Hyundai H-1 (Grand Starex) 2006 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2006, Model line: H-1 (Grand Starex), Model: Hyundai H-1 (Grand Starex) 2006Pages: 247, PDF Size: 11.05 MB
Page 51 of 247

1
AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
37
!
B270A01P-GXT STOELVERWARMING (Alleen chauffeursstoel) (Mini-bus) (Indien aanwezig) De stoelverwarming dient voor het verwarmen van de voorstoelen in het koude jaargetijde. Met decontactsleutel in de stand "ON", wordt de stoelverwarming ingeschakeld door het indrukken van de schakelaar.Houd de schakelaar in de "OFF" stand bij warmer weer of als geen stoelverwarming nodig is.
B330B01P-GXT Hoofdsteun verwijderen Trek de hoofdsteun omhoog terwijl u de vergrendelknop in de richting vande pijl indrukt. Let er bij het aanbrengen van de hoofdsteun op dat hij in de goede richting wijst, steek hemvervolgens in de rugleuning en druk hem naar beneden tot de vergrendeling aangrijpt.Controleer of de vergrendelknoppen in de juiste stand staan, zoals getoond in de afbeelding, en controleer of dehoofdsteun wordt vergrendeld wanneer u hem omhoog trekt.
WAARSCHUWING:
Rijden zonder hoofdsteunen levert extra letselgevaar op.
B270A01P
B081D01P-GXT Naar voren en achteren kantelen De hoofdsteun kan in elke stand naar voren worden gekanteld door dehoofdsteun naar voren te trekken. Trek, om de hoofdsteun in de achterste stand te zetten, de hoofdsteun zo ver mogelijknaar voren en laat de hoofdsteun los. Stel de hoofdsteun zo in dat het hoofd en de nek op de juiste wijze wordengesteund.
HA1FL2011
Page 52 of 247

1AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
38
!
!
VEILIGHEIDSGORDELS
B360A01P-GXT Teneinde uzelf en uw passagiers bescherming te bieden bij een ongeval, dienen de veiligheidsgordels tijdens het rijden op correcte wijze te wordengedragen.
WAARSCHUWING:
o Een veiligheidsgordel mag slechts door één persoon worden gebruikt. Het is bijzonder gevaarlijk als meerdere personen gebruik maken van één gordel.
o Kinderen moeten worden vervoerd op de tweede en derderij zitplaatsen en moeten gebruik maken van heupgordels. Eenklein kind moet vervoerd worden in een kinderzitje. De regelgeving voor het rijdenmet kinderen op de voorste zitplaatsen is afhankelijk van het land. Houd u altijd aan de lokalewetgeving.
o De omgelegde veiligheidsgordel
mag nooit gedraaid zitten.
!
B080G01FC-GXT
OPBERGLADE STOEL (Indien gemonteerd)
De lade bevindt zich onder de voorste
passagiersstoel. Hij kan worden geopend door hem op te tillen ennaar voren te trekken.
WAARSCHUWING:
Om verwondingen bij een
aanrijding of plotselingeremmanoeuvres te voorkomen, moet de lade tijdens het rijden gesloten blijven. HSRFL079
B540A03P-GXT TASHAAK OP RUGLEUNING
B540A01P
De tashaken zijn gemonteerd op de rugleuning van de derde bank en dienenom bijvoorbeeld een boodschappentas aan te hangen.
LET OP:
Hang geen tas van meer dan 3 kg op. Hierdoor kan de tashaakbeschadigen.
Page 53 of 247

1
AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
39
o Controleer de riemen op
insnijdingen, slijtage of gerafelde stof en controleer of er vervormdemetalen delen aanwezig zijn. Vervang een defecte gordel.
o Een vuile gordel moet worden
gereinigd in warm water met eenneutraal schoonmaakmiddel. Spoel vervolgens met water enlaat drogen in de schaduw. Bleek of verf de gordels niet, omdat dit van invloed is op de specificaties.
o Gordels die tijdens een ongeval waren omgelegd, mogen nietopnieuw worden gebruikt, ookals ze ogenschijnlijk onbeschadigd zijn. Gordels kunnen slechts eenmaal degevolgen van een ongeval verwerken. Zorg ervoor dat de gordel en de bevestigingsboutendoor nieuwe worden vervangen.
o Stel de veiligheidsgordel van de
bestuurder nooit af als met deauto wordt gereden. o Om technische redenen mogen
de tweede en derde rij zitplaatsen niet tot een bed worden omgebouwd bij een rijdendeauto.
o Om u en uw passagiers te
beschermen tijdens een ongevalis het zeer belangrijk dat tijdens de rit de gordels op de juiste wijze zijn omgelegd.
o De veiligheidsgordel levert de maximale beveiliging voor deinzittende als de rugleuning zoverticaal mogelijk staat. Als de rugleuning schuin naar achteren staat, dan is er eengrotere kans dat de passagier, vooral bij een frontale botsing, onder de gordel uitglijdt engewond raakt door de gordel of omdat het dashboard of de rugleuningen worden geraakt.B170A04A-AXT IN HOOGTE VERSTELBARE VEILIGHEIDSGORDELS, VOOR(Indien aanwezig) U kunt de hoogte van de schoudergordel-verankering in een vande vier posities instellen. Als de hoogte te dicht bij de hals is ingesteld, heeft u niet de optimalebescherming. Het schoudergedeelte moet zodanig worden ingesteld dat hij over de borst loopt en over de schouder,dichter bij het portier dan bij de hals. Verplaats de verankering van de veiligheidsgordel naar boven of naarbeneden om de hoogte in de gewenste stand af te stellen. Trek de verankering omhoog om hem hoger in te stellen. B170A01A
Page 54 of 247

1AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
40
!
Druk hem naar beneden met ingedrukte hoogte-instelknop om de verankeringte verlagen. Laat de knop los om de verankering te vergrendelen. Probeer de knop teverplaatsen om te controleren of hij goed is vergrendeld. SB090P1-FX3-PUNTS VEILIGHEIDSGORDELGordel omgespen Trek de gordel gelijkmatig uit het oprolmechanisme en steek de slottong in het slot. De slottong moethoorbaar aangrijpen.De lengte van de veiligheidsgordelpast zich automatisch aan de zitpositie aan. Het oprolmechanisme blokkeert de veiligheidsgordel bij een noodstopof een aanrijding, maar ook bij abrupte bewegingen naar voren.B180A01L
WAARSCHUWING:
o Het verstelmechanisme moet tijdens het rijden zijnvergrendeld.
o Een onjuiste afstelling van de schouderhoogte van deveiligheidsgordel kan er toe leiden dat de gordel niet optimaalfunctioneert bij een aanrijding. B180A02A-GXT 3-puntsgordel aan bestuurders- en passagierszijde metblokkeringGordel vastmaken
B180A01L
Trek de gordel uit de oprolautomaat en plaats de metalen plaat in het slot om de gordel vast te maken. Er is een hoorbare "klik" waarneembaar als deplaat in het slot vergrendelt. De gordel neemt alleen automatisch de juiste lengte aan als hetheupgordelgedeelte handmatig zo is afgesteld dat het zo dicht mogelijk tegen de heupen aanligt. Als u rustigen gelijkmatig naar voren beweegt, dan wordt de riem langer en kunt u zich bewegen. Bij een plotselinge beweging of botsing blokkeert de riem. De gordelblokkeert ook als u zich te snel naarvoren beweegt.
Page 55 of 247

1
AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
41
B370D01P-GXT Heupgordels (Oprolmechanisme zondergordelspanner)(Indien aanwezig) Dit type veiligheidsgordel is voorzien van een oprolmechanisme zonder gordelspanner.Trek de gordel aan de slottong geheel naar buiten en steek de slottong in het gordelslot.Trek de gordel aan zodat hij tegen het lichaam aanligt en in het oprolmechanisme wordtteruggetrokken. Druk de ontgrendelknop in om de gordel los te maken, trek iets aan de slottong en hetoprolmechanisme zal de gordel automatisch oprollen. HFC2085
B200A01S-GXT Gordel verstellen
B200A01L
Het heupgedeelte van de gordel moetzo laag mogelijk over de heupen liggen, niet op de buik. Als de gordelte hoog zit, bestaat de kans dat u bij een aanrijding of noodstop onder de gordel doorschuift, met alle gevolgenvandien. De schoudergordel moet over de schouder liggen en niet onder de oksel; zie de afbeelding.Draag de veiligheidsgordel nooit onderde arm. ZB090V1-AX Het losmaken van de veiligheidsgordel
De veiligheidsgordel wordt ontgrendeld door de knop in het slot in te drukken. De gordel wordt dandoor het oprolmechanisme opgerold. Is dit niet het geval, dan moet worden gecontroleerd of de gordel niet isverdraaid. B210A01L
Gordel vastmaken. Controleer of de gordel goed is vergrendeld en niet is verdraaid.
Page 56 of 247

1AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
42
B180B01X-GXT GORDELSPANNER (Indien gemonteerd) Normaal gespoken werkt de gordelspanner op dezelfde wijze als de ELR (
Emergency Locking Re-
tractor). (Wanneer de auto plotseling wordt afgeremd, blokkeert de gordel. De gordel blokkeert ook als te snel naar vorenwordt bewogen. )
Echter, bij een aanrijding zal degordelspanner de gordel terugtrekken.Hierdoor wordt de beweging van de inzittende en de ruimte tussen de inzittende en de gordel verminderd. B180B02A
B370E01P-GXT Heupgordels van de tweede, derde en vierde banken(Indien aanwezig) Dit type gordel moet worden afgesteld door de gesp met de ene hand vast te houden en de riem met de anderehand door de gesp te trekken tot hij op de juiste lengte is afgesteld. Steek de gesp in het slot; de gordel moet hierbijgoed strak om het lichaam van de drager zitten zonder te klemmen. Losser
GS10530A
!
N.B.:
o Wanneer de gordelspanner wordtgeactiveerd kan een knal hoorbaar zijn. Dit is een normaalverschijnsel en is niet gevaarlijk.
o De gordelspanners treden alleen
in werking wanneer de ernst vande aanrijding een bepaalde grens overschrijdt. Ze kunnen slechts één keer in werking treden.
WAARSCHUWING:
Als de gordelspanner in werking isgetreden mag nooit wordengetracht deze zelf te vervangen. De gordelspanners moeten worden vervangen door een officiëleHyundai Dealer.
Strakker
Page 57 of 247

1
AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
43
o Omdat een veiligheidsgordel of
een veiligheidssysteem voor kinderen in een afgeslotenstilstaande auto zeer warm kan worden, moeten de stoelhoes en de gordelsloten wordengecontroleerd, voordat het kind in de auto wordt geplaatst.
o Wanneer het kinderzitje niet wordt gebruikt moet het met deveiligheidsgordel worden vastgezet zodat het niet bij eenongeval of noodstop naar voren wordt geslingerd.
o Kinderen die te groot zijn voor het veiligheidssysteem voorkinderen, moeten op de achterbank in de aanwezigegordel zitten.
o Let erop dat het
schoudergedeelte van debuitenste driepuntsgordel in het midden van de schouder ligt, nooit tegen de nek. Door het kinddichter bij het midden van de
!
VEILIGHEIDSSYSTEEM VOOR KINDEREN
B230A03P-GXT (Minibus/Bestelbus) Kinderen moeten in de auto altijd op de achterbank in een veiligheidssysteemworden meegenomen, zodat de kans op verwondingen bij een aanrijding, plotseling afremmen of plotselingemanoeuvres wordt beperkt. Volgens ongevalstatistieken zijn kinderen veiliger als ze op de juiste wijze in eenveiligheidsvoorziening op de achterbank dan op de voorstoel worden meegenomen. Grotere kinderenmoeten een van de aanwezige veiligheidsgordels gebruiken. Volgens de wet moet voor kindereneen veiligheidssysteem voor kinderen worden gebruikt. Kleine kinderen moeten in de auto in eenveiligheidssysteem (kinderzitje) worden meegenomen. Kinderen kunnen bij een aanrijdinggewond raken als hun veiligheidssysteem niet correct is bevestigd. Voor kleine kinderen enbaby's moet een kinderzitje of babyzitje worden gebruikt. Voordat een bepaald veiligheidssysteem voor kinderen wordtaangeschaft, moet worden WAARSCHUWING:
o Een veiligheidssysteem voor kinderen moet op de achterbank worden bevestigd. Een kinder- of babystoeltje mag nooit op devoorstoel worden bevestigd. Als bij de een aanrijding de zij- airbag aan passagierszijde inwerking treedt, kan het kind of de baby in het kinder- of babystoeltje levensgevaarlijk gewond raken.Gebruik daarom een veiligheidssysteem voor kinderen alleen op de achterbank.
gecontroleerd of het systeem voor uwauto en de veiligheidsgordels geschiktis en passend is voor uw kind. Volg bij het installeren van het veiligheidssysteem voor kinderen alleinstructies die door de fabrikant van het systeem worden gegeven.
Page 58 of 247

1AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
44
bank te plaatsen, kan een betere aanligging van de gordel worden verkregen. Het heupgedeelte vande driepuntsgordel of de middelste heupgordel moet zo laag mogelijk op de heup van hetkind en zo prettig mogelijk aanliggen.
o Als de veiligheidsgordel niet
volledig passend is voor het kind,moet een goedgekeurde zitblok op de achterbank wordengebruikt, zodat de zithoogte van het kind wordt aangepast aan de aanwezige veiligheidsgordel.
o Laat nooit een kind op de zitting staan of knielen.
o Gebruik nooit een babydrager of
kinderzitje dat over de rugleuning "haakt"; het kan bij een aanrijding onvoldoende bescherminggeven. B230F01A-AXT Op middelste plaats op achterbank aanbrengen
B235G01Y-1
o Laat onder het rijden een
inzittende nooit een kind in de armen houden; hierdoor kan het kind bij een aanrijding of eensterke afremming ernstig gewond raken. Het vasthouden van een kind tijdens het rijden biedt geenenkele vorm van bescherming, zelfs niet als de betreffende persoon de veiligheidsgordelheeft omgegespt.
o Wanneer het kinderzitje niet cor-
rect is bevestigd, neemt de kans op ernstige of dodelijk letsel bij een ongeval sterk toe.
B235G02Y
Gebruik de middelste veiligheidsgordel om het veiligheidssysteem voor kinderen, zoals afgebeeld, te 2-punts
3-punts
Page 59 of 247

1
AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
45
B230G01A-AXT Op buitenste plaats van achterbank aanbrengen Trek de driepuntsgordel uit het oprolmechanisme om het kinderzitje op de buitenste plaats van de achterbank aan te kunnen brengen.Breng het kinderzitje aan, sluit de veiligheidsgordel en trek de gordel strak. Let erop dat de heupgordel strakom het kinderzitje zit en dat de schoudergordel zodanig is aangebracht dat deze niet tegen hethoofd of de nek van het kind kan komen. Tracht het kinderzitje na het aanbrengen in alle richtingen tebewegen, om te controleren of het zitje veilig is bevestigd. Als de gordel strakker moet worden getrokken, trek dan de gordel naar hetoprolmechanisme. Wanneer de veiligheidsgordel wordt losgemaakt en kan oprollen, zal het oprolmechanismede veiligheidsgordel automatisch weer in de stand voor gebruik door een normaal zittende passagier brengen. N.B.:
o Raadpleeg de aanwijzingen van
de fabrikant voordat het veiligheidssysteem voorkinderen in de auto wordt aangebracht.
o Als de veiligheidsgordel niet overeenkomstig de beschrijvingwerkt, moet het systeem direct door uw Hyundai dealer wordengecontroleerd.
B230G01L-1
bevestigen. Probeer na hetaanbrengen het kinderzitje voor- enachteruit en zijdelings te bewegen om te controleren of het goed door de gordel wordt vastgehouden. Als het zitje kan worden bewogen moet de lengte van de veiligheidsgordelworden gewijzigd. Haak vervolgens de haak van de bevestigingsband in de bevestiging en zet het zitje vast.Raadpleeg altijd de aanwijzingen van de fabrikant voordat het veiligheidssysteem voor kinderen inuw auto wordt aangebracht. In midden van achterbank
Page 60 of 247

1AANDACHTSPUNTEN EN BIJZONDERHEDEN
46
B230H03P-GXT Geschiktheid van veiligheidssysteem voor kinderen voor zitplaatsen Gebruik een veiligheidssysteem voor kinderen dat officieel is goedgekeurd en dat voor uw kinderen geschikt is. Raadpleeg de volgende tabel bij het gebruik van kinderstoelen. Bestelbus
Minibus
Tweedezitrij
Linker stoel
Voorpas-
sagier
0 : Tot 10 kg (0 ~ 9 maanden)0+ : Tot 13 kg (0 ~ 2 jaar)
I : 9 kg tot 18 kg(9 maanden~4 jaar)II & III : 15 kgtot 36 kg (4 ~ 12 jaar) UF UF UF UF
Derde
zitrij
Midden
Derde
zitrij
Zijkant
Leeftijd-
sgroep Zitpositie (voor 7-persoons Minibus)Tweede
zitrij
Rechter stoel
X X X
UF U U U
UF U U U
UF X X X X
Leeftijd-
sgroep
0 : Tot 10 kg (0 ~ 9 maanden)0+ : Tot 13 kg (0 ~ 2 jaar)
I : 9 kg tot 18 kg(9 maanden~4 jaar)II & III : 15 kgtot 36 kg (4 ~ 12 jaar) Derde zitrij
Zitpositie (voor 9-persoons Minibus)
Voorpassagier
Tweede zitrij
Zijkant MiddenLinker
stoel Rechter
stoel
MiddenZijkant Midden
X X X X X X X XU U U
UF UF UF UF UF X X X XX X X XUF UF UF UF 0 : Tot 10 kg (0 ~ 9 maanden) 0+ : Tot 13 kg(0 ~ 2 jaar)
I : 9 kg tot 18 kg(9 maanden~4 jaar) II & III : 15 kg tot 36 kg(4 ~ 12 jaar) Tweede
zitrij
Midden
Tweede
zitrij
Zijkant
Leeftijd-
sgroep Zitpositie
(Voor 6-persoons Bestelbus)
Voorpassagier zijkant Voorpassagier
midden
UF UF UF UF X X X X
Leeftijd-
sgroep
0 : Tot 10 kg (0 ~ 9 maanden)0+ : Tot 13 kg(0 ~ 2 jaar)
I : 9 kg tot 18 kg(9 maanden ~4 jaar) II & III : 15 kgtot 36 kg(4 ~ 12 jaar) Zitpositie
(Voor 3-persoons Bestelbus)
Voorpassagier zijkant Voorpassagier midden
X X X X X X X X
X X X X X X X X
!WAARSCHUWING:
Bevestig geen veiligheidssysteem voor kinderen op de voorstoel. Als bij een aanrijding de zij-airbag aan passagierszijde in werking treedt,kan het kind of de baby in het kinder- of babystoeltje levensgevaarlijk gewond raken. Gebruik daarom eenveiligheidssysteem voor kinderen alleen op de achterbank.