CITROEN JUMPER 2017 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2017, Model line: JUMPER, Model: CITROEN JUMPER 2017Pages: 292, PDF Size: 9.1 MB
Page 171 of 292

169
Ruitenwisserbladen versleten
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
RUITeNWISSeRBlAd
V
e RVAN ge N
Voor een gemakkelijke toegang tot de
ruitenwissers en de ruitensproeierkoppen
kunt u in de uitsparingen van de voorbumper
gaan staan.Vervangen van een wisserblad
vóór
Til de ruitenwisserarm op.
Maak het wisserblad los door de knop in
te drukken en verwijder het door het naar
buiten te trekken.
Monteer het nieuwe wisserblad en controleer
of deze goed vastzit.
Zet de ruitenwisserarm terug.
Controleer of de ruitensproeierkoppen
niet verstopt zitten.
SNEL WEER OP WEG
8
Page 172 of 292

170
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
Plaatsen van de auto
Zet de auto voor zover mogelijk op een
horizontale, stabiele en stroeve ondergrond.
Trek de handrem aan, zet het contact af en
schakel de eerste versnelling in.
Trek een veiligheidsvest aan en plaats de
gevarendriehoek.
Zorg ervoor dat de inzittenden de auto
hebben verlaten en zich op een veilige plek
bevinden.
gereedschap
Het gereedschap bevindt zich in een kist onder
de zitting van de voorpassagiersstoel.
-
Draai de knop een kwart omwenteling en
trek aan de kist.
-
Druk na gebruik van het gereedschap
op de knop en draai deze een kwart
omwenteling om de kist vast te zetten.
A.
V
erlengstuk wielsleutel.
B.
Staaf.
C.
Krik.
d
. Wielsleutel.
e
.
Schroevendraaier (met verwisselbare bits).
F.
Afneembaar sleepoog.
g
.
V
ulpijp voor het (bij)vullen van olie.
WIel VeRWISSeleNluchtvering
Als uw auto is voorzien van luchtvering,
moet u eerst de modus voor het opkrikken
van de auto activeren.
Druk gelijktijdig op de twee schakelaars en
houd ze minimaal 5
seconden ingedrukt; de
verklikkerlampjes van de schakelaars gaan
permanent branden.
Als u na het verwisselen van het het wiel
sneller dan 5
km/h rijdt, wordt deze modus
automatisch uitgeschakeld.
De krik en het gereedschap behoren bij
uw auto. Gebruik ze niet voor andere
doeleinden.
Ga nooit onder een auto liggen die alleen op
de krik steunt (gebruik bokken).
Lekke band
Page 173 of 292

171
lekke band
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
● Verwijder bij uitvoeringen met lichtmetalen velgen de drie
bevestigingsbouten J van de beugel
k
.
●
V
erwijder het geheel van het binnenste
gedeelte van de lichtmetalen velg.
Reservewiel
De bevestigingsbout van het reservewiel
bevindt zich rechts onder de achterbumper.
-
Monteer het verlengstuk
A, de
wielsleutel
d en de staaf
B op de
bevestigingsbout.
-
Draai het geheel linksom om het wiel te
laten zakken.
-
Draai totdat de beweging blokkeert, tot
aan het zogenaamde zware punt.
-
Haal, nadat de kabel volledig is
uitgerold, het reservewiel onder de auto
vandaan. ●
Draai bij uitvoeringen met stalen velgen
de handgreep H los.
●
V
erwijder de steun I van het buitenste
gedeelte van de stalen velg.
-
Maak het reservewiel los en plaats het
bij het te verwisselen wiel.
-
Plaats indien mogelijk een wielblok
bij het wiel kruislings tegenover het te
verwisselen wiel.
SNEL WEER OP WEG
8
Page 174 of 292

172
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
- Draai de krik uit met behulp van de
wielsleutel
d en de staaf
B tot het
wiel enkele centimeters van de grond
verwijderd is.
-
Draai de bouten volledig los en verwijder
het te repareren wiel.
-
Plaats de krik
C
onder één van de vier
steunpunten aan de onderzijde (bij het
te verwisselen wiel).
Plaats als uw auto is voorzien van een
wegklapbare treeplank de krik onder een
hoek van 45°.
Verwijderen van het te repareren wiel
- Wip de wieldop (volgens uitvoering) los
met de schroevendraaier e
en verwijder
hem.
-
Draai de bouten iets los met de
wielsleutel
d en de staaf
B.
Lekke band
Page 175 of 292

173
lekke band
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
Monteren van het reservewiel Opbergen van het wiel
- Plaats het reservewiel op de naaf en
breng de wielbouten met de hand aan.
-
Draai de wielbouten iets aan met de
wielsleutel
d en de staaf
B.
-
Laat de krik
C volledig zakken en
verwijder deze vervolgens.
-
Draai de bouten nogmaals aan met de
wielsleutel
d en de staaf
B (zonder te
forceren). U moet altijd het wiel met de lekke band of
het reservewiel onder de auto terug plaatsen
om het liersysteem te vergrendelen.
-
Plaats het wiel bij de achterzijde van de
auto.
●
Bevestig bij uitvoeringen met
stalen
velgen de steun I op het buitenste
gedeelte.
●
Draai de handgreep
H vast om de steun
vast te zetten op de stalen velg. ●
Plaats bij uitvoeringen met lichtmetalen
velgen de beugel k
op het binnenste
gedeelte.
●
Draai de drie bevestigingsbouten
J van
de beugel vast op de lichtmetalen velg.
SNEL WEER OP WEG
8
Page 176 of 292

174
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
Zie de rubriek "Technische gegevens -
Identificatie" voor de plaats van de
bandenspanningssticker.
-
Plaats het verlengstuk
A
, de wielsleutel
d
en de staaf B op de bevestigingsbout.
-
Draai het geheel rechtsom om de kabel
volledig op te rollen en het wiel tegen de
bodem van de auto vast te zetten.
-
Controleer of het wiel horizontaal tegen
de bodem van de auto aanligt en of de
uitsparing van het liersysteem zichtbaar
is.
-
Berg het gereedschap en de wieldop
(volgens uitvoering) op.
Monteren van het gerepareerde
wiel
Volg voor het monteren van het
gerepareerde wiel dezelfde procedure als
voor het monteren van het reservewiel.
Vergeet niet de wieldop te bevestigen.
Het reservewiel is niet geschikt voor het
afleggen van lange afstanden. Laat zo
snel mogelijk het aanhaalmoment van de
wielbouten en de bandenspanning van het
reservewiel door het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats controleren.
Laat bovendien de lekke band zo spoedig
mogelijk repareren en het oorspronkelijke
wiel in de plaats van het reservewiel
monteren door het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Lekke band
Page 177 of 292

175
lekke band
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
BANdeNRePARATIeSeTReparatie van een band
- Trek de handrem aan.
-
Haal het dopje van het ventiel van de te
repareren band, monteer de vulslang B
en schroef de ring
e
vast op het ventiel. -
Start de motor
.
- Sluit stekker g aan op de dichtstbijzijnde
12V-aansluiting in de auto.
-
Schakel de compressor in door de
schakelaar F in de stand "I" (aan) te
zetten.
-
Breng de band op een spanning van
5
bar.
Voor een betrouwbaardere meting van de
druk wordt aangeraden om de druk met de
compressor uitgeschakeld af te lezen op de
manometer H.
-
Controleer of de schakelaar
F van de
compressor in de stand "0" (uit) staat.
Deze set voor tijdelijke bandenreparatie
bevindt zich in een tas die is opgeborgen
in een van de portiervakken van de
voorportieren.
Deze bevat:
-
een patroon
A , met daarin het
afdichtmiddel, voorzien van:
●
een vulslang
B ,
●
een sticker
C "max. 80
km/h", die de
bestuurder op een zichtbare plaats op
het dashboard moet plakken nadat de
band gerepareerd is,
-
een beknopte gebruiksaanwijzing voor
de bandenreparatieset,
-
een compressor
d
voorzien van een
manometer en aansluitingen,
-
aansluitnippels om verschillende
onderdelen op spanning te brengen.
SNEL WEER OP WEG
8
Page 178 of 292

176
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
- Maak, als binnen 5 minuten de spanning
van minimaal 3 bar niet bereikt is,
de compressor los van het ventiel
en de 12V-aansluiting. Rijd de auto
ongeveer 10
meter naar voren om het
afdichtmiddel binnen in de band te
verdelen.
-
Breng de band vervolgens weer op
spanning:
●
schakel de compressor uit als binnen
10
minuten de waarde van minimaal
3
bar niet bereikt is: de band is te
zwaar beschadigd om gerepareerd
te kunnen worden. Raadpleeg
het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
●
rijd zo snel mogelijk verder als de
bandenspanning een waarde heeft
bereikt van 5
bar.
Zet de auto na 10
minuten stil en controleer
de bandenspanning opnieuw.
Breng de band op de voorgeschreven
spanning die staat vermeld op de sticker
op de portierstijl aan bestuurderszijde en
raadpleeg zo snel mogelijk het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Controle en op spanning
brengen
De compressor kan ook gebruikt worden om
de bandenspanning te controleren en de
banden op de juiste spanning te brengen.
-
Maak de slang
I los en sluit deze
rechtstreeks aan op het ventiel van de
band; de patroon is op deze manier
met de compressor verbonden en
het afdichtmiddel zal niet worden
ingespoten.
Verbind slang I met het ventiel van de
band als de bandenspanning te hoog is en
druk op de gele toets in het midden van de
schakelaar van de compressor.
Vervangen van de patroon
Voer de volgende handelingen uit om de
patroon met afdichtmiddel te vervangen:
-
maak de slang
I los,
-
draai de te vervangen patroon naar links
en til deze op,
-
plaats de nieuwe patroon en draai deze
naar rechts,
-
sluit de slang
I weer aan en verbind de
slang B in zijn houder.
De patroon bevat ethyleen-glycol. Dit is
schadelijk bij inslikken en kan de ogen
irriteren.
Houd de patroon daarom buiten het bereik
van kinderen.
Gooi de patroon na gebruik niet zomaar weg,
maar lever deze in bij het CITROËN-netwerk
of een hiervoor bestemd inzamelpunt.
Deze reparatieset en de patronen zijn
verkrijgbaar bij het CITROËN-netwerk.
Lekke band
Page 179 of 292

177
Slepen van uw auto of slepen van een andere auto
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
SlePeN
Slepen van uw auto
Het afneembare sleepoog bevindt zich in
de gereedschapskist onder de stoel van de
voorpassagier.
Maak het klepje los met behulp van
bijvoorbeeld een platte schroevendraaier.
Draai het sleepoog vast tot de aanslag.
Maak de goedgekeurde sleepstang vast aan
het afneembare sleepoog.
Plaats de versnellingshendel in de
neutraalstand.
Slepen van een andere auto
Het vaste sleepoog bevindt zich rechts
onder de bumper.
Maak de goedgekeurde sleepstang vast aan
het vaste sleepoog.
Als dit voorschrift niet wordt nageleefd,
kan dit leiden tot schade aan bepaalde
onderdelen van het remsysteem en het
ontbreken van rembekrachtiging na het
starten van de motor.
Algemene aanwijzingen
Volg de huidige wetgeving in uw land op.
Controleer of het gewicht van de trekkende
auto hoger is dan van de auto die wordt
gesleept.
Er moet iemand achter het stuur van de
gesleepte auto blijven zitten. Deze persoon
moet beschikken over een geldig rijbewijs.
Gebruik bij het slepen met 4
wielen op de
grond altijd een goedgekeurde sleepstang;
touwen en riemen zijn verboden.
De bestuurder van de slepende auto moet
voorzichtig wegrijden.
Bij het slepen van de auto met stilstaande
motor zijn de rem- en stuurbekrachtiging
uitgeschakeld.
Laat uw auto in de volgende gevallen slepen
door een professioneel bergingsbedrijf:
-
als de auto is gestrand op de
autosnelweg,
-
bij auto's met vierwielaandrijving,
-
als het niet mogelijk is de
versnellingsbak in de neutraalstand te
zetten, het stuurslot te ontgrendelen of
de handrem los te zetten,
-
bij takelen met slechts twee wielen op
de grond,
-
bij het ontbreken van een goedgekeurde
sleepstang...
SNEL WEER OP WEG
8
Page 180 of 292

Transport
178
Jumper_nl_Chap08_Aide-Rapide_ed01-2016
TRekHAAk MeT VeRWIJdeR-
BAR
e k O gel
Presentatie
Deze af fabriek gemonteerde trekhaakkogel
kan gemakkelijk en snel worden gemonteerd
en verwijderd. Hiervoor is geen gereedschap
nodig. Zie de rubriek "Technische
gegevens - Gewichten" voor de
maximale kogeldruk en de maximale
aanhangergewichten.
Zie de rubriek "Accessoires - Trekken van
een aanhanger" voor de veiligheidsadviezen
bij het trekken van een aanhanger.
1.
Bevestigingssteun.
2.
Aansluiting.
3.
V
eiligheidsring.
4.
V
erwijderbare kogel.
5.
Hendel voor vergrendeling/
ontgrendeling.
6.
Slot met sleutel.
7.
Label waarop het nummer van de sleutel
kan worden genoteerd. A.
V
ergrendelde stand; de hendel maakt
contact met de kogel (geen vrije ruimte).
B.
Ontgrendelde
stand; de hendel en de
kogel maken geen contact met elkaar
(vrije ruimte van ongeveer 5
mm).Vóór het gebruik
Verzeker u ervan dat de kogel correct
vergrendeld is. Doe dit door het volgende te
controleren:
- het groene merkteken van de hendel valt
samen met het groene merkteken van de
kogel,
-
de hendel maakt contact met de kogel,
-
het slot is afgesloten en de sleutel is
verwijderd; de hendel kan niet meer worden
bediend,
-
de kogel mag absoluut niet in de steun
kunnen bewegen: duw en trek eraan om dit te
controleren.
Tijdens het gebruik
Ontgrendel nooit het systeem terwijl
een aanhanger is aangekoppeld of een
bagageplateau op de kogel is gemonteerd.
Overschrijd nooit het maximaal toelaatbare
gewicht van de auto en van de aanhanger
en het maximaal toelaatbare treingewicht.
Houd u aan de ter plaatse geldende
regelgeving. Na het gebruik
Als gereden wordt zonder aanhanger
of bagageplateau, moet de kogel zijn
verwijderd en moet de afdekkap op de
steun zijn aangebracht. Dit is met name
van belang als de kogel het zicht op de
kentekenplaat of de verlichting van de auto
belemmert.