reset Lancia Delta 2010 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2010, Model line: Delta, Model: Lancia Delta 2010Pages: 276, PDF Size: 5.83 MB
Page 17 of 276

16WEGWIJS IN UW AUTO
Als u de contactsleutel in stand MAR draait
en het lampje Ugaat niet branden of het gaat
branden of knipperen tijdens het rijden (op
enkele uitvoeringen verschijnt ook een melding op
het display), wendt u dan zo snel mogelijk tot het
Lancia Servicenetwerk. De werking van het lamp-
je Ukan met speciale apparatuur door de ver-
keerspolitie gecontroleerd worden. Houdt u aan de
wetgeving van het land waarin u rijdt.
Storing ESP 2-systeem (geel)
Als u de contactsleutel in stand MAR draait,
gaat het lampje branden. Na enkele seconden
moet het lampje doven. Als het lampje niet dooft
of tijdens het rijden blijft branden en het lampje in de ASR-
knop gaat branden, wendt u dan tot het Lancia Service-
netwerk. Op enkele uitvoeringen verschijnt de bijbeho-
rende melding op het display. Als het lampje knippert
tijdens het rijden, dan geeft dit aan dat het ESP 2-systeem
in werking is getreden.
Als de accu losgekoppeld is geweest, gaat het lampje á
branden (op het display verschijnt ook een melding) om
aan te geven dat het systeem gereset moet worden.
Voer de volgende initialisatieprocedure uit om het lamp-
je te laten doven:
❍draai de contactsleutel in stand MAR;
❍draai het stuur helemaal naar rechts en vervolgens naar
links (zodat het stuurwiel de rechtuitstand „passeert”);
❍draai de contactsleutel in stand STOP en vervolgens in
stand MAR.
Als na enkele seconden het lampje
ániet dooft, wendt
u dan tot het Lancia Servicenetwerk.
á
Storing hill holder (geel)
Als het lampje ágaat branden, dan is er een
storing in het Hill Holder-systeem. Wendt u in
dat geval zo snel mogelijk tot het Lancia Ser-
vicenetwerk. Op enkele uitvoeringen gaat het
symbool *branden.
Op het display verschijnt de bijbehorende mel-
ding.
á
*
in het motormanagementsysteem; dit kan tot gevolg heb-
ben dat de schadelijke uitlaatgasemissie toeneemt, de pres-
taties verminderen, de auto slechter gaat rijden en het
brandstofverbruik toeneemt.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bijbehorende melding
op het display. U kunt onder deze omstandigheden door-
rijden zonder te veel van de motor te eisen of met hoge snel-
heid te rijden. Als lang met een brandend waarschuwings-
lampje wordt doorgereden, kunnen beschadigingen ontstaan.
Wendt u zo snel mogelijk tot het Lancia Servicenetwerk.
Het lampje dooft als de storing verdwijnt. De storing wordt
door het systeem in het geheugen opgeslagen.
Alleen voor benzinemotoren
Een knipperend lampje duidt op een mogelijke bescha-
diging van de katalysator.
Als het lampje knippert, moet het gaspedaal worden losgela-
ten zodat de motor met lage toerentallen draait en het lamp-
je niet meer knippert; u kunt met matige snelheid doorrijden
waarbij rij-omstandigheden moeten worden vermeden die
kunnen leiden tot het opnieuw gaan knipperen van het lamp-
je. Wendt u zo snel mogelijk tot het Lancia Servicenetwerk.
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:46 Pagina 16
Page 32 of 276

WEGWIJS IN UW AUTO31
1
Ga voor het raadplegen van deze aanwijzingen als volgt
te werk:
– druk kort op de knop SET; op het display knippert de
afstand in km of mijl, afhankelijk van de instelling (zie de
paragraaf „Meeteenheid afstand”);
– druk kort op de knop SET om terug te keren naar het
menuscherm of houd de knop even ingedrukt om terug te
keren naar het beginscherm.
BELANGRIJK Het „Geprogrammeerd onderhoudssche-
ma” voorziet elke 35.000 km (of gelijke waarde in mijl)
in een servicebeurt; deze weergave verschijnt automatisch
als de sleutel in stand MAR staat, vanaf 2.000 km (of ge-
lijke waarde in mijl). De weergave wordt elke 200 km (of
gelijke waarde in mijl) opnieuw weergegeven. Onder
de 200 km wordt de weergave met kleinere intervallen
weergegeven. De weergave in km of mijl is afhankelijk van
de ingestelde meeteenheid. Als u dicht bij de volgende ser-
vicebeurt bent en u de contactsleutel in stand MAR draait,
verschijnt op het display het opschrift „Service” gevolgd
door het aantal kilometers/mijlen dat resteert tot de vol-
gende servicebeurt. Wendt u tot het Lancia Servicenet-
werk voor het uitvoeren van de werkzaamheden van het
„Onderhoudsschema” en voor het op nul zetten van deze
weergave (reset).Airbag/Bag passagier
Met deze functie kan de passagiersairbag worden in-/uit-
geschakeld.
Ga als volgt te werk:
– druk op de knop SET en druk, na het verschijnen op het
display van het bericht (Bag pass: Off) (voor uitschake-
len) of het bericht (Bag pass: On) (voor inschakelen) door
op de knop
Õof Ôte drukken, nogmaals op de knop SET;
– op het display verschijnt de melding om de instelling te
bevestigen;
– selecteer door het indrukken van de knop
Õof Ô(Ja)
(voor bevestiging van de inschakeling/uitschakeling) of
(Nee) (om te annuleren);
– druk kort op de knop SET; er verschijnt een bevestiging
van de gekozen instelling en er wordt teruggekeerd naar
het menuscherm of, wanneer de knop even ingedrukt
wordt gehouden, naar het beginscherm zonder op te slaan.
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:46 Pagina 31
Page 35 of 276

34WEGWIJS IN UW AUTO
TRIPCOMPUTER
ALGEMEEN
Met de „Tripcomputer” kan, als de contactsleutel in stand
MAR staat, op het display informatie worden weergege-
ven over de werking van de auto. Deze functie bestaat
uit „Trip A” en „Trip B” die onafhankelijk van elkaar wer-
ken en betrekking hebben op de hele rit van de auto.
Beide functies kunnen op nul worden gezet (reset – be-
gin van een nieuwe rit). „Trip A” geeft informatie over:
– Autonomie (actieradius)
– Afgelegde afstand
– Gemiddeld verbruik
– Huidig verbruik
– Gemiddelde snelheid
– Reistijd.
– Trip A Reset
„Trip B” geeft informatie over:
– Afgelegde afstand B
– Gemiddeld verbruik B
– Gemiddelde snelheid B
– Reistijd B.
– Trip B ResetOpmerking De functie „Trip B” kan worden uitgescha-
keld (zie de paragraaf „Trip B inschakelen”). De gegevens
„Autonomie” en „Huidig verbruik” kunnen niet op nul
worden gezet.
Weergegeven gegevens
Autonomie
Geeft de afstand aan die nog gereden kan worden met de
brandstof in de brandstoftank. Op het display verschijnt
de indicatie „----” als:
– de actieradius kleiner is dan 50 km (of 30 mijl);
– de auto langere tijd met draaiende motor stilstaat.
BELANGRIJK De waarde van de actieradius kan door ver-
schillende factoren worden beïnvloed: rijstijl (zie de pa-
ragraaf „Rijstijl” in het hoofdstuk „Starten en rijden”),
type traject (snelwegen, stad, bergen enz.), gebruiksom-
standigheden van de auto (vervoerde lading, banden-
spanning enz.). Houd hier bij het plannen van een reis re-
kening mee.
Afgelegde afstand
Geeft de afstand aan die de auto heeft afgelegd vanaf het
begin van een nieuwe rit.
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:46 Pagina 34
Page 36 of 276

WEGWIJS IN UW AUTO35
1
Gemiddeld verbruik
Geeft globaal het gemiddelde brandstofverbruik aan van-
af het begin van een nieuwe rit.
Huidig verbruik
Geeft doorlopend de wijziging in het brandstofverbruik
aan. Als de auto stilstaat met draaiende motor wordt
„----” op het display weergegeven.
Gemiddelde snelheid
Geeft de gemiddelde snelheid van de auto aan op basis
van de tijd die verstreken is vanaf het begin van een nieu-
we rit.
Reistijd
Geeft de verstreken tijd aan vanaf het begin van een nieu-
we rit.
Trip Reset
Hiermee worden de instellingen van de Tripcomputer ge-
reset.Bedieningsknop TRIP fig. 8
Met de knop TRIP, op de rechter hendel, krijgt u, als de
contactsleutel in stand MAR staat, toegang tot de hiervoor
beschreven gegevens en kunnen de gegevens op nul wor-
den gezet om een nieuwe rit te beginnen:
– kort indrukken voor weergave van de verschillende ge-
gevens;
– even ingedrukt houden voor het op nul zetten (reset)
en het beginnen van een nieuwe rit.
fig. 8L0E0007m
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:46 Pagina 35
Page 37 of 276

36WEGWIJS IN UW AUTO
Nieuwe rit
Begint als een reset is uitgevoerd:
– „handmatig” door de gebruiker door het indrukken van
de betreffende knop;
– „automatisch” wanneer de „afgelegde afstand” de waar-
de 9.999,9 km bereikt of wanneer de „reistijd” de waar-
de 99.59 (99 uur en 59 minuten) bereikt;
– iedere keer als de accu losgekoppeld is geweest.
BELANGRIJK Als u het systeem op nul zet terwijl het
scherm van „Trip A” wordt weergegeven, dan worden al-
leen de gegevens van „Trip A” op nul gezet.
BELANGRIJK Als u het systeem op nul zet terwijl het
scherm van „Trip B” wordt weergegeven, dan worden al-
leen de gegevens van „Trip B” op nul gezet.
Procedure voor het begin van een rit
Voor het op nul zetten (reset) moet u, met de sleutel in stand
MAR, langer dan 2 seconden op de knop TRIP drukken.
Trip verlaten
De functie TRIP wordt automatisch verlaten nadat alle
functies zijn getoond of als de knop SET langer dan 1 se-
conde is ingedrukt.SYMBOLEN
Op of in de nabijheid van enkele onderdelen van uw au-
to zijn specifieke, gekleurde plaatjes aangebracht met
daarop symbolen die uw aandacht vragen en die voor-
zorgsmaatregelen aangeven die u in acht moet nemen als
u met het betreffende onderdeel te maken krijgt.
Onder de motorkap bevindt zich een plaatje met een kor-
te samenvatting van de symbolen.
001-142 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:46 Pagina 36
Page 232 of 276

ONDERHOUD EN ZORG231
5
ACCU
De accu F-fig, 1-2-3 van de auto is „onderhoudsarm”: on-
der normale omstandigheden hoeft het elektrolyt niet bij-
gevuld te worden met gedestilleerd water.
De werking moet echter regelmatig en uitsluitend door het
Lancia Servicenetwerk of gespecialiseerd personeel ge-
controleerd worden.
De vloeistof in de accu is giftig en corrosief.
Voorkom contact met de huid en de ogen. Houd
open vuur en vonkvormende apparaten ver-
wijderd van de accu: brand- en ontploffingsgevaar.
Als de accu werkt met een zeer laag vloei-
stofniveau, ontstaat onherstelbare schade aan
de accu en kan de accu openbarsten.
ACCU VERVANGEN
Als de accu vervangen wordt, moet een originele accu met
dezelfde specificaties worden geïnstalleerd.
Als de accu vervangen wordt door een accu met andere
specificaties, vervallen de onderhoudsintervallen die in
het „Geprogrammeerd Onderhoudsschema” staan aan-
gegeven.
Voor het onderhoud van de nieuwe accu dient u zich
strikt te houden aan de aanwijzingen van de fabrikant
van de accu.
Als de accu losgekoppeld is geweest, gaat het lampje á
branden (op het display verschijnt ook een melding) om
aan te geven dat het systeem gereset moet worden. Voer
de volgende initialisatieprocedure uit om het lampje te la-
ten doven:
❍draai de contactsleutel in stand MAR;
❍draai het stuur helemaal naar rechts en vervolgens naar
links (zodat het stuurwiel de rechtuitstand „passeert”);
❍draai de contactsleutel in stand STOP en vervolgens
in stand MAR.
Als na enkele seconden het lampje ániet dooft, wendt
u dan tot het Lancia Servicenetwerk.
215-242 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:55 Pagina 231