Hyundai Ioniq Electric 2017 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2017, Model line: Ioniq Electric, Model: Hyundai Ioniq Electric 2017Pages: 566, PDF Size: 44.45 MB
Page 21 of 566
H14
LLAA AA DDIINN DDIICC AA TTIIEE LLAA MM PPJJEE EE LLEE KK TTRR IISS CC HH EE AA UU TTOO
Laadstatus
Bij het laden van de
hoogspanningsbatterij kan het
laadniveau van buiten de auto
worden gecontroleerd.
OAEEQ016025
Werking laadindicatielampjeDetails(1)(2)(3)
(UIT) (UIT) (UIT)Laadt niet
Knippert (UIT) (UIT)
Laden
0~33%
(AAN)Knippert (UIT)34~66%
(AAN) (AAN)Knippert67~99%
(AAN) (AAN) (AAN)Volledig geladen (100%) (gaat UIT na 5 seconden)
KnippertKnippertKnippertStoring bij laden
(UIT) (UIT)KnippertLaden van 12V-accu of airconditioning ingeschakeld op
gepland tijdstip
(UIT)Blink (UIT)Geplande laadprocedure wordt uitgevoerd
(gaat UIT na 3 minuten)
Page 22 of 566
H15
AUTO/LOCK-modus laadstekker
U kunt selecteren of de laadstekker
wel of niet vergrendeld moet wordenin de laadaansluiting.
Druk op de knop om te wisselen
tussen de AUTO-modus en de
LOCK-modus.
Als de laadstekker vergrendeldis
LOCK-modus (controlelampje knop uit):
De stekker vergrendelt als de
laadstekker in de laadaansluiting
gestoken wordt. De stekker blijft
vergrendeld totdat alle portieren
door de bestuurder worden
ontgrendeld. Deze modus kan
worden gebruikt om diefstal van de
laadkabel te voorkomen.
- Als de laadstekker ontgrendeldwordt wanneer alle portieren zijn
ontgrendeld, maar de laadkabel
niet binnen 10 seconden wordt
losgenomen, wordt de stekkerautomatisch opnieuw
vergrendeld. - Als de laadstekker ontgrendeld
wordt wanneer alle portieren
worden ontgrendeld maar alle
portieren weer worden
vergrendeld, wordt de stekkerdirect automatisch opnieuw
vergrendeld.
AUTO-modus (controlelampje knop aan):
De stekker vergrendelt zodra het
laden begint. De stekker
ontgrendelt als het laden is
voltooid. Deze modus kan worden
gebruikt tijdens het laden bij eenopenbaar laadstation.
LLAA AADDSSTT EEKK KKEERR VV EERR GG RREENN DDEELLIINN GG
OAEEQ016059
LOCKAUTO
Vóór het ladenOX
Tijdens het ladenOO
Na het ladenOX
Page 23 of 566
H16
Geplande laadprocedure
(indien van toepassing)
U kunt voor uw auto eenlaadprocedure plannen via de AVN
of de Blue Link-applicatie.
Raadpleeg het multimedia-
instructieboekje of het Blue Link-
instructieboekje voor
gedetailleerde informatie over het
plannen van een laadprocedure.
Een geplande laadprocedure kan alleen worden uitgevoerd met een
normale lader of de draagbare
lader (ICCB: In-Cable Control Box). Als er een laadprocedure is
gepland en de normale lader of
draagbare lader (ICCB: In-Cable
Control Box) is aangesloten, gaathet middelste controlelampje
knipperen (3 minuten) om aan te
geven dat er een laadprocedure isgepland. Als er een laadprocedure is
gepland begint het laden niet direct
als de normale lader of de
draagbare lader (ICCB: In-Cable
Control Box) wordt aangesloten.
Als wel direct met laden begonnen
moet worden, moeten de
instellingen voor de geplande
laadprocedure met de AVN worden
gedeactiveerd of moet de knop
voor het deactiveren van degeplande laadprocedure
( ) worden ingedrukt.
OAEEQ016026
GGEEPP LLAA NN DDEE LL AA AADDPPRR OO CCEE DD UU RREE
Page 24 of 566
H17
Als u op de knop voor hetdeactiveren van de geplande
laadprocedure ( ) heeft gedrukt
om direct met het laden van de
hoogspanningsbatterij te beginnen,
moet het laden binnen 3 minuten na
het aansluiten van de laadkabelbeginnen.
Als u op de knop voor het
deactiveren van de geplande
laadprocedure ( ) heeft gedrukt omdirect met het laden te beginnen,
zijn de instellingen voor de geplande
laadprocedure niet volledig
gedeactiveerd. Als u de instellingen
voor de geplande laadprocedure
compleet wilt deactiveren, gebruikt u
de AVN om het deactiveren te
voltooien. Raadpleeg "Normale laadprocedure
of Druppellaadprocedure" voor
details over het aansluiten van de
normale lader en de draagbare lader
(ICCB: In-Cable Control Box).
OAEEQ016027
Page 25 of 566
H18
Voorzorgsmaatregelen voor laden
Het werkelijke uiterlijk en de
laadmethode van de lader kunnen
verschillen, afhankelijk van de
fabrikant van de lader.
De elektromagnetische golven
die de lader produceert
kunnen ernstige problemen
veroorzaken in medische
apparaten, zoals een
geïmplanteerde pacemaker.
Vraag, als u medische
apparaten, zoals een
geïmplanteerde pacemaker,
gebruikt, aan uw arts en de
fabrikant van de lader of het
laden van uw elektrische auto
effect heeft op de werking van
de apparatuur.
Controleer voor het aansluiten
van de lader op de
laadaansluiting of er geenwater of stof aanwezig is in de
laadkabelstekker en plug. Het
aansluiten van de lader terwijler water of stof in delaadkabelstekker en plug
aanwezig is, kan brand of een
elektrische schok veroorzaken.
WAARSCHUWING
Raak bij het aansluiten van de kabel op de lader en delaadaansluiting op de auto de
laadstekker, de laadplug en delaadaansluiting niet aan.
Volg onderstaande
aanwijzingen op om een
elektrische schok bij het
laden te voorkomen:
- Gebruik een waterdichtelader.
- Wees voorzichtig bij het aanraken van de laadstekker en laadkabel als uw handennat zijn of als u in een plaswater of sneeuw staat bij het
aansluiten van de laadkabel.
- Wees voorzichtig als het bliksemt.
- Wees voorzichtig als de laadstekker en de laadplugnat zijn.
WAARSCHUWING
VV OO OO RRZZOO RRGG SSMM AAAATTRR EEGG EELLEE NN VV OO OORR LL AA DDEENN EE LLEE KK TTRR IISS CC HH EE AA UU TTOO
OLFP0Q5007K
■
Normale laadprocedure
OAEEQ016023
■
Snellader
Page 26 of 566
H19
Onderbreek de laadprocedure direct als u abnormale
symptomen signaleert (stank,
rook).
Vervang de laadkabel als de
isolatie beschadigd is om een
elektrische schok te
voorkomen.
Pak bij het aansluiten of
verwijderen van de laadkabelde laadstekker en de laadplug
vast bij de hendel.
Als u aan de kabel zelf trekt
(in plaats van aan de hendel)kan de bedrading in de kabel
losgetrokken of beschadigd
worden. Dat kan een
elektrische schok of brand
veroorzaken.
WAARSCHUWING
Houd de laadstekker en de
laadplug altijd schoon en
droog. Berg de laadkabel op in
een droge en dampvrije
omgeving.
Gebruik voor het laden van de
elektrische auto uitsluitend
een speciaal daarvoor
ontwikkelde lader. Gebruik vaneen ander type lader kan
defecten veroorzaken.
Zet voor het laden van de hoogspanningsbatterij de auto
UIT.
Als de auto tijdens het laden
UIT wordt gezet, kan de
koelventilator in de
motorruimte automatisch
ingeschakeld worden. Raak de
koelventilator niet aan tijdenshet laden.
Laat de laadstekker niet vallen.
Hierdoor kan hij beschadigdraken.
OPMERKING
Page 27 of 566
H20
Normale laadprocedure
Het werkelijke uiterlijk en de
laadmethode van de lader kunnen
verschillen, afhankelijk van de
fabrikant van de lader.
Aansluiten van normale lader
1. Trap het rempedaal in en activeerde parkeerrem.
2. Zet alle schakelaars UIT, zet de transmissie in stand P (parkeren)
en zet de auto UIT.
Als de laadprocedure gestart
wordt zonder dat de transmissie in
stand P (parkeren) staat, begint
het laden nadat de transmissie
automatisch in stand P (parkeren)
is gezet. 3. Druk op de schakelaar ( ) om de
klep van de laadaansluiting te
openen. De schakelaar voor het
openen van de klep van de
laadaansluiting kan alleen wordenbediend als de auto is
uitgeschakeld.
4. Als de klep van de laadaansluiting door bevriezing niet geopend kan
worden :
1) Verwijder al het ijs rond de klep van de laadaansluiting.
2) Trek aan de
noodontgrendelingskabel om
de klep van de laadaansluitingte openen.
(Als de klep van delaadaansluiting niet opengaat,
raadpleeg dan "Openen kleplaadaansluiting innoodsituatie".)
LL AA DDEENN VV AA NN EE LLEE KK TTRR IISS CC HH EE AA UU TTOO (( NN OO RRMM AALLEE LL AA AA DDPPRR OO CCEE DD UU RREE))
OLFP0Q5007K
■
Normale laadprocedure
OAEEQ016063L
Page 28 of 566
H21
5. Verwijder de afdekkap van delaadaansluiting (1).
6. Controleer of er stof in de laadstekker en de laadaansluiting zit. 7. Hou de laadstekkerhendel vast en
sluit de laadstekker aan op de
laadaansluiting voor de normale
lader. Druk de stekker aan totdat u
een klikkend geluid hoort. Als de
laadstekker en de laadaansluiting
niet goed contact maken, kan er
brand ontstaan. Informatie
AUTO/LOCK-modus laadstekker
De laadstekker wordt vergrendeld in
de aansluiting op een moment dat kan
variëren afhankelijk van de
geselecteerde modus.
LOCK-modus: De stekker vergrendelt als de laadstekker in de
laadaansluiting gestoken wordt.
AUTO-modus: De stekker vergrendelt zodra het laden begint.
Zie "Laadstekker AUTO/LOCK-
modus" in dit hoofdstuk voor meer
informatie.
i
OAEEQ016064LOAEEQ016031L
Page 29 of 566
H22
LLAA DDEENN VV AA NN EE LLEE KK TTRR IISS CC HH EE AA UU TTOO (( NN OO RRMM AALLEE LL AA AA DDPPRR OO CCEE DD UU RREE)) (( VV EERR VV OO LLGG ))
8. Sluit de laadplug aan op de
elektrische aansluiting van de
normale lader om te beginnen metladen. 9. Controleer of het
laadindicatielampje voor de
hoogspanningsbatterij in het
instrumentenpaneel AAN gaat.
Als het laadindicatielampje UIT is,
wordt de hoogspanningsbatterijniet geladen.
Als de laadstekker en de laadplug niet goed op elkaar aangeslotenzijn, dan moet de laadkabel
nogmaals aangesloten wordenom te beginnen met laden. Informatie
Hoewel laden mogelijk is terwijl de startknop in stand ON/START
staat, adviseren we u vanwege de
veiligheid om met laden te beginnen
als de startknop in stand OFF staat
en de transmissie in stand P
(parkeren). Nadat het laden
begonnen is, kunt u elektrische
systemen zoals de radio gebruiken
door de startknop in stand ACC of
ON te zetten.
Tijdens het normaal laden kan de radio-ontvangst slecht zijn.
Tijdens het laden kan de transmissie niet uit stand P (parkeren) in een
andere stand gezet worden.
i
OLFP0Q5007K
■
Normale laadprocedureOAEEQ016032
Page 30 of 566
H23
10. Nadat het laden gestart is, wordtde geschatte laadtijd gedurende
ongeveer 1 minuut weergegeven
op het instrumentenpaneel.
Als u tijdens het laden het
bestuurdersportier opent, wordt
de geschatte laadtijd eveneens
gedurende ongeveer 1 minuut
weergegeven op het
instrumentenpaneel. Als er een laadprocedure is
gepland, wordt de geschatte
laadtijd weergegeven als "--". Informatie
Afhankelijk van de conditie en de
ouderdom van de
hoogspanningsbatterij, de specificaties
van de lader en de
omgevingstemperatuur kan de laadtijd
van de hoogspanningsbatterij variëren.
Ontgrendelen klep laadaansluiting in noodsituatie
Als de klep van de laadaansluiting
niet geopend kan worden door een
ontladen accu of een storing in de
bedrading, kan de klep worden
geopend door de achterklep teopenen en aan de
noodontgrendelingskabel te trekken,
zoals hierboven is afgebeeld.
Hierdoor gaat de klep van delaadaansluiting open.
i
OAEE046010
OAEE046193L