adblue JEEP COMPASS 2020 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: JEEP, Model Year: 2020, Model line: COMPASS, Model: JEEP COMPASS 2020Pages: 370, PDF Size: 9.34 MB
Page 11 of 370

9
ACTIEF PARKEERHULPSYSTEEM
PARKSENSE — INDIEN AANWEZIG ........ 179
Het actieve parkeerhulpsysteem
ParkSense in- en uitschakelen ....... 180 De parkeerplaats verlaten .............. 181
RIJSTROOKDETECTIE — INDIEN
AANWEZIG ......................................... 182
Werking van rijstrookdetectie ......... 182
Rijstrookdetectie in- of
uitschakelen ................................ 183 Waarschuwingsbericht
rijstrookdetectie ........................... 183 Status van rijstrookdetectie
wijzigen ....................................... 185
PARKVIEW ACHTERUITRIJCAMERA —
INDIEN AANWEZIG .............................. 185
BRANDSTOF TANKEN............................ 186
Noodontgrendeling voor
brandstofvulklep ........................... 188
BRANDSTOF TANKEN —
DIESELMOTOR .................................... 188
AdBlue® (UREUM) — indien
aanwezig ..................................... 190
BELADING VAN DE AUTO ...................... 193
Gewichtslabel............................... 193
TREKKEN VAN EEN AANHANGER .......... 195
Trekgewichten (maximale
aanhangergewichten) ................... 195 Vereisten voor het trekken van de
aanhanger ................................... 196
DE AUTO SLEPEN ACHTER EEN
CAMPER .............................................197
Slepen van deze auto achter een
ander voertuig .............................. 197 Slepen achter een camper —
modellen met voorwielaandrijving
(FWD) ......................................... 197 Slepen achter een camper –
4X4 modellen .............................. 198
IN GEVAL VAN NOOD/PECH
WAARSCHUWINGSKNIPPERLICHTEN .....199
GLOEILAMPEN VERVANGEN .................199
Vervangingslampen....................... 199
HID-koplampen — indien
aanwezig ..................................... 200 Gloeilampen buitenverlichting
vervangen .................................... 201
ZEKERINGEN .......................................205
Algemene informatie .................... 205
Plaats van de zekeringen............... 205
Verdeeleenheid/zekeringen
motorcompartiment ...................... 205 Zekeringen in het motorcompartiment/
Hulpsysteem ................................ 210 Zekeringen in interieur ................. 210
Verdeeleenheid zekeringen/relais
bagageruimte ............................... 212
WIELEN VERWISSELEN EN GEBRUIK
VAN DE KRIK ......................................214
Plaats van krik en reservewiel ........214
Voorbereidingen voor het
opkrikken ....................................216 Instructies bij opkrikken ...............216
Origineel wiel monteren .................219
EC verklaring van conformiteit ........220
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
van de krik ...................................221
BANDENSERVICEKIT — INDIEN
AANWEZIG ..........................................222
STARTEN MET STARTKABELS ...............229
Voorbereiding voor het starten met
startkabels ...................................229 Starten met startkabels .................230
TANKEN IN NOODGEVALLEN — INDIEN
AANWEZIG...........................................231
OVERVERHITTING VAN DE MOTOR ........232SCHAKELHENDEL ONTGRENDELEN ........233EEN VASTZITTENDE AUTO WEER
VRIJKRIJGEN .......................................233SLEPEN VAN EEN AUTO MET PECH .......234
Zonder sleutelhouder.....................236
Modellen met voorwielaandrijving
(FWD) — met sleutelhouder ...........236 4x4-Modellen ...............................236
Sleepogen ....................................237
Gebruik van sleepogen ..................237
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 9
Page 65 of 370

63
MELDING
OMSCHRIJVING
Waarschuwingsberichten dieselemissieadditief AdBlue®:
Waarschuwing laag peil diesele -
missieadditief AdBlue® De eerste laagpeilwaarschuwing wordt gegeven bij een actieradius van ongeveer 1490 mijl (2.400 km)
en wordt bepaald in overeenstemming met het huidige verbruik. Het waarschuwingslampje "UREA Low
Level" (UREUM-niveau laag) en een bericht worden op het instrumentenpaneel weergegeven. Het waar
-
schuwingslampje voor UREUM-niveau laag blijft branden totdat de AdBlue®-tank wordt bijgevuld met
ten minste 3 liter (0,75 gallon) UREUM.
Indien het peil wordt bijgevuld, verschijnt er een specifieke melding wanneer een bepaalde drempel -
waarde wordt bereikt totdat het niet meer mogelijk is om de motor te starten.
Wanneer 200 km (125 mijl) resteren totdat de AdBlue®-tank leeg is, verschijnt er een melding op het
instrumentenpaneel en klinkt er een geluidssignaal. Wanneer het bereik 0 is, wordt op het display een
speciale melding weergegeven (indien aanwezig). In dit geval zal de motor niet starten.
De motor kan weer worden gestart zodra AdBlue® is toegevoegd; de minimaal vereiste hoeveelheid is 5 liter
(1,32 gallon). Vul de AdBlue®-tank zo snel mogelijk bij met ten minste 5 liter (1,32 gallon) UREUM. Als het
vullen is voltooid terwijl de autonomie van de AdBlue®-tank op nul stond, moet u mogelijk twee minuten
wachten voordat u het voertuig kunt starten.
OPMERKING:
Wanneer de AdBlue®-tank leeg is en het voertuig stilstaat, is het niet meer mogelijk het voertuig opnieuw
te starten totdat minimaal 5 liter (1,32 gallon) AdBlue® aan de AdBlue®-tank toegevoegd is.
Storingsberichten dieselemissieadditief AdBlue®:
Engine Will Not Restart Service
AdBlue® System See Dealer
(Motor kan niet meer worden her -
start Onderhoud AdBlue®-sys -
teem Raadpleeg dealer) Deze melding verschijnt wanneer een gedetecteerd probleem met het AdBlue®-systeem niet binnen de
toegestane periode wordt verholpen. De motor kan niet meer worden gestart tenzij u uw voertuig bij een
erkende dealer laat controleren. Indien het peil wordt bijgevuld, verschijnt er een specifieke melding
wanneer een bepaalde drempelwaarde wordt bereikt totdat het niet meer mogelijk is om de motor te
starten. Wanneer 200 km (125 mijl) resteren totdat de AdBlue®-tank leeg is, verschijnt er een melding
op het instrumentenpaneel en klinkt er een geluidssignaal.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 63
Page 66 of 370

UW INSTRUMENTENPANEEL LEREN KENNEN
64
BOORDCOMPUTER
Druk kort op de toets pijl omhoog of pijl
omlaag totdat het pictogram van Trip A (rit A)
of Trip B (rit B) is gemarkeerd in het display
in het instrumentenpaneel (schakelen naar
links of rechts om rit A of B te selecteren).
Druk kort op de toets OK om de ritinformatie
weer te geven.
WAARSCHUWINGS -
LAMPJES EN MELDINGEN
De waarschuwings-/controlelampjes in het
instrumentenpaneel worden indien van
toepassing samen met een speciale melding
en/of geluidssignaal weergegeven. Dit zijn slechts indicaties en waarschuwingen die
niet mogen worden beschouwd als volledig
en/of alternatief voor de informatie in het
instructieboekje, die u in alle gevallen
aandachtig dient te lezen. Raadpleeg altijd
de informatie in dit hoofdstuk in het geval
van een storingsaanduiding. Alle actieve
verklikkerlampjes worden indien van toepas
-
sing eerst weergegeven. Het systeemcontro -
lemenu kan er anders uitzien op basis van
uitrusting en opties en de huidige status van
het voertuig. Sommige verklikkerlampjes zijn
optioneel en worden mogelijk niet weerge -
geven.
Rode waarschuwingslampjes
Waarschuwingslampje voor het
airbagsysteem
Dit waarschuwingslampje gaat
branden bij een storing in de airbag.
Het lampje gaat ter controle vier tot
acht seconden branden als de
contactschakelaar in de stand ON/RUN of ACC/
ON/RUN wordt gezet. Dit lampje gaat branden
met één geluidssignaal wanneer er een storing
in de airbag is gedetecteerd en blijft branden
totdat de storing is verholpen. Wanneer het
lampje niet brandt tijdens het starten, blijft
branden of gaat branden tijdens het rijden,
moet het systeem zo snel mogelijk door een
erkende dealer worden nagekeken.
Engine Will Not Start Service
AdBlue® System See Dealer
(Motor kan niet starten Onder
-
houd AdBlue®-systeem Raad -
pleeg dealer) OPMERKING:
Het kan tot vijf seconden duren voordat het display actueel is nadat 7,5 liter (2 gallon) of meer
AdBlue® aan de AdBlue®-tank toegevoegd is. Als u een storing met betrekking tot het
AdBlue®-systeem heeft, kan het zijn dat het display het nieuwe peil niet bijwerkt. Bezoek uw erkende
dealer voor onderhoud.
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager dan 12 °F (-11 °C). Als de auto langere tijd bij deze tempe
-
ratuur stilstaat, kan bijvullen moeilijk zijn. Daarom wordt aangeraden om de auto in een garage en/of
verwarmde omgeving te parkeren en te wachten totdat de AdBlue® weer vloeibaar geworden is, alvo -
rens bij te vullen.
MELDING OMSCHRIJVING
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 64
Page 72 of 370

UW INSTRUMENTENPANEEL LEREN KENNEN
70
Motorcontrole-/storingslampje
Het motorcontrole/storingslampje
maakt deel uit van het boorddiag-
nosesysteem (OBD II) dat de rege -
ling van de motor en de
automatische versnellingsbak controleert.
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
de contactschakelaar in de stand ON/RUN
wordt gezet, voordat de motor start. Als het
lampje niet gaat branden wanneer u de
contactschakelaar van OFF naar ON/RUN
draait, laat uw voertuig dan direct contro -
leren op storingen.
Door sommige omstandigheden, zoals een
losse of afwezige brandstofvuldop, slechte
brandstofkwaliteit e.d., kan na het aanslaan
van de motor het storingslampje gaan
branden. De auto moet worden afgeleverd
voor onderhoud als het lampje aanblijft
tijdens een paar ritten zoals die voor u
gebruikelijk zijn. In de meeste gevallen kan
dan normaal met de auto worden gereden en
is slepen niet noodzakelijk.
Bij een draaiende motor kan het storingsindi -
catielampje gaan knipperen als er sprake is
van ernstige storingen die ertoe kunnen
leiden dat het motorvermogen onmiddellijk
wegvalt of dat de katalysator ernstig bescha -digd raakt. Als dit gebeurt, moet het voertuig
zo snel mogelijk door een erkende dealer
worden gecontroleerd.
Waarschuwingslampje AdBlue®
(UREUM)-inspuitsysteem defect — indien
aanwezig
Dit waarschuwingslampje gaat
branden, samen met een speciale
melding op het display (indien
aanwezig) als er een onbekende
vloeistof die niet voldoet aan aanvaardbare
eigenschappen is gebruikt, of als een gemid -
deld verbruik van AdBlue® (UREUM) van
meer dan 50% wordt gedetecteerd. Neem
dan zo snel mogelijk contact op met een
erkende dealer.
Als het probleem niet is opgelost, wordt een
specifiek bericht weergegeven op het display
van de instrumentengroep wanneer een
bepaalde drempelwaarde wordt bereikt
totdat het niet meer mogelijk is om de motor
te starten.
Wanneer ongeveer 200 km (125 mijl)
resteren voordat de AdBlue®-tank (UREUM)
leeg is, verschijnt er een continu speciaal
bericht op het instrumentenpaneel, verge -
zeld van een zoemergeluid (indien
aanwezig). WAARSCHUWING!
Een niet goed werkende katalysator, zoals
hierboven beschreven, kan warmer worden
dan een katalysator die wel goed werkt.
Hierdoor kan brand ontstaan als u
langzaam rijdt of de auto op brandbaar
materiaal parkeert, zoals droge planten,
hout, karton enz. Dit ernstig of zelfs
dodelijk letsel tot gevolg hebben voor de
bestuurder, de passagiers of anderen.
LET OP!
Als u lange tijd blijft rijden met een
brandend storingslampje, kan het
voertuigregelsysteem beschadigd raken.
Het kan ook van invloed zijn op het
brandstofverbruik en het rijgedrag. Als het
lampje knippert, zal de katalysator vrij snel
ernstig defect raken en zal het
motorvermogen afnemen. Raadpleeg dan
onmiddellijk uw dealer.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 70
Page 76 of 370

UW INSTRUMENTENPANEEL LEREN KENNEN
74
Controlelampje FCW — indien aanwezig
Deze indicator gaat branden om u
te waarschuwen voor een mogelijke
aanrijding met een voertuig vóór u.
Controlelampje Forward Collision Warning
uit — indien aanwezig
Dit controlelampje licht op om aan
te geven aan dat Forward Collision
Warning uitgeschakeld is.
Startblokkering defect / controlelampje VPS
elektrisch alarm
Dit verklikkerlampje gaat branden
wanneer het alarmsysteem heeftgedetecteerd dat iemand heeft geprobeerd in
te breken in het voertuig.
OPMERKING:
Nadat de contactschakelaar in de stand ON/
RUN is gedraaid, zou het waarschuwings
-
lampje van het alarmsysteem kunnen gaan
branden als er een probleem met het
systeem wordt gedetecteerd. De motor wordt
dan na twee seconden uitgeschakeld.
Controlelampje Laag niveau
AdBlue®-additief (UREUM) — indien
aanwezig
Het controlelampje Laag niveau
AdBlue®-additief (UREUM) gaat
branden wanneer het
AdBlue®-niveau (UREUM) laag is.
Vul de AdBlue®-tank (UREUM) zo snel moge -
lijk bij met ten minste 5 liter (1,3 gallon)
AdBlue® (UREUM).
Als het bijvullen is uitgevoerd met een bijna
lege AdBlue® (UREUM)-tank, moet u moge -
lijk twee minuten wachten voordat u de
motor start.
Raadpleeg de paragraaf "Brandstof tanken"
in het hoofdstuk "Starten en rijden" voor
meer informatie hierover.
Controlelampje mistachterlichten — indien
aanwezig
Dit controlelampje gaat branden
wanneer de mistachterlichten zijn
ingeschakeld.
Raadpleeg de paragraaf "Buitenverlichting"
in het hoofdstuk "Uw voertuig leren kennen"
voor meer informatie.
Controlelampje water in brandstof — indien
aanwezig
De indicator "Water in brandstof"
brandt als water wordt gedetec -
teerd in het brandstoffilter. Als dit
lampje blijft branden, mag u de
auto NIET starten voordat u het water uit het
brandstoffilter hebt afgetapt om schade aan
de motor te voorkomen. Raadpleeg tevens
een geautoriseerde dealer.
De motor kan uitgeschakeld worden als het
DPF-waarschuwingslampje brandt; maar
herhaaldelijk onderbrekingen van het
regeneratieproces kan leiden tot
vroegtijdige verslechtering van de
motorolie. Daarom is het belangrijk om te
wachten totdat het symbool uitgaat
voordat u de motor uitzet. Voer niet de
DPF-regeneratie uit wanneer de auto
stilstaat.
LET OP! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 74
Page 191 of 370

189
(Vervolgd)
2. Open de brandstofvulklep door op deachterste rand van de brandstofvulklep te
drukken.
Brandstofvulklep
3. Er zit geen vuldop onder de brandstofvul -
klep. Het systeem wordt afgedicht door
een afsluitklep in de leiding.
4. Steek het tankpistool volledig in de vulleiding; het tankpistool duwt de afsl -
uitklep open en houdt de klep open
tijdens het tanken. Brandstofvulklep
5. Vul de tank met brandstof en wanneer het tankpistool "klikt" of wordt afge -
sloten, is de brandstoftank vol.
6. Wacht tien seconden voordat u het tank -
pistool verwijdert om de brandstof uit het
pistool te laten lopen.
7. Verwijder het tankpistool en sluit de brandstofvulklep. Brandstof bijvullen met een jerrycan in noodge
-
vallen
De meeste jerrycans kunnen de afsluitklep
niet openen. Een trechter wordt bijgeleverd
waarmee u de afsluitklep kunt openen zodat
u in noodgevallen brandstof kunt bijvullen
met een jerrycan.
1. Pak de trechter uit de laadruimte achter.
2. Steek de trechter op dezelfde manier in de vulleiding als het tankpistool.
3. Zorg ervoor dat de trechter volledig is geplaatst zodat hij de afsluitklep open -
houdt.
4. Giet de brandstof in de trechter.
5. Verwijder de trechter uit de vulleiding, reinig hem voordat u hem terug plaatst in
de opbergruimte voor het reservewiel.
1 — Vuldop AdBlue® (UREUM) - indien
aanwezig
2 — Brandstofvulklep
WAARSCHUWING!
Houd brandende sigaretten en vuur uit
de buurt van de auto wanneer de vulklep
is geopend of tijdens het tanken.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 189
Page 192 of 370

STARTEN EN RIJDEN
190
AdBlue® (UREUM) — indien aanwezig
De auto is uitgerust met een AdBlue®
(UREUM)-inspuitsysteem en selectieve kata-
lytische reductie om te voldoen aan de emis -
sienormen. Deze twee systemen zorgen voor
naleving van de diesel-emissie-eisen; zij
zorgen tegelijkertijd voor efficiënt brandstof -
verbruik, rijgedrag, koppel en vermogen.
Raadpleeg de paragraaf "Waarschuwings -
lampjes en meldingen" in het hoofdstuk "Uw
Instrumentenpaneel leren kennen", voor
berichten en systeemwaarschuwingen.
AdBlue® (UREUM) is een zeer stabiel product met een lange houdbaarheid. Als het
bewaard wordt bij temperaturen LAGER dan
90 °F (32 °C), heeft het een houdbaarheid
van minstens één jaar. Voor meer informatie
over de AdBlue®-vloeistof, zie de paragraaf
"Vloeistoffen en smeermiddelen" in het
hoofdstuk "Technische specificaties". De
auto is uitgerust met een automatisch
AdBlue®-verwarmingssysteem zodra de
motor aanslaat, hetgeen maakt dat systeem
correct werkt bij temperaturen lager dan
12°F (-11°C).
OPMERKING:
AdBlue® (UREUM) bevriest bij tempera
-
turen lager dan 12 °F (-11 °C).
Opslag van AdBlue® (UREUM)
AdBlue® (UREUM) wordt beschouwd als
een zeer stabiel product met een lange houd -
baarheid. Als AdBlue® (UREUM) wordt
bewaard bij temperaturen tussen -12 °C en
32 °C (10 °F en 90 °F), is het ten minste één
jaar houdbaar.
AdBlue® (UREUM) kan bij de laagste
temperaturen bevriezen. AdBlue® (UREUM)
kan bijvoorbeeld bevriezen bij een tempera -
tuur van of onder -11 °C (12 °F). Het
systeem is ontworpen voor gebruik in deze
omgeving.
Vul nooit brandstof bij wanneer de motor
draait. Dit is in strijd met de richtlijnen
in de meeste landen en kan ertoe leiden
dat het storingslampje gaat branden.
Breng geen object/dop dat/die niet
specifiek voor de auto is geleverd aan op
het uiteinde van de vulleiding. Het
gebruik van niet-compatibele objecten/
doppen kan leiden tot een drukverhoging
in de tank, waardoor gevaarlijke situaties
kunnen ontstaan.
Er kan brand ontstaan als u een jerrycan
die in een auto staat met brandstof vult.
Dit kan leiden tot brandwonden. Plaats
een jerrycan altijd op de grond alvorens
deze te vullen.
WAARSCHUWING! (Vervolgd) LET OP!
Gebruik voor dieselmotoren uitsluitend
diesel voor motorvoertuigen conform de
EN 590 Europese specificaties. Het
gebruik van andere producten of mengsels
kan onherstelbare schade toebrengen aan
de motor en daarmee de garantie ongeldig
maken vanwege de veroorzaakte schade.
Als u per ongeluk andere soorten brandstof
in de tank stopt, start de motor niet. Maak
de tank leeg. Ook als de motor slechts zeer
kort heeft gedraaid, moet behalve de
brandstoftank ook het gehele
brandstofcircuit worden afgetapt.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 190
Page 193 of 370

191
OPMERKING:
Bij het werken met AdBlue® (UREUM) is het
volgende van belang:
Alle reservoirs of onderdelen die in contact
komen met AdBlue® (UREUM), moeten
compatibel zijn met AdBlue® (UREUM)
(kunststof of roestvrij staal). Koper,
messing, aluminium, ijzer of niet-roestvrij
staal moet worden vermeden, omdat ze
onderhevig zijn aan corrosie door AdBlue®
(UREUM).
Als AdBlue® (UREUM) wordt gemorst,
moet het volledig worden opgeveegd.
AdBlue® (UREUM) toevoegen
Randvoorwaarden
AdBlue® (UREUM) bevriest bij tempera-
turen lager dan 12 °F (-11 °C). Als de auto
langere tijd bij deze temperatuur stilstaat,
kan bijvullen moeilijk zijn. Daarom wordt
aangeraden om de auto in een garage en/of
verwarmde omgeving te parkeren en te
wachten totdat de AdBlue® (UREUM) weer
vloeibaar geworden is alvorens bij te vullen. Ga als volgt te werk:
Parkeer de auto op een vlakke ondergrond
en stop de motor door de contactschake-
laar in de OFF-stand te draaien.
Open de brandstofvulklep, draai de
(blauwe) dop van de AdBlue®
(UREUM)-vulopening los en verwijder die.
Vulopening AdBlue® (UREUM) Bijvullen met mondstukken
U kunt bij elke AdBlue® (UREUM)-leveran
-
cier bijvullen.
Ga als volgt te werk:Steek het AdBlue® (UREUM)-mondstuk
in de vulopening, start met bijvullen en
stop met bijvullen bij de eerste afschake-
ling (de afschakeling geeft aan dat de
AdBlue® (UREUM) tank vol is). Ga niet
verder met vullen, om morsen van
AdBlue® (UREUM) te voorkomen.
Verwijder het mondstuk.
Bijvullen met een jerrycan
Ga als volgt te werk:
Controleer de vervaldatum.
Lees de gebruiksinstructies op het label
voordat u de inhoud van de jerrycan in de
AdBlue® (UREUM)-tank giet.
1 — Vuldop AdBlue® (UREUM)
2 — Brandstofvulklep
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 191
Page 194 of 370

STARTEN EN RIJDEN
192
Raadpleeg de paragraaf "Waarschuwings-
lampjes en meldingen" in het hoofdstuk
"Uw instrumentenpaneel leren kennen"
voor meer informatie, als systemen voor
het bijvullen gebruikt worden, die niet
vastgeschroefd kunnen worden (bijv.
vaten), nadat de indicatie verschijnt op
het display van het instrumentenpaneel,
vul de AdBlue® (UREUM)-tank met niet
meer dan 2 gallon (8 liter).
Als een jerrycan wordt gebruikt, die op de
vulopening kan worden geschroefd, dan is
het reservoir vol wanneer de AdBlue®
(UREUM) in de jerrycan niet meer eruit
stroomt. Ga dan niet meer verder.
Handelingen na het bijvullen
Ga als volgt te werk:
Bevestig de dop weer op de AdBlue®
(UREUM)-vulopening door hem rechtsom
te draaien en schroef hem volledig vast.
Draai het contactslot tot de stand RUN
(het is niet nodig om de motor te starten).
Wacht totdat de indicatie op het instru -
mentenpaneel uitgaat, voordat u de auto
in beweging zet. De indicatie kan enkele
seconden tot ongeveer een halve minuut
zichtbaar blijven. Indien de motor wordt gestart en de auto in beweging wordt
gezet, blijft de indicatie langer zichtbaar.
Dit heeft geen consequenties voor de
motorwerking.
Wacht 2 minuten alvorens de motor te
starten, indien de AdBlue® (UREUM)
werd bijgevuld toen de tank leeg was.
OPMERKING:
Indien AdBlue® (UREUM) uit de vulhals
gemorst wordt, maak dan het gebied goed
schoon en ga dan verder met vullen.
Indien de vloeistof kristalliseert, veeg het
dan weg met een spons en warm water.
OVERSCHRIJD HET MAXIMALE NIVEAU
NIET: dit kan schade aan het reservoir
veroorzaken. AdBlue® (UREUM) bevriest
bij temperaturen lager dan 12 °F (-11 °C).
Hoewel het systeem ontworpen is om
onder het vriespunt van de AdBlue®
(UREUM) te werken, is het raadzaam de
tank niet verder te vullen dan het maxi -
mumpeil want als de UREUM bevriest,
kan het systeem beschadigd raken. Volg
de instructies in deze paragraaf.
Als de AdBlue® (UREUM) wordt gemorst
op gelakte oppervlakken of aluminium,
reinig dat gebied dan onmiddellijk met water en gebruik absorberend materiaal
om de vloeistof op te vangen die op de
grond gemorst werd.
Probeer niet de motor te starten als
AdBlue® (UREUM) per ongeluk aan de
dieselbrandstoftank werd toegevoegd. Dit
kan leiden tot ernstige motorschade.
Neem in dat geval contact op met een
erkende dealer.
Voeg geen additieven of andere vloeistoffen
aan AdBlue® (UREUM) toe. Als u dit toch
doet, kan het systeem beschadigd raken.
Het gebruik van verkeerde of aangetaste
AdBlue® (UREUM) kan leiden tot het
verschijnen van indicaties op het display van
het instrumentenpaneel. Raadpleeg de para
-
graaf "Waarschuwingslampjes en meldingen"
in het hoofdstuk "Uw instrumentenpaneel
leren kennen" voor meer informatie.
Giet nooit AdBlue® (UREUM) in een
andere jerrycan: die kan verontreinigd zijn.
Als de AdBlue® (UREUM) opraakt, raad -
pleeg dan de paragraaf "Waarschuwings-
lampjes en meldingen" in het hoofdstuk
"Uw instrumentenpaneel leren kennen"
voor meer informatie om de auto normaal
te blijven gebruiken.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 192
Page 254 of 370

SERVICE EN ONDERHOUD
252
Eenmaal per maand of voor een lange rit
Oliepeil controleren.
Niveau van de ruitensproeiervloeistof
controleren.
Controleer de bandenspanning en let op
ongewone slijtage of beschadigingen.
Rouleer banden bij de eerste tekenen van
ongelijkmatige slijtage, zelfs voordat de
indicator voor olie verversen gaat branden.
Controleer de vloeistofniveaus van het
koelvloeistofreservoir en de hoofdremci-
linder en vul indien nodig vloeistof bij.
De werking van alle lampen binnen en
buiten controleren.
Controle en herstel van additiefpeil voor
AdBlue® voor dieselemissies (UREUM)
(indien aanwezig). Bij elke olieverversing
Motoroliefilter vervangen.
Remslangen en -leidingen controleren.
Controleren op de aanwezigheid van water
in de brandstoffilter/waterafscheidereen
-
heid.
Controleer de homokinetische koppeling/
cardankoppelingen.
Gebruik van de auto onder zware omstandig -
heden
Herstel het peil van het additief voor
dieselemissies AdBlue® (UREUM) (indien
aanwezig), wanneer het lampje brandt of
het bericht wordt weergegeven in het
instrumentenpaneel.
Onderhoudsschema — dieselmotoren
OPMERKING:
Zodra u de laatste taak in de tabel hebt
uitgevoerd, gaat u verder met het geplande
onderhoud, waarbij u de aangegeven
frequentie in het schema aanhoudt door elke
bewerking te voorzien van een markering in
de vorm een punt of een specifieke opmer -
king. Als u het onderhoud opnieuw aanvat
vanaf het begin van het schema, kan het
toegestane interval voor sommige bewer -
kingen worden overschreden.
LET OP!
Als noodzakelijk onderhoud achterwege
wordt gelaten, kan dit leiden tot schade
aan uw auto.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 252