Peugeot 301 2016 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2016, Model line: 301, Model: Peugeot 301 2016Pages: 260, PDF Size: 6.72 MB
Page 141 of 260

139
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
F Pak een flacon AdBlue®. Controleer de
houdbaarheidsdatum en lees vervolgens
aandachtig de gebruiksaanwijzing op het
etiket voordat u de inhoud van de flacon in
het AdBlue
®-reservoir van uw auto giet. F
Vee
g nadat u de flacon leeg hebt gegoten
met behulp van een vochtige doek
eventuele vloeistofsporen van de rand van
de vulopening van het reservoir.
F
Bre
ng de blauwe dop aan op de vulopening
van het reservoir en draai de dop een
zesde omwenteling rechtsom tot hij stuit.
F
Bre
ng de plastic dop aan door hem op de
opening vast te klikken.
F
Pla
ats de opbergkist met het gereedschap
terug.
F
Pla
ats de vloerplaat van de bagageruimte
terug en sluit het kofferdeksel.
Belangrijk: als het AdBlue
®-
reservoir van uw auto helemaal leeg
is - dit wordt aangegeven door de
waarschuwingsmeldingen en u kunt in
dat geval de motor niet meer opnieuw
starten - moet u het reservoir vullen met
minimaal 3,8 liter additief (twee flacons
van 1,89 liter). Spoel gemorst additief onmiddellijk weg
met koud water of veeg het weg met een
vochtige doek.
Als het additief is gekristalliseerd, verwijder
het dan met een spons en warm water.
Belangrijk:
als u additief hebt bijgevuld
nadat het reser voir leeg is geraakt ,
dient u ongeveer 5 minuten te wachten
voordat u het contact weer aanzet,
zonder het bestuurdersportier te
openen, de auto te ontgrendelen en de
sleutel in het contactslot te steken .
Zet vervolgens het contact aan en start
na 10 seconden wachten de motor.
Voer de lege AdBlue
®-flacons niet als
huisvuil af, maar deponeer ze in de
daartoe bestemde containers of breng
de flacons naar uw verkooppunt.
9
Praktische informatie
Page 142 of 260

140
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
1. 12V-compressor, met geïntegreerde
manometer.
2.
Fla
con met afdichtmiddel, met
geïntegreerde slang.
3.
Sti
cker met snelheidslimiet.
Samenstelling van de set
De sticker met snelheidslimiet moet in
het interieur, in het gezichtsveld van
de bestuurder, worden geplakt om u
te herinneren aan het feit dat de band
tijdelijk is gerepareerd.
Deze set bevindt zich in de opbergkist onder de
vloerplaat van de bagageruimte.
De bandenreparatieset bestaat uit een
compressor en een flacon met afdichtmiddel.
Hiermee kunt u de band tijdelijk repareren
,
zodat u de dichtstbijzijnde garage kunt
bereiken.
Met deze reparatieset kunnen de meeste lekke
banden worden gerepareerd, als het lek zich in
het loopvlak of de hiel van de band bevindt.
Bandenreparatieset
Toegang tot de set
De elektrische installatie van de auto
biedt de mogelijkheid een compressor
aan te sluiten en te gebruiken voor de
duur die nodig is om een gerepareerde
lekke band op spanning te brengen.
Rijd na het repareren van een band met
de bandenreparatieset niet sneller dan
80 km/h.
Praktische informatie
Page 143 of 260

141
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
Reparatiemethode
F Zet het contact af.
F Pla k de sticker met de snelheidslimiet in
het interieur van de auto. F Rol d
e slang uit die onder de compressor is
opgeborgen.
F
Slu
it de slang van de compressor aan op
de flacon met afdichtmiddel.
F
Kee
r de flacon met afdichtmiddel om en
bevestig deze aan de desbetreffende
uitsparing van de compressor.
Ver wijder niet het voor werp dat de
lekkage heeft veroorzaakt uit de band. F Haa
l het dopje van het ventiel van de lekke
band en bewaar het op een schone plaats.
F
Slu
it de slang van de flacon met
afdichtmiddel aan op het ventiel van de
lekke band en zet hem stevig vast.
9
Praktische informatie
Page 144 of 260

142
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
F Controleer of de schakelaar van de
compressor in de stand " O" staat.
F
Rol d
e elektrische kabel, die onder de
compressor is opgeborgen, volledig uit.
F
Slu
it de stekker van de compressor aan op
de 12V-aansluiting van de auto.
F
Zet h
et contact aan. Als na vijf tot zeven minuten de
gewenste bandenspanning niet is
bereikt, is de band niet te repareren met
de bandenreparatieset; neem contact
op met het P
eug
eot
-ne
twerk of een
gekwalificeerde werkplaats om u verder
te helpen.
Let op: het afdichtmiddel is schadelijk
bij inname en irriterend voor de ogen.
Houd het middel buiten het bereik van
kinderen.
De uiterste gebruiksdatum van het
middel is op de flacon vermeld.
gooi d
e flacon na gebruik niet weg,
maar lever deze in bij het P
eug
eot
-
net
werk of een officieel inzamelpunt.
Vergeet niet om bij het P
eug
eot
-
net
werk of een gekwalificeerde
werkplaats een nieuwe flacon met
afdichtmiddel te kopen.
F Sch
akel de compressor in door de
schakelaar in de stand " I" te zetten tot de
bandenspanning is opgelopen tot 2,0 bar.
Het a
fdichtmiddel wordt onder druk in de
band gespoten; maak de slang niet los van
het ventiel tijdens deze handeling (kans op
spatten).
Praktische informatie
Page 145 of 260

143
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
u kunt de compressor, zonder inspuiting
van h et afdichtmiddel, ook gebruiken om de
bandenspanning te controleren of de banden
op spanning te brengen. F Con
troleer of de schakelaar van de
compressor in de stand " O" staat.
F
Rol d
e elektrische kabel, die onder de
compressor is opgeborgen, volledig uit.
F
Slu
it de stekker van de compressor aan op
de 12V-aansluiting van de auto.
F
Zet h
et contact aan.
F Zet d
e schakelaar in de stand " O".
F
Ver
wijder de set.
F
Maa
k direct een rit van ongeveer vijf
kilometer met matige snelheid (tussen 20
en 60 km/h), zodat het afdichtmiddel het
lek kan dichten.
F
Zet d
e auto stil en controleer de reparatie
en de bandenspanning met de set.
Controle / aanpassen bandenspanning
F Ver wijder het dopje van het ventiel van de
ba nd en bewaar het op een schone plaats.
F
Rol d
e slang uit die onder de compressor is
opgeborgen.
F
Slu
it de slang aan op het ventiel en zet
hem stevig vast.
9
Praktische informatie
Page 146 of 260

144
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
F Schakel de compressor in door de
schakelaar in de stand " I" te zetten en
breng de band op de spanning die is
aangegeven op de bandenspanningssticker
van de auto.
om de
bandenspanning te verlagen:
druk op de zwarte knop op de slang van
de compressor, bij de aansluiting op het
ventiel.
F
Zet
, zodra de gewenste spanning is
bereikt, de schakelaar in de stand " O".
F
Ver
wijder de set en berg deze op. Als de spanning van een of meer
banden is aangepast, moet het
bandenspanningscontrolesysteem
worden gereset.
Zie de desbetreffende rubriek
voor meer informatie over het
bandenspanningscontrolesysteem.
Bandenspanningscontrolesysteem
Het verklikkerlampje voor te lage
bandenspanning zal na het repareren
van een wiel blijven branden tot het
systeem is gereset.
Raadpleeg de desbetreffende
rubriek voor meer informatie over het
bandenspanningscontrolesysteem.
Praktische informatie
Page 147 of 260

145
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
Reservewiel
Het gereedschap bevindt zich onder de
vloerplaat.
van de bagageruimte:
F
open
het kofferdeksel,
F
til d
e vloerplaat op en ver wijder hem,
F
ver
wijder de opbergkist met het
gereedschap.
Toegang tot het gereedschap
Beschikbaar gereedschap
In het geval van een lekke of beschadigde band kunt u het wiel met het bij de auto geleverde gereedschap ver wisselen volgens de onderstaande procedure.
Dit gereedschap is specifiek voor uw auto en kan,
afhankelijk van de uitvoering van uw auto, verschillen.
gebru
ik het niet voor andere doeleinden dan
hieronder beschreven.
1. Wielsleutel. Hie rmee kan de wieldop worden ver wijderd en
kunnen de wielbouten worden losgedraaid.
2. Krik met geïntegreerde slinger. Hie rmee kan de auto worden opgekrikt.
3. gereedschap voor het verwijderen van
si erdoppen van wielbouten.
Hie
rmee kunnen bij lichtmetalen velgen de
sierdoppen van de wielbouten worden verwijderd.
4. Sleepoog.
Zie v oor meer informatie over het slepen de
desbetreffende rubriek.
De krik mag uitsluitend worden gebruikt
voor het ver wisselen van een wiel met
een beschadigde band.
De krik is onderhoudsvrij.
De krik voldoet aan de
euro
pese
regelgeving zoals deze is vastgelegd in
de Richtlijn 2006/42/
eg ov
er machines.
9
Praktische informatie
Page 148 of 260

146
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
Het reservewiel bevindt zich onder de
vloerplaat van de bagageruimte.
Afhankelijk van de motoruitvoering is de auto
voorzien van een volwaardig reservewiel of een
noodreservewiel (BlueHDi 100).
Toegang tot het reservewiel
Verwijderen van het wiel
F Maak de opbergkist met het gereedschap
los uit de klemmen (volwaardig
reservewiel).
F
Dra
ai de centrale moer los.
F
Verw
ijder het bevestigingssysteem (moer
en bout).
F
til he
t reservewiel aan de achterzijde op
en trek het naar u toe.
F
Ver
wijder het wiel uit de bagageruimte.
Praktische informatie
Page 149 of 260

147
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
Terugplaatsen van het wiel
F Leg het wiel in de reservewielbak.
F Dra ai de moer op de bout een aantal
omwentelingen los.
F
Pla
ats het bevestigingssysteem (moer en
bout) op het midden van het wiel.
F
Dra
ai de centrale moer vast tot deze klikt
en het reservewiel goed vastzit. Als er geen wiel in de reservewielbak
ligt, kan het bevestigingssysteem (moer
en bout) niet teruggeplaatst worden.
F Bev
estig de opbergkist met het
gereedschap (volwaardig reservewiel).
9
Praktische informatie
Page 150 of 260

148
301_nl_Chap09_info-pratiques_ed01-2016
Demonteren van het wiel
Stilzetten van de auto
Zet de auto op een plaats waar het
verkeer niet gehinderd wordt en zorg
ervoor dat de auto op een horizontale,
stabiele en stroeve ondergrond staat.
trek d
e parkeerrem aan, zet het contact
af en schakel de eerste versnelling* in om
de wielen te blokkeren.
Controleer of het verklikkerlampje van de
parkeerrem op het instrumentenpaneel
brandt.
Controleer of de inzittenden de auto
hebben verlaten en zich op een veilige
plaats bevinden.
Zorg ervoor dat de krik goed op één van
de daarvoor bestemde plaatsen wordt
gezet.
Als de krik verkeerd wordt gebruikt, wordt
de auto niet voldoende ondersteund en
kan deze vallen.
ga noo
it onder een auto liggen die alleen
op de krik steunt; gebruik een bok.
Procedure
gebruik geen andere krik dan de door
de fabrikant geleverde krik.
*
St
and R van de elektronisch gestuurde
versnellingsbak of stand P van de
automatische transmissie.
Wiel met wieldop
Verwijder bij het demonteren van het
wiel eerst de wieldop met de wielsleutel
1 door bij de opening voor het ventiel
aan de wieldop te trekken.
Bevestig na het monteren van het
wiel de wieldop: plaats eerst de wieldop
zo dat de uitsparing zich ter hoogte van
het ventiel bevindt en druk vervolgens
met de palm van de hand op de gehele
omtrek van de wieldop. F
Verw
ijder alle sierdoppen van de wielbouten
met het gereedschap 3 (lichtmetalen velgen).
F
Draa
i de wielbouten een omwenteling los
met alleen de wielsleutel 1 .
Praktische informatie