Peugeot 307 2002 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2002, Model line: 307, Model: Peugeot 307 2002Pages: 128, PDF Size: 2.64 MB
Page 51 of 128

VENTILATIE 1.Uitstroomopeningen voorruitontwaseming.
2. Uitstroomopeningen zijruitontwaseming.
3. Zijventilatieroosters.
4. Middelste ventilatieroosters.
5. Uitstroomopening voor beenruimte voor.
6. Uitstroomopening voor beenruimte achter.
Gebruiksadviezen Zet de luchttoevoer ver genoeg open voor een optimale verversing van de lucht in het interieur. In de stand "OFF"komt
er geen buitenlucht meer in het interieur.
Opmerking: gebruik de stand "OFF"alleen indien nodig (kans op beslaan van de ruiten).
Let er voor een gelijkmatige verdeling van de lucht naar het interieur op dat de luchtinlaatroosters, de uitstroomopenin- gen in de auto, de luchtkanalen onder de voorstoelen en de ventilatieopeningen in de bagageruimte vrij blijven. Zorgervoor dat het pollenfilter in een goede staat verkeert.
UW 307 IN DETAIL 51
Page 52 of 128

UW 307 IN DETAIL
52
VERWARMING/VENTILATIE
1. Temperatuurregeling Naar behoefte in te stellen. 2. Luchtverdeling
Luchtstroom naar voorruit en zijruiten (ontwasemen-ontdooien).
Ga voor het snel ontwasemen vande voorruit en de zijruiten als volgt tewerk: Ð Schuif de knop van de luchttoe-
voerregeling 4in de stand
"Toevoer van buitenlucht" (als deknop 4wordt losgelaten, dooft het
verklikkerlampje),
Ð stel de temperatuur en de luchtop- brengst in op maximaal,
Ð sluit de middelste ventilatieroos- ters.
Page 53 of 128

Luchtstroom naar voorruit, portierruiten en beenruimte. Luchtstroom naar de beenruimte. Luchtstroom naar interieur
(linker, rechter en middelsteventilatieroosters).
3. Regeling luchtopbrengst Draai de knop in ŽŽnvan
de vier standen om de
gewenste luchtopbrengst teverkrijgen. 4. Luchttoevoer
Druk de knop 4in om de
recirculatie van de lucht inhet interieur in te schake-len. De recirculatiestandwordt aangegeven door
een verklikkerlampje en dient om detoevoer van buitenlucht bij stank enstofoverlast af te sluiten. Zet de knop 4, zodra de omstandig-
heden dit toelaten, weer in de stand toevoer buitenlucht om het beslaanvan de ruiten en vermindering vande luchtkwaliteit te voorkomen. Opdat moment zal het verklikkerlampjedoven. 5. Achterruitverwarming
Druk de schakelaar bijdraaiende motor in om deachterruitverwarming en deverwarming van de buiten-spiegels* in te schakelen.
De achterruitverwarming gaat naongeveer 12 minuten automatischuit. Druk nogmaals op de schakelaar om de achterruitverwarming opnieuwgedurende 12 minuten in te schakelen. Druk de schakelaar nogmaals in om de achterruitverwarming eerder uit teschakelen.
* Volgens uitvoering.
UW 307 IN DETAIL 53
Page 54 of 128

UW 307 IN DETAIL
54
AIRCONDITIONING*
1. Airconditioning De airconditioning kan tijdens alle seizoe- nen gebruikt worden. Het systeem stelt uin staat de temperatuur in het interieur Ôszomers te verlagen en zorgt in de winterbij temperaturen boven 0 ¡C voor eensnelle ontwaseming van beslagen ruiten. Druk de schakelaar in, hetverklikkerlampje gaat bran-den. De airconditioning werkt niet alsde knop voor de regeling van deluchtopbrengst op "OFF" staat. Opmerking:
Condensvorming in de
airconditioning kan ertoe leiden dat er zich een klein plasje water onderde auto vormt, dit is een normaalverschijnsel. 2. Temperatuurregeling Naar behoefte in te stellen.
Page 55 of 128

4. Regeling luchtopbrengstDraai de knop in ŽŽnvan
de vier standen om de
gewenste luchtopbrengst te verkrijgen.
5. Toevoer van buitenlucht De luchtrecirculatie wordtingeschakeld door op deknop 5te drukken. Deze
stand dient om de toevoer
van buitenlucht bij stank en stofover-last af te sluiten. Als deze stand gebruikt wordt terwijl de airco is ingeschakeld, wordt decapaciteit van de airco vergroot. Als deze stand bij vochtig weer wordt gebruikt, bestaat het risico dat de rui-ten beslaan. Zet de knop 5, zodra de omstandig-
heden dit toelaten, weer in de stand toevoer buitenlucht, om het beslaanvan de ruiten te voorkomen. Hierbijdooft het verklikkerlampje.3. Luchtverdeling
Luchtstroom naar voorruit en zijruiten (ontwasemen -ontdooien). Ga voor het snel ontwase-
men van de voorruit en de zijruiten als volgt te werk:
Ð stel de temperatuur en de luchtop- brengst in op maximaal,
Ð sluit de middelste ventilatieroos- ters,
Ð schuif de knop van de luchttoe- voerregeling 5in de stand
"Toevoer van buitenlucht" (zodra knop 5wordt losgelaten, gaat het
verklikkerlampje branden),
Ð schakel de airconditioning in door op de toets A/C te drukken.
Luchtstroom naar voorruit,portierruiten en beenruimte.
Luchtstroom naar de been-ruimte. Luchtstroom naar interieur
(linker, rechter en middelsteventilatieroosters). Belangrijkevoorzorgsmaatregelen Zet de airconditioning 1 tot 2 keer per maand 5 tot 10 minuten aan om hetsysteem in perfecte staat te houden. Gebruik de airconditioning niet als deze niet koelt en laat het systeem
dan door uw PEUGEOT-servicepuntcontroleren.
6. Achterruitverwarming
Druk de schakelaar bij draaiende motor in om deachterruitverwarming en deverwarming van de buiten-spiegels* in te schakelen.
De achterruitverwarming gaat na ca.12 minuten automatisch uit. Druk nogmaals op de schakelaar om de achterruitverwarming opnieuwgedurende 12 minuten in te schakelen. Druk de schakelaar nogmaals in om de achterruitverwarming eerder uit teschakelen. Opmerking: de airconditioning
veroorzaakt condensvorming, waar- door er na het uitschakelen van deairconditioning een plasje wateronder de auto kan ontstaan. Dit iseen normaal verschijnsel.
* Volgens uitvoering.
UW 307 IN DETAIL 55
Page 56 of 128

UW 307 IN DETAIL
56
AUTOMATISCHE AIRCONDITIONING*
Automatische werking
1. Temperatuurregeling De gekozen temperatuur wordt weergegeven. Drukop de pijltjestoetsen omde instelling te wijzigen.Instelling op ongeveer 21biedt een optimaal com-fort. 2. Automatisch programma
"comfort"
Druk op de toets "AUTO".Het systeem regelt deluchtgesteldheid in hetinterieur automatisch aande hand van de ingestelde
temperatuur. Hiervoor regelt het sys-
teem de temperatuur, de luchtop-brengst, de luchtverdeling naar deluchtroosters en schakelt het indiennodig de airconditioning in. 3. Automatisch programma
"zicht"
In sommige gevallen kanhet programma "comfort"niet toereikend blijken omde ruiten condens- en ijsvrij
te houden (vocht, veel inzittenden,vorst...). Kies dan het programma"zicht" om de ruiten snel te ontwase-men.
Page 57 of 128

Handmatig verstellen Al naar gelang uw wensen kunt u de automatische bediening van het sys-teem handmatig aanpassen. De ove-rige functies worden automatischgeregeld. Bij het indrukken van de
toets "AUTO" zal het systeem weervolledig automatisch functioneren.
4. AirconditioningBij het indrukken van deze toets wordt de airconditio-ning uitgeschakeld. Deaanduiding "ECO" ver-
schijnt op de display. Druk de toetsnogmaals in om de automatischewerking van de airconditioning tehervatten. De aanduiding "A/C" ver-
schijnt op de display. Opmerking Condensvorming in de airconditioning kan ertoe leiden dat er zich een kleinplasje water onder de auto vormt, ditis een normaal verschijnsel. 5. Luchtverdeling
Druk deze toets herhaaldemalen in om de luchtstroomte verdelen naar:
Ð de voorruit (ontwasemen of ont- dooien),
Ð de voorruit en de beenruimte,
Ð de beenruimte,
Ð de linker, rechter en middelste ven- tilatieroosters en de beenruimte,
Ð de linker, rechter en middelste ven- tilatieroosters.
6. Luchtopbrengst De luchtopbrengst kan vergroot of ver-
kleind worden doorrespectievelijk de toet-sen + of - in te drukken.
7. Toevoer van buitenlucht
Bij het indrukken van deze toets wordt de lucht in hetinterieur gerecirculeerd.Deze stand, aangegeven
op de display, dient om de
toevoer van buitenlucht bij stank enstofoverlast af te sluiten. Gebruik de luchtrecirculatie alleen als dit echt nodig is. Druk de toetsnogmaals in om de automatischetoevoer van buitenlucht te hervatten. 8. Uit
Bij het indrukken van de toets "OFF" wordt het sys-teem volledig uitgescha-keld.
9. Achterruitverwarming Druk op deze toets om deachterruitverwarming en deverwarming van de buiten-spiegels* in te schakelen.De verwarming wordt auto-
matisch uitgeschakeld. Druk de toetsnogmaals in om de achterruitverwar-ming eerder uit te schakelen. Opmerking: De airconditioning
veroorzaakt condensvorming, waar- door er na het uitschakelen van deairconditioning een plasje wateronder de auto kan ontstaan. Dit iseen normaal verschijnsel.
* Volgens uitvoering.
UW 307 IN DETAIL 57
Page 58 of 128

VOORSTOELEN
1. Verstelling in lengterichting.Til de beugel op en schuif de stoel in de gewenste stand.
2. Toegang tot de achterbank (3-deurs)
Trek aan de handgreep om de rugleuning naar voren te klappenen schuif de stoel vooruit. Als de stoel wordt teruggeduwd, komt deze automatisch weer inde oorspronkelijke stand terug. Let op: Zorg ervoor dat het
terugkeren in de oorspronkelijke stand niet wordt verhinderd; dezestand is noodzakelijk om de stoelte vergrendelen in de lengterichting.
3. Rugleuningverstelling Duw de handgreep naar achteren.
4. Hoogteverstelling bestuur- ders- en passagiersstoel*:
Trek de hendel omhoog of duw deze omlaag tot de gewenstestand bereikt is.
UW 307 IN DETAIL
58
* Volgens uitvoering.
Page 59 of 128

Ga nooit rijden als de
hoofdsteunen zijn ver-wijderd; de hoofdsteunenmoeten zijn geplaatst encorrect zijn afgesteld.
5. Schakelaars stoelverwarmingv——r* Druk de schakelaar in. De tem- peratuur wordt automatisch gere-geld. Druk nogmaals op de schakelaar om de verwarming weer uit teschakelen. Opmerking: De geselecteerde
stand van de stoelverwarming blijft nadat het contact is afgezetnog twee minuten in het geheu-gen.
6. Armsteunen v——r* Deze zijn neerklapbaar en uit-
neembaar. Druk, om de armsteun te verwij- deren, op de knop tussen dearmsteun en de rand van de zit-ting en trek de armsteunomhoog.
7. Hoogte- en hoekverstelling hoofdsteun v——r
Trek de hoofdsteun naar voren en schuif deze gelijktijdig naarwens omhoog of omlaag. De hoek van de hoofdsteun kan ook versteld worden*. Zet, om de hoofdsteun te verwij-deren, deze in de hoogste stand,druk de lip met behulp van eenmuntstuk omhoog en trek dehoofdsteun gelijktijdig naar vorenen omhoog.Steek om de hoofd-steun terug te zetten de pennenin de openingen van de rugleu-ning tot de hoofdsteun op zijnplaats blijft.
Actieve rugleuning (voorstoelen) De rugleuning is voorzien van een systeem dat de zogenaamde whiplashvoorkomt. In het geval van een aanrijding zorgt de kracht van het lichaam op derugleuning ervoor dat de hoofdsteunnaar voren en omhoog komt, waar-door wordt voorkomen dat het hoofdeen sterke achterwaartse bewegingmaakt. 8
.Opbergladen*
Onder beide voorstoelen heeft u de beschikking over een opberglade.
Ð Til de opberglade iets op en trek hem naar voren om de lade te openen.
Ð Trek om de opberglade te verwij- deren de lade geheel open, til de lade op en trek hem vervolgensgeheel naar buiten.
Plaats geen zware voorwerpen in deopbergladen.
* Volgens uitvoering. HOOFDSTEUNEN ACHTER Zet de hoofdsteunen omhoog om hem te gebruiken en omlaag als de
desbetreffende zitplaats niet gebruiktwordt. Naar beneden: Druk de blokkeerpal op de geleider in. De hoofdsteunen kunnen worden verwijderd.
Verwijderen: Trek de hoofdsteun omhoog tot aan de aanslag en drukde blokkeerpal in.
UW 307 IN DETAIL
59
De juiste stand van de hoofd- steun is als de bovenzijde vande hoofdsteun zich ter hoogtevan de bovenzijde van hethoofd bevindt.
Page 60 of 128

Ga nooit rijden als de
hoofdsteunen zijn ver-wijderd; de hoofdsteunenmoeten zijn geplaatst encorrect zijn afgesteld.
5. Schakelaars stoelverwarmingv——r* Druk de schakelaar in. De tem- peratuur wordt automatisch gere-geld. Druk nogmaals op de schakelaar om de verwarming weer uit teschakelen. Opmerking: De geselecteerde
stand van de stoelverwarming blijft nadat het contact is afgezetnog twee minuten in het geheu-gen.
6. Armsteunen v——r* Deze zijn neerklapbaar en uit-
neembaar. Druk, om de armsteun te verwij- deren, op de knop tussen dearmsteun en de rand van de zit-ting en trek de armsteunomhoog.
7. Hoogte- en hoekverstelling hoofdsteun v——r
Trek de hoofdsteun naar voren en schuif deze gelijktijdig naarwens omhoog of omlaag. De hoek van de hoofdsteun kan ook versteld worden*. Zet, om de hoofdsteun te verwij-deren, deze in de hoogste stand,druk de lip met behulp van eenmuntstuk omhoog en trek dehoofdsteun gelijktijdig naar vorenen omhoog.Steek om de hoofd-steun terug te zetten de pennenin de openingen van de rugleu-ning tot de hoofdsteun op zijnplaats blijft.
Actieve rugleuning (voorstoelen) De rugleuning is voorzien van een systeem dat de zogenaamde whiplashvoorkomt. In het geval van een aanrijding zorgt de kracht van het lichaam op derugleuning ervoor dat de hoofdsteunnaar voren en omhoog komt, waar-door wordt voorkomen dat het hoofdeen sterke achterwaartse bewegingmaakt. 8
.Opbergladen*
Onder beide voorstoelen heeft u de beschikking over een opberglade.
Ð Til de opberglade iets op en trek hem naar voren om de lade te openen.
Ð Trek om de opberglade te verwij- deren de lade geheel open, til de lade op en trek hem vervolgensgeheel naar buiten.
Plaats geen zware voorwerpen in deopbergladen.
* Volgens uitvoering. HOOFDSTEUNEN ACHTER Zet de hoofdsteunen omhoog om hem te gebruiken en omlaag als de
desbetreffende zitplaats niet gebruiktwordt. Naar beneden: Druk de blokkeerpal op de geleider in. De hoofdsteunen kunnen worden verwijderd.
Verwijderen: Trek de hoofdsteun omhoog tot aan de aanslag en drukde blokkeerpal in.
UW 307 IN DETAIL
59
De juiste stand van de hoofd- steun is als de bovenzijde vande hoofdsteun zich ter hoogtevan de bovenzijde van hethoofd bevindt.