YAMAHA TDR 125 2001 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2001, Model line: TDR 125, Model: YAMAHA TDR 125 2001Pages: 94, PDF Size: 5.09 MB
Page 61 of 94

6-25
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU03073
Verversen van remvloeistofVraag een Yamaha dealer de remvloei-
stof te verversen volgens de intervalperio-
den voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Laat
bovendien de olie-afdichtingen van de
hoofdremcilinder en de remklauw en de
remslangen vervangen volgens de inter-
valperioden of wanneer ze lekken of zijn
beschadigd.
8Olie-afdichtingen: Vervang elke twee
jaar.
8Remslangen: Vervang elke vier jaar.
DAU00744
Doorbuiging aandrijfkettingDe doorbuiging van de aandrijfketting
moet voorafgaand aan elke rit worden
gecontroleerd en eventueel worden bijge-
steld.
Aandrijfketting controleren op door-
buiging
1.Plaats de motorfiets op een vlakke
ondergrond en houd hem verticaal.OPMERKING:Om de kettingdoorbuiging te controleren
en bij te stellen, moet de motorfiets recht-
op worden gehouden en mag deze geen
gewicht dragen.
a
a.Doorbuiging aandrijfketting2.Schakel de versnellingsbak in de
vrijstand.
3.Draai het achterwiel door de motor-
fiets te duwen en vind zo het strak-
ste gedeelte in de aandrijfketting;
meet nu de doorbuiging van de ket-
ting zoals afgebeeld.
4.Stel de doorbuiging van de ketting
als volgt bij als deze niet correct is. Doorbuiging aandrijfketting:
25Ð40 mm
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 60
Page 62 of 94

6-26
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU03752
Doorbuiging aandrijfketting bijstellen
1.Draai de wielasmoer los en draai
dan de borgmoer los aan beide uit-
einden van de swingarm.
2.Draai om de aandrijfketting strakker
te stellen de stelmoer op beide uit-
einden van de swingarm in de rich-
ting a. Draai om de aandrijfketting
losser te stellen de stelmoer op
beide uiteinden van de swingarm in
de richting ben druk vervolgens het
achterwiel naar voren.
1
4
2
3
a
b1.Wielasmoer
2.Borgmoer
3.Stelmoer
4.Uitlijnmerktekens
DAU03006
Smeren van de aandrijfkettingDe aandrijfketting moet worden gereinigd
en gesmeerd volgens de intervalperioden
zoals voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema, anders
zal de ketting snel slijten, met name in
vochtige of stoffige gebieden. Onderhoud
de ketting als volgt.
DC000097
<>De aandrijfketting moet worden
gesmeerd nadat de motorfiets is
gewassen of ermee in de regen is
gereden.1.Reinig de aandrijfketting met petro-
leum en een zacht borsteltje.
DCA00053
<>Om beschadiging van de o-ringen te
voorkomen, mag de aandrijfketting
niet worden gereinigd met een stoom-
reiniger of hogedrukreiniger of met
niet-geschikte ontvetters.
OPMERKING:Gebruik voor een goede wieluitlijning de
uitlijnmerktekens aan beide zijden van de
swingarm, om zeker te zijn dat beide stel-
moeren dezelfde positie hebben.
DC000096
<>Een slecht gespannen aandrijfketting
overbelast de motor en andere vitale
delen van de motorfiets, waardoor de
ketting kan slippen of breken. Om dit
te voorkomen moet de spanning van
de aandrijfketting binnen het voorge-
schreven bereik blijven.3.Draai de borgmoeren vast en zet
dan de wielasmoer vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment.
Aanhaalmoment:
Wielasmoer:
104 Nm (10,4 m0kg)
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 61
Page 63 of 94

6-27
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU02962
Controleren en smeren van de
kabelsDe werking van alle bedieningskabels en
de conditie van de kabels moeten v——r
iedere rit worden gecontroleerd. De
kabels en de kabeleinden dienen zo
nodig te worden gesmeerd. Vraag een
Yamaha dealer een kabel te controleren
of te vervangen wanneer deze is bescha-
digd of niet soepel beweegt.
Aanbevolen smeermiddel:
Motorolie
DW000112
X@Bij een beschadiging van de buitenka-
bel kan de kabelbediening verslechte-
ren en de binnenkabel gaan roesten.
Vervang een beschadigde kabel zo
snel mogelijk om onveilige condities te
voorkomen.
2.Wrijf de aandrijfketting droog.
3.Smeer de aandrijfketting grondig
met speciale smering voor O-ring
kettingen.
DCA00052
<>Gebruik geen motorolie of andere
smeermidelen voor de aandrijfketting,
deze bevatten mogelijk toevoegingen
die de o-ringen kunnen beschadigen.
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 62
Page 64 of 94

6-28
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU03209
Controleren en smeren van
gasgreep en gaskabelDe werking van de gasgreep en de condi-
tie van de gaskabel moet voorafgaand
aan elke rit worden gecontroleerd, en de
kabel moet zo nodig worden gesmeerd of
vervangen.OPMERKING:Omdat de gasgreep moet worden verwij-
derd om het uiteinde van de gaskabel te
smeren, horen de gasgreep en de gaska-
bel steeds tegelijkertijd te worden
gesmeerd.1.Verwijder de gasgreep door de
schroeven te verwijderen.
2.Maak de gaskabel los, houd deze
omhoog en breng dan enkele drup-
pels olie aan op het kabeluiteinde,
zodanig dat de olie in de buitenkabel
kan druipen.
3.Sluit de gaskabel aan en vet dan het
gaskabelhuis in aan de binnenzijde.4.Vet de metaal-op-metaal contact-
vlakken van de gasgreep in en mon-
teer dan de gasgreep door de
schroeven aan te brengen.
Aanbevolen smeermiddel:
Gaskabel:
Motorolie
Gaskabelhuis en gasgreep:
Lithiumvet (universeel vet)
DAU00774
Afstellen van de Autolube
pompDe Autolube 2-takt olie-injectiepomp
vormt een vitaal en geavanceerd onder-
deel van de motor en moet door een
Yamaha dealer worden afgesteld volgens
de intervalperioden zoals vermeld in het
periodiek smering- en onderhoudssche-
ma.
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 63
Page 65 of 94

6-29
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU03165
Controleren en smeren van de
zijstandaardDe werking van de zijstandaard moet
voorafgaand aan elke rit worden gecon-
troleerd en het scharnierpunt en de
metaal-op-metaal contactvlakken moeten
zo nodig worden gesmeerd.
DW000113
X@Als de zijstandaard niet soepel
omhoog en omlaag beweegt, vraag
dan een Yamaha dealer deze te contro-
leren of te repareren.
DAU03370
Controleren en smeren van
rem- en schakelpedalenDe werking van het rem- en het schakel-
pedaal moet voorafgaand aan elke rit
worden gecontroleerd en de pedaalschar-
nierpunten moeten zo nodig worden
gesmeerd.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet (universeel vet)
DAU03164
Controleren en smeren van de
rem- en koppelingshendelDe werking van de rem- en de koppe-
lingshendel moet voorafgaand aan elke rit
worden gecontroleerd en de hendelschar-
nierpunten moeten zo nodig worden
gesmeerd.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet (universeel vet)
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 64
Page 66 of 94

6-30
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU00790
Smeren van achterwiel-
ophangingDe scharnierpunten van de achterwielop-
hanging moeten worden gesmeerd vol-
gens de intervalperioden voorgeschreven
in het periodieke smeer- en onderhouds-
schema.
DAU02939
Controleren van de voorvorkDe conditie en de werking van de voor-
vork moeten als volgt te worden gecon-
troleerd op de aangegeven tijden in het
periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma.
Controleren van de conditie
DW000115
X@Ondersteun de motorfiets goed, zodat
deze niet kan omvallen.Controleer de binnenste vorkbuizen op
krassen, beschadigingen en overmatige
olielekkage. Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet (universeel vet)
Aanbevolen smeermiddel:
Molybdeenvet
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 65
Page 67 of 94

6-31
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
Controleren van de werking
1.Plaats de motorfiets op een horizon-
tale ondergrond en houd hem verti-
caal.
2.Bekrachtig de voorrem en druk het
stuur een paar keer stevig naar
beneden om te controleren of de
voorvork soepel in- en uitveert.
DC000098
<>Als u beschadigingen aantreft of wan-
neer de voorvork niet soepel functio-
neert, laat deze dan door een Yamaha
dealer nakijken of repareren.
DAU00794
Controle van stuursysteemLosse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuur
moet als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden voorgeschreven
in het periodieke smeer- en onderhouds-
schema.
1.Plaats een standaard onder de
motor zodat het voorwiel los is van
de grond.
DW000115
X@Ondersteun de motorfiets goed, zodat
deze niet kan omvallen.
2.Houd de voorvorkpoten beet bij het
ondereinde en probeer ze naar
voren en achteren te bewegen. Als
speling kan worden gevoeld, vraag
dan een Yamaha dealer het stuur-
systeem te testen.
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 66
Page 68 of 94

6-32
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU01144
Controleren van wiellagersDe voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalpe-
rioden voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de
wielnaaf speling vertoont of het wiel niet
soepel draait, vraag dan een Yamaha
dealer de wiellagers te controleren.
DAU00800
AccuDeze motorfiets is uitgerust met een per-
manent-dichte accu (onderhoudsvrij type)
waarvoor geen onderhoud vereist is. De
elektrolyt hoeft niet te worden gecontro-
leerd en er hoeft geen gedistilleerd water
te worden bijgevuld.
DC000101
<>Probeer nooit om celafdichtingen op
de accu te verwijderen, hierdoor kan
permanente schade aan de accu wor-
den toegebracht.
DW000116
X@8Elektrolyt is giftig en gevaarlijk
doordat dit zwavelzuur bevat, een
stof die ernstige brandwonden
veroorzaakt. Vermijd contact met
de huid, ogen of kleding en
bescherm uw ogen altijd bij werk-
zaamheden nabij accuÕs. Voer als
volgt EERSTE HULP uit als er
lichamelijk contact is geweest met
elektrolyt.
9UITWENDIG: Spoel met rijkelijk
veel water.9INWENDIG: Drink grote hoe-
veelheden water of melk en
roep direct de hulp in van een
arts.
9OGEN: Spoel gedurende 15
minuten met water en roep
direct medische hulp in.
8AccuÕs produceren het explosieve
waterstofgas. Houd daarom von-
ken, open vuur, sigaretten e.d. uit
de buurt van de accu en zorg voor
voldoende ventilatie bij acculaden
in een afgesloten ruimte.
8HOUD DEZE EN ALLE ACCUÕS
BUITEN BEREIK VAN KINDEREN.
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 67
Page 69 of 94

6-33
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
Om de accu op te laden
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha
dealer de accu te laden als deze ontladen
lijkt te zijn. Vergeet niet dat de accu snel-
ler ontladen raakt als de machine is uitge-
rust met optionele elektrische accessoi-
res.
Om de accu op te bergen
1.Verwijder de accu als de motorfiets
een maand lang niet wordt gebruikt,
laad volledig bij en zet hem dan weg
op een koele en droge plek.
2.Als de accu langer dan twee maan-
den wordt weggeborgen, moet deze
minstens eenmaal per maand wor-
den gecontroleerd; laad de accu dan
steeds volledig bij als dat nodig is.
3.Laad de accu volledig bij alvorens te
installeren.
4.Controleer na installatie of de accu-
kabels correct zijn aangesloten op
de accupolen.
12DAU00806
Zekering vervangenHet zekeringenkastje bevindt zich onder
het rijderzadel. (Zie pagina 3-12 voor
instructies over verwijderen en aanbren-
gen van het zadel.)
Vervang de zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1.Draai de sleutel naar ÒOFFÓ en scha-
kel alle elektrische circuits uit.
2.Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering aan
-
waarde.1.Zekering
2.Reserve-zekering
DC000102
<>8Zorg dat de accu altijd geladen
blijft. Door een accu in ontladen
toestand weg te bergen kan per-
manente accuschade ontstaan.
8Om een permanent-dichte accu
(onderhoudsvrij type) te laden, is
een speciale acculader (met con-
stante laadspanning) vereist. Bij
gebruik van een conventionele
acculader raakt de accu bescha-
digd. Wanneer u niet beschikt
over een speciale acculader voor
permanent-dichte accuÕs (onder-
houdsvrij type), vraag dan een
Yamaha dealer uw accu op te
laden.
Voorgeschreven zekering:
20A
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 68
Page 70 of 94

6-34
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
2
1
2
1
1.Stekker koplampbedrading
2.Gloeilampkap
DAU01079
Koplampgloeilamp vervangenDe koplampen op deze motorfiets hebben
halogeen gloeilampen. Vervang een kop-
lampgloeilamp als volgt als deze is door-
gebrand.
1.Verwijder het stroomlijnpaneel A.
(Zie pagina 6-6 voor de werkwijze bij
verwijderen en aanbrengen van het
stroomlijnpaneel.)
2.Maak de koplampstekker los en ver-
wijder dan de kap over de koplamp-
gloeilamp.
3.Verwijder de gloeilamphouder vol-
gens de instructies hierna en verwij-
der dan de defecte gloeilamp.
OPMERKING:De werkwijze bij verwijderen is afhankelijk
van het type gloeilamphouder dat op uw
motorfiets is gebruikt.
DW000119
X@Koplampgloeilampen worden zeer
heet. Houd daarom brandbare produc-
ten uit de buurt van een koplampgloei-
lamp en raak het lampglas niet aan
zolang dit niet is afgekoeld.4.Breng een nieuwe gloeilamp aan en
zet deze dan vast met de gloeilamp-
houder.Type
1Type 2
Type 3Type 4 Draaaien
Loshaken
LoshakenDraaaien
DC000103
<>Gebruik geen zekering met een hoger
ernstige schade aan het elektrisch
systeem en mogelijk brandgevaar te
vermijden.3.Draai de sleutel in ÒONÓ en schakel
alle elektrische circuits uit om te zien
of de apparatuur werkt.
4.Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha
dealer het elektrisch systeem te tes-
ten.
5AE-9-D4 (DUTCH) 8/30/00 5:01 PM Page 69