Peugeot 208 2015 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2015, Model line: 208, Model: Peugeot 208 2015Pages: 412, PDF Size: 9.11 MB
Page 121 of 412

Rijden119
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Wegrijden
Elektronisch gestuurde versnellingsbakAutomatische transmissie
Laat uw hand tijdens het rijden niet
permanent op de versnellingshendel
rusten: de versnellingsbak kan daardoor
beschadigd raken. F
Z
et de parkeerrem vrij.
F
S
electeer de stand D
.
F L aat het rempedaal geleidelijk los.
Handgeschakelde versnellingsbak
F Start de motor.
F
S
chakel de eerste versnelling in.
F
Z
et de parkeerrem vrij.
F
L
aat het koppelingspedaal geleidelijk
opkomen ter wijl u gas geeft. F
Z et om de motor te kunnen starten de
selectiehendel in de stand N .
F
T
rap het rempedaal stevig in.
F
S
tart de motor.
F
S
electeer de stand A.
F
Z
et de parkeerrem vrij.
F
L
aat het rempedaal geleidelijk los en geef
vervolgens gas. F
T rek de parkeerrem aan.
F S electeer de stand P of N.
F
S
tart de motor.
Er klinkt een geluidssignaal in combinatie met
de weergave van een waarschuwingsmelding
als de selectiehendel niet in de juiste stand
staat.
Vergeet als u wilt wegrijden in de
stand M niet om de selectiehendel of
de schakelflipper te bedienen om de
versnelling in te schakelen. F
T
rap bij draaiende motor het
rempedaal in.
De auto begint direct te rijden.
F
T
rap het koppelingspedaal in.
6
Page 122 of 412

Rijden
120
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Afzetten
Contact
Sleutel vergeten
Als de sleutel nog in het contactslot zit en
in de stand 1 (Stop) staat, wordt bij het
openen van het bestuurdersportier een
waarschuwingsmelding weergegeven in
combinatie met een geluidssignaal.
Als de sleutel onbedoeld in de
stand 2
(Contact) van het contactslot
blijft staan, zal het contact na een uur
automatisch worden afgezet.
Draai de sleutel in de stand 1
(Stop) en
vervolgens opnieuw in de
stand 2
(Contact) om het contact weer
aan te zetten.
Neutraalstand
Rijd uit veiligheidsoverwegingen nooit met
de versnellingsbak in de neutraalstand.
Bij het afzetten van de motor is de
rembekrachtiging niet meer actief.
Versnellingsbak
Handgeschakelde versnellingsbak
F Zet de auto stil.
F
Zet de versnellingshendel in de neutraalstand.F Trek de parkeerrem aan.
F D raai de sleutel maximaal linksom in de
stand 1
(Stop).
F
V
er wijder de sleutel uit het contactslot.
Elektronisch gestuurde
versnellingsbak
F Zet de auto stil.
F Z et de versnellingshendel in de stand N .
F
T
rek de parkeerrem aan.
F
D
raai de sleutel maximaal linksom in de
stand 1
(Stop).
F
V
er wijder de sleutel uit het contactslot.
Automatische transmissie
F Zet de auto stil.
F Z et de selectiehendel in de stand P of N .
F
T
rek de parkeerrem aan.
F
D
raai de sleutel maximaal linksom in de
stand 1
(Stop).
F
V
er wijder de sleutel uit het contactslot.
Stuurwiel
Zet de wielen voor het afzetten van
de motor in de rechtuitstand om het
ontgrendelen van het stuurslot te
vergemakkelijken.
Page 123 of 412

Rijden121
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Parkeerrem
Aantrekken
F Trek de hefboom van de parkeerrem aan om uw auto stil te zetten.
Vrijzetten
F Trek de hefboom van de parkeerrem licht omhoog, druk de ontgrendelknop in en duw
de hefboom geheel omlaag. Als de handrem een te grote slag heeft
of als het systeem minder goed werkt,
moet de handrem, zelfs tussen twee
onderhoudsbeurten door, worden
afgesteld.
Laat dit veiligheidssysteem controleren
door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Als tijdens het rijden dit
verklikkerlampje en het
verklikkerlampje STOP
branden in
combinatie met een geluidssignaal
en een melding op het display, geeft
dit aan dat de parkeerrem nog (iets)
is aangetrokken. Denk er bij het
vrijzetten van de parkeerrem aan om
de hefboom volledig te laten zakken. Draai bij het parkeren van de auto
op een steile helling de wielen vast
tegen het trottoir, trek de parkeerrem
aan, schakel een versnelling in (de
achteruitversnelling als de auto
bergafwaarts is geparkeerd) en zet het
contact uit.
Vergeet bij vertrek voordat u de auto
start niet dat de auto in de versnelling
staat.
6
Page 124 of 412

Rijden
122
Schakel de achteruitversnelling alleen
in als de auto stilstaat en de motor
stationair draait. Voor uw veiligheid en om het starten
van de motor te vergemakkelijken:
-
zet de versnellingshendel altijd in
de neutraalstand,
- trap het koppelingspedaal in.
Zes versnellingen
Inschakelen van de achteruitversnelling
Handgeschakelde versnellingsbak
Vijf versnellingen
)
Beweeg de versnellingshendel zo ver
mogelijk naar rechts om de 5 e of de 6 e
versnelling in te schakelen.
)
Beweeg de versnellingshendel zo ver
mogelijk naar rechts om de 5e versnelling
in te schakelen.
Inschakelen van de achteruitversnelling
)
Beweeg de versnellingshendel zo ver
mogelijk naar rechts en ver volgens naar
achteren. )
Trek de ring onder de pookknop omhoog
en beweeg de versnellingshendel zo ver
mogelijk naar links en ver volgens naar
voren.
Op het display van het instrumentenpaneel
wordt de schakelindicator met de
geadviseerde versnelling weergegeven.
Schakel de achteruitversnelling alleen
in als de auto stilstaat en de motor
stationair draait.
Page 125 of 412

Rijden123
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Elektronisch gestuurde versnellingsbak
Vijf versnellingen Zes versnellingen
R. Achteruit.
N. N
eutraalstand.
A.
A
utomatische stand.
M.
H
andgeschakelde stand.
R. A
chteruit.
N. N
eutraalstand.
A.
A
utomatisch schakelprogramma.
M.
H
andmatig schakelen.
Automatisch
schakelprogramma
In deze stand wordt automatisch geschakeld,
zonder tussenkomst van de bestuurder.
Starten en wegrijden
Selectiehendel in de stand N .
F
H
oud het rempedaal stevig
ingetrapt.
F
S
tart de motor.
F
Z
et de selectiehendel in de stand A of R .
F
L
aat het rempedaal los en geef voorzichtig
gas.
Als de motor niet aanslaat:
-
Als " N" knippert op het
instrumentenpaneel, zet dan de
selectiehendel in de stand A en vervolgens
in de stand N .
-
Als de melding "Voet op het rempedaal" wordt
weergegeven, trap dan stevig het rempedaal in.
De geselecteerde stand A , R of N van de
selectiehendel wordt weergegeven op het
display.
U kunt op elk gewenst moment overschakelen
van de stand A naar M en van M naar A.
6
Page 126 of 412

Rijden
124
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Stoppen op een helling
Houd de auto niet stil met het gaspedaal maar
gebruik hiervoor de parkeerrem.
Parkeren van de auto
Zet de selectiehendel in de stand N en trek de
parkeerrem aan.
Handmatig schakelen
In deze sequentiële stand kunt u zelf
schakelen. F
B
eweeg de selectiehendel kort
naar voren om op te schakelen.
F
B
eweeg de selectiehendel
kort naar achteren om terug te
schakelen.
F
Z
et de selectiehendel in de stand M .
Schakelflippers aan de stuurkolom
U kunt tijdelijk handmatig schakelen,
bijvoorbeeld om even snel in te halen, ter wijl de
automatische stand blijft ingeschakeld.
F
Bedien de flippers "+" of "-" achter het stuurwiel.De desbetreffende versnelling wordt
ingeschakeld als het motortoerental dit
toestaat. De aanduiding AUTO blijft op het
display van het instrumentenpaneel staan.
Als de flippers enige tijd niet meer gebruikt
worden, gaat de versnellingsbak weer over op
de automatische stand.
Tijdelijk handmatig schakelen
F Druk op de achterzijde van de schakelflipper "+" om op te schakelen.
F
D
ruk op de achterzijde van de
schakelflipper "-" om terug te schakelen.
De ingeschakelde versnelling wordt
weergegeven op het display.
Page 127 of 412

Rijden125
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Kruipfunctie
Afhankelijk van de uitvoering: rijden zonder gas te geven.
De aanduidingen AUTO en -
verschijnen op het instrumentenpaneel.
F Selecteer de stand N .
F
T
rap het rempedaal in en houd het
stevig ingetrapt.
F
W
acht ongeveer 30 seconden tot " N "
of het nummer van een versnelling wordt
weergegeven op het instrumentenpaneel.
F
L
aat het rempedaal los.
De versnellingsbak is weer gebruiksklaar.
Als bij aangezet contact dit
verklikkerlampje gaat branden en
de aanduiding AUTO knippert in
combinatie met een geluidssignaal en
een melding op het scherm, duidt dit
op een storing van de versnellingsbak.
Laat uw auto controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door eengekwalificeerde
werkplaats.
Bij parkeren, keren enz.
Als de motor stationair draait, de parkeerrem
is vrijgezet en de stand A , M of R van de
selectiehendel is geselecteerd, begint de auto
te rijden zodra u het rempedaal loslaat.
De auto stopt zodra het bestuurdersportier
wordt geopend. Sluit in dat geval het portier
en trap het rem- of gaspedaal in om de
kruipfunctie weer te activeren. Na het loskoppelen en weer aansluiten van de
accu moet de versnellingsbak worden gereset.
F
Z et het contact aan.
Praktische informatie
6
Page 128 of 412

Rijden
126
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Automatische transmissie
P. Parking - Parkeerstand.
R. R everse - Achteruit.
N.
N
eutral - Neutraalstand.
D.
D
rive - Automatische stand.
S.
S
port - Voor een meer dynamische rijstijl.
T
S
neeuw - Voor het rijden op besneeuwde
wegen.
Weergave op het instrumentenpaneel
Verklikkerlampje "Voet op rempedaal"
Wanneer u een stand selecteert met de
selectiehendel, wordt de desbetreffende stand
weergegeven op het instrumentenpaneel.
Trap het rempedaal in als dit
verklikkerlampje gaat branden op het
instrumentenpaneel.
Automatisch schakelprogramma
In deze stand wordt automatisch geschakeld,
zonder tussenkomst van de bestuurder.
Starten en wegrijden
Parkeerrem aangetrokken.
F S tart de motor.
F
S
electiehendel in de stand P of N .
F
H
oud het rempedaal stevig
ingetrapt.
F
Z
et de parkeerrem vrij.
F
Z
et de selectiehendel in de stand D
(vooruit) of R (achter uit).
F
Laat het rempedaal los en geef voorzichtig gas.
De auto begint te rijden. Laat bij draaiende motor nooit kinderen
alleen achter in de auto.
Page 129 of 412

Rijden127
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Praktische informatie
F Selecteer de stand D om automatisch te laten schakelen
tussen de versnellingen.
De versnellingsbak werkt dan in de auto-
adaptieve stand, zonder dat u zelf hoeft
te schakelen. De versnellingsbak kiest
voortdurend de meest geschikte versnelling,
afhankelijk van de rijstijl, het profiel van de weg
en de belading van de auto.
Voor een maximale acceleratie zonder de
stand van de selectiehendel te wijzigen,
moet het gaspedaal volledig worden
ingetrapt (kickdown). De versnellingsbak
schakelt automatisch terug of handhaaft de
ingeschakelde versnelling totdat de motor het
maximumtoerental bereikt.
Bij het remmen schakelt de versnellingsbak
automatisch terug om sterker op de motor af te
remmen.
Om veiligheidsredenen schakelt de
versnellingsbak niet naar een hogere
versnelling als u het gaspedaal plotseling
loslaat.Handmatig schakelen
In deze sequentiële stand kunt u zelf schakelen.
F Z et de selectiehendel in de stand M .
F
B
eweeg de selectiehendel kort
naar voren om op te schakelen.
F
B
eweeg de selectiehendel
kort naar achteren om terug te
schakelen.
Ongeldige waarde
Dit symbool verschijnt als een
stand niet goed is ingeschakeld
(selectiehendel tussen twee standen). Als de motor stationair draait, het
rempedaal is losgelaten en de stand
R
, D of M is geselecteerd, rijdt de auto
ook zonder dat het gaspedaal wordt
ingetrapt.
Laat bij draaiende motor nooit kinderen
alleen achter in de auto.
Trek de parkeerrem aan en
selecteer de stand P indien er
onderhoudswerkzaamheden moeten
worden uitgevoerd bij draaiende motor.
Selecteer de stand N nooit tijdens het
rijden.
Selecteer de stand P of R nooit voordat
de auto helemaal stilstaat.
U kunt op elk gewenst moment
overschakelen van de stand D naar M
en van M naar D .
Als de stand N tijdens het rijden per
ongeluk wordt geselecteerd, laat het
motortoerental dan terugzakken naar
stationair, zet de selectiehendel in de
stand D en geef weer gas.
Als de buitentemperatuur lager is dan
-23°C, is het voordat u gaat rijden
noodzakelijk om de motor gedurende
4
minuten stationair te laten draaien voor
een optimale werking en levensduur van
de motor en de versnellingsbak.
6
Page 130 of 412

Rijden
128
208_nl_Chap06_conduite_ed01-2016
Programma Sport
Dit specifieke programma vult de
automatische werking aan onder bijzondere
rijomstandigheden. F
D
ruk bij draaiende motor op de
toets "S" .
Het schakelprogramma maakt dan automatisch
een dynamische rijstijl mogelijk.
Op het instrumentenpaneel verschijnt de
aanduiding "S" .
Programma Sneeuw Terugkeren naar het
automatische programma
Parkeren van de auto
De automatische transmissie kan
beschadigd raken:
F
a
ls u gelijktijdig het gas- en het
rempedaal intrapt,
F
a
ls u, wanneer de accu geen
stroom levert, de selectiehendel
geforceerd in de stand P of een
andere stand zet.
Als u langere tijd stilstaat met draaiende
motor (files...), kunt u, om brandstof te
besparen, de selectiehendel in de stand
N zetten en de parkeerrem aantrekken.
Als de selectiehendel niet in de stand
P staat, wordt bij het openen van
het bestuurdersportier of ongeveer
45
seconden nadat het contact is
afgezet een waarschuwingsmelding
weergegeven op het display.
F
Z
et de selectiehendel in de stand P ;
de waarschuwingsmelding verdwijnt.
Rijd altijd stapvoets wanneer u op
een ondergelopen weg rijdt of bij het
door waden van een diepe plas.
Als bij aangezet contact dit
verklikkerlampje gaat branden in
combinatie met een geluidssignaal en een
waarschuwingsmelding op het display,
duidt dit op een storing in de transmissie.
In dit geval werkt de transmissie met een
noodprogramma en blijft de 3e versnelling
ingeschakeld. U kunt dan een hevige schok
voelen bij het selecteren van R vanuit de
stand P , of R vanuit de stand N . Dit heeft geen
schadelijke gevolgen voor de transmissie.
Rijd in deze situatie niet harder dan 100
km/h
(afhankelijk van de geldende snelheidslimiet).
Raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Dit specifieke programma vult de automatische
werking aan. Het vergemakkelijkt het wegrijden
en verbetert de tractie op wegen met weinig
grip. Voordat u de motor afzet:
F
Z
et de auto stil.
F
Z
et de selectiehendel in de stand P of N .
F
T
rek de parkeerrem aan.
F
D
ruk op de knop T als de motor
draait.
De transmissie past zich aan voor het rijden op
gladde wegen.
Op het instrumentenpaneel verschijnt de
aanduiding T . F
U k
unt op elk moment terugkeren
naar de auto-adaptieve stand door
nogmaals op de knop te drukken
om het programma Sport uit te
schakelen.