TOYOTA BZ4X 2023 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2023, Model line: BZ4X, Model: TOYOTA BZ4X 2023Pages: 586, PDF Size: 90.62 MB
Page 121 of 586

Het laden begint, ook al is er een laadschema geregistreerd
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
“Charge Now” (nu opladen) is
ingesteld op “On” (aan)Stel “Charge Now” (nu laden) in op “Off” (uit) om te laden
overeenkomstig het laadschema. (→Blz. 103, blz. 107)
Laadschema is ingesteld op
“Off” (uit)Controleer of laadschema niet is ingesteld op “Off” (uit).
(→Blz. 98)
De AC-laadstekker was verwij-
derd en opnieuw aangesloten
terwijl de laadindicator van de
laadaansluiting knipperdeAls de AC-laadstekker was verwijderd en opnieuw aangeslo-
ten terwijl de laadindicator knipperde, wordt het laad-
schema geannuleerd. Verwijder de AC-laadstekker tijdelijk
en sluit hem weer aan.
De op afstand bedienbare air-
conditioning was in werkingAls de op afstand bedienbare airconditioning wordt inge-
schakeld, start het systeem met laden, ook al is er een laad-
schema geregistreerd. Stop de op afstand bedienbare air-
conditioning en sluit vervolgens de AC-laadstekker opnieuw
aan om te laden met behulp van het laadschema.
De buitentemperatuur is laag
en de opwarmregeling van de
tractiebatterij (→blz. 81) is in
werking■Als de opwarmregeling van de tractiebatterij in werking
is, worden de laadschema's genegeerd en wordt met
laden begonnen. Ga door met laden om de tractiebatterij
te beschermen.
■Na het verwijderen en plaatsen van de 12V-accu is de
instelling van het laadschema mogelijk ongeldig als
gevolg van de oorspronkelijke instelling van de
opwarmregeling van de tractiebatterij, zelfs wanneer de
buitentemperatuur niet laag is. In dat geval worden na
een paar ritten de oorspronkelijke instellingen van het
systeem voltooid en worden de instellingen van het
laadschema van kracht wanneer de buitentemperatuur
niet laag is.
2.2 Laden
119
2
EV-systeem
Page 122 of 586

Als er een melding met betrekking tot het laden wordt weergegeven
Als een portier wordt geopend en het contact UIT staat, wordt na het laden een melding
weergegeven op het multi-informatiedisplay.
Volg, als dit gebeurt, de instructies op het scherm.
Als “Charging Stopped Due to Pulled Charging Connector” (laden gestopt vanwege
losgetrokken laadstekker) wordt weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
De AC-laadstekker is verwijderd tijdens het
AC-laden
Als de AC-laadstekker is verwijderd tijdens
het AC-laden, stopt het laden. Sluit de AC-
laadstekker weer aan als u de tractiebatterij
volledig wilt laden. Nadat de tractiebatterij volledig is geladen,
wordt de AC-laadstekker verwijderd terwijl de
tractiebatterij opnieuw wordt geladen door-
dat functies die stroom verbruiken
*gebruikt
zijn en de resterende lading afgenomen is.
De AC-laadstekker is niet goed aangeslotenControleer de aansluitstatus van de AC-
laadstekker.
■Plaats de AC-laadstekker bij het
aansluiten goed.
■Controleer na het aansluiten van de
AC-laadstekker of de laadindicator van de
laadaansluiting brandt.
Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige als er niet
geladen kan worden hoewel de juiste
procedures gevolgd zijn.
De AC-laadstekker is ontgrendeld tijdens het
AC-ladenAls de AC-laadstekker wordt ontgrendeld tij-
dens het AC-laden, stopt het laden. Sluit de
AC-laadstekker weer aan om verder te gaan
met laden.
*Er wordt stroom verbruikt als de verwarming van het batterijpakket (→blz. 81) of de op
afstand bedienbare airconditioning wordt bediend (→blz. 365).
2.2 Laden
120
Page 123 of 586

Als “Charging Complete Limited Charge Due to Battery Temp” (laden voltooid, beperkt
door temperatuur batterij) wordt weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
Het laden is gestopt om de tractiebatterij te
beschermen omdat de temperatuur gedu-
rende een bepaalde periode hoog was.Laat de tractiebatterij afkoelen en laad deze
nogmaals als de lading nog niet het gewenste
niveau heeft bereikt.
Als “Charging Stopped Check Charging Source” (laden gestopt, controleer laadbron)
wordt weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
Probleem in voeding externe
voedingsbronControleer het volgende.
■De stekker is goed aangesloten.
■Er wordt geen verlengsnoer gebruikt en de contactdoos
is niet overbelast.
■De op afstand bedienbare schakelaar is niet
uitgeschakeld.
■Aangesloten op een speciaal voedingscircuit.
■Er is geen stroomuitval geweest.
■Het controlelampje Power van het CCID (Charging Circuit
Interrupting Device, onderbrekingsapparaat
laadsysteem) brandt.
■De stroomonderbreker is niet geactiveerd.
Als aan alle onderstaande voorwaarden wordt voldaan, zit er
mogelijk een storing in de contactdoos. Neem contact op
met een elektricien en vraag om een controle.
Verder kan er, als het waarschuwingslampje storing van het
CCID (Charging Circuit Interrupting Device,
onderbrekingsapparaat laadsysteem) knippert, sprake zijn
van een lekstroom. Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Als er niet geladen kan worden hoewel er geen probleem is
met de stroomtoevoer, kan er een storing in het systeem
aanwezig zijn. Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Het laden is gestopt door de
AC-laderAfhankelijk van de specificaties van de lader, kan het laden
geannuleerd zijn door een onderbreking van de stroom-
voorziening. Om de volgende redenen kan laden gestopt
worden. Raadpleeg de laadprocedures.
■De knop voor het onderbreken van het laden op de lader
is ingedrukt.
■Het laden is geannuleerd door de timerfunctie
■Lader die niet compatibel is met de laadschemafunctie
van de auto
■Controleer of laden mogelijk is met de AC-laadkabel die
meegeleverd is met de auto. Neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige als er niet geladen kan worden, zelfs niet
met de originele AC-laadkabel.
2.2 Laden
121
2
EV-systeem
Page 124 of 586

Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
De AC-lader is niet compatibel
met de autoControleer of laden mogelijk is met de AC-laadkabel die
meegeleverd is met de auto. Neem contact op met een er-
kende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als
er niet geladen kan worden, zelfs niet met de originele AC-
laadkabel.
Er zit een storing in de DC-
lader.Als bovenstaande melding wordt weergegeven als het DC-
laden niet is gestopt, is de DC-lader mogelijk beschadigd.
Gebruik deze DC-lader daarom niet. Controleer of laden mo-
gelijk is met een andere DC-lader. De DC-lader is niet compatibel
met de auto.
Als “Charging Stopped High Energy Use See Owner’s Manual” (Opladen is gestopt. Hoog
energieverbruik. Zie handleiding) wordt weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
Er wordt vermogen verbruikt
door elektrische componenten
van de autoControleer de volgende items en voer de laadprocedure
nogmaals uit.
■Als de koplampen en het audiosysteem ingeschakeld
zijn, schakel ze dan uit.
■Zet het contact UIT.
Als het laden niet kan worden uitgevoerd, zelfs niet na
het uitvoeren van bovenstaande stappen, is de 12V-accu
mogelijk onvoldoende geladen. Start het EV-systeem en
wacht ten minste ongeveer 15 minuten om de 12V-accu
op te laden.
Als “Charging System Malfunction See Owner’s Manual” (Storing oplaadsysteem. Zie
handleiding) wordt weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
Storing opgetreden in laadsysteemLaat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
Als “The Traction Battery Temp is low System put priority on charging to preserve
battery condition” (Temperatuur van tractiebatterij is laag. Systeem geeft prioriteit aan
opladen om batterij te sparen) wordt weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
De opwarmregeling van de tractiebatterij is in
werking (→blz. 81)Als de opwarmregeling van de tractiebatterij
in werking is, wordt het laadschema niet ge-
bruikt en wordt er geladen.
Dit is een regeling om de tractiebatterij te
beschermen en geen storing.
2.2 Laden
122
Page 125 of 586

Als “Check Charging System Close Charging Port Lid See Owner’s Manual” (controleer
laadsysteem, sluit klep laadaansluiting, zie handleiding) wordt weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
De systeemcontrole is na het DC-laden niet
volledig uitgevoerd.Het EV-systeem kan niet worden gestart tot-
dat de systeemcontrole goed is uitgevoerd.
Voer een systeemcontrole uit volgens de pro-
cedures op blz. 96.
Als “Charging Stopped Time Limit Reached” (laden gestopt, tijdlimiet bereikt) wordt
weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
Het DC-laden met de DC-lader is niet voltooid
binnen de gestelde tijd.■Afhankelijk van het type DC-lader is de
timer mogelijk zo ingesteld dat hij na een
bepaalde tijd stopt met laden. Ga dit na bij
de beheerder van het laadstation.
Afhankelijk van de staat van de auto wordt
de laadtijd mogelijk langer dan normaal en
wordt het DC-laden mogelijk niet voltooid
binnen de gestelde tijd.
■Als de airco, de koplampen, het
audiosysteem, enz. worden ingeschakeld,
neemt het elektriciteitsverbruik van de
auto toe. Voer het DC-laden uit nadat alle
bovenstaande functies zijn uitgeschakeld.
■De temperatuur van de tractiebatterij kan
laag zijn. Voer het DC-laden uit na het
opwarmen van de tractiebatterij.
Als “Charging Stopped Check Charging Source or Vehicle” (laden gestopt, controleer
laadbron of auto) wordt weergegeven
Waarschijnlijke oorzaak Correctieprocedure
Storing in het vergrendelsysteem van de
stekker.Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
2.2 Laden
123
2
EV-systeem
Page 126 of 586

2.2 Laden
124
Page 127 of 586

3.1 Instrumentenpaneel...........126
3.1.1 Waarschuwingslampjes en
controlelampjes..........126
3.1.2 Meters en tellers..........130
3.1.3 Multi-informatiedisplay......133
Voertuigstatusinformatie en
controlelampjes3
125
Page 128 of 586

3.1 Instrumentenpaneel
3.1.1 Waarschuwingslampjes en controlelampjes
De waarschuwingslampjes en controlelampjes op het instrumentenpaneel en de
buitenspiegels informeren de bestuurder over de status van de diverse systemen van de
auto.
Waarschuwingslampjes en controlelampjes die op het instrumentenpaneel worden
weergegeven
Om de functie van alle lampjes uit te leggen, zijn in de volgende afbeelding alle
waarschuwingslampjes en controlelampjes brandend afgebeeld.
Waarschuwingslampjes
Waarschuwingslampjes informeren de
bestuurder over storingen in de
aangegeven systemen van de auto.
(Rood)Waarschuwingslampje
remsysteem
*1(→blz. 442)
(Geel)Waarschuwingslampje
remsysteem
*1(→blz. 442)
Laadstroomcontrole-
lampje*2(→blz. 442)
Waarschuwingslampje
SRS*1(→blz. 443)
Waarschuwingslampje
ABS*1(→blz. 443)
Waarschuwingslampje on-
juiste bediening pedaal*2
(→blz. 443)
(Rood)Waarschuwingslampje
elektrische stuurbekrachti-
ging*1(→blz. 443)
(Geel)Waarschuwingslampje
elektrische stuurbekrachti-
ging*1(→blz. 443)
Waarschuwingslampje
tractiebatterij ontladen
(→blz. 444)
3.1 Instrumentenpaneel
126
Page 129 of 586

Controlelampje
bestuurders- en voorpassa-
giersgordel (→blz. 444)
Controle-
lampjes ach-
terpassa-
giersgordels
(→blz. 444)
Waarschuwingslampje lage
bandenspanning*1
(→blz. 445)
(Oranje)Controlelampje LDA
(→blz. 445)
(Oranje)Controlelampje LTA
(→blz. 445)
Controlelampje Driving
Assist-informatie*1
(→blz. 445)
(Knippert)Controlelampje Toyota Par-
king Assist-sensor OFF
*1
(indien aanwezig)
(→blz. 446)
(Oranje)Controlelampje cruise con-
trol (→blz. 446)
(Oranje)Controlelampje Dynamic
Radar Cruise Control
(→blz. 446)
(Oranje)Controlelampje snelheids-
begrenzer (indien aanwe-
zig) (→blz. 446)
(Knippert of
brandt)Waarschuwingslampje
PCS*1(→blz. 446)
Controlelampje Traction
Control*1(→blz. 447)
(Knippert)Waarschuwingslampje par-
keerrem (→blz. 447)
(Knippert)Controlelampje Brake Hold-
systeem in werking
*1
(→blz. 447)
*1Deze lampjes gaan branden als het
contact AAN wordt gezet om aan te
geven dat er een systeemcontrole wordt
uitgevoerd. Ze doven nadat het
EV-systeem is gestart of nadat er enkele
seconden verstreken zijn. Er kan een
storing in een systeem aanwezig zijn als
een lampje niet gaat branden of niet
uitgaat. Laat de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
*2Dit lampje brandt op het multi-
informatiedisplay en er wordt een
melding weergegeven.
WAARSCHUWING!
Als een waarschuwingslampje van
een veiligheidssysteem niet gaat
branden
Als een lampje van een
veiligheidssysteem zoals het
waarschuwingslampje ABS of SRS niet
gaat branden als u het EV-systeem
start, kan dat betekenen dat deze
systemen niet beschikbaar zijn om u te
helpen beschermen bij een ongeval,
wat tot dodelijk of ernstig letsel kan
leiden. Laat, als dit gebeurt, de auto
onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
3.1 Instrumentenpaneel
127
3
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
Page 130 of 586

Controlelampjes
De controlelampjes informeren de
bestuurder over de bedrijfsstatus van de
verschillende systemen van de auto.
Controlelampje richting-
aanwijzers (→blz. 207)
Controlelampje achterlicht
(→blz. 213)
Controlelampje grootlicht
(→blz. 215)
Controlelampje AHS (indien
aanwezig) (→blz. 215) con-
trolelampje AHB (indien
aanwezig) (→blz. 219)
Controlelampje mistachter-
licht (→blz. 222)
Waarschuwingslampje
PCS*1, 2(→blz. 235)
(*4)
Controlelampje cruise con-
trol (→blz. 263)
(*4)
Controlelampje Dynamic
Radar Cruise Control
(→blz. 256)
(*4)
Controlelampje LDA
(→blz. 252)
(*4)
Controlelampje snelheids-
begrenzer (indien aanwe-
zig) (→blz. 265)
BSM-indicatoren in de bui-
tenspiegels*1, 5(indien aan-
wezig) (→blz. 270, blz. 275,
blz. 288)
Controlelampje LDA OFF*2
(→blz. 252)
(*4)
Controlelampje LTA
(→blz. 244)
Controlelampje Driving
Assist-informatie*1, 2
(→blz. 270, blz. 288,
blz. 293, blz. 296)
Controlelampje Toyota Par-
king Assist-sensor OFF*1, 2
(indien aanwezig)
(→blz. 279)
(Knippert)Controlelampje Traction
Control
*1(→blz. 347)
Controlelampje VSC OFF*1,
2
(→blz. 347)
Controlelampje laadkabel
(→blz. 83)
Controlelampje Smart
entry-systeem met start-
knop
*3(→blz. 198)
Controlelampje READY
(→blz. 198)
Waarschuwingslampje par-
keerrem (→blz. 208)
Controlelampje stand-
bystand Brake Hold-
systeem
*1(→blz. 211)
Controlelampje Brake Hold-
systeem in werking*1
(→blz. 211)
Controlelampje lage bui-
tentemperatuur*7
(→blz. 131)
Controlelampje antidief-
stalsysteem (→blz. 58,
blz. 59)
3.1 Instrumentenpaneel
128