CITROEN BERLINGO MULTISPACE 2013 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2013, Model line: BERLINGO MULTISPACE, Model: CITROEN BERLINGO MULTISPACE 2013Pages: 306, PDF Size: 13.2 MB
Page 151 of 306

149
SNEL WEER OP WE
G
7
   
 
Lamp vervangen  
 
 
LAMPEN VERVANGEN 
 
 
Ty p e  A 
 
 
Volledig glazen lamp: de 
lamp is gemonteerd met een 
drukbevestiging. Trek de lamp 
daarom voorzichtig los. 
   
Hogedrukreiniging 
 
 
Open de motorkap. Steek uw hand 
achter de refl ector voor toegang tot de 
lampen. 
  Ga in omgekeerde volgorde te werk 
voor het vervangen van een lamp en 
controleer altijd of de beschermkap 
weer goed is gesloten.  Ty p e  C 
 
  Halogeenlamp: duw de 
borgveer open en verwijder 
de lamp uit de lamphouder.     
Ty p e  B 
 
  Lamp met bajonetsluiting: 
druk de lamp iets in en 
draai hem linksom. 
   
   
Het vervangen van een 
halogeenlamp moet altijd met 
uitgeschakelde verlichting 
plaatsvinden. Wacht enkele minuten tot 
de lamp afgekoeld is (risico van ernstige 
brandwonden). Raak de lamp nooit met 
uw vingers aan, gebruik hiervoor een 
zachte, niet-pluizende doek. 
  Het is normaal dat aan de binnenzijde 
van de koplampen enige condensvorming 
optreedt. Bij regelmatig gebruik van de 
auto zal deze vanzelf verdwijnen.   Het vervangen van een lamp dient 
plaats te vinden met afgezet contact 
of losgekoppelde accu. Wacht na het 
vervangen van een lamp 3 minuten 
met het aansluiten van de accu. 
  Controleer telkens als u een lamp 
vervangt of deze goed werkt.  
  Probeer hardnekkig vuil niet van 
de koplampen, achterlichten en 
omgeving te verwijderen met een 
hogedrukreiniger, om te voorkomen 
dat de vernislaag en de afdichtrubbers 
beschadigd raken.  
 
 
Lampen  
Uw auto is voorzien van verschillende 
typen lampen. Verwijder ze als volgt: 
   
Ty p e  D 
 
 
Lichtdiode (LED): 
raadpleeg voor het 
vervangen van de 
dagrijverlichting het 
CITROËN-netwerk of een 
gekwalifi ceerde werkplaats.   
Page 152 of 306

150
   
 
Lamp vervangen  
 
   
3. 
  Richtingaanwijzers 
   
   Type B 
, PY21W - 21W 
(amberkleurig) 
   
 
-   Verwijder het deksel door aan de 
fl exibele rubber lip te trekken. 
   
-   Draai de lamphouder een kwart 
omwenteling linksom. 
   
-   Druk de lamp iets in en draai 
hem linksom. 
   
-   Vervang de lamp. 
   
-   Plaats het deksel terug en 
controleer of het rondom 
goed aansluit voor een goede 
afdichting.  
    2. 
  Parkeerlicht 
   
   Ty p e  A 
, W5W - 5W 
   
 
-   Trek aan de rubber borglip en 
verwijder het deksel. 
   
-   Trek aan de stekker om de 
met een drukbevestiging 
gemonteerde lamphouder los te 
nemen. 
   
-   Vervang de lamp. 
   
-   Plaats het deksel terug en 
controleer of het rondom 
goed aansluit voor een goede 
afdichting.  
 
 
KOPLAMPEN 
 
 
 
1. 
  Dimlicht/Grootlicht 
   
   Type C 
, H4 - 55W 
   
 
-   Trek aan de rubber borglip en 
verwijder het middelste deksel. 
   
-   Neem de stekker los. 
   
-   Maak de borglip los. 
   
-   Vervang de lamp en let erop 
dat het metalen gedeelte goed 
aansluit op de groeven van de 
lampunit. 
   
-   Maak de borglip weer vast. 
   
-   Plaats het deksel terug en 
controleer of het rondom 
goed aansluit voor een goede 
afdichting.  
 
  
Page 153 of 306

151
SNEL WEER OP WE
G
7
   
 
Lamp vervangen  
 
4. 
  Mistlampen vóór 
   
   Type C 
, H1 - 55W  
 
 
 
-   Verwijder de drie bevestigingsklemmen 
en de bout uit de spatplaat onder de 
bumper. 
   
-   Beweeg de spatplaat omhoog. 
   
-   Verwijder de mistlamp door de bout 
los te draaien met behulp van een 
Torx© 30 schroevendraaier. De bout is 
toegankelijk via de hiervoor bestemde 
opening in de bumper. 
   
-   Maak de mistlamp los door de klem in 
te drukken. 
   
-   Verwijder de mistlamp via de 
buitenzijde. 
   
-   Draai de gele kap een kwart 
omwenteling om deze te openen. 
   
-   Buig de klemmen van de lamphouder 
uit elkaar. 
   
-   Verwijder de lamp door deze recht naar 
achteren te trekken. 
   
-   Plaats de nieuwe lamp en zet de 
klemmen weer vast. Ga in omgekeerde 
volgorde te werk om het lampglas en 
de bumper terug te plaatsen.  
  
 
ZIJKNIPPERLICHT 
 
 
Ty p e  A 
, WY5W - 5W (amberkleurig) 
   
 
-   Druk het zijknipperlicht naar 
achteren en maak het los door het 
naar voren te trekken. 
   
-   Een nieuw zijknipperlicht is 
verkrijgbaar via het CITROËN-
netwerk. Het zijknipperlicht vormt 
een onlosmakelijk geheel. 
   
-   Schuif het nieuwe zijknipperlicht 
achterwaarts in de opening en duw 
het vervolgens naar de voorzijde.  
 
 
PLAFONNIERS 
 
 
Type A 
, 12V5W - 5W 
   
 
-   Maak de plafonnier los door aan 
weerszijden een schroevendraaier 
in de gleuf te steken. 
   
-   Trek de lamp los en vervang hem. 
   
-   Bevestig het lampglas en controleer 
of het goed vastzit.  
    
Voor/achter 
 
  
Page 154 of 306

152
   
 
Lamp vervangen  
 
 
ACHTERLICHTEN
 
 
 
 
-   Bepaal de plaats van de defecte 
lamp en open de achterdeuren in 
een hoek van 180°.  
Raadpleeg in rubriek 2 het gedeelte 
"Toegang tot de auto". 
   
-   Verwijder de twee schroeven met 
behulp van de schroevendraaier 
uit de gereedschapsset onder de 
rechter voorstoel. 
   
-   Trek aan de buitenzijde de lampunit 
los. 
   
-   Houd de lampunit vast en neem de 
stekker los. 
   
Let er bij het terugplaatsen van 
de lampunit op dat de borglippen 
juist geplaatst worden en dat de 
bedrading niet bekneld raakt. 
  Na het vervangen van een 
richtingaanwijzer achter duurt het meer 
dan ongeveer 2 minuten voordat deze 
opnieuw geïnitialiseerd is.  
  
 -   Maak de 4 borglippen los en 
verwijder de lamphouder uit de 
lampunit. 
   
-   Druk de defecte lamp iets in en 
draai hem linksom om hem te 
verwijderen. 
   
-   Vervang de lamp.  
   
 
Voor het verwijderen van de lampunit: 
   
 
-  
auto's met achterklep: beweeg de 
lampunit richting het midden van de auto, 
   
-   auto's met achterdeuren: trek de 
lampunit naar u toe.      
Zie voor meer informatie "Lampen". 
   
 
1. 
  Remlichten/achterlichten 
 
 
   Type B 
, P21/5W - 21/5W 
   
2. 
  Richtingaanwijzers 
 
 
   Type B 
, PY21W - 21W 
(amberkleurig) 
   
3. 
  Achteruitrijlichten 
 
 
  Type B 
, P21W - 21W 
   
4. 
  Mistachterlicht 
 
 
   Type B 
, P21W - 21W  
   
Hogedrukreiniging 
  Probeer hardnekkig vuil niet van 
de koplampen, achterlichten en 
omgeving te verwijderen met een 
hogedrukreiniger, om te voorkomen 
dat de vernislaag en de afdichtrubbers 
beschadigd raken.  
  
Page 155 of 306

153
SNEL WEER OP WE
G
7
   
 
Lamp vervangen  
 
 
KENTEKENPLAATVERLICHTING 
 
 
 
 
-   Draai de twee moeren los. 
   
-   Druk de pennen in. 
   
-   Neem indien nodig de stekker los 
om de het remlicht te verwijderen. 
   
-   Vervang de lamp.  
 
     
Met achterklep 
   
 
-   Wip het lampglas met behulp van 
een schroevendraaier los. 
   
-   Vervang de lamp. 
   
-   Breng het lampglas aan en druk het 
aan de bovenzijde vast.  
 
 
DERDE REMLICHT
 
 
Ty p e  A  , W16W - 16 W  
   
Met achterdeuren 
   
 
-   Maak de bekleding aan de 
binnenzijde los. 
   
-   Druk de borglip opzij en neem de 
stekker los. 
   
-   Draai de lamphouder een kwart 
omwenteling linksom. 
   
-   Vervang de lamp. 
   
-   Plaats de lamphouder terug en sluit 
de stekker weer aan. 
   
-   Plaats de bekleding terug.  
 
     
 
Type A 
, W5W - 5W  
Page 156 of 306

154
   
 
Zekering vervangen  
 
 
ZEKERINGEN VERVANGEN
 
De zekeringkasten bevinden zich: 
   
 
-   links aan de onderzijde van het 
dashboard (achter de klep), 
   
-   in de motorruimte (bij de accu).  
  De aanwijzingen in dit boekje hebben 
uitsluitend betrekking op zekeringen 
die met behulp van de speciale 
tang (achter het opbergvak aan de 
rechterzijde van het dashboard) door 
de gebruiker vervangen kunnen 
worden. Raadpleeg voor overige 
werkzaamheden het CITROËN-
netwerk of een gekwalifi ceerde 
werkplaats. 
   
Zekeringen vervangen 
 
 
Vervang een defecte zekering altijd 
door een zekering met dezelfde 
stroomsterkte. 
 
    Voor technici: raadpleeg voor 
alle informatie met betrekking tot 
zekeringen en relais de elektrische 
schema's van de "Reparatiemethoden" 
die verkrijgbaar zijn via het netwerk. 
  CITROËN is niet aansprakelijk voor 
kosten die voortvloeien uit storingen 
veroorzaakt door het monteren van 
extra accessoires die niet door het 
CITROËN-netwerk geleverd en 
aanbevolen zijn en niet volgens haar 
voorschriften gemonteerd zijn. Dit geldt 
met name voor apparatuur met een 
totaal stroomverbruik van meer dan 
10 milliampère.  
   Voordat u een zekering vervangt, dient 
u eerst de oorzaak van de storing op te 
sporen en te (laten) verhelpen. 
   
 
● 
  Gebruik de tang.   
Page 157 of 306

155
SNEL WEER OP WE
G
7
   
 
Zekering vervangen  
 
 
 
ZEKERINGEN DASHBOARD 
 
Kantel het opbergvak omlaag om bij de 
zekeringen te komen.    Zekering   
  F 
   Ampère   
  A 
   Functies 
  1  15  Ruitenwisser achter 
  2  -  Niet gebruikt 
  3  5  Airbag 
  4  10   Airconditioning, diagnoseaansluiting, bediening 
elektrisch verstelbare buitenspiegels, draadbundel 
koplampen 
  5  30  Elektrische ruitbediening 
  6  30  Sloten 
  7  5  Plafonnier achter, kaartleeslampje vóór 
  8  20   Autoradio, display, controlesysteem bandenspanning, 
sirene en inbraakalarm 
  9  30  12V-aansluiting voor en achter 
  10  15  Middenconsole 
  11   15  Contactslot circuit lage stroomsterkte 
  12  15  Regen-/lichtsensor, airbag 
  13  5  Instrumentenpaneel 
  14  15   Parkeerhulp, bediening automatische airconditioning, 
handsfree set 
  15  30  Sloten 
  16  -  Niet gebruikt 
  17  40  Achterruitverwarming, buitenspiegelverwarming  
Page 158 of 306

156
   
 
Zekering vervangen  
 
 
 
ZEKERINGEN INTERIEUR 
 
Zekering   
  F 
   Ampère   
  A 
   Functies 
  1  -  Niet gebruikt 
  2  20  Stoelverwarming 
  3  -  Niet gebruikt 
  4  15  Relais inklapbare buitenspiegels 
  5  15  Relais aansluiting koelapparatuur  
Page 159 of 306

157
SNEL WEER OP WE
G
7
   
 
Zekering vervangen  
 
 
 
ZEKERINGEN ONDER DE 
MOTORKAP 
  Maak de zekeringkast open en kantel 
deze omlaag om bij de zekeringen te 
komen.    Zekering   
  F 
   Ampère   
  A 
   Functie 
  1  20  Motormanagement 
  2  15  Claxon 
  3  10  Pomp ruitensproeiers voor en achter 
  4  20  Pomp koplampsproeiers 
  5  15  Motorcomponenten 
  6  10  Sensor verdraaiing stuurwiel, ESP 
  7  10  Rempedaalschakelaar, schakelaar koppelingspedaal 
  8  25  Startmotor 
  9  10  Motor koplampverstelling, parkeerhulpcomputer 
  10  30  Motorcomponenten 
  11   40  Niet gebruikt 
  12  30  Ruitenwissers 
  13  40  Intelligente servicecentrale (BSI) 
  14  30  Pomp 
  15  10  Grootlicht rechts 
  16  10  Grootlicht links 
  17  15  Dimlicht rechts 
  18  15  Dimlicht links  
Page 160 of 306

158
  Wisserbladen vervangen 
 
 
De ruitenwissers vóór in een 
speciale stand zetten 
   
 
-   Beweeg de ruitenwisserschakelaar 
binnen één minuut na het afzetten 
van het contact omlaag om de 
ruitenwissers naar de voorruitstijlen 
te bewegen (speciale stand).     
Vervangen van een wisserblad vóór 
   
 
-   Til de ruitenwisserarm op. 
   
-   Maak het wisserblad los en 
verwijder het. 
   
-   Monteer het nieuwe wisserblad. 
   
-   Zet de ruitenwisserarm terug.  
  Zet het contact aan en bedien 
de ruitenwisserschakelaar om de 
ruitenwissers in de ruststand te zetten.     
Vervangen van het wisserblad 
achter 
   
 
-   Til de ruitenwisserarm op, maak de 
clip los en verwijder het wisserblad. 
   
-   Monteer het nieuwe wisserblad en 
zet de ruitenwisserarm terug.  
 
 
 
WISSERBLADEN VERVANGEN