display TOYOTA RAV4 2019 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2019, Model line: RAV4, Model: TOYOTA RAV4 2019Pages: 706, PDF Size: 126.1 MB
Page 302 of 706

301
4
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
• De bestuurder meent dat andere 
bestuurders of voetgangers last hebben 
van het grootlicht
• De auto wordt gebruikt in een gebied  waar men aan de andere kant van de 
weg rijdt. Bijvoorbeeld, een auto 
bestemd voor rechtsrijdend verkeer in 
een gebied voor links rijdend verkeer of 
vice versa
• Wanneer men door een lange tunnel  rijdt.
■Als “Headlight System Malfunction 
Visit Your Dealer” (Storing in kop-
lampsysteem. Ga naar uw dealer) 
op het multi-informatiedisplay 
wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem 
aanwezig. Laat de  auto nakijken door 
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of  een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste 
deskundige.
■Dimlicht inschakelen
Trek de hendel naar u toe, zodat 
deze in de oorspronkelijke stand 
terugkomt.
Het controlelampje van het Automatic 
High Beam-systeem dooft.
Duw de hendel van u  af om het Auto-
matic High Beam-systeem weer in te 
schakelen.
■Grootlicht inschakelen
Druk de Automatic High Beam-
schakelaar in.
Het controlelampje v an het Automatic 
High Beam-systeem do oft en het con-
trolelampje van het grootlicht gaat bran-
den.
Druk de schakelaar in om het Automa-
tic High Beam-systeem weer in te scha-
kelen.
Handmatig in- en 
uitschakelen van het 
grootlicht
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 301  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 321 of 706

3204-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Als een waarschuwingsmelding 
wordt weergegeven op het multi-
informatiedisplay
Een van de systemen is mogelijk tijdelijk 
niet beschikbaar of er is mogelijk sprake 
van een storing in h et betreffende sys-
teem.
●Voer in de volgende situaties de in de 
tabel aangegeven acties uit. Als wordt 
gesignaleerd dat weer aan de nor-
male werkingsvoorwaarden wordt vol-
daan, verdwijnt de melding en werkt 
het systeem weer normaal.
Neem, als de melding niet verdwijnt, 
contact op met een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere 
naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
SituatieActies
Als het gedeelte 
rondom een sen-
sor bedekt is met 
vuil, vocht (con-
dens, ijs, enz.) of 
andere verontreini-
gingen
Maak om het 
gedeelte van de 
voorruit voor de 
camera voor te rei-
nigen gebruik van 
de ruitenwissers of 
de voorruitverwar-
ming van het air-
conditioningsystee
m ( →Blz. 501, 
507).
Als de temperatuur 
rondom de camera 
voor niet binnen 
het werkingsbe-
reik ligt, bijvoor-
beeld doordat de 
auto in de zon of 
een zeer koude 
omgeving staat
Als de camera 
voor heet is, bij-
voorbeeld doordat 
de auto in de zon 
heeft gestaan, 
maak dan gebruik 
van de airconditio-
ning om het 
gedeelte rondom 
de camera voor af 
te koelen.
Als bij het parke-
ren van de auto 
gebruik is gemaakt 
van een zonne-
scherm, kan bij 
bepaalde typen 
zonnescherm door 
het zonlicht dat 
door het opper-
vlak ervan wordt 
gereflecteerd de 
temperatuur van 
de camera voor 
extreem hoog 
oplopen.
Als de camera 
voor koud is, bij-
voorbeeld doordat 
d e  a u t o  i n  e e n  z e e r  
koude omgeving 
heeft gestaan, 
maak dan gebruik 
van het airconditio-
ningsysteem om 
het gedeelte 
rondom te camera 
voor op te war-
men.
SituatieActies
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 320  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 324 of 706

323
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Pre-Crash-waarschuwing
Wanneer het systeem oordeelt dat 
een aanrijding aan de voorzijde 
waarschijnlijk is, k linkt er een zoe-
mer en wordt er een waarschu-
wingsmelding weergegeven op het 
multi-informatiedisplay om de 
bestuurder aan te sporen om uit te 
wijken.
■Pre-Crash Brake Assist
Wanneer het systeem oordeelt dat 
een aanrijding aan de voorzijde 
waarschijnlijk is, p ast het een gro-
tere remkracht toe i n relatie tot de 
kracht waarmee het rempedaal 
wordt ingetrapt.
■Pre-Crash Brake-systeem
Wanneer het systeem oordeelt dat 
de kans op een frontale aanrijding 
zeer groot is, worden de remmen 
automatisch bekrachtigd om te hel-
pen een aanrijding te voorkomen of 
de snelheid van de aanrijding te 
verlagen.
SysteemfunctiesWAARSCHUWING
■Beperkingen van het Pre-Crash 
Safety-systeem
●De bestuurder is zelf verantwoorde-
lijk voor een veilig rijgedrag. Rijd 
altijd veilig en houd rekening met de 
omgeving. Gebruik in geen geval 
het Pre-Crash Safety-systeem ter 
vervanging van normaal remmen. 
Dit systeem kan niet in alle gevallen 
aanrijdingen voorkomen of schade 
of letsel verminderen. Vertrouw niet 
uitsluitend op dit systeem. Als u dat 
wel doet, kan dat leiden tot een 
ongeval, met ernstig letsel tot 
gevolg.
●Hoewel dit systeem is ontworpen 
om aanrijdingen t e helpen voorko-
men of de impac t van een aanrij-
ding te helpen verminderen, is het 
effect afhankelijk van allerlei 
omstandigheden. Hierdoor bereikt 
het systeem mogelijk niet alt ijd het-
zelfde prestatieniveau. 
Lees de hierna  gegeven aanwijzin-
gen aandachtig door. Vertrouw niet 
blindelings o p dit systeem en rijd 
altijd voorzichtig.
• Omstandigheden waaronder het  systeem mogelijk werkt, zelfs als er 
geen kans op een aanrijding is: 
→Blz. 326
• Omstandigheden waaronder het  systeem mogelijk nie t juist werkt: 
→Blz. 328
●Probeer niet zelf de werking van het 
Pre-Crash Safety-systeem te tes-
ten. Afhankelijk van de objecten die 
voor het testen worden gebruikt 
(dummy's, kartonnen imitaties van 
signaleerbare objecten, enz.) werkt 
het systeem mogelijk niet goed, 
hetgeen kan leiden tot een ongeval.
■Pre-Crash Brake-systeem
●Als de Pre-Crash Brake-functie in 
werking is, wordt  er veel remkracht 
toegepast.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 323  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 325 of 706

3244-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■In-/uitschakelen van het Pre-
Crash Safety-systeem
Het Pre-Crash Safety-systeem kan 
worden ingeschakeld/uitgescha-
k e l d  v i a  h e t  s c h e r m    ( →Blz. 134) 
van het multi-in formatiedisplay.
WAARSCHUWING
●Als de auto wordt stilgezet door de 
werking van de Pre-Crash Brake-
functie, wordt de werking van de 
functie na ongeveer 2 seconden uit-
geschakeld. Trap  indien nodig het 
rempedaal in.
●Het Pre-Crash Brake-systeem 
werkt mogelijk niet, afhankelijk van 
de bediening van  de auto door de 
bestuurder. Als het gaspedaal diep 
wordt ingetrapt of het stuurwiel 
wordt gedraaid, oordeelt het sys-
teem mogelijk dat de bestuurder 
een uitwijkactie uitvoert en werkt 
het Pre-Crash Brake-systeem 
mogelijk niet.
●Terwijl het Pre-Crash Brake-sys-
teem is ingeschakeld, wordt in som-
mige gevallen de werking ervan 
mogelijk uitgeschakeld, wanneer 
het gaspedaal diep wordt ingetrapt 
of het stuurwiel wordt gedraaid en 
het systeem oordeelt dat de 
bestuurder een uit wijkactie uitvoert.
●Als het rempedaal wordt ingetrapt, 
oordeelt het systeem mogelijk dat 
de bestuurder een  uitwijkactie uit-
voert en stelt het mogelijk het wer-
kingstijdstip van  de Pre-Crash 
Brake-functie uit.
■Wanneer moet het Pre-Crash 
Safety-systeem worden uitge-
schakeld
Schakel in de volgende situaties het 
systeem uit, o mdat het mogelijk niet 
juist werkt, hetgeen kan leiden tot een 
ongeval waarbij ernstig letsel kan ont-
staan:
●Als de auto wordt gesleept
●Bij het slepen van een andere auto
●Bij het vervoeren van de auto op 
een vrachtwagen, boot, trein of ver-
gelijkbaar transportmiddel
●Wanneer de auto wordt opgetakeld 
terwijl de moto r aan staat en de 
wielen vrij kunnen draaien
●Bij het controler en van de auto op 
een rollenbank, bijvoorbeeld een 
vermogensbank of een snelheids-
metertester, of bij het balanceren 
van de wielen op de auto
●Als er veel kracht wordt uitgeoefend 
op de voorbumper of de grille door 
een aanrijding of  een andere oor-
zaak
●Als niet op een st abiele wijze kan 
worden gereden met de auto, bij-
voorbeeld als hij betrokken is 
geweest bij een ongeval of als er 
storingen zijn
●Als met een sportieve rijstijl of in het 
terrein wordt gereden
●Als de banden niet de juiste ban-
denspanning hebben
●Als de banden zeer versleten zijn
●Als er een andere maat banden dan 
voorgeschreven is gemonteerd
●Als er sneeuwkettingen zijn aange-
bracht
●Wanneer er een compact reserve-
wiel is gemonteerd of een banden-
reparatieset is gebruikt
●Als er tijdelijk uitrusting (sneeuw-
ploeg, enz.) die de radarsensor of 
de camera voor kan hinderen op de 
auto is geplaatst
Wijzigen van instellingen 
van het Pre-Crash Safety-
systeem
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 324  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 326 of 706

325
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Het systeem wordt i
edere keer wan-
neer het contact AAN wordt gezet auto-
matisch ingeschakeld.
Als het systeem wordt uitgescha-
keld, gaat het waarschuwings-
lampje PCS branden en wordt er 
een melding weergegeven op het 
multi-informatiedisplay.
■Wijzigen van de timing van de 
Pre-Crash-waarschuwing
De timing van de Pre-Crash-waar-
schuwing kan worden gewijzigd via 
het scherm   ( →Blz. 134) van het 
multi-informatiedisplay.
De instelling van de timing van de 
waarschuwing blijf t behouden als het 
contact UIT wordt gezet. Als het Pre-
Crash Safety-systeem echter is uitge-
schakeld en weer is ingeschakeld, 
wordt de timing we er ingesteld op de 
standaardinstelling (gemiddeld).
1 Vroeg
2 Gemiddeld
Dit is de standaardinstelling.
3Laat
■Werkingsvoorwaarden
Het Pre-Crash Safety-systeem w ordt ingeschakeld en het systeem  oordeelt dat de kans 
op een frontale aanrijding met een obstakel groot is.
Voor de werking van elke functie gelden de  volgende snelheden:
●Pre-Crash-waarschuwing
●Pre-Crash Brake Assist
Signaleerbare objectenRijsnelheidSnelheidsverschil tussen 
uw auto en het object
VoertuigenOngeveer 10 - 180 km/hOngeveer 10 - 180 km/h
Fietsers en voetgangers*Ongeveer 10 - 80 km/hOngeveer 10 - 80 km/h
Signaleerbare objectenRijsnelheidSnelheidsverschil tussen uw auto en het object
VoertuigenOngeveer 30 - 180 km/hOngeveer 30 - 180 km/h
Fietsers en voetgangers*Ongeveer 30 - 80 km/hOngeveer 30 - 80 km/h
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 325  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 330 of 706

329
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
• Als een voetganger of fietser breed val-
lende kleding (regenjas, lange rok, enz.) 
draagt, waardoor zijn of haar silhouet 
onduidelijk wordt
*2
• Als een voetganger vooroverbuigt of 
gehurkt zit of een fietser vooroverbuigt*2
• Als een voetganger of fietser zich snel 
voortbeweegt*2
• Als een voetgangers een wandelwagen-tje, rolstoel, fiets of ander voertuig voort-
duwt
*2
• Bij slecht weer zoal s bij hevige regen, 
mist, sneeuw of een zandstorm
• Bij het rijden door stoom of rook
• Als er weinig omgevi ngslicht is, zoals tij-
dens de schemering, of 's nachts of in 
een tunnel, waardoor een signaleerbaar 
object bijna dezelf de kleur lijkt te heb-
ben als zijn omgeving
• Bij het rijden in een omgeving waarbij de  helderheid van het om gevingslicht plot-
seling verandert, zoals bij het in- of uitrij-
den van een tunnel
• Nadat de motor gestart is, is er gedu-
rende een bepaalde tijd niet met de auto 
gereden
• Bij het afslaan naar links/rechts en 
gedurende een paar seconden na het 
afslaan naar links/rechts
• Bij het rijden in een bocht en een paar 
seconden na het rijden in een bocht
• Als uw auto in een slip raakt
• Wanneer de voorzijde van de auto is  verhoogd of verlaagd
• Als de wielen niet goed zijn uitgelijnd
• Als een ruitenwisserblad de camera  voor blokkeert
• Er wordt met extreem hoge snelheden  gereden
• Als op een helling wordt gereden
• Wanneer de radarsensor of de camera 
voor niet goed  is uitgelijnd
●In sommige situaties, zoals de onder-
staande, kan wellicht onvoldoende rem-
kracht worden gerealiseerd, waardoor 
het systeem mogelijk  niet goed werkt:
• Als de remfuncties niet optimaal kunnen  functioneren, bijvoorbeeld doordat 
onderdelen van het  remsysteem 
extreem koud of warm, of nat zijn
• Als de auto niet  goed wordt onderhou-
den (extreem versleten remdelen of 
banden, onjuiste bandenspanning, enz.)
• Als er met de auto gereden wordt op 
grind of een andere gladde ondergrond
*1: Van toepassing op uitvoeringen voor 
landen waar geen fietsers kunnen wor-
den gesignaleerd (
→Blz. 322)*2: Van toepassing op uitvoeringen voor landen waar voetgangers en/of fietsers 
kunnen worden gesignaleerd 
(
→Blz. 322)
■Als de VSC wordt uitgeschakeld
●Als de VSC wordt uitgeschakeld 
(→Blz. 436), worden ook de Pre-
Crash Brake Assist -functie en de Pre-
Crash Brake-functi e uitgeschakeld.
●Het waarschuwingslampje PCS gaat 
branden en “VSC Turned Off Pre-Col-
lision Brake System Unavailable” 
(VSC uitgeschakeld, Pre-Crash 
Brake-systeem niet beschikbaar) 
wordt weergegeven op het multi-infor-
matiedisplay.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 329  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 332 of 706

331
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
●Witte (gele) lijnen zijn moeilijk te 
zien door regen, sneeuw, mist, stof, 
enz.
●Er wordt gereden in een tijdelijke rij-
strook of een smalle rijstrook door 
wegwerkzaamheden.
●Er wordt gereden in een gebied met 
wegwerkzaamheden.
●Er is/zijn een reservewiel, sneeuw-
kettingen, enz. gemonteerd.
●Als de banden erg versleten zijn of 
als de bandenspanning te laag is.
●Als er een andere maat banden dan 
voorgeschreven is gemonteerd
●Er wordt gereden op andere wegen 
dan autowegen en snelwegen.
●Bij het rijden met een aanhangwa-
gen* of tijdens het slepen in een 
noodgeval
*: Auto's die een aanhangwagen kun- nen trekken. ( →Blz. 262)
■Voorkomen van storingen in het 
LTA-systeem en onbedoeld uit-
gevoerde handelingen
●Breng geen wijzigingen aan de kop-
lampen aan en plak  geen stickers 
op het lampglas.
●Breng geen wijzigingen aan de 
wielophanging, enz. aan. Als onder-
delen van de wielophanging moe-
ten worden vervangen, neem dan 
contact op met een erkende 
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren 
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
●Monteer of plaats geen voorwerpen 
op de motorkap of  de grille. Mon-
teer ook geen accessoires aan de 
voorzijde van de auto (bullbars, 
enz.).
●Als uw voorruit gerepareerd moet 
worden, neem dan contact op met 
een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateu r of een andere 
naar behoren gekwalificeerde en 
uitgeruste deskundige.
■Omstandigheden waaronder de 
functies mogelijk niet goed wer-
ken
In de volgende situaties werken de 
functies mogelijk niet goed, waardoor 
de auto zijn rijstr ook zou kunnen ver-
laten. Houd om ve ilig te rijden de 
omgeving steeds goed in de gaten, 
bedien het stuurwiel om de rijrichting 
van de auto te corrigeren en vertrouw 
niet uitsluitend op  de werking van het 
systeem.
●Wanneer het display voor rijden 
met de volgregeling wordt weerge-
geven ( →Blz. 335) en de voorligger 
van rijstrook wisselt. (Uw auto volgt 
mogelijk de voorligger en wisselt 
ook van rijstrook.)
●Wanneer het display voor rijden 
met de volgregeling wordt weerge-
geven ( →Blz. 335) en de voorligger 
slingert. (Mogelijk gaat uw auto 
dienovereenkomstig ook slingeren 
en verlaat mogelijk de rijstrook.)
●Wanneer het display voor rijden 
met de volgregeling wordt weerge-
geven ( →Blz. 335) en de voorligger 
zijn rijstrook verl aat. (Uw auto volgt 
mogelijk de voorligger en verlaat 
mogelijk de rijstrook.)
●Wanneer het display voor rijden 
met de volgregeling wordt weerge-
geven ( →Blz. 335) en de voorligger 
zeer dicht op de rijstrookmarkering 
links/rechts rijdt. (Uw auto volgt 
mogelijk de voorligger en verlaat 
mogelijk de rijstrook.)
●Er wordt gereden in een scherpe 
bocht.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 331  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 334 of 706

333
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Werking Lane Departure Alert
Wanneer het systeem vaststelt dat 
de auto de rijstrook of de rijbaan* 
dreigt te verlaten, wordt er een waar-
schuwing weergegeven op het multi-
informatiedisplay en klinkt er een 
waarschuwingszoemer om de  bestuurder te waarschuwen.
Wanneer de waarschuwingszoemer 
klinkt, controleer
 dan het gebied rondom 
uw auto en stuur de auto voorzichtig terug 
naar het midden van de rijstrook.
Auto's met Blind S pot Monitor: Wanneer 
het systeem vaststelt  dat de auto de rij-
strook dreigt te verlaten en dat de kans 
op een aanrijding met een inhalende auto 
in de naastgelegen rijstrook groot is, 
treedt de Lane Departure Alert in werking, 
zelfs wanneer de rich tingaanwijzers zijn 
ingeschakeld.
*: De grens tussen as falt en de kant van 
de weg, zoals gras, grond of een stoep-
rand
■Stuurassistentiefunctie
Wanneer het systeem vaststelt dat 
de auto de rijstrook of de rijbaan* 
dreigt te verlaten, helpt het systeem 
voor zover nodig om de auto in de rij-
strook te houden door kortstondig het 
stuurwiel licht te bedienen.
Als het systeem signaleert dat het stuur-
wiel een bepaalde periode niet bediend is 
of dat het stuurwiel n iet stevig wordt vast-
gehouden, wordt een waarschuwing 
WAARSCHUWING
●De auto helt sterk  over door het 
vervoeren van zware bagage of 
door een onjuiste bandenspanning.
●De afstand tot de voorligger is 
extreem kort.
●De auto beweegt v aak op en neer 
ten gevolge van de wegomstandig-
heden tijdens het rijden (slechte 
wegen of naden in het wegdek).
●Wanneer u met uitgeschakelde 
koplampen in een tunnel of in het 
donker rijdt of wanneer een kop-
lamp gedimd wordt doordat het 
lampglas vuil of niet goed uitgelijnd 
is.
●De auto heeft last van zijwind.
●De auto krijgt een windstoot door 
een passerend voertuig op een 
naastgelegen rijstrook.
●De auto is net van  rijstrook gewis-
seld of een kruisi ng overgestoken.
●Er worden banden gebruikt met 
verschillende structuren of profielen 
of van verschillende fabrikanten of 
merken.
●Er zijn winterbanden, enz. gemon-
teerd.
●Er wordt gereden met extreem 
hoge snelheden
Functies die zijn 
opgenomen in het 
LTA-systeem
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 333  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 335 of 706

3344-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
weergegeven op het multi-informatiedis-
play en wordt de functie tijdelijk uitge-
schakeld.
Auto's met Blind Spot Monitor: Wanneer 
het systeem vaststelt  dat de auto de rij-
strook dreigt te verlaten en dat de kans 
op een aanrijding met een inhalende auto 
in de naastgelegen rijstrook groot is, 
treedt de stuurassistentie in werking, zelfs 
wanneer de richtingaanw ijzers zijn inge-
schakeld.
*: De grens tussen asfalt en de kant van  de weg, zoals gras, grond of een stoep-
rand
■Waarschuwingsfunctie slinge-
ren auto
Wanneer de auto in een rijstrook slin-
gert, klinkt er een zoemer en wordt er 
een melding weergegeven op het 
multi-informatiedisplay om de 
bestuurder te waarschuwen.
■Lane Centering-functie
Deze functie is gekoppeld aan het 
Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem met volledig snelheidsbereik en 
levert de benodigde assistentie door 
het stuurwiel te bedienen om de auto 
op zijn huidige rijstrook te houden.
De Lane Centering-functie werkt niet als 
het Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem met volledig s nelheidsbereik niet is 
ingeschakeld.
In gevallen waarin  de witte (gele) rij-
strookmarkeringen niet (goed) zichtbaar 
zijn, bijvoorbeeld wanneer u in een file 
staat, treedt deze functie in werking om te 
helpen een voorligger te volgen door de 
positie van die voor ligger in de gaten te 
houden.
Als het systeem signaleert dat het stuur-
wiel een bepaalde periode niet bediend is 
of dat het stuurwiel n iet stevig wordt vast-
gehouden, wordt een waarschuwing 
weergegeven op het multi-informatiedis-
play en wordt de func tie tijdelijk uitge-
schakeld.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 334  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM 
Page 336 of 706

335
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Druk op de toets LTA om het LTA-
systeem in te schakelen.
Het controlelampje LTA gaat branden en 
er wordt een melding weergegeven op 
het multi-informatiedisplay.
Druk nogmaals op de toets LTA om 
het LTA-systeem uit te schakelen.
Als het LTA-systeem wordt in- of uitge-
schakeld, blijft de st
atus van het LTA-sys-
teem de volgende keer dat de motor 
wordt gestart ongewijzigd.
Controlelampje LTA
Aan de hand van de verl ichtingsstatus 
van de indicator wordt de bestuurder 
geïnformeerd over de bedrijfsstatus van 
het systeem.
Brandt wit: LTA-syst eem is in werking.
Brandt groen: De stuurassistentie van de 
stuurassistentiefunc tie of de Lane Cente-
ring-functie is in werking.
Knippert oranje: Lane  Departure Alert-
functie is in werking.
Display werking van ondersteu-
ning stuurwielbediening
Wordt weergegeven wanneer het multi-
informatiedisplay wordt overgeschakeld 
op het informatiesc herm voor ondersteu-
nende systemen.
Geeft aan dat de stuur assistentie van de 
stuurassistentiefunc tie of de Lane Cente-
ring-functie is in werking is.
Beide buitenkanten v an de rijstrook wor-
den weergegeven: Geeft aan dat de 
stuurwielassistent ie van de Lane Cente-
ring-functie in werking is.
Eén buitenkant van de rijstrook wordt 
weergegeven: Geeft aan dat de stuurwiel-
assistentie van de st uurassistentiefunctie 
in werking is.
Beide buitenkanten v an de rijstrook knip-
peren: Waarschuwt de  bestuurder dat hij 
in actie moet kom en om in het midden 
Inschakelen van het 
LTA-systeem
Meldingen op het multi-
informatiedisplay
A
B
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book  P age 335  Wednesday, March 20, 2019  2:08 PM