TOYOTA BZ4X 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: BZ4X, Model: TOYOTA BZ4X 2022Pages: 610, PDF Size: 96.21 MB
Page 41 of 610

WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Toyota adviseert met klem gebruik temaken van een geschikt zitje dat past
bij het gewicht en de lengte van het
kind en dat op de achterstoel is
geplaatst. In ongevallenstatistieken
is aangetoond dat kinderen minder
verwondingen oplopen als zij op de
achterstoelen op de juiste wijze
vastzitten dan als zij op de voorstoel
zitten.
• Het vasthouden van een kind in de armen is geen vervanging voor een
baby- of kinderzitje. Bij een ongeval
kan een kind dan de voorruit raken of
klem komen te zitten tussen degene
die het kind vasthoudt en delen van
het interieur.
Behandelen van baby- en kinderzitjes
Als het baby- of kinderzitje niet goed
wordt vastgezet, kan het kind of een
andere passagier bij plotseling
remmen, een uitwijkmanoeuvre of een
aanrijding ernstig letsel oplopen.
• Als de auto een hevige impact te verduren krijgt, bijvoorbeeld als
gevolg van een ongeval, kan er
schade ontstaan aan het baby- of
kinderzitje die niet direct zichtbaar
is. Gebruik het baby- of kinderzitje in
dergelijke gevallen niet meer.
• Afhankelijk van het baby- of kinderzitje kan het zijn dat dit
moeilijk of onmogelijk kan worden
geplaatst. Controleer in dergelijke
gevallen of het baby- of kinderzitje
geschikt is voor plaatsing in de auto.
(→Blz. 41) Houdt u zich bij het
plaatsen en gebruik aan de
voorschriften voor het vastzetten
van het zitje in deze handleiding en
de handleiding van het baby- of
kinderzitje. Lees deze voorschriften
zorgvuldig.
• Laat het zitje goed vastzitten op de stoel, zelfs als het niet wordt
gebruikt. Plaats het baby- of
kinderzitje niet los in het
passagierscompartiment.
WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Als het zitje moet wordenlosgemaakt, verwijder het dan uit de
auto of berg het veilig op in de
bagageruimte.
Bij gebruik van een baby- of kinderzitje
Als er een baby- of kinderzitje op de
voorpassagiersstoel wordt geplaatst
Plaats voor de veiligheid van het kind een
baby- of kinderzitje op een achterstoel.
Als het plaatsen van een zitje op de
voorpassagiersstoel onvermijdelijk is, stel
dan de stoel als volgt af en plaats het
baby- of kinderzitje:
• Zet de rugleuning zo veel mogelijk rechtop.
Indien er bij het plaatsen van een in de
rijrichting geplaatst kinderzitje een
opening aanwezig is tussen het
kinderzitje en de rugleuning, stel de
rugleuning dan af totdat het zitje en
de rugleuning goed contact maken.
• Schuif de voorstoel helemaal naar achteren.
• Zet de zitting in de hoogste stand.
• Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de plaatsing
van het baby- of kinderzitje hindert.
Zet anders de hoofdsteun in de
hoogste stand.
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
39
1
Veiligheid en beveiliging
Page 42 of 610

WAARSCHUWING!
Bij gebruik van een baby- of
kinderzitje
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Het niet
in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan dodelijk of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
• Gebruik nooit een tegen derijrichting in geplaatst baby- of
kinderzitje op de voorpassagiersstoel
als de aan/uit-schakelaar voor de
airbag in stand ON staat. (→Blz. 36)
Bij een ongeval kan het kind ernstig
letsel oplopen door de kracht
waarmee de voorpassagiersairbag
wordt geactiveerd.
• Een waarschuwingslabel op de zonneklep aan passagierszijde geeft
aan dat het niet is toegestaan om
een tegen de rijrichting in geplaatst
baby- of kinderzitje op de
voorpassagiersstoel te plaatsen.
In onderstaande afbeelding is het label in detail te zien.
WAARSCHUWING!
WAARSCHUWING!
• Plaats een in de rijrichting geplaatst baby- of kinderzitje alleen op de
voorstoel als het niet anders kan. Als
er een zitje waarin het kind met het
gezicht in de rijrichting zit op de
voorpassagiersstoel wordt
geplaatst, moet de stoel zo ver
mogelijk naar achteren worden
geschoven. Als dat niet gedaan
wordt, kan er dodelijk of ernstig
letsel ontstaan als de airbags
geactiveerd worden.
• Laat een kind niet met het hoofd ofeen ander lichaamsdeel tegen het
portier leunen of tegen dat deel van
de stoel, de voor- of achterstijlen of
de dakzijrails leunen waarin de side
airbags of de curtain airbags zijn
ondergebracht, ook niet als het kind
in een baby- of kinderzitje zit.
Anders kan het kind ernstig letsel
oplopen als bij een aanrijding de side
airbags of de curtain airbags worden
geactiveerd.
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
40
Page 43 of 610

WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Controleer als er een zitkussengeplaatst is altijd of de
schoudergordel over het midden van
de schouder van het kind loopt. De
gordel mag niet langs de nek van het
kind lopen, maar mag ook niet van
de schouder van het kind vallen.
• Gebruik een baby- of kinderzitje dat past bij de leeftijd en de grootte van
het kind en plaats dit op de
achterstoel.
• Als het kinderzitje niet goed gemonteerd kan worden omdat de
bestuurdersstoel in de weg zit, moet
het kinderzitje rechts achterin
(auto's met linkse besturing) of links
achterin (auto's met rechtse
besturing) worden gemonteerd.
(→Blz. 46)
Geschiktheid baby- en kinderzitjes voor
elke zitpositie
Geschiktheid baby- en kinderzitjes voor
elke zitpositie
De geschiktheid voor elke zitpositie bij
een baby- of kinderzitje (→blz. 42) geeft
met symbolen aan welke typen baby- of
kinderzitjes kunnen worden gebruikt en
de mogelijke zitposities bij het plaatsen.
Ook kunt u het aanbevolen baby- of
kinderzitje dat geschikt is voor uw kind
selecteren. Raadpleeg anders [Informatie
aanbevolen baby- en kinderzitjes] voor
de aanbevolen baby- of kinderzitjes.
(→Blz. 46)
Controleer het geselecteerde baby- of
kinderzitje en het volgende [Voordat u de
geschiktheid van elke zitpositie bij een
baby- of kinderzitje controleert].
Voordat u de geschiktheid van elke
zitpositie bij een baby- of kinderzitje
controleert
1. Controleer de normen van het baby- of kinderzitje.
Gebruik een baby- of kinderzitje dat
voldoet aan de VN ECE R44
*1-ofVN
ECE R129*1, 2-norm.
Het onderstaande erkende keurmerk
staat op de baby- en kinderzitjes.
Controleer of het baby- of kinderzitje
is voorzien van het juiste keurmerk.
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
41
1
Veiligheid en beveiliging
Page 44 of 610

Voorbeeld van het weergegeven
nummer van het voorschrift
ATypegoedkeuringsmerk VN ECE
R44*3
De gewichtsklasse van kinderen die in
aanmerking komen voor een zitje met
het typegoedkeuringsmerk VN ECE
R44 wordt weergegeven.
BTypegoedkeuringsmerk VN ECE R129*3
De lengtecategorie en gewichtsklasse
van kinderen die in aanmerking
komen voor een zitje met het
typegoedkeuringsmerk VN ECE
R129 worden weergegeven.
2. Controleer de categorie van het baby- of kinderzitje.
Controleer het
typegoedkeuringsmerk van het baby-
of kinderzitje om te zien voor welke
van de onderstaande categorieën het
zitje geschikt is.
Indien u twijfelt, controleer dan de
gebruikershandleiding van het baby-
of kinderzitje of neem contact op met
de verkoper van het zitje.
• “universeel”
• “semi-universeel”
• “beperkt”
• “voertuigspecifiek”
*1VN ECE R44 en VN ECE R129 zijn
voorschriften van de VN voor baby- en
kinderzitjes.
*2De in de tabel genoemde baby- en
kinderzitjes zijn mogelijk niet
verkrijgbaar buiten de EU.
*3Het weergegeven keurmerk kan per
product verschillend zijn.
Geschiktheid van elke zitpositie bij een
baby- of kinderzitje
Auto's met linkse besturing
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
42
Page 45 of 610

Auto's met rechtse besturing
Uitschakelen van voorpas-
sagiersairbag.
Inschakelen van voorpassa-
giersairbag. Gebruik nooit
een tegen de rijrichting in
geplaatst baby- of kinder-
zitje op de voorpassagiers-
stoel als de aan/uit-
schakelaar voor de airbag in
stand ON staat.
Geschikt voor een “univer-
seel” baby- of kinderzitje
vastgezet met een veilig-
heidsgordel.
Geschikt voor een in de rij-
richting geplaatst “univer-
seel” baby- of kinderzitje
vastgezet met een veilig-
heidsgordel.
Geschikt voor een baby- of
kinderzitje dat is vermeld in
de informatie met betrek-
king tot aanbevolen baby-
en kinderzitjes.
Geschikt voor i-Size- en
ISOfix-baby- of kinderzitjes.
Met een bevestigingspunt
voor de bovenste gordel.
*1Schuif de voorstoel helemaal naar
achteren. Als de hoogte van de
passagiersstoel kan worden versteld, dan
moet deze in de hoogste positie staan.
*2Zet de rugleuning zo veel mogelijk
rechtop. Indien er bij het plaatsen van een
in de rijrichting geplaatst kinderzitje een
opening aanwezig is tussen het
kinderzitje en de rugleuning, stel de
rugleuning dan af totdat het zitje en de
rugleuning goed contact maken.
*3Verwijder indien mogelijk de
hoofdsteun indien deze de werking van
het baby- of kinderzitje hindert. Zet
anders de hoofdsteun in de hoogste
stand.
*4: Niet geschikt voor baby- of
kinderzitjes met steunpoot.
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
43
1
Veiligheid en beveiliging
Page 46 of 610

Meer informatie over het plaatsen van baby- en kinderzitjes
Zitpositie
Stoelpositienummer
*2
Aan/uit-schakelaar airbag ON OFF
Zitpositie geschikt voor uni-verseel zitje vastgezet met gordel (Ja/Nee)
*1
Ja
Alleen in de rijrichting Ja Ja Ja Ja
Zitpositie i-Size (Ja/Nee) Nee Nee Ja Nee Ja
Zitpositie geschikt voor zij- waarts geplaatst zitje (L1/ L2/Nee) Nee Nee Nee Nee Nee
Geschikte bevestiging voor tegen de rijrichting in ge-
plaatst zitje (R1/R2X/R2/R3/ Nee) Nee Nee
R1, R2X,
R2, R3 NeeR1, R2X,
R2, R3
Geschikte bevestiging voor in de rijrichting geplaatst zitje (F2X/F2/F3/Nee) Nee Nee
F2X, F2,
F3 NeeF2X, F2,
F3
Geschikte bevestiging voor zitkussen (B2/B3/Nee) Nee Nee B2, B3 Nee B2, B3
*1Alle universele categorieën (groep 0, 0+, I, II en III).
*2Niet geschikt voor baby- of kinderzitjes met steunpoot.
Toyota raadt gebruikers aan om gebruik te maken van zitpositie
en.
ISOfix-baby- of kinderzitjes worden onderverdeeld in verschillende “bevestigingen”. Het
baby- of kinderzitje kan worden gebruikt voor de zitposities voor de in de bovenstaande
tabel genoemde “bevestigingen”. Raadpleeg de onderstaande tabel voor het soort
“bevestiging”. Als uw baby- of kinderzitje geen soort “bevestiging” heeft (of wanneer u de
informatie niet in de onderstaande tabel kunt vinden), raadpleeg dan de “voertuiglijst”
van het baby- of kinderzitje voor informatie over de geschiktheid of informeer bij de
verkoper van uw kinderzitje.
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
44
Page 47 of 610

Gewichts-groepen Gewicht kind Klasse ISO-
bevesti- ging Beschrijving
0 minder dan 10 kg ER1
Tegen de rijrichting in geplaatst
babyzitje
FL1 Naar links gericht babyzitje (reis-
wieg)
GL2 Naar rechts gericht babyzitje
(reiswieg)
0+ minder dan 13 kg CR3
Tegen de rijrichting in geplaatst
baby- of kinderzitje, volledig for- maat
DR2 Tegen de rijrichting in geplaatst
baby- of kinderzitje, kleiner for- maat
— R2X Tegen de rijrichting in geplaatst
baby- of kinderzitje, kleiner for- maat
ER1 Tegen de rijrichting in geplaatst
babyzitje
I 9-18kg AF3
In de rijrichting geplaatst baby-
of kinderzitje, volledige hoogte
BF2 In de rijrichting geplaatst baby-
of kinderzitje, verlaagd
B1 F2X In de rijrichting geplaatst baby-
of kinderzitje, verlaagd
CR3 Tegen de rijrichting in geplaatst
baby- of kinderzitje, volledig for- maat
DR2 Tegen de rijrichting in geplaatst
baby- of kinderzitje, kleiner for- maat
II 15-25kg
— B2, B3 Zitkussen
III 22-36kg
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
45
1
Veiligheid en beveiliging
Page 48 of 610

Informatie aanbevolen baby- en kinderzitjes
Aanbevolen baby- ofkinderzitje MaatPlaatsings-
richting Bevestiging
Vastgezet met een onderste
bevestigings- punt Vastgezet met
een veilig-
heidsgordel
MAXI COSI CABRIOFIX Minder dan
13 kg Alleen in de
rijrichting Niet van toe-
passing Ja
BRITAX TRIFIX 2 i-SIZE 76 - 105 cm
Alleen in de
rijrichting JaNiet van toe-
passing
9-18kg
TOYOTA KIDFIX i-SIZE
*
TOYOTA KIDFIX 2S*
100 - 150 cm Alleen in de
rijrichting Ja Nee
15-36kg
TOYOTA MAXI PLUS 15 - 36 kg Alleen in de
rijrichting Ja Nee
*Geleid de veiligheidsgordel door de SecureGuard om deze vast te maken.
De in de tabel genoemde baby- en kinderzitjes zijn mogelijk niet verkrijgbaar buiten de EU
en het Verenigd Koninkrijk.
Bij het vastzetten van sommige typen
baby- of kinderzitjes op de achterstoel
kunnen de veiligheidsgordels op de
plaatsen naast het zitje mogelijk niet
goed worden gebruikt en komen ze
mogelijk in aanraking met het zitje. Ook
kan de werking van de veiligheidsgordel
negatief worden beïnvloed. Draag uw
veiligheidsgordel goed aansluitend over
uw schouder en laag over uw heupen.
Wanneer dit niet het geval is of wanneer
hij in aanraking komt met het zitje, ga dan
ergens anders zitten. Het niet in acht
nemen van de voorzorgsmaatregelen kan
dodelijk of ernstig letsel tot gevolg
hebben.
• Verstel bij het plaatsen van een baby- of kinderzitje op de achterstoelen de
voorstoel zodanig dat deze niet in
aanraking komt met het kind of het
baby- of kinderzitje.
• Indien bij het plaatsen van een kinderzitje met steunvoet de
rugleuning in de weg zit wanneer u
het zitje op de steunvoet wilt
bevestigen, zet dan de rugleuning
naar achteren tot er voldoende ruimte
is. • Als het schouderbevestigingspunt van
de veiligheidsgordel zich vóór de
gordelgeleider van het kinderzitje
bevindt, verplaatst u de zitting naar
voren.
• Indien bij het plaatsen van een zitkussen het kind in het baby- of
kinderzitje erg rechtop zit, zet u de
rugleuning in een comfortabelere
stand. En als het
schouderbevestigingspunt van de
veiligheidsgordel zich vóór de
gordelgeleider van het kinderzitje
bevindt, verplaatst u de zitting naar
voren.
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
46
Page 49 of 610

• Geleid bij gebruik van een kinderzitjemet SecureGuard het heupgedeelte
van de gordel door de SecureGuard
Azoals aangegeven in de
afbeelding.
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
47
1
Veiligheid en beveiliging
Page 50 of 610

Plaatsingsmethode baby- of kinderzitje
Controleer aan de hand van de bij het baby- of kinderzitje bijgesloten handleiding de
plaatsing van het zitje.
PlaatsingsmethodeBladzijde
Bevestiging met veilig- heidsgordels
Blz. 49
Bevestiging onderste
ISOfix-bevestigingspunt
Blz. 50
Bevestiging bevestigings- punt bovenste gordel
Blz. 51
1 .2 Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
48