Peugeot 508 2019 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2019, Model line: 508, Model: Peugeot 508 2019Pages: 320, PDF Size: 10.22 MB
Page 211 of 320

209
Handgeschakelde versnellingsbak
De versnellingsbak is onderhoudsvrij
(olie verversen niet noodzakelijk).
Automatische transmissie
De transmissie is onderhoudsvrij
(olie verversen niet noodzakelijk).
Remblokken
De slijtage van de remblokken is
sterk afhankelijk van de rijstijl, vooral
bij stadsverkeer en veel korte ritten.
Hierdoor kan het noodzakelijk blijken
om de remblokken vaker, tussen
twee onderhoudscontroles door, te
laten controleren.
Als het remsysteem vrij is van lekkages, duidt
een te laag remvloeistofniveau erop dat de
remblokken versleten zijn.
Slijtage remschijven/
remtrommels
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats
voor informatie over het controleren
van de slijtage van de remschijven.
Elektrische parkeerrem
Dit systeem vereist geen specifieke
controle. Laat echter in het geval
van een storing het systeem
controleren door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek
voor meer informatie over de elektrische
parkeerrem .
Velgen en banden
De bandenspanning moet
minstens eens per maand en
voorafgaand aan een lange rit bij
alle banden (wanneer ze koud zijn)
gecontroleerd worden. Het rijden met versleten of beschadigde
banden vermindert de remwerking en heeft een
negatieve invloed op het weggedrag. Het wordt
aanbevolen om een regelmatige inspectie van
de staat van de banden (profiel en bandwangen)
en velgen uit te voeren en om te controleren dat
de banden over een ventiel beschikken.
Het gebruik van andere dan de gespecificeerde
velg- en bandmaten kan effect hebben op
de levensduur van de banden, het draaien
van de wielen, de bodemvrijheid en de
snelheidsmeteraanduiding, en kan tevens een
negatieve invloed hebben op het weggedrag van
de auto.
De montage van verschillende banden
op de voor- en op de achteras kan leiden
tot onjuist ingrijpen van het elektronisch
stabiliteitsprogramma (ESP).
Gebruik uitsluitend door PEUGEOT
aanbevolen producten of gelijkwaardige
kwaliteitsproducten.
Om de werking van belangrijke
onderdelen als het remsysteem te
optimaliseren, selecteert en biedt
PEUGEOT specifieke producten aan.
Na het wassen kan er zich een laagje
vocht of onder winterse omstandigheden
ijs vormen op de remschijven en
remblokken: de remwerking kan daardoor
afnemen. Rem een paar keer lichtjes om
de remmen vocht- en ijsvrij te maken.
De op de sticker aangegeven bandenspanningen
gelden voor koude banden. Als u meer langer
dan 10 minuten of meer dan 10 kilometer
hebt gereden met een snelheid van meer dan
50
km/u, moet u de bandenspanning 0,3 bar
(30
kPa) verhogen ten opzichte van de op de
sticker aangegeven waarden.
Een te lage bandenspanning leidt ook tot
een hoger brandstofverbruik. Een onjuiste
bandenspanning veroorzaakt vroegtijdige
slijtage van banden en heeft een negatieve
invloed op het weggedrag van de auto. Kans op
een ongeval!
7
Praktische informatie
Page 212 of 320

210
Onderhoudstips
In het garantie- en onderhoudsboekje van
uw auto vindt u de algemene adviezen met
betrekking tot het onderhoud van uw auto.
Koplampen en achterlichten
De koplampunits zijn voorzien van glas
van polycarbonaat met een speciale
vernislaag:
Gebruik voor het schoonmaken van de
koplampen nooit een droge doek of een
schuur-, schoonmaak- of oplosmiddel.
Gebruik een spons en zeepsop.
Om te voorkomen dat de vernislaag en de
afdichtrubbers beschadigd raken, is het
raadzaam de koplampen, de achterlichten
en omgeving niet te reinigen met een
hogedrukreiniger.
Houd u bij het gebruik van een
hogedrukreiniger aan de voorschriften met
betrekking tot de druk en de spuitafstand.
Ver wijder eerst hardnekkig vuil met behulp
van een spons en lauwe zeepsop.
Leder
Leder is een natuurproduct. Om de duurzaamheid
ervan te garanderen moet het leder geregeld op
de juiste wijze worden onderhouden.
In het garantie- en onderhoudsboekje
van uw auto vindt u alle specifieke
voorzorgsmaatregelen met betrekking tot
het onderhouden van het leder.
AdBlue® (BlueHDi-motoren)
Om het milieu zo min mogelijk te belasten en
om aan de nieuwe Euro 6 -norm te voldoen,
heeft PEUGEOT er voor gekozen zijn auto's
met dieselmotor te voorzien van een systeem
waarbij het roetfilter (FAP) wordt gecombineerd
met een SCR-systeem (Selective Catalytic
Reduction) voor de behandeling van de
uitlaatgassen zonder dat de prestaties
veranderen of het brandstofverbruik toeneemt.
SCR
Met behulp van een vloeistof die AdBlue® wordt
genoemd en ureum bevat, kan een katalysator
tot 85% stikstofoxide (NOx) omzetten in stikstof
en water (deze zijn niet schadelijk voor de
gezondheid en het milieu).
De AdBlue
® bevindt zich in
een specifiek reservoir van
ongeveer 17 liter. Wanneer u met de resterende hoeveelheid nog
maximaal ongeveer 2.400
km kunt rijden tot het
reservoir helemaal leeg is, wordt automatisch
een waarschuwingssysteem geactiveerd.
Als het AdBlue
®-reser voir leeg is, zorgt
een wettelijk verplicht systeem er voor
dat de motor niet opnieuw kan worden
gestart.
Als het SCR-systeem niet goed werkt,
stoot uw auto te veel schadelijke stoffen
uit, waardoor hij niet meer aan de Euro
6-emissienorm voldoet.
Neem bij een storing in het SCR-systeem
zo snel mogelijk contact op met een
PEUGEOT-dealer of een gekwalificeerde
werkplaats: na 1.100
km wordt een
systeem geactiveerd dat het opnieuw
starten van de motor blokkeert.
In beide gevallen geeft een
actieradiusindicator aan hoever u nog kunt
rijden voordat de motor niet meer gestart
kan worden.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de lampjes en de
bijbehorende waarschuwingsmeldingen.
Praktische informatie
Page 213 of 320

211
Bevriezing van AdBlue®
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager
dan ongeveer -11°C.
Het SCR-systeem is voorzien van een
voorverwarmingssysteem voor het
AdBlue
®-reser voir waardoor u ook in zeer
koude omstandigheden kunt blijven rijden.
Bijvullen van AdBlue®
Het is raadzaam om zo snel mogelijk
AdBlue® bij te vullen zodra de eerste
waarschuwing wordt gegeven dat het
minimumniveau is bereikt.
Om er voor te zorgen dat het SCR-systeem
correct werkt:
-
G
ebruik uitsluitend AdBlue
® die aan de
norm ISO 22241 voldoet.
-
A
ls de AdBlue
® niet in de originele
jerrycan wordt bewaard, verliest het
zijn zuiverheid.
-
V
erdun de AdBlue
® nooit met water.
AdBlue
® is verkrijgbaar bij het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. U kunt ook naar een tankstation gaan
dat over AdBlue
®-pompen beschikt
die speciaal ontworpen zijn voor
personenauto's.
Vul nooit AdBlue
® bij vanuit een vulsysteem
dat is bedoeld voor vrachtwagens.
Voorschriften voor opslag
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager dan
ongeveer -11°C en verliest zijn kwaliteit bij
temperaturen vanaf 25°C. Het is raadzaam
de flacons en jerrycans koel en buiten direct
zonlicht te bewaren.
Onder deze omstandigheden is de vloeistof ten
minste één jaar houdbaar.
Als de vloeistof bevroren is geweest, kan
deze weer worden gebruikt nadat deze bij
kamertemperatuur volledig is ontdooid.
Bewaar de flacons of jerrycans AdBlue
®
niet in uw auto.
Gebruiksvoorschriften
Als de vloeistof in de ogen komt, spoel de ogen
dan onmiddellijk en grondig gedurende ten
minste 15 minuten met kraanwater of met een
oogspoelmiddel. Raadpleeg een arts bij een
branderig gevoel of blijvende irritatie.
Als de vloeistof wordt ingeslikt, spoel de mond
dan met schoon water en drink ver volgens een
ruime hoeveelheid water.
Onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld
bij een hoge temperatuur) kan het risico van
het vrijkomen van ammoniakdampen niet
worden uitgesloten: adem deze niet in. Deze
ammoniakdampen werken irriterend op de
slijmvliezen (ogen, neus en keel).
Bewaar AdBlue
® buiten het bereik van
kinderen, in de originele flacon.
Procedure
Controleer voordat u gaat bijvullen of de auto
op een vlakke en horizontale ondergrond staat.
Controleer 's winters of de omgevingstemperatuur
van de auto hoger is dan -11°C. Als het kouder
is, bevriest de AdBlue
® waardoor u de vloeistof
niet in het reser voir kunt gieten. Laat uw auto
enkele uren op een warmere plaats staan en vul
vervolgens het reservoir bij.
AdBlue
® is een oplossing op ureumbasis. Deze
vloeistof is onontvlambaar, kleurloos en geurloos
(indien koel bewaard).
Als de vloeistof in contact komt met de huid, moet
u de huid wassen met kraanwater en met zeep.
7
Praktische informatie
Page 214 of 320

212
Bij een storing in het AdBlue® -systeem,
die bevestigd wordt door de melding
" Vul
AdBlue bij: starten onmogelijk",
moet
u minimaal 5 liter bijvullen.
Giet nooit AdBlue
® in de brandstoftank.
Als er AdBlue® op de zijkant van de auto of
op een andere plaats is gemorst, spoel het
additief dan onmiddellijk weg met koud water
of veeg het weg met een vochtige doek.
Gekristalliseerde vloeistof moet worden
ver wijderd met een spons en warm water.
Belangrijk: als u AdBlue hebt bijgevuld
nadat het reser voir leeg is geraakt , dient
u ongeveer 5 minuten te wachten voordat
u het contact weer aanzet, zonder het
bestuurderspor tier te openen, de auto
te ontgrendelen en de elektronische
sleutel in het interieur te houden .
Zet ver volgens het contact aan en start na
10 seconden wachten de motor.
F
D
ruk bij uitvoeringen met Keyless entry and
start op de knop " START/STOP" om de
motor af te zetten. F
Z
org dat u beschikt over een
flacon met AdBlue
®. Controleer de
houdbaarheidsdatum en lees vervolgens
aandachtig de gebruiksaanwijzing op het
etiket voordat u de inhoud van de jerrycan
in het AdBlue-reser voir van uw auto giet.
Of
F
S
teek het vulpistool van de AdBlue
®-pomp
in de vulopening van het reser voir en vul bij
tot het vulpistool automatisch uitgeschakeld
wordt. Belangrijk:
-
O
m te voorkomen dat het AdBlue
®-
reser voir overstroomt, wordt
aanbevolen:
•
O
m 10 tot 13 liter bij te vullen met
behulp van flacons AdBlue
®.
Of
•
O
m bij het tankstation niet meer bij
te vullen nadat het vulpistool voor de
eerste keer is afgeslagen.
-
A
ls het AdBlue
®-reser voir van uw auto
helemaal leeg is (dit wordt aangegeven
door de waarschuwingsmeldingen en
u kunt in dat geval de motor niet meer
starten), moet u het reser voir vullen
met minimaal 5 liter vloeistof.
Na het vullen
F Breng de blauwe dop aan op de vulopening en draai de dop een zesde omwenteling
rechtsom, tot de aanslag.
F
S
luit de brandstofvulklep.
Voer de lege AdBlue
®-flacons niet als
huisvuil af.
Deponeer ze in de daartoe bestemde
containers of breng de flacons naar uw
verkooppunt.
F
Z
org dat de auto is ontgrendeld en open
de brandstofvulklep. Draai de blauwe
vuldop van het AdBlue
®-reser voir een 6e
omwenteling linksom.
F
V
er wijder de blauwe dop.
Praktische informatie
Page 215 of 320

213
Gevarendriehoek
Voordat u uit de auto stapt om de
gevarendriehoek uit te vouwen en te
plaatsen moet u om veiligheidsredenen
de alarmknipperlichten inschakelen en uw
reflecterende veiligheidsvest aantrekken.
Opbergruimte
In de binnenbekleding van de achterklep
bevindt zich een opbergvak voor de
gevarendriehoek.
F
O
pen de achterklep.
F
O
ntgrendel het deksel door de schroef een
kwartslag linksom te draaien.
Uitvouwen van de gevarendriehoek
Uitvoeringen met een originele gevarendriehoek:
F h aal de gevarendriehoek uit het etui;
F
v
ouw de poten uit;
F
d
raai beide zijkanten van de driehoek omhoog;
F
m
aak de zijkanten aan elkaar vast.
Raadpleeg bij andere gevarendriehoeken
de instructies voor het uitvouwen in de
gebruiksaanwijzing van de gevarendriehoek.
Plaatsen van de gevarendriehoek
F Plaats de gevarendriehoek achter de auto, houd u daarbij aan de ter plaatse geldende
regels.
Brandstoftank leeg
(diesel)
Bij auto's met dieselmotor is het in het geval
van een lege brandstoftank noodzakelijk om
het brandstofsysteem te ontluchten.
Als de motor niet direct aanslaat, beëindig dan
uw startpoging en herhaal de procedure.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de tankbeveiliging
(diesel) .
BlueHDi-motoren
F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter diesel.
F Z
et het contact aan (zonder de motor te starten).
F
W
acht ongeveer 1 minuut en zet het contact af.
F
B
edien de startmotor om de motor te starten.
Als de motor niet wil starten, voer dan de procedure
nogmaals uit.
HDi-motoren
F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter diesel.
F
O
pen de motorkap.
F
M
aak indien nodig de sierkap los om de
handopvoerpomp te kunnen bereiken.
8
In geval van pech
Page 216 of 320

214
F Draai de ontluchtingsschroef los.
F B edien de handopvoerpomp tot u brandstof
door de transparante slang ziet stromen.
F
D
raai de ontluchtingsschroef weer vast.
F
B
edien de startmotor tot de motor aanslaat
(als de motor niet gelijk aanslaat, wacht dan
ongeveer 15 seconden en start de motor
opnieuw).
F
A
ls de motor na meerdere pogingen niet
aanslaat, bedien dan de handopvoerpomp
en ver volgens de startmotor opnieuw.
F
B
reng de sierkap weer aan en zorg er voor
dat deze goed wordt bevestigd.
F
S
luit de motorkap.
Boordgereedschap
Het boordgereedschap bestaat uit al het
gereedschap waarmee uw auto is geleverd.
De samenstelling er van is afhankelijk van de
uitrusting van uw auto:
-
bandenreparatieset,
-
reservewiel.
Boordgereedschap
Het belangrijkste gereedschap bevindt zich
onder de vloer van de bagageruimte.
Uitvoeringen met een
bandenreparatieset
Berline
Het is als volgt te bereiken:
F
o
pen de achterklep,
F
t
il de vloerplaat op en vouw hem dubbel.
SW
Het is als volgt te bereiken:
F
o
pen de achterklep,
Uitvoeringen met een reservewiel
Al het gereedschap is specifiek bestemd
voor uw auto. Van welk gereedschap uw
auto is voorzien, is afhankelijk van de
uitvoering van de auto. Gebruik het niet
voor andere doeleinden.
F
t
il de vloerplaat op,
F
b
evestig de haak van de vloerplaat aan de
bovenste afdichting van de bagageruimte.
In geval van pech
Page 217 of 320

215
De krik mag uitsluitend worden gebruikt
voor het ver wisselen van een wiel met een
beschadigde band. Gebruik niet een andere
krik dan de door de fabrikant geleverde
krik. Als de auto niet is voorzien van de
originele krik, neem dan contact op met het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats, om de door de fabrikant
voorgeschreven krik aan te schaffen. De krik
voldoet aan de Europese regelgeving zoals
deze is vastgelegd in de Richtlijn 2006/42/
EG over machines. De krik is onderhoudsvrij.
Beschikbaar gereedschap
1.Wielblok om het wegrollen van de auto te
voorkomen (afhankelijk van de uitvoering).
2.
Dop voor de slotbouten (in het dashboard-
kastje) (afhankelijk van de uitvoering).
Hiermee kunnen met behulp van de wielsleutel
de speciale slotbouten worden verwijderd.
3. Afneembaar sleepoog.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het slepen van de auto
en het gebruik van het afneembare sleepoog.
Met bandenreparatieset
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de bandenreparatieset .
Met reservewiel
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het reser vewiel.
4.
Bandenreparatieset.
Deze set bestaat uit een 12V-compressor
en een flacon met afdichtmiddel om de
band tijdelijk te repareren en op spanning
te brengen, alsmede een sticker met
snelheidslimiet. 5.
Wielsleutel.
Hiermee kan de wieldop worden ver wijderd en
kunnen de wielbouten worden losgedraaid.
6.
Krik met geïntegreerde slinger.
Hiermee kan de auto worden opgekrikt.
7. Gereedschap voor het ver wijderen van
sierdoppen van wielbouten (afhankelijk van
de uitvoering).
Hiermee kunnen bij lichtmetalen velgen
de sierdoppen van de wielbouten worden
verwijderd.
8
In geval van pech
Page 218 of 320

216
Bandenreparatieset
Scan de QR-code op pagina 3 om
verklarende video's te bekijken.
De bandenreparatieset bestaat uit een
compressor en een flacon met afdichtmiddel.
Hiermee kunt u de band tijdelijk repareren ,
zodat u de dichtstbijzijnde garage kunt bereiken.
Met deze reparatieset kunnen de meeste lekke
banden worden gerepareerd, als het lek zich in
het loopvlak of de hiel van de band bevindt.
De elektrische installatie van de auto biedt
de mogelijkheid een compressor aan te
sluiten en te gebruiken voor de duur die
nodig is om een gerepareerde lekke band
op spanning te brengen.
Samenstelling van de set
1. 12V-compressor, met geïntegreerde
manometer.
2. Flacon met afdichtmiddel, met
geïntegreerde slang.
3. Sticker met snelheidslimiet.
Reparatiemethode
F Parkeer de auto zonder het verkeer te
belemmeren en trek de parkeerrem aan.
F
V
olg de veiligheidsinstructies
(alarmknipperlichten, gevarendriehoek,
dragen van een reflecterend veiligheidsvest,
enz.) conform de regels die gelden in het
land waar u zich bevindt.
F
Z
et het contact af.
F
R
ol de slang uit die onder de compressor is
opgeborgen. Verwijder niet het voorwerp (bijv. spijker,
schroef enz.) dat de lekkage heeft
veroorzaakt uit de band.
F
S
luit de slang van de compressor aan op de
flacon met afdichtmiddel.
F
K
eer de flacon met afdichtmiddel om en
bevestig deze aan de desbetreffende
uitsparing van de compressor.
In geval van pech
Page 219 of 320

217
F Haal het dopje van het ventiel van de lekke band en bewaar het op een schone plaats.
F
C
ontroleer of de schakelaar van de
compressor in de stand " O" staat.
F
R
ol de elektrische kabel, die onder de
compressor is opgeborgen, volledig uit.
F
S
luit de stekker van de compressor aan op
de 12V-aansluiting in de auto.
Alleen de 12V-aansluitingen voorin en in
de bagageruimte mogen worden gebruikt
om de compressor aan te sluiten .
De 12V-aansluiting aan de achterzijde van
de middenconsole is niet geschikt voor dit
gebruik. F
Be vestig de sticker met
snelheidslimiet.
De sticker met snelheidslimiet moet in
het interieur, in het gezichtsveld van de
bestuurder, worden geplakt om hem/haar
te herinneren aan het feit dat de band
tijdelijk is gerepareerd.
F
Z
et het contact aan.Als een spanning van 2 bar niet binnen
ongeveer 7 minuten kan worden bereikt,
is de band niet te repareren; neem contact
op met het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om u verder
te
laten helpen.
F
Z
et de schakelaar in de stand "O".
F
O
ntkoppel de stekker van de compressor
van de 12V-aansluiting in de auto.
F
P
laats de dop op het ventiel.
F
V
erwijder de set.
F
V
er wijder de flacon met afdichtmiddel en
berg deze op.
F
S
luit de slang van de flacon met
afdichtmiddel aan op het ventiel van de
lekke band en zet deze stevig vast. Op deze sticker staat de bandenspanning
aangegeven.F
A ctiveer de compressor door de
schakelaar in de stand " l" te zetten tot
de bandenspanning 2 bar bedraagt.
Het
afdichtmiddel wordt onder druk in
de band gespoten; neem gedurende
deze handeling de slang niet los van
de
aansluiting (kans op spatten).
8
In geval van pech
Page 220 of 320

218
Let op: het afdichtmiddel is schadelijk bij
inname en irriterend voor de ogen.
Houd het middel buiten het bereik van
kinderen.
De uiterste gebruiksdatum van het middel
is op de flacon vermeld.
Gooi de flacon na gebruik niet weg, maar
lever deze in bij het PEUGEOT-netwerk of
een officieel inzamelpunt.
Vergeet niet om bij het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats een
nieuwe flacon met afdichtmiddel te kopen.Rijd na het repareren van een band met
de bandenreparatieset niet sneller dan
80
km/h.
Controleren/aanpassen
bandenspanning
U kunt de compressor, zonder inspuiting
van het afdichtmiddel, ook gebruiken om
de bandenspanning te controleren of de
banden op spanning te brengen.
F
V
er wijder het dopje van het ventiel van de
band en bewaar het op een schone plaats.
F
R
ol de slang uit die onder de compressor is
opgeborgen. F
C
ontroleer of de schakelaar van de
compressor in de stand " O" staat.
F
R
ol de elektrische kabel, die onder de
compressor is opgeborgen, volledig uit.
F
S
luit de stekker van de compressor aan op
de 12V-aansluiting in de auto.
F
Z
et het contact aan.
Alleen de 12V-aansluitingen voorin en in
de bagageruimte mogen worden gebruikt
om de compressor aan te sluiten.
De 12V-aansluiting aan de achterzijde van
de middenconsole is niet geschikt voor dit
gebruik.
F
R
ijd direct ongeveer 5 kilometer met matige
snelheid (tussen 20 en 60
km/h), zodat het
afdichtmiddel het lek kan dichten.
F
Z
et de auto stil, controleer de reparatie en
meet de bandenspanning met de set.
F
S
luit de slang aan op het ventiel en zet deze
stevig vast. Op deze sticker staat de bandenspanning
aangegeven.
In geval van pech