer normaal werkt.
4-60
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
Page 217 of 657

qWaarschuwingslampje voor
systeem van airbag/voorspanners
van voorste veiligheidsgordels
Indien het systeem van airbag/
voorspanners van de voorste
veiligheidsgordels in orde is, gaat het
waarschuwingslampje branden wanneer
het contact op ON gezet wordt of nadat de
motor is gestart. Het
waarschuwingslampje wordt na een
bepaalde periode van tijd uitgeschakeld.
Een defect in het systeem wordt
aangeduid als het waarschuwingslampje
constant knippert, constant brandt of
helemaal niet brandt wanneer het contact
op ON gezet wordt. Bij elk van deze
gevallen dient u zo spoedig mogelijk een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur te raadplegen.
Het systeem zal dan wellicht in het geval
van een aanrijding niet in werking treden.
WAARSCHUWING
Sleutel nooit zelf aan de airbag/
voorspannersystemen en laat altijd
alle onderhoud en reparatie door een
deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur
uitvoeren:
Het zelf uitvoeren van onderhoud of
sleutelen aan de systemen is
gevaarlijk. De kans bestaat dat een
airbag/voorspanner onvoorzien
geactiveerd of buiten werking gesteld
wordt.
qWaarschuwingslampje voor laag
brandstofpeil
Dit waarschuwingslampje geeft aan dat de
brandstoftank spoedig leeg zal zijn.
Zo spoedig mogelijk bijtanken.
qVeiligheidsgordelwaarschuwingslampje
Bestuurdersstoel
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-61
Page 218 of 657

Voorpassagierszittingí
Met waarschuwingslampje voor
voorpassagierszitting
Het
veiligheidsgordelwaarschuwingslampje
gaat branden als de bestuurdersstoel of
voorpassagierszitting bezet is en de
veiligheidsgordel niet vastgemaakt is
terwijl het contact op ON staat.
Zonder waarschuwingslampje voor
voorpassagierszitting
Het
veiligheidsgordelwaarschuwingslampje
gaat branden als de bestuurdersstoel bezet
is en de veiligheidsgordel niet
vastgemaakt is terwijl het contact op ON
staat.
Veiligheidsgordelwaarschuwing
Voorzitting
Als er met de auto wordt gereden terwijl
de veiligheidsgordel van de bestuurder of
voorpassagier niet is vastgemaakt, gaat
het
veiligheidsgordelwaarschuwingslampje
branden en klinkt er een
waarschuwingszoemer.
OPMERKING
Bepaalde modellen zijn niet voorzien
van de
veiligheidsgordelwaarschuwingsfunctie
voor de voorpassagierszitting.
Als de veiligheidsgordel van de
bestuurder of de voorpassagier niet
aangegespt is (alleen wanneer de
voorpassagierszitting bezet is) en de
snelheid van de auto hoger is dan
ongeveer 20 km/h, gaat het
waarschuwingslampje knipperen en wordt
er een zoemtoon gegeven. Na een korte
tijd stopt het waarschuwingslampje met
knipperen. Dit blijft echter branden en de
zoemtoon stopt. Als een veiligheidsgordel
niet aangegespt blijft, gaat het
waarschuwingslampje knipperen en wordt
de zoemtoon weer voor een bepaalde tijd
geactiveerd.
De zoemtoon stopt niet totdat de
veiligheidsgordel wordt aangegespt of een
bepaalde tijd is verstreken, ook niet als de
rijsnelheid afneemt tot minder dan 20
km/h.
OPMERKING
lAls de veiligheidsgordel van de
bestuurder of de voorpassagier niet
aangegespt wordt nadat de zoemtoon
gestopt is (waarschuwingslampje
blijft branden) en de rijsnelheid
hoger is dan 20 km/h, gaat het
waarschuwingslampje knipperen en
wordt de zoemtoon opnieuw
geactiveerd.
4-62
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
Page 219 of 657

OPMERKING
lDoor het plaatsen van zware
voorwerpen op de
voorpassagierszitting kan de
veiligheidsgordelwaarschuwingsfunctie
van de voorpassagierszitting
geactiveerd worden, afhankelijk van
het gewicht van het voorwerp.
lGeen extra zitkussen op de
voorpassagierszitting plaatsen en
gebruiken om er voor te zorgen dat
de voorpassagiergewichtsensor juist
kan functioneren. De kans bestaat dat
de sensor niet goed functioneert
omdat het extra zitkussen de werking
van de sensor zou kunnen hinderen.
lWanneer een klein kind op de
voorpassagierszitting zit, is het
mogelijk dat het
waarschuwingslampje niet werkt.
Achterzittingí
Als de veiligheidsgordels van de
achterzitting niet zijn vastgemaakt en het
contact op ON staat, worden de
bestuurder en de passagier op de hoogte
gesteld door de waarschuwingslampjes.
Airconditioning
Volautomatisch
type
Handbediend type
De waarschuwingslampjes branden in
twee kleuren. Wanneer de
veiligheidsgordel niet is vastgemaakt, is
de verlichting van het
waarschuwingslampje rood. Wanneer de
veiligheidsgordel is vastgemaakt, is de
verlichting groen. De
waarschuwingslampjes werken ook als er
zich geen passagier op de achterzitting
bevindt. De waarschuwingszoemer klinkt
enkel als een veiligheidsgordel wordt
losgemaakt nadat deze is vastgemaakt.
OPMERKING
Als de veiligheidsgordels van de
achterzitting niet vastgemaakt worden
binnen een bepaalde tijd nadat de motor
is gestart, gaan alle
waarschuwingslampjes uit.
qOpen-portier
waarschuwingsindikatie/
waarschuwingslampje
í
Type A
Type B
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-63íBepaalde modellen.
Page 220 of 657

Type A
Deze waarschuwingsindikatie gaat
branden, wanneer een van de portieren
niet goed gesloten is.
Alvorens te gaan rijden het portier goed
sluiten.
Type B
Dit waarschuwingslampje gaat branden,
wanneer een van de portieren of de
achterklep niet goed gesloten is.
Alvorens te gaan rijden het portier of de
achterklep goed sluiten.
qOpen-achterklep
waarschuwingsindikatie (Type A
instrumentengroep)
Deze waarschuwingsindikatie gaat
branden, wanneer de achterklep niet goed
gesloten is.
Alvorens te gaan rijden de achterklep
goed sluiten.
q120 km/h waarschuwingslampjeí
Wanneer het contact op ON wordt gezet,
gaat het 120 km/h waarschuwingslampje
branden en vervolgens na enkele
seconden uit.
Het 120 km/h waarschuwingslampje gaat
branden wanneer de rijsnelheid hoger
wordt dan 120 km/h.
qWaarschuwingslampje voor laag
sproeiervloeistofniveauí
Dit waarschuwingslampje/
waarschuwingsindikatie geeft aan dat er
weinig sproeiervloeistof over is. Vul
vloeistof bij (pagina 6-32).
qWaarschuwingslampje van
bandenspanningcontrolesysteem
Wanneer het contact op ON wordt gezet,
gaat dit waarschuwingslampje gedurende
enkele seconden branden.
4-64
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display