YAMAHA JOG50R 2008 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2008, Model line: JOG50R, Model: YAMAHA JOG50R 2008Pages: 76, PDF Size: 1.66 MB
Page 61 of 76

1. Gloeilamp remlicht/achterlicht
3. Breng een nieuwe gloeilamp aan
in de fitting, druk de lamp aan en
draai rechtsom tot hij stuit.
4. Monteer de lamplens door de
schroeven aan te brengen.
Gloeilamp achterste
richtingaanwijzer
1. Verwijder de lamplens van het
remlicht/achterlicht door de sch-
roef los te draaien.
2. Verwijder de lamplens van de
richtingaanwijzer door de schroef
los te draaien.
1. Schroef
2. Lamplens richtingaanwijzer
3. Gloeilamp achterste richtingaanwijzer
3. Verwijder de defecte gloeilamp
door deze in te drukken en link-
som te draaien.
4. Breng een nieuwe gloeilamp aan
in de fitting, druk de lamp aan en
draai rechtsom tot hij stuit.
5. Bevestig de lamplens van de
richtingaanwijzer door de schroef
vast te draaien.
6. Bevestig de lamplens van het
remlicht/achterlicht door de sch-
roef vast te draaien.
DCA10680
LET OP:
Zet de schroeven niet overdreven
strak vast, anders kan de lamplens
breken.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-25
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 61
Page 62 of 76

DAUS1410
Vervangen van een
parkeerlichtgloeilamp
Dit model is voorzien van twee parke-
erlichten. Vervang een parkeerlicht-
gloeilamp als volgt als deze is door-
gebrand.
1. Verwijder het stroomlijnpaneel A.
Zie pagina 6-5.
2. Verwijder de parkeerlichtlampfit-
ting met de gloeilamp door de
lampfitting van zijn plaats te trek-
ken.
1. Fitting parkeerlichtgloeilamp
3. Verwijder de defecte gloeilamp
door deze uit te trekken.
1. Gloeilamp parkeerlicht
4. Plaats een nieuwe gloeilamp in
de fitting.
5. Bevestig de parkeerlichtlampfit-
ting met de gloeilamp door de
lampfitting op zijn plaats te druk-
ken.
6. Breng het stroomlijnpaneel aan.
DAU25880
Problemen oplossen
Yamaha scooters ondergaan een
grondige inspectie voordat ze vanaf
de fabriek op transport gaan, maar tij-
dens gebruik kunnen toch storingen
optreden. Problemen in de brandstof-
, compressie- of ontstekingssyste-
men kunnen bijvoorbeeld de oorzaak
zijn van slecht starten of een afname
in motorvermogen.
In de volgende storingzoekschema’s is
een snelle en gemakkelijke werkwijze
weergegeven om deze vitale systemen
zelf te kunnen controleren. Ga met uw
scooter echter wel naar een Yamaha
dealer als reparaties nodig zijn, hier zijn
vakkundige monteurs aanwezig die
beschikken over het benodigde gere-
edschap en de ervaring en vakkennis
om het nodige onderhoud aan de
machine correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha
vervangingsonderdelen. Niet-originele
onderdelen lijken misschien op Yama-
ha onderdelen maar zijn toch vaak van
mindere kwaliteit en hebben een kor-
tere levensduur, zodat dan later moge-
lijk toch dure reparaties nodig zijn.
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-26
6
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 62
Page 63 of 76

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-27
6
DAU25921
Storingzoekschema’s
Startproblemen of slechte werking van de motorDWA10840
s s
WAARSCHUWING
Houd open vuur uit de buurt en rook niet terwijl het brandstofsysteem wordt getest of hieraan wordt gewerkt.
Controleer het
brandstofniveau in de
brandstoftank.
1. BrandstofEr is voldoende brandstof aanwezig.
Er is geen brandstof aanwezig.Controleer de compressie.
Vul brandstof bij.
De motor start niet.
Controleer de compressie.
Bedien de elektrische
startknop.
2. CompressieEr is compressie.
Er is geen compressie.Controleer de ontsteking.
Vraag een Yamaha dealer de
machine te controleren.
Verwijder de bougie en
controleer de elektroden.
3. OntstekingSchoonvegen met een droge doek. Stel de
elektrodenafstand van de bougie af of vervang de bougie.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
De motor start niet. Vraag een
Yamaha dealer de machine te
controleren.
De motor start niet. Controleer de accu.
Bedien de elektrische
startknop.
4. AccuDe motor draait snel rond.
De motor draait langzaam rond.De accu is in orde.
Controleer de aansluitingen van de
accukabels en laad de accu indien nodig.
Droog
NatDraai de gasgreep tot halverwege open
en bedien de elektrische startknop.
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 63
Page 64 of 76

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-28
6Oververhitte motor (Voor CS50Z)
DWA10400
s s
WAARSCHUWING
●Verwijder de koelvloeistofradiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete
vloeistof en stoom kan naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor
is afgekoeld.
●Breng na verwijderen van de borgbout voor de radiatorvuldop een dikke doek, bijvoorbeeld een handdoek,
aan over de radiatorvuldop en draai deze dan langzaam linksom tegen de aanslag zodat de nog aanwezige
druk kan ontsnappen. Druk de dop omlaag zodra het sisgeluid stopt en draai deze linksom en verwijder de
dop.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.Controleer het
koelvloeistofniveau in het
reservoir en in de radiator.
Het koelvloeistofniveau is
in orde. Het koelvloeistofniveau is
laag. Controleer het
koelsysteem op lekkage.
Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te
repareren.
Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem
te controleren en te repareren als de motor opnieuw
oververhit raakt.
Er is lekkage.
Er is geen
lekkage.
OPMERKING:
Als geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijdelijk leidingwater worden gebruikt, maar dit moet wel zo snel mogelijk door
de voorgeschreven koelvloeistof worden vervangen.
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 64
Page 65 of 76

DAU37833
Matkleur, let opDCA15192
LET OP:
Sommige modellen zijn uitgerust
met matkleurige onderdelen. Raad-
pleeg een Yamaha dealer voor
advies over wat voor producten
gebruikt moeten worden om het
voertuig te reinigen.Het gebruik
van een borsteltje, chemische pro-
ducten of reinigingsmiddelen tij-
dens het reinigen van deze onder-
delen kan het oppervlak bekrassen
of beschadigen. Ook was moet niet
worden aangebracht op een van de
matkleurige onderdelen.
DAU26091
Verzorging
De open constructie van een scooter
maakt de fraaie techniek beter zicht-
baar, maar de machine is hierdoor
ook meer kwetsbaar. Er kan sprake
zijn van roestvorming en corrosie, ook
al zijn hoogwaardige componenten
gebruikt. Een roestige uitlaatpijp valt
bij een auto niet zo op, bij een scoo-
ter is dit echter nadelig voor de alge-
hele aanblik. Regelmatige en correcte
verzorging is niet alleen vereist vol-
gens de garantiebepalingen, maar
verzekert ook een fraai uiterlijk van de
scooter, verlengt de levensduur en
verbetert de prestaties.
Alvorens te reinigen
1. Dek de uitlaatdemperopening af
met een plastic zak nadat de
motor is afgekoeld.
2. Controleer of alle doppen en
afdekpluggen, ook de bougie-
doppen, en alle elektrische stek-
kers en aansluitingen stevig zijn
bevestigd.
3. Verwijder hardnekkige vervuiling,
zoals verbrande olie op het car-
ter, met een ontvetter en eenborstel, maar gebruik dergelijke
producten nooit op afdichtingen,
pakkingen en wielassen. Spoel
vuil en ontvetter altijd af met
water.
Reinigen
DCA10781
LET OP:
●Vermijd het gebruik van sterke
en bijtende wielreinigingsmid-
delen, vooral bij spaakwielen.
Als dergelijke producten toch
worden gebruikt om hardnek-
kig vuil los te maken, laat het
reinigingsmiddel dan niet lan-
ger inwerken dan is vermeld in
de gebruiksinstructies. Spoel
vervolgens grondig na met
water, laat direct drogen en
breng daarna een corrosiewe-
rende spray aan.
●Bij verkeerd reinigen kunnen
kunststof delen, zoals stroom-
lijnpanelen, framepanelen, kui-
pruiten, koplamplenzen, lenzen
van de instrumentenverlichting
enz. beschadigd raken.
Gebruik alleen een zachte,
schone doek of een spons met
VERZORGING EN STALLING VAN DE SCOOTER
7-1
7
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 65
Page 66 of 76

een mild reinigingsmiddel en
water om kunststof delen te
reinigen.
●Gebruik geen bijtende chemis-
che reinigingsmiddelen op
kunststof delen. Vermijd het
gebruik van doeken of sponzen
die in contact zijn geweest met
bijtende of schurende reini-
gingsmiddelen, oplosmiddelen
of thinner, brandstof (benzine),
roestverwijderingsmiddelen of
corrosieremmers, remvloeis-
tof, antivries of elektrolyt.
●Gebruik geen hogedrukreini-
gers of stoomreinigers, omdat
dan op de volgende plaatsen
water kan doordringen en zo
schade kan ontstaan: afdich-
tingen (van wiel- en achterbru-
glagers, voorvork en remmen),
elektrische componenten
(kabelstekkers, messtekkers,
instrumenten, schakelaars en
verlichting), beluchtings- en
ontluchtingsslangen.
●Bij scooters met een kuipruit:
Gebruik geen bijtende reini-
gingsmiddelen of harde spon-zen, deze veroorzaken dofheid
en laten krasjes achter. Som-
mige reinigingsmiddelen voor
kunststof laten eveneens kras-
jes achter op de kuipruit. Test
het product op een klein, niet-
zichtbaar gedeelte van de kui-
pruit om zeker te zijn dat geen
sporen achterblijven op de kui-
pruit. Als de kuipruit krasjes
vertoont, breng dan na wassen
een hoogwaardige polish voor
gebruik op kunststof aan.
Na normaal gebruik
Verwijder vuil met warm water, zachte
zeep en een zachte, schone spons en
spoel dan grondig met schoon water.
Gebruik een tandenborstel of flessen-
borstel op moeilijk bereikbare plek-
ken. Hardnekkig vastzittend vuil en
insectenresten laten gemakkelijker los
als de bewuste plek alvorens te reini-
gen een paar minuten met een voch-
tige doek wordt bedekt.
Na rijden in r
egen, aan de kust of op
bepekelde wegen
Zilte zeelucht en wegenzout waarmee
wegen in de winter worden bestrooidhebben in combinatie met water een
zeer corrosieve werking; handel daa-
rom als volgt na een rit in een regen-
bui, nabij de kust of op bepekelde
wegen.
OPMERKING:
In de winter gestrooid wegenzout kan
nog tot in de lente aanwezig blijven.
1. Reinig de scooter met koud
water en zachte zeep nadat de
motor is afgekoeld.
DCA10790
LET OP:
Gebruik geen heet water, dit vers-
terkt de corrosieve werking van het
zout.
2. Breng met een spuitbus een
corrosiewerend middel aan op
alle metalen delen, ook op verch-
roomde en vernikkelde compo-
nenten, om zo corrosie te voor-
komen.
Na reiniging
1. Droog de scooter met een zeem-
leren lap of een vochtabsorbe-
rende doek.
VERZORGING EN STALLING VAN DE SCOOTER
7-2
7
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 66
Page 67 of 76

2. Gebruik een chroompolish om
verchroomde, aluminium en
roestvrijstalen delen te doen
glanzen, ook het uitlaatsysteem.
(Zelfs thermische verkleuringen
op roestvrijstalen uitlaatsystemen
kunnen door oppoetsen worden
verwijderd.)
3. Het is aan te bevelen om met een
spuitbus een corrosiewerend
middel aan te brengen op alle
metalen delen, ook op verchro-
omde en vernikkelde componen-
ten, om zo corrosie te voorko-
men.
4. Gebruik oliespray als universeel
schoonmaakmiddel om eventue-
el nog achtergebleven vuil te ver-
wijderen.
5. Werk kleine lakbeschadigingen
bij veroorzaakt door steenslag
e.d.
6. Zet alle gelakte oppervlakken in
de was.
7. Laat de scooter volledig drogen
alvorens te stallen of af te dek-
ken.DWA10940
s s
WAARSCHUWING
●Controleer of er geen olie of
was op de wielen of de rem-
men zit. Reinig de remschijven
en remvoeringen indien nodig
met een normale remschijfrei-
niger of aceton en spoel de
banden schoon met lauw water
en een mild reinigingsmiddel.
●Test voor u de scooter in
gebruik neemt eerst de rem-
werking en het weggedrag in
bochten.
DCA10800
LET OP:
●Breng een geringe hoeveelheid
oliespray en was aan en verwij-
der overtollige hoeveelheden.
●Breng oliespray of was nooit
aan op rubber of kunststof
delen, behandel deze met een
daartoe bestemd verzorgings-
middel.
●Vermijd het gebruik van schu-
rende poetsmiddelen, deze
tasten de lak aan.
OPMERKING:
Vraag een Yamaha dealer om advies
over de te gebruiken producten.
VERZORGING EN STALLING VAN DE SCOOTER
7-3
7
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 67
Page 68 of 76

DAU26300
Stalling
Korte termijn
Stal uw scooter steeds op een koele
en droge plek en bescherm indien
nodig tegen stof met een luchtdoorla-
tende stallinghoes.
DCA10820
LET OP:
●Als de scooter wordt gestald in
een slecht geventileerde ruim-
te of in vochtige toestand
wordt afgedekt met een dek-
zeil, zal water en vocht kunnen
binnendringen en roestvorming
veroorzaken.
●Voorkom corrosie door de
machine niet te stallen in een
vochtige kelder, een stal (i.v.m.
de aanwezigheid van ammo-
niakdamp) en in een opsla-
gruimte voor sterke chemica-
liën.
Lange termijn
Alvorens uw scooter gedurende
meerdere maanden aaneen te stallen:
1. Volg alle instructies op in de
paragraaf “Verzorging” in dit
hoofdstuk.2. Leeg de vlotterkamer in de car-
burateur door de aftapplug los te
draaien; u voorkomt zo dat
neerslag uit de brandstof achter-
blijft. Giet de afgetapte brandstof
terug in de brandstoftank.
3. Vul de brandstoftank en voeg een
stabilisatoradditief (indien ver-
krijgbaar) toe om roestvorming in
de tank en achteruitgang van de
brandstof te voorkomen.
4. Voer de volgende stappen uit om
de cilinder, de zuigerveren etc. te
beschermen tegen corrosie.
a. Verwijder de bougiedop en de
bougie.
b. Giet een theelepel motorolie in
het bougiegat.
c. Breng de bougiedop aan op de
bougie en leg dan de bougie
zodanig op de cilinderkop dat de
elektroden aan massa liggen. (Dit
voorkomt vonken tijdens de vol-
gende stap.)
d. Laat de motor een paar keer
ronddraaien op de startmotor.
(De cilinderwand wordt zo geo-
lied.)e. Haal de bougiedop los van de
bougie en breng dan de bougie
en de bougiedop weer aan.
DWA10950
s s
WAARSCHUWING
Om schade of letsel door vonkvor-
ming te voorkomen, moeten de
bougie-elektroden aan massa lig-
gen terwijl de motor wordt rondge-
draaid.
5. Smeer alle bedieningskabels en
scharnierpunten van alle hendels
en pedalen en van de zijstanda-
ard/middenbok.
6. Controleer de bandspanning en
corrigeer deze indien nodig en
breng dan de scooter omhoog
zodat beide wielen los van de
grond zijn. Een andere mogelijk-
heid is de wielen elke maand iets
te draaien, zodat de banden niet
op één gedeelte sterker achte-
ruitgaan.
7. Dek de uitlaatdemper af met een
plastic zak om te voorkomen dat
vocht kan binnendringen.
8. Verwijder de accu en laad deze
volledig bij. Berg de accu op een
koele en droge plek op en laad
VERZORGING EN STALLING VAN DE SCOOTER
7-4
7
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 68
Page 69 of 76
![YAMAHA JOG50R 2008 Instructieboekje (in Dutch) hem eens per maand bij. Berg de
accu niet op een zeer warme of
koude plek op (minder dan 0 ºC
(30 ºF) of meer dan 30 ºC (90 ºF)].
Zie pagina 6-20 voor meer infor-
matie over het opbergen van de
ac YAMAHA JOG50R 2008 Instructieboekje (in Dutch) hem eens per maand bij. Berg de
accu niet op een zeer warme of
koude plek op (minder dan 0 ºC
(30 ºF) of meer dan 30 ºC (90 ºF)].
Zie pagina 6-20 voor meer infor-
matie over het opbergen van de
ac](/img/51/50511/w960_50511-68.png)
hem eens per maand bij. Berg de
accu niet op een zeer warme of
koude plek op (minder dan 0 ºC
(30 ºF) of meer dan 30 ºC (90 ºF)].
Zie pagina 6-20 voor meer infor-
matie over het opbergen van de
accu.
OPMERKING:
Verricht eventueel noodzakelijke
reparaties alvorens de scooter te sta-
llen.
VERZORGING EN STALLING VAN DE SCOOTER
7-5
7
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 69
Page 70 of 76

Afmetingen:Totale lengte:
1740 mm (68,5 in)
Totale breedte:
675 mm (26,6 in)
Totale hoogte:
1065 mm (41,9 in)
Zadelhoogte:
770 mm (30,3 in)
Wielbasis:
1210 mm (47,6 in)
Grondspeling:
132 mm (5,19 in)
Gewicht:Incl. olie en brandstof:
CS50/M: 81,0 kg (178,6 lb)
CS50Z: 84,0 kg (185,2 lb)
Motor:Type motor:
CS50/CS50M: Luchtgekoeld, 2-takt
CS50Z: Vloeistofgekoeld, 2-takt
Cilinderopstelling:
1-cilinder, vooroverhellend
Slagvolume:
49,0 cm
3(2,99 cu.in)
Boring x slag:
40,0 x 39,2 mm (1,57 x 1,54 in)
Compressieverhouding:
CS50: 11,60:1
CS50Z: 11,40 :1
CS50M: 10,10 :1
Startsysteem:
Elektrische startmotor en kickstarterSmeersysteem:
Gescheiden smering (Yamaha autolube)
Motorolie:Type:
YAMALUBE 2-takt motorolie of 2-takt
injectiesmering (JASO FC) of (ISO EG-C of
EG-D)
Hoeveelheid motorolie:
Hoeveelheid:
1,4 L (1,48 US qt) (1,23 Imp.qt)
Eindoverbrengingsolie:Type:
SAE10W30 type SE motorolie
Hoeveelheid:
0,11 L (0,12 US qt) (0,10 Imp.qt)
CS50Z: Koelsysteem:Inhoud koelvloeistofreservoir (tot aan de
merkstreep voor maximumniveau):
0,25 L (0,26 US qt) (0,22 Imp.qt)
Inhoud radiator (inclusief alle leidingen):
0,91 L (0,96 US qt) (0,80 Imp.qt)
Luchtfilter:Luchtfilterelement:
Nat element
Brandstof:Aanbevolen brandstof:
Uitsluitend normale loodvrije benzine
Inhoud brandstoftank:
5,5 L (1,45 US gal) (1,21 Imp.gal)
Brandstofreserve:
1,9 L (0,50 US gal) (0,42 Imp.gal)
Carburateur:Fabrikant:
GURTNERModel x aantal:
PY 12 x 1
Bougie(s):Fabrikant/model:
CS50-CS50Z: NGK/BR8HS
CS50M: NGK/BPR4HS
Elektrodenafstand:
0,6–0,7 mm (0,024–0,028 in)
Koppeling:Type koppeling:
Droog, automatisch centrifugaal
Versnellingsbak:Primair reductiesysteem:
Schroeftandwiel
Primaire reductieverhouding:
52 x 13 (4,000)
Secundair reductiesysteem:
Recht tandwiel
Secundaire reductieverhouding:
CS50: 42 x 13 (3,231)
CS50Z: 43 x 13 (3,308)
CS50M: 45 x 12(3,750)
Type versnellingbak:
Automatisch, V-snaar
Bediening:
Automatisch centrifugaal
Chassis:Type frame:
Stalen onderdraagbuis
Spoorhoek:
25,00 °
Naspoor:
80,0 mm (3,15 in)
SPECIFICATIES
8-1
8
5RW-F8199-D4.QXD 23/11/07 15:10 Página 70