Peugeot 508 RXH 2014 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2014, Model line: 508 RXH, Model: Peugeot 508 RXH 2014Pages: 332, PDF Size: 9.67 MB
Page 71 of 332

69
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Als een van de portieren of de
achterklep geopend is, als een van
de sleutels van het Keyless entry and
start-systeem zich in de auto bevindt
of als het contact is aangezet, werkt de
centrale vergrendeling niet.
Als de auto is vergrendeld en per
ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat
binnen ongeveer 30 seconden een van
de portieren wordt geopend, wordt de
auto automatisch weer vergrendeld.
Als het alarmsysteem al was
ingeschakeld, wordt dit niet automatisch
weer ingeschakeld.
Het in- en uitklappen van
de buitenspiegels met de
afstandsbediening kan worden
uitgeschakeld door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats. Het vergrendelen wordt bevestigd door
het gedurende ongeveer 2 seconden
branden van de richtingaanwijzers.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk
van de uitvoering van de auto, de
buitenspiegels ingeklapt.Verlaat om veiligheidsredenen
(kinderen in de auto) de auto nooit,
zelfs niet voor een korte tijd, zonder
de sleutel van het Keyless entry and
start-systeem mee te nemen.
Wees bedacht op diefstal als de sleutel
van het Keyless entry and start-systeem
zich binnen het detectiebereik bevindt
ter wijl uw auto ontgrendeld is.
Om te voorkomen dat de batterij van
de elektronische sleutel ontladen raakt,
gaan de "Keyless entry"-functies over in
de waakfase als de auto langer dan
21 dagen niet is gebruikt. Om de
functies weer te activeren, dient
u op een van de knoppen van de
afstandsbediening te drukken of de
motor te starten met de elektronische
sleutel in de lezer.
Met de elektronische sleutel
F Druk, als de elektronische sleutel zich binnen het detectiebereik bevindt, met een
van uw vingers op de portiergreep (bij de
merktekens) om de auto te vergrendelen.
F
D
ruk, als de elektronische sleutel zich
binnen het detectiebereik bevindt, bij de
achterklep op een knop om de auto te
vergrendelen.
Wanneer u de sleutel in de vergrendelstand gedraaid
houdt, de knop van de afstandsbediening ingedrukt
houdt of uw vinger op de portiergreep houdt, worden
ook de ruiten en het schuifdak gesloten.
2
Toegang tot de auto
Page 72 of 332

70
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
De supervergrendeling wordt
bevestigd door het gedurende
ongeveer 2 seconden branden van de
richtingaanwijzers.
Met de afstandsbediening
F Druk op het gesloten hangslot om de auto volledig te
vergrendelen of druk langer dan
2 seconden op het gesloten
hangslot om ook de ruiten te
sluiten.
Met de elektronische sleutel
Via de portieren:
F D ruk, als de elektronische sleutel zich
binnen het detectiebereik bevindt, met
een vinger op de portiergreep (bij de
merktekens) om de auto te vergrendelen.
F
D
ruk binnen vijf seconden nogmaals op de
portiergreep om de supervergrendeling in
te schakelen. Via de achterklep:
F
D
ruk, als de elektronische sleutel zich
binnen het detectiebereik bevindt, op de
knop om de auto te vergrendelen.
F
D
ruk binnen vijf seconden nogmaals op
de knop om de supervergrendeling in te
schakelen.
F
D
ruk binnen 5 seconden nogmaals op het
gesloten hangslot om de supervergrendeling
van de auto in te schakelen.
Supervergrendeling
De supervergrendeling blokkeert het van
buitenaf en van binnenuit openen van de
portieren.
Als de supervergrendeling is ingeschakeld,
is ook de vergrendelingsschakelaar in het
interieur buiten werking.
Schakel daarom nooit de supervergrendeling
in als er zich iemand in de auto bevindt.
Met de sleutel
F Draai de sleutel richting de achterzijde van de auto om de auto volledig te
vergrendelen.
F
D
raai binnen 5 seconden de sleutel
nogmaals richting de achterzijde van de
auto om de supervergrendeling van de
auto in te schakelen.
Toegang tot de auto
Page 73 of 332

71
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Vergrendelen / ontgrendelen van binnenuit
Automatische centrale
vergrendeling van de portieren
De portieren kunnen tijdens het rijden
automatisch worden vergrendeld (bij een
snelheid hoger dan 10 km/h).
Houd om deze functie in of uit te schakelen de
knop ingedrukt tot een melding op het display
wordt weergegeven.
Als de supervergrendeling is ingeschakeld of als
de auto is vergrendeld met de afstandsbediening
of de portiergrepen, is de knop buiten
werking. Gebruik in dat geval de sleutel of de
afstandsbediening om de auto te ontgrendelen.
Het rijden met vergrendelde portieren
kan bij een noodgeval de toegang tot de
auto voor de hulpdiensten belemmeren.F
D
ruk op het symbooltje van het
gesloten hangslot om de eerder
vergrendelde auto te lokaliseren
op een parkeerplaats.
Lokaliseren van de auto
F Druk op de knop om de portieren en de achterklep te ver- of ontgrendelen.
Als de supervergrendeling is ingeschakeld, is
de knop buiten werking. De plafonniers gaan branden en de
richtingaanwijzers knipperen gedurende enkele
seconden.
Als u vanwege het vervoer van een groot
voorwerp met de achterklep geopend
rijdt, kunt u het waarschuwingssignaal
voor de geopende achterklep
uitschakelen door de knop in te drukken.
Bij het van binnenuit vergrendelen
worden de buitenspiegels niet ingeklapt.
2
Toegang tot de auto
Page 74 of 332

72
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Noodprocedure
Noodprocedure voor
openen/sluiten
met de elektronische sleutel
Met de geïntegreerde sleutel kan de auto
vergrendeld en ontgrendeld worden als de
elektronische sleutel niet werkt:
-
l
ege batterij, accu ontladen of
losgekoppeld, ...
-
a
uto bevindt zich in een omgeving met veel
elektromagnetische straling.
F
T
rek aan de knop 1 om de geïntegreerde
sleutel 2
uit de houder te halen.
F
O
pen of sluit de auto met de sleutel.
Handmatig vergrendelen
Bestuurdersportier
Steek de sleutel in het slot om het portier te
vergrendelen of ontgrendelen.
Overige portieren
F Controleer bij de achterportieren of de kinderbeveiliging is uitgeschakeld.
F
V
er wijder met de sleutel het zwarte
afdekkapje op de zijkant van het portier.
F
S
teek de sleutel zonder te forceren in de
opening en duw vervolgens, zonder te
draaien, de nok het portier in.
F
V
er wijder de sleutel en plaats het
afdekkapje terug.
Storing afstandsbediening
Na het losnemen en weer aansluiten van de
accukabels, het vervangen van de batterij
van de afstandsbediening of een storing in de
afstandsbediening kan de auto niet meer met
de afstandsbediening ontgrendeld, vergrendeld
en gelokaliseerd worden.
F
O
ntgrendel of vergrendel de auto eerst met
de sleutel in het slot.
F
Synchroniseer vervolgens de afstandsbediening.Raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats als
de storing niet is verholpen.
Synchroniseren
(afstandsbediening)
F Zet het contact aan.
F D ruk zo snel mogelijk gedurende enkele
seconden op een van de knoppen van de
afstandsbediening.
F
Z
et het contact af.
De afstandsbediening werkt nu weer.
Toegang tot de auto
Page 75 of 332

73
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Batterij van de sleutel vervangen
Batterij ref.: CR2032 / 3 V.
D eze batterij is via het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats verkrijgbaar.
Als de batterij van de afstandsbediening
vervangen moet worden, wordt u
gewaarschuwd door een melding op het display
van het instrumentenpaneel.
F
W
ip het deksel met een kleine
schroevendraaier bij de uitsparing los.
F
V
erwijder het deksel.
F
V
erwijder de lege batterij.
F
P
laats een nieuwe batterij in de juiste
richting in de houder.
F
D
ruk het deksel op de afstandbediening vast.Gooi de lege batterijen van de
afstandsbediening niet weg: ze bevatten
metalen die schadelijk zijn voor het milieu.
Lever lege batterijen in bij een speciaal
verzamelpunt.
Synchroniseren
(elektronische sleutel)
F Zet het contact af.
F D ruk zo snel mogelijk gedurende enkele
seconden op een van de knoppen van de
afstandsbediening.
F
Z
et het contact aan.
De elektronische sleutel werkt nu weer.
Batterij van de elektronische
sleutel vervangen
Batterij ref.: CR2032 / 3 V.
D eze batterij is via het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats verkrijgbaar.
Als de batterij vervangen moet worden, wordt u
gewaarschuwd door een melding op het display
van het instrumentenpaneel.
F
W
ip het deksel met een spits voor werp bij
de sleutelhanger los.
F
V
erwijder de lege batterij.
F
S
chuif de nieuwe batterij in de juiste
richting op zijn plaats.
F
Z
et het deksel aan de voorzijde vast en klik
het dicht.
F
S
ynchroniseer de elektronische sleutel.
2
Toegang tot de auto
Page 76 of 332

74
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Sleutels, afstandsbediening, elektronische sleutel verloren
Ga met het kentekenbewijs van de auto en uw legitimatiebewijs naar het PEUGEOT-netwerk.
Het PEUGEOT-netwerk kan de speciale code van de sleutel en de transponder opzoeken en een nieuwe bestellen.
Afstandsbediening
De radiografische afstandsbediening is een systeem met een groot bereik. Het is raadzaam om niet met de knop van de afstandsbediening te
spelen om te voorkomen dat de portieren per ongeluk ontgrendeld worden.
Druk nooit op de knoppen van uw afstandsbediening buiten het bereik en het zicht van uw auto. De afstandsbediening kan dan onbruikbaar
worden en moet in dat geval opnieuw worden gesynchroniseerd.
De afstandsbediening kan niet functioneren als de sleutel in het contactslot zit, zelfs als het contact uitstaat.
Vergrendelen van de auto
Het rijden met vergrendelde portieren kan in geval van nood de toegang tot het interieur belemmeren.
Neem uit veiligheidsover wegingen (kinderen in de auto) de sleutel met afstandsbediening of de elektronische sleutel mee als u de auto verlaat,
zelfs al is dit voor korte duur.
Elektrische storingen
De elektronische sleutel van het Keyless entry and start-systeem werkt in sommige gevallen niet correct in de nabijheid van elektronische
apparatuur: telefoon, laptop, sterke magnetische velden, ...
Diefstalbeveiliging
Breng geen wijzigingen aan in de elektronische startblokkering; dit kan tot storingen leiden.
Vergeet niet aan het stuur wiel te draaien om het stuurslot te activeren.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto
Laat uw sleutels door het PEUGEOT-netwerk in het elektronische geheugen van de auto opslaan, zodat u er zeker van kunt zijn dat de in uw
bezit zijnde sleutels de enige zijn waarmee de auto kan worden gestart.
Toegang tot de auto
Page 77 of 332

75
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Dit systeem beveiligt uw auto tegen inbraak en
diefstal. Het systeem bestaat uit de volgende
typen beveiliging:
Alarm
- Omtrekbeveiliging
Dit systeem houdt de te openen carrosseriedelen van de auto in de gaten.
Het alarm gaat af als iemand een portier, de achterklep of de motorkap
probeert te openen.
- Interieurbeveiliging
Dit systeem treedt in werking als er
bewegingen in het interieur worden
waargenomen.
Het alarm gaat af als er een ruit wordt
ingeslagen, als iets of iemand de auto
binnendringt of als iets of iemand in de auto
beweegt.
- Wegsleepbeveiliging
Dit systeem treedt in werking als er veranderingen
in de wagenhoogte worden waargenomen.
Het alarm gaat af als de auto wordt opgetild,
verplaatst of aangestoten.
Automatische beveiligingsfunctie
Dit systeem treedt in werking als iemand
probeert het alarm te saboteren.
Het alarm gaat af als iemand probeert
de accu, de bedieningseenheid of de
kabels van de sirene uit te schakelen of
te beschadigen.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats alvorens wijzigingen
aan het alarmsysteem aan te brengen.
Vergrendelen van de auto met
volledig ingeschakeld alarm
Inschakelen
F Zet het contact af en verlaat de auto.F
D
ruk op de vergrendelknop
van de afstandsbediening of
vergrendel de auto met het
"Keyless entry and start"-
systeem.
Het alarmsysteem is geactiveerd: het verklikkerlampje
van de knop zal één keer per seconde knipperen.
De inbraakbeveiliging wordt 5
seconden nadat
de vergrendelknop van de afstandsbediening is
ingedrukt of nadat de auto met het "Keyless entry
and start"-systeem vergrendeld is, geactiveerd.
De interieurbeveiliging wordt 45
seconden en
de wegsleepbeveiliging 90
seconden nadat de
vergrendelknop van de afstandsbediening is
ingedrukt, geactiveerd.
Indien een portier of de achterklep niet goed is
gesloten, wordt de auto niet vergrendeld, maar
wordt de omtrekbeveiliging na 45
seconden wel
ingeschakeld.
F Druk op de ontgrendelknop van de afstandsbediening of
ontgrendel de auto met het
"Keyless entry and start"-
systeem.
Uitschakelen van de
interieurbeveiliging
De interieurbeveiliging wordt
uitgeschakeld; het verklikkerlampje
van de knop gaat uit.
2
Toegang tot de auto
Page 78 of 332

76
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Vergrendelen van de auto met
alleen de omtrekbeveiliging
ingeschakeld
Schakel de interieur- en wegsleepbeveiliging uit
om te voorkomen dat het alarm onnodig wordt
ingeschakeld als bijvoorbeeld:
-
e
en ruit op een kier blijft staan,
-
d
e auto wordt gewassen,
-
e
en wiel wordt ver wisseld,
-
d
e auto wordt gesleept,
-
d
e auto op een boot wordt vervoerd.
Uitschakelen van de interieur- en
wegsleepbeveiliging
F Zet het contact af en druk binnen 10 seconden op deze knop
tot het verklikkerlampje blijft
branden.
F
V
erlaat de auto.
F
D
ruk onmiddellijk op de
vergrendelknop van de
afstandsbediening of vergrendel
de auto met het "Keyless entry
and start"-systeem.
Alleen de omtrekbeveiliging wordt ingeschakeld;
het verklikkerlampje van de knop zal één keer per
seconde knipperen.
De interieur- en wegsleepbeveiliging worden
uitsluitend uitgeschakeld als deze procedure elke
keer na het afzetten van het contact wordt uitgevoerd.
Opnieuw inschakelen van de
interieur- en wegsleepbeveiliging
Afgaan van het alarm
Als het alarm afgaat, treedt de sirene in
werking en knipperen de richtingaanwijzers
gedurende dertig seconden.
Als het alarm voor de 11
e keer afgaat, worden
de alarmsystemen uitgeschakeld. F
D
ruk op de ontgrendelknop
van de afstandsbediening of
ontgrendel de auto met het
"Keyless entry and start"-systeem
om de omtrekbeveiliging uit te
schakelen.
F
D
ruk op de vergrendelknop
van de afstandsbediening of
vergrendel de auto met het
"Keyless entry and start"-
systeem om alle alarmsystemen
in te schakelen.
Het verklikkerlampje van de knop
zal opnieuw één keer per seconde
knipperen.
Als het verklikkerlampje van de knop
snel knippert bij het ontgrendelen van
de auto met de afstandsbediening of
met het "Keyless entry and start"-
systeem, is het alarm tijdens uw afwezigheid
afgegaan. Het lampje stopt met knipperen als
het contact wordt aangezet.
Storing afstandsbediening
Om de alarmsystemen uit te schakelen:
F
O
ntgrendel de auto met de sleutel in het
slot van het bestuurdersportier.
F
O
pen het portier; het alarm gaat af.
F
Z
et het contact aan, het alarm stopt. Het
verklikkerlampje van de knop gaat uit.
Vergrendelen van de auto
zonder het alarm in te schakelen
F Vergrendel de auto of schakel de supervergrendeling in met de sleutel in het
slot van het bestuurdersportier.
Storing
Als bij het aanzetten van het contact het
verklikkerlampje van de knop blijft branden, duidt
dit op een storing in het systeem.
Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
* Volgens land van bestemming.
Automatisch inschakelen*
Het systeem wordt 2 minuten nadat het laatste
p ortier of de achterklep is gesloten, automatisch
ingeschakeld.
F
O
m het afgaan van het alarm bij het
openen van een portier of de achterklep te
voorkomen, moet eerst op de ontgrendelknop
van de afstandsbediening worden gedrukt
of moet de auto ontgrendeld worden met het
"Keyless entry and start"-systeem.
Toegang tot de auto
Page 79 of 332

77
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Elektrisch bedienbare ruiten
1. Schakelaar ruitbediening links voor.
2. Schakelaar ruitbediening rechts voor.
3.
S
chakelaar ruitbediening rechts achter.
4.
S
chakelaar ruitbediening links achter.
5.
B
lokkeerschakelaar elektrisch
bedienbare ruiten achter ,
v
ergrendeling van de achterportieren
(
kinderbeveiliging). Handbediening
Duw of trek de schakelaar tot het zware punt
om de ruit te openen of sluiten. De ruit stopt
zodra de schakelaar wordt losgelaten.
Automatische bediening
(volgens uitvoering)
Duw of trek de schakelaar voorbij het zware
punt om de ruit te openen of sluiten. Als u de
schakelaar hebt losgelaten, opent of sluit de
ruit volledig. Druk opnieuw op de schakelaar
om het openen of sluiten te stoppen.
Ongeveer 1
minuut nadat de sleutel uit het
contact is genomen, kunnen de ruiten niet meer
worden bediend.
Zet het contact aan om de ruiten weer te
kunnen bedienen.
Beveiliging tegen beknellen
Als de ruit sluit en tegen een obstakel stuit,
stopt de ruit en gaat deze direct gedeeltelijk
weer open.
Als de ruit niet wil sluiten, druk dan op de
schakelaar om de ruit helemaal te openen en
trek vervolgens de schakelaar omhoog tot de
ruit volledig is gesloten. Houd de schakelaar na
het sluiten nog ongeveer 1
seconde vast.
Tijdens deze handelingen is de beveiliging
tegen beknellen uitgeschakeld.
Blokkering van de ruitbediening
achter
Druk, voor de veiligheid van uw kinderen, op
de schakelaar 5 om de ruitbediening achter,
ongeacht de stand van de ruiten, te blokkeren.
De binnenportiergrepen van de achterportieren
worden in dat geval ook geblokkeerd.
Als de schakelaar is ingedrukt (het lampje
brandt), is de ruitbediening geblokkeerd. Als
de schakelaar niet is ingedrukt (het lampje is
gedoofd), is de ruitbediening niet geblokkeerd.
2
Toegang tot de auto
Page 80 of 332

78
508RXH_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Resetten van de
ruitbediening
Neem bij het verlaten van de auto, zelfs
voor een korte periode, altijd de sleutel uit
het contact.
Wanneer tijdens het bedienen van de ruit
iets tussen de ruit en de sponning bekneld
raakt, moet de ruit weer worden geopend.
Druk daarvoor op de desbetreffende
schakelaar.
Wanneer de bestuurder de ruit aan
passagierszijde bedient, moet deze ervan
verzekerd zijn dat niets het correcte sluiten
van de ruit verhindert.
De bestuurder moet ervan verzekerd zijn
dat de passagiers op de juiste manier
gebruik maken van de elektrische
ruitbediening.
Zorg ervoor dat kinderen zich tijdens het
bedienen van de ruit niet kunnen bezeren.
Als de accu is losgekoppeld geweest, moet de
ruitbediening gereset worden.
Tijdens deze handelingen is de beveiliging
tegen beknellen uitgeschakeld:
-
o
pen de ruit volledig en sluit de ruit.
Telkens als de schakelaar omhoog wordt
getrokken, sluit de ruit enkele centimeters.
Laat de schakelaar los en trek hem
opnieuw omhoog totdat de ruit volledig is
gesloten,
-
h
oud de schakelaar na het sluiten nog
minimaal 1
seconde vast.
Toegang tot de auto