PEUGEOT PARTNER 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2022, Model line: PARTNER, Model: PEUGEOT PARTNER 2022Pages: 324, PDF Size: 9.52 MB
Page 31 of 324

29
Instrumentenpaneel
1
► Druk langer dan 2 seconden op deze toets.
Begrippen
De actieradius
(km of mijl)
(Percentage laadniveau tractiebatterij) (Elektrisch)
/Afstand die u nog met de resterende hoeveelheid brandstof kunt afleggen
(gebaseerd op het gemiddelde verbruik over de
laatste afgelegde kilometers) (Benzine of Diesel).
Werkelijk laadniveau van de tractiebatterij en
resterende actieradius (Elektrisch).
Deze waarde kan schommelen door een
verandering in rijstijl of van het reliëf op de route,
waardoor het actuele brandstofverbruik aanzienlijk
kan wijzigen.
Auto met Benzine- of Dieselmotor:
Als de actieradius minder dan 30
km bedraagt,
worden streepjes weergegeven.
Na het tanken van minimaal 5 liter brandstof wordt
de actieradius opnieuw berekend en weergegeven
als deze meer dan 100
km bedraagt. Wanneer tijdens het rijden permanent streepjes
worden weergegeven in plaats van cijfers, duidt dit
op een storing.
Neem contact op met een PEUGEOT-dealer of een
gekwalificeerde werkplaats.
Auto met Elektrischmotor:
De bestuurder wordt door middel van twee
opeenvolgende waarschuwingen gewaarschuwd
voor een laag energieniveau.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie
over de indicatoren en met name de indicatoren
voor de -actieradius (Elektrisch).
Huidig verbruik
(l/100 km, km/l of mijl/gallon)
(kWh/100 km, km/kWh of mijl/kWh) (Elektrisch)
/ Berekend over de laatste seconden.
Deze functie wordt alleen weergegeven bij
snelheden vanaf 30
km/h (Benzine).
Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mijl/gallon)
(kWh/100 km, km/kWh of mijl/kWh) (Elektrisch)
/ Berekend sinds de laatste nulstelling van de trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mijl/h)Berekend sinds de laatste nulstelling van de trajectgegevens.
Afgelegde afstand
(km of mijl)Berekend sinds de laatste nulstelling van de trajectgegevens.
Tijdteller Stop & Start-systeem
(minuten / seconden of uren / minuten)
Als uw auto is uitgerust met Stop & Start, registreert
een teller hoe lang de STOP-stand tijdens een
traject is geactiveerd.
De tijdteller wordt gereset telkens wanneer het
contact wordt aangezet.
BLUETOOTH-
audiosysteem met
touchscreen
Dit systeem heeft de volgende functies:
– Bediening van het audiosysteem en de
telefoonfuncties, en weergave van de bijbehorende
informatie.
–
T
oegang tot de configuratiemenu's van de functies
en systemen van de auto.
–
Bediening van het airconditioningssysteem
(afhankelijk van de uitvoering).
Page 32 of 324

30
Instrumentenpaneel
Zet de auto uit veiligheidsoverwegingen altijd stil voordat u handelingen uitvoert
die uw volledige aandacht vragen.
Bepaalde functies zijn niet beschikbaar als de
auto rijdt.
Adviezen
Houd geen puntige voorwerpen tegen het
touchscreen.
Raak het touchscreen niet aan met vochtige vingers.
Gebruik een schone en zachte doek om het
touchscreen te reinigen.
Belangrijkste
bedieningselementen
Met het contact uit: inschakelen van het systeem
Bij draaiende motor: geluid onderbreken
Draaiknop links: geluidsvolume aanpassen (draaien)/directe toegang tot het menu
Media (drukken)
Draaiknop rechts: luchtopbrengst aanpassen
(draaien)/directe toegang tot het menu
Airconditioning (drukken)
Toegang tot de menu's
Terug naar het vorige scherm of bevestigen
Als u enkele seconden niets op de tweede
pagina doet, wordt automatisch de eerste
pagina weer weergegeven.
Menu's
Radio
Media
Airconditioning Instellingen voor de temperatuur, luchtstroom
enz.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie
over de handbediende airconditioning.
Telefoon
Rijverlichting Activering, deactivering en instellingen van
bepaalde functies.
Instellingen Belangrijkste systeeminstellingen.
Zie de hoofdstukken over de audio- en telematicasystemen voor meer informatie
over de menu's.
Touchscreen
Dit systeem heeft de volgende functies:
– Permanente weergave van de tijd en de
buitentemperatuur (er brandt een blauw lampje bij
kans op gladheid).
–
T
oegang tot de configuratiemenu's van de functies
en systemen van de auto.
– Bediening van het audiosysteem en de
telefoonfuncties, en weergave van de bijbehorende
informatie.
–
W
eergave van de informatie van de
parkeerhulpsystemen.
–
T
oegang tot de internetdiensten en weergave van
de bijbehorende informatie.
–
Bediening van het navigatiesysteem en weergave
van de bijbehorende informatie (afhankelijk van de
uitvoering).
Zet de auto uit veiligheidsoverwegingen altijd stil voordat u handelingen uitvoert
die uw volledige aandacht vragen.
Bepaalde functies zijn niet beschikbaar als de
auto rijdt.
Adviezen
Dit scherm werkt met capacitieve
detectietechnologie.
–
Houd geen puntige voorwerpen tegen het
touchscreen.
–
Raak het touchscreen niet aan met vochtige
vingers.
–
Gebruik een schone, zachte doek om het
touchscreen te reinigen.
Werkingsprincipes
► Gebruik de toetsen aan weerszijden van
het touchscreen om de menu's te openen en
druk vervolgens op de aanraaktoetsen op het
touchscreen.
Page 33 of 324

31
Instrumentenpaneel
1Bepaalde menu's worden op twee pagina's
weergegeven: druk op de toets "OPTIES" om de
tweede pagina te bekijken.
Als u enkele seconden niets op de tweede pagina doet, wordt automatisch de eerste
pagina weer weergegeven.
Druk op "ON" of "OFF" om een functie in of uit te
schakelen.
Een functie configureren
Toegang tot aanvullende informatie over de
functie
Bevestigen
Terug naar de vorige pagina of bevestigen
Menu's
Druk met drie vingers op het touchscreen
om alle menutoetsen weer te geven.
Zie de hoofdstukken over de audio- en telematicasystemen voor meer informatie
over de menu's.
Radio / Media
Navigatie (Afhankelijk van de uitrusting)
Rijverlichting of Auto (afhankelijk van
uitvoering) Activering, deactivering en instellingen van bepaalde
functies.
De functies staan op 2 tabbladen:
"
Snelkoppelingen" en "Overige instellingen".
Telefoon
Connect-App
Weergave van de beschikbare Connected
Services.
Energie (met PEUGEOT Connect Nav) Toegang tot de specifieke elektrische
functies (energiestroom, verbruiksstatistieken,
geprogrammeerd laden), verdeeld over 3
overeenkomstige tabbladen.
of
Instellingen Hoofdinstellingen voor het audiosysteem en
touchscreen.
Audiosysteem aan / uit Instellen van het volume / onderbreken van
het geluid
Bovenste balk
Bepaalde informatie wordt permanent weergegeven
in de bovenste balk van het touchscreen:
–
T
ijd en buitentemperatuur (er gaat een blauw
waarschuwingslampje branden bij kans op
gladheid).
–
Basisinformatie van de menu's
RadioMedia
en Telefoon en navigatie-aanwijzingen
(afhankelijk van de uitvoering).
–
Berichten.
– Toegang tot de Instellingen.
Menu Energie
Dit menu is alleen beschikbaar met PEUGEOT
Connect Nav .
Afhankelijk van de uitvoering is dit als volgt
toegankelijk:
– direct, door op de toets bij het touchscreen
te drukken.
– via het menu Applicaties.
Stroom
De pagina geeft in real time de werking van de
elektrische aandrijflijn weer.
1.Actieve rijstand
2. Elektromotor
3. Schatting laadniveau tractiebatterij
4. Energiestromen
De kleur van de energiestromen is afhankelijk van
de manier van rijden:
A. Blauw: energieverbruik
Page 34 of 324

32
Instrumentenpaneel
B.Groen: terugwinning van energie
Statistieken
Op deze pagina worden de statistieken over het
verbruik van elektrische energie weergegeven.
– Blauwe staven: direct verbruikte energie die door
de tractiebatterij is geleverd.
–
Groene staven: tijdens het vaart minderen en
remmen teruggewonnen energie die wordt gebruikt
om de tractiebatterij op te laden.
Het gemiddelde resultaat voor de huidige rit wordt
weergegeven in kWh/100 km.
►
U kunt de schaal van de weergegeven tijd
veranderen met de toetsen
- en + .
Een huidige rit is elke rit die langer dan 20
minuten duurt zonder dat het contact wordt
afgezet.
Laden
Op deze pagina kunt u het laden programmeren.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie
over het laden van de tractiebatterij (elektrisch).
Datum en tijd instellen
Zonder audiosysteem
Stel de datum en tijd in via het display van het
instrumentenpaneel.
► Houd deze toets ingedrukt.
► Druk op een van deze toetsen om de
instelling te selecteren die u wilt wijzigen.
► Druk kort op deze toets om te bevestigen.
► Druk op een van deze toetsen om de
instelling te wijzigen en bevestig dit
nogmaals om de nieuwe instelling op te slaan.
Zie de betreffende hoofdstukken voor meer informatie over het instellen van de datum
en tijd met het BLUETOOTH-audiosysteem op
het touchscreen , PEUGEOT Connect Radio of
PEUGEOT Connect Nav.
Page 35 of 324

33
Toegang tot de auto
2Elektronische sleutel met
afstandsbediening en
ingebouwde fysieke sleutel,
Als een van de portieren of de achterklep nog open is of als de elektronische sleutel
van het Keyless Entry and Start-systeem in de
auto is achtergebleven, werkt de centrale
vergrendeling niet.
Als de auto echter is uitgerust met een
alarmsysteem, dan wordt dit na ongeveer 45
seconden ingeschakeld.
Als de auto wordt ontgrendeld maar de portieren of de achterklep worden
vervolgens niet geopend, dan wordt de auto
automatisch na ongeveer 30 seconden weer
vergrendeld. Als de auto is uitgerust met een
alarmsysteem, dan wordt dit automatisch weer
ingeschakeld.
Het automatisch in- en uitklappen van de buitenspiegels kan worden uitgeschakeld
door een PEUGEOT-dealer of gekwalificeerde
werkplaats.
Laat de auto uit veiligheidsoverwegingen nooit onbeheerd achter, zelfs niet voor korte
tijd, zonder de elektronische sleutel van het
Keyless Entry and Start-systeem mee te nemen.
Vergeet niet dat de auto kan worden gestolen
als de sleutel nog in een van de aangegeven
gebieden aanwezig is terwijl de auto niet is
vergrendeld.
De handsfree functies worden in de ruststand gezet als ze 21 dagen niet worden
gebruikt, zodat de batterij in de elektronische
sleutel en de accu van de auto niet leeg lopen.
Druk op een van de toetsen van de
afstandsbediening of plaats de elektronische
sleutel in de lezer en start de motor om het
systeem weer te activeren.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer
informatie over het Keyless Entry and
Start-systeem.
Elektrische storingen De elektronische sleutel werkt in
sommige gevallen niet goed in de nabijheid
van elektronische apparatuur (zoals mobiele
telefoons (ingeschakeld of in stand-by), laptops
en sterke magnetische velden). Als dat het geval
is, moet u de elektronische sleutel verder weg
van de elektronische apparatuur houden.
Sleutel met afstandsbediening
Met de sleutel met afstandsbediening kunt de auto
ontgrendelen of vergrendelen door de centrale
vergrendeling te bedienen via het portierslot of met
de afstandsbediening.
De sleutel met afstandsbediening dient tevens voor
lokalisatie van de auto, het openen en sluiten van
de tankdop en de klep van de laadaansluiting en het
starten of afzetten van de motor, en maakt deel uit
van de diefstalbeveiliging.
De knoppen van de afstandsbediening werken niet meer als het contact aan staat.
De sleutel uitklappen/inklappen
► Druk op deze toets om de sleutel uit of in te
klappen.
De afstandsbediening kan beschadigd raken als u niet op de toets drukt.
Keyless Entry and Start
Hiermee kunt u de auto op afstand ontgrendelen of
vergrendelen.
Page 36 of 324

34
Toegang tot de auto
De afstandsbediening dient tevens voor het
lokaliseren en starten van de auto en maakt deel uit
van de diefstalbeveiliging.
Geïntegreerde sleutel
Hiermee kan de auto worden vergrendeld en
ontgrendeld als de afstandsbediening niet werkt:
–
batterij van afstandsbediening leeg, accu van auto
leeg of losgekoppeld et cetera.
–
auto staat in een gebied met sterke
elektromagnetische straling.
► Blijf aan deze knop 1 trekken om de sleutel 2 uit
het apparaat te verwijderen.
Als het alarm is geactiveerd, stopt het geluidssignaal, dat klinkt als een van de
deuren met de sleutel (geïntegreerd in de
afstandsbediening) wordt geopend, wanneer het
contact wordt ingeschakeld.
Wanneer de ingebouwde sleutel is uitgenomen, dient u deze altijd bij u te
houden om de betreffende noodprocedures uit te
kunnen voeren.
"Keyless Entry and Start" met de
elektronische sleutel op zak
Met dit systeem kunt u de auto ontgrendelen,
vergrendelen en starten terwijl u de
afstandsbediening op zak houdt in het
detectiegebied "A ".
De functie handsfree-toegang werkt niet en
de portieren kunnen niet worden geopend
als het contact AAN (stand Accessoires) is gezet
met de knop "START/STOP".
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer
informatie over het starten en afzetten van de
motor, en in het bijzonder de stand "contact
aan".
Lokaliseren van de auto
Met deze functie kunt u uw vergrendelde auto op
afstand herkennen, door:
–
De richtingaanwijzers knipperen ongeveer 10
seconden.
– De plafonniers gaan branden.► Druk op deze toets.
Verlichting inschakelen met
de afstandsbediening
Druk kort op deze knop om de verlichting via
de afstandsbediening in te schakelen
(inschakelen van het parkeerlicht, het dimlicht en de
kentekenplaatverlichting).
Door de knop een tweede keer in te drukken terwijl
de verlichting nog brandt, wordt de verlichting via de
afstandsbediening weer uitgeschakeld.
Advies
Afstandsbediening De afstandsbediening is een gevoelig
apparaat dat met hoge frequentie werkt; zit niet
aan de afstandsbediening terwijl u deze in uw
zak hebt, omdat u dan per ongeluk de auto kunt
ontgrendelen.
Druk niet op de toetsen van de afstandsbediening
wanneer u buiten het bereik van de auto
bent, omdat dat ervoor kan zorgen dat de
afstandsbediening niet meer werkt. In dat geval
moet de afstandsbediening worden gereset.
De afstandsbediening werkt niet als de sleutel
in het contactslot zit, zelfs niet als het contact is
uitgeschakeld.
Page 37 of 324

35
Toegang tot de auto
2DiefstalbeveiligingPas de elektronische startblokkering niet
aan, omdat er dan storingen kunnen ontstaan.
Vergeet bij uitvoeringen met contactslot niet om
de sleutel te verwijderen en aan het stuurwiel te
draaien om het stuurslot te activeren.
Vergrendelen van de auto Wanneer de portieren onder het rijden
zijn vergrendeld, kunnen hulpdiensten in
noodgevallen lastig in de auto komen.
Haal uit veiligheidsoverwegingen altijd de
contactsleutel uit het contactslot of neem de
elektronische sleutel mee als u de auto verlaat,
zelfs wanneer dit voor korte duur is.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto
Laat uw sleutels door een PEUGEOT-dealer in
het elektronische geheugen van de auto opslaan,
zodat u zeker weet dat de sleutels in uw bezit de
enige sleutels zijn waarmee de auto kan worden
gestart.
Vuil (vocht, stof, modder, zout...) op de binnenzijde van de portiergreep kan de
detectie negatief beïnvloeden.
Als na het reinigen van de binnenzijde van
de portiergreep met een doek de detectie niet
verbetert, raadpleeg dan het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Plotseling contact met water (waterstraal,
hogedrukspuit...) kan door het systeem worden
beschouwd als een verzoek om de auto te
ontgrendelen.
Volledige of selectieve
ontgrendeling
De volledige ontgrendeling ontgrendelt alle portieren
van de auto (voor, zij, achter).
Selectieve ontgrendeling ontgrendelt de portieren
van de cabine of de portieren van de laadruimte (zij
en achter).
Het afzonderlijke ontgrendelingssysteem tussen de cabine en de laadruimte is een
veiligheidsmaatregel.
Dit systeem wordt gebruikt om de toegang af
te sluiten naar het deel van de auto waar u niet
aanwezig bent.
Inschakelen/uitschakelen
Met toets
► Als u de selectieve ontgrendeling wilt activeren
tussen de cabine en de laadruimte of als u de
selectieve ontgrendeling wilt uitschakelen en de
totale vergrendelmodus wilt inschakelen, schakel
het contact in en druk langer dan twee seconden op
deze toets.
Er klinkt een geluidssignaal en afhankelijk van de
uitvoering verschijnt er een melding ter bevestiging
dat het verzoek is uitgevoerd.
Zonder toets
Het kiezen tussen het bestuurdersportier en de andere
portieren en de achterklep kan via het
Page 38 of 324

36
Toegang tot de auto
configuratiemenu van de auto worden in- en
uitgeschakeld.
Alle portieren ontgrendelen
Met de sleutel
► Steek om de auto volledig te ontgrendelen de
sleutel in het slot en draai deze in de richting van de
voorzijde van de auto.
►
T
rek vervolgens aan de portiergreep om het
portier te openen.
Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet
opnieuw uitgeschakeld. Het alarm zal worden
geactiveerd door het openen van een portier en
kan worden uitgeschakeld door het contact aan te
zetten.
Met de afstandsbediening
► Druk op een van deze toetsen om
de auto te ontgrendelen.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering van uw auto worden
gelijktijdig de buitenspiegels uitgeklapt.
Met de Keyless Entry and Start-
afstandsbediening op zak
► Wanneer u de auto wilt ontgrendelen, legt
u uw hand achter een van de handgrepen
(voorportier(en), handbediende schuifdeur(en) of
deuren) terwijl de afstandsbediening zich binnen
detectiegebied A bevindt.
►
T
rek aan de handgreep om het portier / de deur
te openen.
Met achterdeuren
► Plaats, om de auto te ontgrendelen, met de
afstandsbediening binnen de detectiezone A , uw
hand achter de handgreep van de achterdeur.
►
T
rek vervolgens aan de handgreep om de
achterdeur te openen.
Met achterklep
► Druk, als de afstandsbediening zich binnen het
detectiegebied A bevindt, op de ontgrendelknop van
de achterklep om de auto te ontgrendelen.
►
Open de achterklep.
Selectief ontgrendelen
Met de afstandsbediening
► Druk één keer op deze toets om alleen
de portieren van het
passagierscompartiment te ontgrendelen.
►
Druk nogmaals op deze toets om schuifdeuren
en achterdeuren van de laadruimte te ontgrendelen.
Page 39 of 324

37
Toegang tot de auto
2of► Druk op deze toets op de
afstandsbediening om alleen de laadruimte
te ontgrendelen.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door het gedurende ongeveer 2 seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering van uw auto worden
gelijktijdig de buitenspiegels uitgeklapt.
Met de Keyless Entry and Start-
afstandsbediening op zak
► Om alleen de cabine te ontgrendelen,
terwijl u de afstandsbediening op zak hebt
binnen detectiezone A , moet u uw hand aan de
achterkant van de portiergreep van het
bestuurdersportier houden.
► Om alleen de cabine te ontgrendelen,
terwijl u de afstandsbediening op zak hebt
binnen detectiezone B , moet u uw hand aan de
achterkant van de portiergreep van het
bestuurdersportier houden.
►
T
rek vervolgens aan de portiergreep om de
cabine te openen.
De vergrendelingsstatus van de laadruimte
blijft ongewijzigd.
►
Om alleen de
laadruimte te ontgrendelen,
terwijl u de afstandsbediening op zak hebt binnen
detectiezone A of B of C, moet u uw hand aan de
achterkant van een linker of rechter portiergreep
houden of het achterportier (de linker achterdeur of
de achterklep).
►
T
rek aan de handgreep om de laadruimte te
openen.
Afhankelijk van de uitvoering worden de buitenspiegels alleen uitgeklapt wanneer de
cabine wordt ontgrendeld en het alarmsysteem is
uitgeschakeld.
Ontgrendelen
Het ontgrendelen wordt aangegeven door het gedurende enkele seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering worden de
buitenspiegels uitgeklapt en wordt het
alarmsysteem uitgeschakeld.
Met de sleutel
► Steek om de auto volledig te ontgrendelen de
sleutel in het slot en draai deze in de richting van de
voorzijde van de auto.
►
T
rek vervolgens aan de portiergreep om het
portier te openen.
Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet
opnieuw uitgeschakeld. Het alarm zal worden
geactiveerd door het openen van een portier en
kan worden uitgeschakeld door het contact aan te
zetten.
Met de afstandsbediening
► Druk op deze toets om de auto te
ontgrendelen.
Page 40 of 324

38
Toegang tot de auto
Met de Keyless Entry and
Start-afstandsbediening op
zak
► Wanneer u de auto wilt ontgrendelen, legt
u uw hand achter een van de handgrepen
(voorportier(en), handbediende schuifdeur(en) of
deuren) terwijl de afstandsbediening zich binnen
detectiegebied A bevindt.
► Wanneer u de auto wilt ontgrendelen, legt
u uw hand achter een van de portiergrepen
(voorportier(en)) terwijl de afstandsbediening zich
binnen detectiegebied A bevindt.
►
T
rek aan de handgreep om het portier / de deur
te openen.
Met achterdeuren / achterklep
► Wanneer u de auto wilt ontgrendelen met de
afstandsbediening in herkenningszone A, veeg dan
met uw hand achter de handgreep langs of druk op
de ontgrendelknop voor de achterklep.
►
T
rek aan de deurhandgreep of open de
achterklep.
Met te openen achterruit (achterklep)
► Met de Keyless Entry and Start
-afstandsbediening op zak drukt u op de knop voor
het ontgrendelen van de te openen achterruit om de
auto te ontgrendelen. De ruit gaat iets open; beweeg
de ruit vervolgens omhoog om de ruit te openen.
Vergrendelen
Let erop dat niets of niemand het correcte sluiten van de ruiten in de weg staat.
Wees extra alert op kinderen, zodat deze zich
tijdens het bedienen van de ruit niet kunnen
bezeren.
De vergrendeling / supervergrendeling wordt bevestigd door het gedurende ongeveer