Peugeot 208 2015 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2015, Model line: 208, Model: Peugeot 208 2015Pages: 412, PDF Size: 9.11 MB
Page 201 of 412

Storingen verhelpen199
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
1. Remlicht (leds).
2. Achteruitrijlicht (P21W).
3.
 R
ichtingaanwijzers (PY21W 
amberkleurig).
4.
 P
arkeerlicht (LED).
Achterlichten
5. Mistachterlicht (P21W).
Geïntegreerde zijknipperlichten 
vervangen
F Steek een platte schroevendraaier tussen het 
spiegelglas en de houder van de buitenspiegel.
F Wip het spiegelglas met de schroevendraaier los en verwijder het.
F
 
M
 aak de kap van de buitenspiegel los door 
de twee bevestigingsclips in te drukken. Voer het monteren uit in de omgekeerde 
volgorde.
Voor het vervangen van deze lampen 
kunt u ook het PEUGEOT-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats raadplegen.
F Duw de middelste lip in en ver wijder het 
zijknipperlicht.
F
 
T
 rek de lamp uit de lamphouder en vervang 
de defecte lamp.
8  
Page 202 of 412

Storingen verhelpen
200
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
Lampen van achteruitrijlichten 
en richtingaanwijzers vervangen
Deze twee lampen kunnen vanuit de 
bagageruimte worden vervangen:
F  
O
 pen de achterklep.
F
 
V
 er wijder het rooster in de bekleding aan 
de desbetreffende zijkant.
F
 
D
 raai de moer los en ver wijder deze.
F
 
N
 eem de stekker van de lamp los.
F
 
M
 aak de lampunit los en ver wijder deze 
voorzichtig door de unit in een rechte 
beweging naar u toe te trekken. F
 
D
 uw de vier borglippen in en trek de fitting 
los.
F
 
D
 raai de lamp een kwartslag en vervang 
de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde 
volgorde.
Druk de lichtunit goed in de steungoot in de 
lengteas van de auto.
Draai de moer zodanig vast dat een goede 
afdichting is gewaarborgd. Draai de moer 
echter niet al te vast, om te voorkomen dat de 
lichtunit beschadigd raakt.
Leds
Neem voor het vervangen van leds 
contact op met het PEUGEOT-netwerk 
of met een gekwalificeerde werkplaats.  
Page 203 of 412

Storingen verhelpen201
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
Lamp derde remlicht vervangen
F Draai de borgpennen aan weerszijden van het derde remlicht los zonder deze 
helemaal te verwijderen.
F
 
D
 uw op de bouten om de lampunit los te 
maken.
F
 
N
 eem de stekker van de lampunit los.
F
 
T
 rek het derde remlicht naar buiten.
F
 
D
 raai de lamphouder van de defecte lamp 
een kwart omwenteling en verwijder deze.
F
 
T
 rek de lamp uit de lamphouder en vervang 
de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde 
volgorde.
Vervangen van de 
kentekenplaatverlichting
Open de achterklep tot halver wege om het 
vervangen te vergemakkelijken.
F
 
S
 teek een kleine schroevendraaier in 
een van de buitenste openingen van het 
lampglas.
F
 
D
 uw de schroevendraaier naar buiten.
F
 
V
 erwijder het lampglas.
F
 
V
 ervang de defecte lamp.
Druk het glaasje vast in de houder. De mistlamp is vanaf de onderzijde van de 
bumper bereikbaar.
F
 
D
 raai de fitting een kwart omwenteling en 
verwijder het geheel.
F
 
N
 eem de stekker van de lamp los.
F
 
V
 erwijder en vervang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde 
volgorde.
Voor het vervangen van deze lampen 
kunt u ook het PEUGEOT-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats raadplegen.
Vervangen van de mistlamp
8  
Page 204 of 412

Storingen verhelpen
202
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
Zekeringen
Zekeringkast in het dashboard:
F  T rek het deksel eerst linksboven en dan 
rechtsboven los.
F
 
V
 erwijder het deksel en keer het om.
F
 
N
 eem de steun, waarop aan de achterzijde 
de tang is bevestigd, uit.
De tang voor het verwijderen van zekeringen is 
bevestigd aan de binnenzijde van het deksel van de 
zekeringkast in het dashboard of in het dashboardkastje.
Toegang tot het gereedschap
Zekeringkast in het dashboardkastje:
F  O pen het dashboardkastje.
F
 
T
 rek het deksel van de zekeringkast 
rechtsboven los.
F
 
V
 erwijder het deksel en keer het om.
F
 
N
 eem de steun los waarop aan de 
achterzijde de tang is bevestigd.  
Page 205 of 412

Storingen verhelpen203
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
Voor ingrepen aan een zekering geldt:
F g ebruik een speciale tang om de zekering 
uit de zekeringkast te ver wijderen en 
controleer of het smeltdraadje van de 
zekering intact is,
F
 
v
 ervang een defecte zekering altijd door een 
zekering met dezelfde stroomsterkte (zelfde 
kleur); een afwijkende stroomsterkte kan 
storingen veroorzaken (brand).
Mocht de storing kort na het vervangen van de 
zekering terugkeren, laat dan de elektrische 
uitrusting controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats. Voordat u een zekering vervangt, dient u:
F  
d
 e auto stil te zetten met het contact uit,
F  
a
 lle stroomverbruikers uit te schakelen,
F  
d
 e defecte zekering te achterhalen 
met behulp van de zekeringtabel en de 
schema's op de volgende bladzijden.
GoedDefect
PEUGEOT is niet aansprakelijk voor 
kosten die voortvloeien uit storingen 
veroorzaakt door het monteren 
van extra accessoires die niet door 
PEUGEOT aanbevolen en geleverd 
worden, en niet volgens haar 
voorschriften zijn gemonteerd. Dit geldt 
met name als het totale stroomverbruik 
van alle extra accessoires meer dan 
10
 
milliampère bedraagt.
Montage van elektrische 
accessoires
Bij het ontwerp van het elektrische 
circuit van uw auto is reeds rekening 
gehouden met de montage van zowel de 
standaarduitrusting als eventuele opties.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats voordat u andere 
elektrische voorzieningen of accessoires in 
de auto monteert of laat monteren.
Het vervangen van een zekering door 
een andere dan in de volgende tabellen 
genoemd, kan tot ernstige storingen 
leiden. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk 
of een gekwalificeerde werkplaats.
Tang
Informatie voor professionele reparateurs: 
raadpleeg het schema van de "Methoden" 
voor uitgebreide informatie over de 
zekeringen en relais. Dit schema kunt u 
opvragen bij het PEUGEOT-netwerk.
8  
Page 206 of 412

Storingen verhelpen
204
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
ZekeringnummerStroomsterkteFuncties
F2 5
 
A Buitenspiegels, koplampen, diagnoseaansluiting.
F9 5
 
A Alarm.
F10 5
 
A
Afzonderlijke telematica-eenheid, servicecentrale trekhaakaansluiting.
F11 5   AElektrochromatische binnenspiegel, extra verwarming.
F13 5
  AHifi-versterker, parkeerhulp.
F16 15
 
A12V-aansluiting vóór.
F17 15
 
AAutoradio, autoradio (montage achteraf).
F18 20
  ATouchscreen.
Links  
Page 207 of 412

Storingen verhelpen205
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
ZekeringnummerStroomsterkteFuncties
F23 5
 
A Make-upspiegels, kaartleeslampen.
F26 15
 
A Claxon.
F27 15
 
A Ruitensproeierpomp.
F28 5
 
A Stuurslot.
F29 15
 
A Aircocompressor.
F30 15
 
A Ruitenwisser achter.
8  
Page 208 of 412

Storingen verhelpen
206
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
ZekeringStroomsterkteFuncties
F01 40
 
A Achterruitverwarming.
F02 10
 
A Verwarmde buitenspiegels.
F03 30
 
A Impulsruitbediening vóór.
F04 -Niet gebruikt.
F05 30
 
A Impulsruitbediening achter.
F06 10
 
A Inklapbare buitenspiegels.
F07 10
 
A Inklapbare buitenspiegels.
F08 -Niet gebruikt.
F09 15
 
A Stoelverwarmingen vóór.
F10 20
 
A Hifi-versterker.
F11 -Niet gebruikt.
F12 -Niet gebruikt.
Rechts  
Page 209 of 412

Storingen verhelpen207
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
ZekeringStroomsterkteFuncties
F16 15
 
A Mistlampen vóór.
F18 10
 
A Grootlicht rechts.
F19 10
 
A Grootlicht links.
F25 30
 
A Relais koplampsproeiers (montage achteraf).
F29 40
 
A Ruitenwissermotor vóór.
Onder de motorkap
Toegang tot de zekeringen
F Maak het deksel los.
F
 V ervang de zekering (zie de 
desbetreffende paragraaf).
F
 
S
 luit na het vervangen van de zekering 
zorgvuldig het deksel voor een goede 
afdichting van de zekeringkast.
De zekeringkast bevindt zich onder de 
motorkap, naast de accu (links).
8  
Page 210 of 412

Storingen verhelpen
208
208_nl_Chap08_cas-de-panne_ed01-2016
12V- ac c u
Uitvoeringen met het Stop & Start-
systeem zijn voorzien van een speciale 
12V- loodac c u.
Deze accu mag uitsluitend worden 
vervangen door het PEUGEOT-netwerk 
of door een gekwalificeerde werkplaats.
Procedure voor het gebruik van een hulpaccu voor het starten van de motor met behulp van startkabels en voor het laden van een lege accu.
De accu bevindt zich in de motorruimte.
Toegang tot de accu:
F o pen de motorkap via hendel in het 
interieur en gebruik vervolgens de 
veiligheidshaak aan de buitenzijde,
F
 
b
 evestig de motorkapsteun,
F
 
v
 erwijder de kunststof afdekkap voor 
toegang tot de pluspool (+).
Toegang tot de accu
Het aanduwen om de motor te starten 
is bij een auto met een automatische 
transmissie niet toegestaan.
Accu's bevatten giftige stoffen zoals 
zwavelzuur en lood.
Ze moeten worden ver werkt conform 
de regelgeving en mogen in geen geval 
met het huishoudelijke afval worden 
weggegooid.
Breng de gebruikte batterijen en accu's 
naar een speciaal inzamelpunt.
Algemeen
12V-loodaccu
Bescherm uw ogen en gezicht voordat 
u handelingen aan de accu uitvoert.
Voer ingrepen aan de accu uitsluitend 
uit in een goed geventileerde ruimte, ver 
van open vuur of vonken veroorzakende 
bronnen, om elk risico van brand- of 
explosiegevaar uit te sluiten.
Was uw handen als de werkzaamheden 
beëindigd zijn.
Het aanduwen om de motor te starten is bij 
een auto met een elektronisch gestuurde 
versnellingsbak niet toegestaan.
De minpool (-) van de accu is niet bereikbaar, 
daarom is er een afzonderlijk massapunt 
aangebracht op de motorsteun.