ESP JEEP COMPASS 2020 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: JEEP, Model Year: 2020, Model line: COMPASS, Model: JEEP COMPASS 2020Pages: 370, PDF Size: 9.34 MB
Page 270 of 370

SERVICE EN ONDERHOUD
268
Handgeschakelde versnellingsbak — indien
aanwezig
Vloeistofpeil controleren
Controleer het vloeistofpeil door de vuldop te
verwijderen. Het vloeistofniveau moet liggen
tussen de onderkant van de vulopening tot
maximaal 4,7 mm (3/16 inch) daaronder.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld
tot aan het juiste niveau.
Bezoek uw erkende dealer voor service.
Automatische versnellingsbak
Keuze van smeermiddel
Voor optimale prestaties en levensduur van
de versnellingsbak is het belangrijk dat u de
correcte transmissievloeistof gebruikt.Gebruik alleen door de fabrikant aanbevolen
transmissievloeistof. Raadpleeg de paragraaf
"Vloeistoffen en smeermiddelen" in het
hoofdstuk "Technische gegevens" voor de
specificaties van vloeistoffen. Het is belang
-
rijk dat de transmissievloeistof continu het
vereiste peil heeft en dat u de aanbevolen
vloeistof gebruikt.
OPMERKING:
Er mogen geen chemicaliën door de versnel -
lingsbak worden gespoeld; uitsluitend het
goedgekeurde smeermiddel mag worden
gebruikt.
Speciale additieven
De fabrikant raadt het gebruik van speciale
additieven in de transmissievloeistof ten
zeerste af. Automatische transmissievloei -
stof (ATF) is een geavanceerd en hoog -
waardig product waarvan de prestaties door
additieven nadelig kunnen worden beïn -
vloed. Daarom raden we u aan geen addi -
tieven aan de transmissievloeistof toe te
voegen. Gebruik geen vloeibare afdichtmid -
delen, aangezien deze juist schade aan
afdichtingen kunnen toebrengen.
Vloeistofpeil controleren
De vloeistof is in de fabriek op het juiste peil
gebracht en vereist onder normale gebruiks -
omstandigheden geen aanpassingen. Het is
niet nodig om het vloeistofpeil regelmatig te
controleren en om die reden is geen peilstok
aanwezig. Een erkende dealer kan het trans -
missievloeistofpeil controleren met behulp
Zorg dat er geen vloeistof op basis van
aardolie in de remvloeistof terechtkomt.
De afdichtingen van het remsysteem
kunnen hierdoor worden aangetast,
waardoor de remmen hun werking
gedeeltelijk of geheel kunnen verliezen.
Dit kan een aanrijding tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
LET OP!
Wanneer u een andere
versnellingsbakvloeistof gebruikt dan
aanbevolen door de fabrikant, kan
daardoor de schakelwerking van de
versnellingsbak achteruitgaan en/of grijpt
de koppelomvormer schokkend aan.
Raadpleeg de paragraaf "Vloeistoffen en
smeermiddelen" in het hoofdstuk
"Technische gegevens" voor de
specificaties van vloeistoffen.
LET OP!
Spoel de versnellingsbak niet met
chemicaliën, omdat deze de
versnellingsbak kunnen beschadigen.
Dergelijke schade wordt niet gedekt door
de standaardgarantie.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 268
Page 282 of 370

SERVICE EN ONDERHOUD
280
Gebruik een hoogwaardige was om olie-
aanslag en vlekken te verwijderen en de
laklaag te beschermen. Zorg dat u geen
krassen maakt op de lak.
Gebruik geen schurende producten en
polijstmiddelen die de glans of de dikte
van de laklaag kunnen aantasten.
Speciale verzorging
Spuit de onderzijde van de auto regel-
matig schoon (minstens één keer per
maand) wanneer u op bepekelde of stof -
fige wegen of in kuststreken rijdt.
Het is belangrijk dat de afvoeropeningen
onder in de portieren, in de dorpellijsten
en in de bagageruimte open worden
gehouden.
Als u steenslag of krassen in de lak
bespeurt, werk dergelijke plekken dan
meteen bij. Voor de kosten van dergelijke
reparaties is de eigenaar van de auto
verantwoordelijk.
Wanneer de auto door bijvoorbeeld een
aanrijding schade heeft opgelopen aan de
lak en de beschermende coating, moet u
deze zo spoedig mogelijk laten repareren.
Voor de kosten van dergelijke reparaties is
de eigenaar van de auto verantwoordelijk.
Wanneer u speciale ladingen met chemi -
caliën, kunstmest, zout, enz., vervoert, let
dan goed op of alles goed is verpakt en
afgesloten.
Wanneer u vaak op grindwegen rijdt, raden
wij u aan spatlappen bij ieder wiel te laten
aanbrengen.
Werk de krassen zo snel mogelijk bij. Een
erkende dealer heeft de lakstift die over -
eenkomt bij uw lakkleur.
Sommige delen van het voertuig zijn moge -
lijk gelakt met een matte lak die speciaal
onderhoud vereist om aantasting ervan te
voorkomen.
LET OP!
Gebruik nooit schurende of sterke reini -
gingsmiddelen zoals staalwol of schuur -
poeder. Deze veroorzaken krassen op het
metaal en de lak.
Het gebruik van een hogedrukreiniger
met een druk van meer dan 1.200 psi
(8.274 kPa) kan de lak en eventuele
stickers beschadigen.
LET OP!
Vermijd het wassen met rollen en/of
borstels in wasstraten. Was het voertuig
alleen met de hand met
reinigingsmiddelen met een neutrale
pH-waarde; droog deze met een vochtige
leren zeem. Schurende producten en/of
polish mogen niet voor het reinigen van
het voertuig worden gebruikt. Vogelpoep
moet onmiddellijk en grondig worden
afgewassen, omdat deze een bijzonder
agressief zuur bevat. Vermijd (indien
mogelijk) parkeren van het voertuig onder
bomen; verwijder plantaardige harsen
onmiddellijk, aangezien deze, wanneer
gedroogd, alleen kunnen worden
verwijderd met schurende producten en/of
polish, wat absoluut niet is aan te bevelen,
omdat deze de karakteristieke glans van de
lak kunnen aantasten. Gebruik geen
geconcentreerde ruitensproeiervloeistof
voor het reinigen van de voorruit en
achterruit, maar verdun deze met
minstens 50% water. Gebruik uitsluitend
geconcentreerde ruitensproeiervloeistof als
dit strikt noodzakelijk is vanwege de
buitentemperatuur.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 280
Page 283 of 370

281
(Vervolgd)
INTERIEUR
Stoelen en bekleding
Gebruik een speciaal product om stoffen
bekleding en vloerbedekking te reinigen.
Reinigingsprocedure voor vlekwerende stof
— indien aanwezig
Vlekwerende stoelen kunnen op de volgende
wijze worden gereinigd:
Verwijder de vlek zo goed mogelijk door te
deppen met een schone, droge doek.
Dep de rest van de vlek vervolgens met een
schone, vochtige doek.
Bij hardnekkige vlekken brengt u een
milde zeepoplossing aan op een schone,
vochtige doek en verwijdert u de vlek.
Verwijder zeepresten met een andere
vochtige doek.
Verwijder vetvlekken met een speciaal
product en een schone, vochtige doek.
Verwijder zeepresten met een andere
vochtige doek.
Gebruik geen bijtende oplosmiddelen of
enige andere vorm van bescherming op
vlekwerende producten.
Verzorging van autogordels
Bleek of verf de gordels nooit en reinig ze
niet met chemische oplosmiddelen of schu-
rende reinigingsmiddelen. De gordelband
kan hierdoor worden aangetast. Ook zonne -
straling kan de stof aantasten.
Als u de gordels moet reinigen, gebruik dan
een lauw sopje van zachte zeep. Verwijder de
gordels niet uit de auto om ze te wassen.
Drogen met een zachte doek.
Laat de gordels vervangen wanneer ze rafels
of slijtplekken vertonen of wanneer de gesp -
sluitingen niet goed functioneren.
Kunststof- en gelakte onderdelen
Gebruik een speciaal product om vinylbekle -
ding te reinigen.
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit vluchtige oplosmiddelen om
te reinigen. Dergelijke stoffen zijn vaak
brandbaar en kunnen bij gebruik in
afgesloten ruimten ademhalingsproblemen
veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Een gerafelde of verdraaide gordel kan bij
een aanrijding scheuren, waardoor u niet
langer beschermd bent. Controleer de
veiligheidsgordels van tijd tot tijd op
scheuren, rafels en losse delen. Laat
beschadigde onderdelen onmiddellijk
vervangen. Probeer niet zelf de gordels aan
te passen of uit elkaar te halen.
Gordelsystemen moeten na een aanrijding
direct worden vervangen als ze zijn
beschadigd (oprolmechanisme verbogen,
scheuren in de gordel, enz.).
LET OP!
Direct contact van luchtverfrissers,
insectenwerende middelen, zonnecrème
of handcrème met de kunststofopper -
vlakken, of gelakte of gedecoreerde
oppervlakken in het interieur kan blij -
vende schade veroorzaken. Veeg deze
onmiddellijk af.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 281
Page 294 of 370

TECHNISCHE SPECIFICATIES
292
VLOEISTOFFEN EN SMEER-
MIDDELEN
Motor
Uw auto is voorzien van een motorolie die
zorgvuldig is ontwikkeld en getest om te voldoen aan de eisen van het onderhouds
-
schema. Constant gebruik van de voorge -
schreven smeermiddelen garandeert de
brandstofverbruiks- en emissiespecificaties.
De kwaliteit van het smeermiddel is van het
grootste belang voor de werking en de levens -
duur van de motor. Als de voorgeschreven smeermiddelen niet beschikbaar zijn, mogen
producten die voldoen aan de aangegeven
specificaties worden gebruikt voor het
bijvullen; optimale prestaties van de motor
worden dan niet gegarandeerd.
Component
Vloeistof, smeermiddel of origineel onderdeel
Koelvloeistof
Wij bevelen het gebruik aan van PARAFLU UP OAT-motorkoelvloeistof
(Organic Additive Technology) of een gelijkwaardig product dat
voldoet aan de eisen van FCA-materiaalnorm MS.90032.
Motorolie — 1.4-liter benzinemotor Wij raden het gebruik aan van SELENIA DIGITEK P.E. of
gelijkwaardige, synthetische motorolie SAE 0W-30 ACEA C2, die
voldoet aan de FCA-materiaalnorm 9.55535-GS1.
Motorolie — 2.4-liter benzinemotor Wij raden het gebruik aan van SELENIA K POWER 0W-20, of
gelijkwaardige, 0W-20 motorolie die voldoet aan de vereisten van de
FCA-materiaalnorm MS-6395.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 292
Page 297 of 370

295
(Vervolgd)
(Vervolgd)
LET OP!
Het mengen van koelvloeistof (antivries)
met andere dan de gespecificeerde
OAT-koelvloeistof/-antivries (Organic
Additive Technology) kan beschadiging
van de motor veroorzaken en de bescher -
ming tegen roest verminderen.
OAT-motorkoelvloeistof (Organic Addi -
tive Technology) is anders dan
HOAT-koelvloeistof (antivries) (Hybrid
Organic Additive Technology) of andere
"universele" koelvloeistof (antivries) en
de mag hier niet mee worden vermengd.
Als u in een noodsituatie een andere
koelvloeistof (antivries) aan het koelsy-
steem hebt toegevoegd dan wordt voor -
geschreven, moet het koelsysteem zo
snel mogelijk worden afgetapt, doorge-
spoeld en bijgevuld met nieuwe
OAT-koelvloeistof (conform MS.90032)
door een erkende dealer.Gebruik geen koelvloeistoffen (antivries)
op basis van alleen water of alcohol.
Gebruik geen anticorrosieadditieven of
andere corrosiewerende middelen,
omdat deze producten mogelijk niet
geschikt zijn voor de koelvloeistof en de
radiateur kunnen verstoppen.
Deze auto is niet ontworpen voor het
gebruik van koelvloeistoffen (antivries)
op basis van propyleenglycol. Het
gebruik van koelvloeistoffen (antivries)
op basis van propyleenglycol wordt afge-
raden.
Het gebruik van producten met andere
specificaties dan hierboven vermeld kan
resulteren in motorschade die niet door
de garantie wordt gedekt.
LET OP! (Vervolgd)
Gebruik alleen AdBlue conform DIN 70
070 en ISO 22241-1. Andere vloei -
stoffen kunnen schade veroorzaken aan
het systeem: ook de uitstoot zou dan niet
meer voldoen aan de wet.
De distributeurs zijn verantwoordelijk
voor de naleving van de wetgeving door
hun product. Neem de voorzorgsmaatre-
gelen voor opslag en onderhoud in acht
om de kwaliteit in stand te houden. De
fabrikant van het voertuig erkent geen
garantie in geval van storingen en
beschadiging van het voertuig door het
niet gebruiken van AdBlue (UREUM)
volgens de geldende wet- en regelgeving.
LET OP! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 295
Page 302 of 370

300(Vervolgd)
MULTIMEDIA
UCONNECT SYSTEMEN
Raadpleeg de aanvulling op het instructie-
boekje van Uconnect voor gedetailleerde
informatie over het Uconnect systeem of het
koppelen van een telefoon met uw Uconnect
systeem.
OPMERKING:
Uconnect schermafbeeldingen zijn uitslui -
tend ter illustratie en geven de software van
uw voertuig mogelijk niet exact weer.
CYBERVEILIGHEID
Uw voertuig is mogelijk verbonden met
draadloze of bekabelde netwerken. Via deze
netwerken kan het voertuig informatie
verzenden en ontvangen. Deze informatie
zorgt ervoor dat systemen en functies in uw
voertuig goed werken.
Uw auto is mogelijk uitgerust met bepaalde
beveiligingsfuncties voor het verminderen
van het risico op onbevoegde en ongeoor -
loofde toegang tot voertuigsystemen en
draadloze communicatie. Technologie op het
gebied van voertuigsoftware blijft in ontwik -
keling en FCA evalueert deze in samenwer -
king met de leveranciers en neemt indien
nodig de noodzakelijke stappen. Net zoals bij een computer of andere apparatuur, kunnen
er software-updates nodig zijn voor uw voer
-
tuig om de bruikbaarheid en prestaties van
uw systemen te verbeteren en het risico van
onbevoegde en ongeoorloofde toegang tot de
systemen van uw voertuig te verminderen.
Het risico van onbevoegde en ongeoorloofde
toegang tot de systemen van uw voertuig kan
nog steeds bestaan, zelfs als de meest
recente versie van de voertuigsoftware (zoals
Uconnect software) is geïnstalleerd. OPMERKING:
FCA of uw dealer kan rechtstreeks contact
met u opnemen over software-updates.
Om de beveiliging van het voertuig verder
te verbeteren en het mogelijke risico van
een hack tot een minimum te beperken,
dienen eigenaars van het voertuig het
volgende te doen:
Alleen media-apparatuur aansluiten
die u vertrouwt (zoals eigen mobiele
telefoons, USB-media, cd's).
De privacy bij draadloze communicatie en
communicatie via kabels kan niet worden
gegarandeerd. Derden kunnen illegaal en
zonder uw toestemming informatie en
privé-communicatie onderscheppen. Raad -
pleeg voor meer informatie de paragraaf
"Boorddiagnosesysteem (OBD II) en cyber -
veiligheid" in het hoofdstuk "Uw instrumen -
tenpaneel leren kennen" in uw
instructieboekje.
WAARSCHUWING!
Niet alle mogelijke uitkomsten zijn
bekend of voorspelbaar wanneer de
systemen van uw voertuig worden
gehackt. Het is mogelijk dat voertuigsy-
stemen, waaronder ook veiligheidsgere-
lateerde systemen, worden aangetast.
Ook kan het voertuig onbestuurbaar
worden wat kan leiden tot ernstige of
zelfs dodelijke ongevallen.
Gebruik daarom UITSLUITEND media
(bijv. USB, SD-kaart, of cd) van een
betrouwbare bron in de auto. Media van
onbekende leveranciers kunnen schade-
lijke software bevatten, waarmee de
systemen van uw voertuig kunnen
worden gehackt.
Breng uw voertuig zoals altijd onmiddel -
lijk naar uw dichtstbijzijnde erkende
dealer wanneer u vreemd gedrag van het
voertuig bespeurt.
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 300
Page 304 of 370

MULTIMEDIA
302
Snelheidsafhankelijke volumeregeling —
indien aanwezig
Druk op de schermtoets "Speed Adjusted
Volume" (snelheidsafhankelijke volumerege-
ling) om te kiezen tussen OFF (uit), 1, 2 of
3. Hierdoor wordt het volume van de radio
verlaagd wanneer de rijsnelheid afneemt.
Loudness (dynamiek) — indien aanwezig
Kies de schermtoets "Loudness" (dynamiek)
om de dynamiekfunctie te selecteren. Als
deze functie is geactiveerd, wordt de geluids -
kwaliteit bij lagere volumes verbeterd.
Surround Sound — indien aanwezig
Kies de schermtoets "Surround Sound" en
vervolgens "On" (aan) of "Off" (uit), gevolgd
door de schermtoets met de pijl naar links.
Wanneer deze functie is geactiveerd, wordt
een ruimtelijke surround sound gesimuleerd.Bediening van de radio
Bediening van de radio
Voorkeurzenders handmatig opslaan
De radio kan maximaal 12 voorkeurzenders
opslaan in elke radiomodus. Bovenaan in het
radioscherm worden vier voorkeurzenders
weergegeven. Als u de schermtoets "All"
(alle) kiest in het beginscherm van een radi -omodus, worden alle voorkeurzenders voor
die modus weergegeven.
Volg de onderstaande stappen om een voor
-
keurzender handmatig op te slaan:
1. Stem af op de gewenste zender.
2. Houd de schermtoets met het gewenste cijfer langer dan twee seconden inge -
drukt of tot u een bevestigingstoon hoort.
Toetsen voor zoeken volgende/vorige Druk op de toets Seek Next (volgende
zoeken) of Seek Previous (vorige zoeken)
om radiozenders op de AM-, FM- of
DAB-frequenties te zoeken.
Houd een van de toetsen voor zoeken inge-
drukt om zonder te stoppen zenders te
passeren.
Gesproken tekstberichten beantwoorden
(niet compatibel met iPhone®)
Nadat uw Uconnect systeem is gekoppeld aan
een compatibel mobiel apparaat, kan het
systeem een nieuw binnenkomende
SMS-berichten aankondigen en aan u voor -
lezen via het audiosysteem van de auto. U kunt
op dit bericht antwoorden via spraakherken -
ning, door één van de 18 vooraf gedefinieerde
berichten te selecteren of uit te spreken.
1 — Radiovoorkeurzenders
2 — Alle voorkeurzenders
3 — Volgende zoeken
4 — Geluidsinstellingen
5 — Zenderinformatie
6 — Direct afstemmen
7 — Frequentie
8 — Vorige zoeken
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 302
Page 306 of 370

MULTIMEDIA
304
Siri® Eyes Free — indien aanwezig
Met Siri kunt u uw stem gebruiken om
SMS-berichten te verzenden, media te selec-
teren, telefoongesprekken te beginnen en
nog veel meer. Siri gebruikt natuurlijke taal
om te begrijpen wat u bedoelt en reageren
om uw verzoeken te bevestigen. Siri helpt u
met het uitvoeren van nuttige taken, zodat u
uw ogen op de weg kunt houden en uw
handen aan stuurwiel.
Om Siri te activeren, houdt u de toets Ucon -
nect Voice Recognition (spraakherkenning)
op het stuurwiel ingedrukt en laat u deze
weer los. Nadat u twee pieptonen hebt
gehoord, kunt u Siri vragen podcasts en
muziek af te spelen, routebeschrijvingen te
maken, SMS-berichten voor te lezen en nog
veel meer.UCONNECT 4 MET 7-INCH
DISPLAY
Overzicht Uconnect 4
Radioscherm Uconnect 4 met 7-inch display
OPMERKING:
Uconnect schermafbeeldingen zijn uitslui -
tend ter illustratie en geven de software van
uw voertuig mogelijk niet exact weer. De tijd instellen
1. Voor Uconnect 4 schakelt u de eenheid
in en drukt u op de tijdweergave
bovenaan in het scherm. Druk op "Yes"
(ja).
2. Als de tijd niet bovenaan in het scherm wordt weergegeven, kiest u de scherm -
toets "Settings" (instellingen). Druk in
het scherm "Settings" (instellingen) op
de schermtoets "Clock & Date" (klok en
datum) en vink deze optie aan of uit.
3. Druk op "+" of "–" naast "Set Time Hours" (uren instellen) en "Set Time Minutes"
(minuten instellen) om de tijd in te
stellen.
4. Als deze functies niet beschikbaar zijn, schakelt u het vakje Sync Time (tijdsaan -
duiding synchroniseren) uit.
5. Druk op "X" om uw instellingen op te slaan en het scherm Clock Setting (klok
instellen) af te sluiten.
LET OP!
Bevestig GEEN voorwerpen aan het
aanraakscherm. Anders kan het scherm
beschadigd raken.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 304
Page 307 of 370

305
Geluidsinstellingen
Kies de schermtoets "Audio" om het
scherm met audio-instellingen te openen
en Balance/Fade (balans links/rechts -
voor/achter), Equalizer, Speed Adjusted
Volume (snelheidsafhankelijke volumere-
geling), Surround Sound, Loudness (dyna-
miek), AUX Volume Offset (AUX-volume
aanpassen), Auto Play en Radio Off With
Door (radio uit met portier) in te stellen.
U kunt naar het radioscherm terugkeren
door de X rechtsboven te kiezen.
Balans links/rechts - voor/achter
Kies de schermtoets Balance/Fade (balans
links/rechts - voor/achter) om de balans
van de audioweergave tussen de luidspre-
kers voorin of die tussen de luidsprekers
voor- en achterin in te stellen.
Kies de schermtoetsen Front (voor), Rear
(achter), Left (links), of Right (rechts) of
kies het luidsprekerpictogram en versleep
dit om de balans in te stellen. Equalizer
Kies de schermtoets Equalizer om het
scherm Equalizer te activeren.
Kies de schermtoets "+" of "–" of raak de
niveaubalk van een equalizer-band aan en
versleep deze. Het niveau, met een bereik
van -9 tot +9, wordt onder elke band weer
-
gegeven.
Snelheidsafhankelijke volumeregeling
Kies de schermtoets Speed Adjusted
Volume (snelheidsafhankelijke volumere-
geling) om het scherm Speed Adjusted
Volume (snelheidsafhankelijke volumere-
geling) te activeren. De snelheidsafhanke-
lijke volumeregeling wordt afgesteld door
op de volume-indicator te drukken. Hier -
door wordt automatisch het audiovolume
aangepast aan de rijsnelheid.
Loudness (dynamiek) — indien aanwezig
Kies de schermtoets "On" (aan) om Loud -
ness te activeren. Kies de schermtoets
"Off" (uit) om deze functie uit te scha-
kelen. Wanneer Loudness is ingeschakeld,
wordt de geluidskwaliteit bij lagere
volumes verbeterd. AUX Volume Offset (AUX-volume aanpassen)
Druk op de schermtoets "AUX Volume
Offset" (AUX-volume aanpassen) om het
AUX Volume Offset scherm te activeren.
AUX Volume Offset (AUX-volume
aanpassen) wordt ingesteld met de " +" en
" -" knoppen. Hierdoor wordt het audiovo-
lume van de AUX-ingang aangepast. Het
niveau, met een bereik van -3 tot +3,
wordt weergegeven boven de verstelbalk.
Auto Play — indien aanwezig
Kies de schermtoets "Auto Play" om het
scherm Auto Play te activeren. De Auto
Play-functie heeft twee instellingen "On"
(aan) en "Off" (uit). Als Auto Play is inge-
schakeld, wordt muziek van een aange-
sloten apparaat direct afgespeeld nadat
het is aangesloten op de radio.
Auto-On radio (radio automatisch aan) —
indien aanwezig
De radio wordt automatisch ingeschakeld
wanneer het contact in de stand ON/RUN
wordt gezet of hij gaat na of hij in of uit
was geschakeld bij de laatste keer uitscha-
kelen van het contact.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 305
Page 316 of 370

MULTIMEDIA
314
Android Auto™. Versleep vervolgens de
geselecteerde app om een bestaande
snelkoppeling in de hoofdmenubalk te
vervangen.
Zodra Android Auto™ is gestart en draait op
uw Uconnect-systeem, kunnen de volgende
functies worden gebruikt met behulp van het
gegevensabonnement van uw smartphone:
Google Maps™ voor navigatie
Google Play Music, Spotify, iHeart Radio
enz. voor muziek
Handsfree bellen en tekstberichten voor
communicatie
Honderden compatibele apps en nog veel
meer!
OPMERKING:
Zorg ervoor dat u in een omgeving bent met
netwerkdekking om Android Auto™ te
gebruiken. Android Auto™ kan mobiele
gegevens gebruiken en uw netwerkdekking
wordt weergegeven in de rechterbovenhoek
van het radioscherm. Gegevens en netwerkdekking Google Maps™
OPMERKING:
Vereist een compatibele smartphone met
Android™ 5.0 (Lollipop) of hoger en het
downloaden van de app in Google Play.
Android™, Android Auto™ en Google Play
zijn handelsmerken van Google Inc.
Kaarten
Houd de VR-toets op het stuurwiel ingedrukt
of tik op het microfoonpictogram en vraag
Google om u met gesproken aanwijzingen
naar een gewenste bestemming te bege -
leiden. U kunt ook het pictogram Navigatie
in Android Auto™ aanraken om Google
Maps™ te openen. OPMERKING:
Als de VR-toets niet ingedrukt wordt
gehouden, maar alleen even wordt ingedrukt,
zal het ingebouwde Uconnect VR u leiden en
elk uitgesproken navigatiecommando acti
-
veert het ingebouwde Uconnect Navigation
systeem.
Wanneer u Android Auto™ gebruikt, voorziet
Google Maps™ u via gesproken aanwijzingen
van:
Navigatie
Live verkeersinformatie
Rijstrookbegeleiding
OPMERKING:
Als u het ingebouwde Uconnect Navigation
systeem gebruikt en u probeert met gebruik
van Android Auto™ via spraak of op een
andere manier een nieuwe route te starten,
verschijnt een pop-upvenster met de vraag of
u wilt overschakelen van Uconnect Naviga -
tion naar smartphonenavigatie. Er verschijnt
ook een pop-upvenster met de vraag of u wilt
overschakelen, als Android Auto™ op dat
moment in gebruik is en u probeert een geïn -
tegreerde Uconnect route te activeren. Door
"Yes" (ja) te selecteren, schakelt de navigatie
over naar de laatst gebruikte navigatieme -
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 314