TOYOTA RAV4 PLUG-IN HYBRID 2022 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: RAV4 PLUG-IN HYBRID, Model: TOYOTA RAV4 PLUG-IN HYBRID 2022Pages: 610, PDF Size: 139.2 MB
Page 171 of 610

Inschakelen/uitschakelen van het
head-up display
Druk op
om het head-up display in of
uit te schakelen.
Wijzigen van de instellingen van het
head-up display
Houd
ingedrukt om het instelscherm
weer te geven en de volgende
instellingen te wijzigen:
• Helderheid en verticale positie van
het head-up display
Hiermee kunnen de helderheid en de
verticale positie van het head-up
display worden ingesteld.
• Informatie op het display
Hiermee kunt u de weergave wijzigen
tussen de onderwerpen:
– Geen inhoud
– Hybridesysteemindicator
– Toerenteller
Hiermee kan de weergave van de
volgende onderwerpen worden in-
of uitgeschakeld:
– Routebegeleiding naar de
bestemming (indien van
toepassing)
– Weergave informatie
ondersteunend systeem
– Kompas (indien aanwezig)
– Status bediening audiosysteem
• Hoek display
Hiermee kan de hoek van het head-up
display worden ingesteld.
Inschakelen/uitschakelen van het
head-up display
Als het head-up display is uitgeschakeld,
blijft het uitgeschakeld als het contact
UIT en vervolgens weer AAN wordt gezet.
Helderheid display
De helderheid van het head-up display
kan worden ingesteld via het scherm
op het multi-informatiedisplay.
Bovendien wordt de helderheid
automatisch aangepast aan de
lichtsterkte van de omgeving.
WAARSCHUWING!
Waarschuwing met betrekking tot
het instellen van het head-up display
Als het hybridesysteem in werking is
tijdens het wijzigen van de
display-instellingen, dient de auto te
worden geparkeerd op een plaats met
voldoende ventilatie. In een afgesloten
ruimte, zoals een garage, kunnen
uitlaatgassen die het schadelijke
koolmonoxide (CO) bevatten, zich
ophopen en in de auto terechtkomen.
Dit kan leiden tot de dood of zeer
schadelijk zijn voor de gezondheid.
OPMERKING
Bij het wijzigen van de instellingen van
het head-up display
Zorg ervoor dat het hybridesysteem
tijdens het instellen van het head-up
display draait, om te voorkomen dat de
12V-accu ontladen raakt.
Informatie ondersteunend systeem/aan
navigatiesysteem gekoppelde
displayzone (indien aanwezig)
Weergave informatie ondersteunend
systeem
Hiermee wordt de status van de volgende
systemen weergegeven:
• LTA (Lane Tracing Assist) (indien
aanwezig) (→blz. 289)
• Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik (indien
aanwezig) (→blz. 302)
Er wordt dezelfde informatie
weergegeven als op het
instrumentenpaneel. Zie de beschrijving
van de desbetreffende systemen voor
meer informatie.
3.1 Instrumentenpaneel
169
3
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
Page 172 of 610

Aan navigatiesysteem gekoppelde
displayzone (indien aanwezig)
De volgende gegevens van het
navigatiesysteem worden weergegeven:
• Straatnaam
• Routebegeleiding naar bestemming
• Kompas
Pop-updisplay
Pop-updisplays voor de onderstaande
systemen worden indien nodig
weergegeven:
Ondersteunende systemen
Geeft een waarschuwing/melding/tip of
de bedrijfsstatus van een relevant
systeem weer.
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
(indien aanwezig) (→blz. 281)
• Brake Override-systeem (→blz. 233)
• Wegrijregeling (→blz. 233)
• Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten) (indien
aanwezig) (→blz. 351)
Er wordt dezelfde informatie
weergegeven als op het multi-
informatiedisplay. Zie de beschrijving
van de desbetreffende systemen voor
meer informatie.
Icoon
/
De volgende aan het multi-
informatiedisplay gekoppelde iconen
kunnen worden weergegeven:
: Centrale waarschuwingsicoon
Wordt weergegeven als op het
multi-informatiedisplay een
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven.
: Informatie-icoon
Wordt weergegeven als op het
multi-informatiedisplay een
pop-updisplay met een suggestie/tip
wordt weergegeven.Waarschuwingsmelding
Sommige waarschuwingsmeldingen
worden indien nodig weergegeven,
overeenkomstig bepaalde voorwaarden.
Er wordt dezelfde informatie
weergegeven als op het multi-
informatiedisplay. Zie de beschrijving van
de desbetreffende systemen voor meer
informatie.
Status bediening audiosysteem
Wordt weergegeven wanneer de
bedieningstoetsen voor het
audiosysteem op het stuurwiel worden
bediend.
Status handsfree-systeem (indien
aanwezig)
Wordt weergegeven als het
handsfree-systeem wordt bediend.
Weergave buitentemperatuur
Weergegeven als het contact AAN staat
of als het controlelampje lage
buitentemperatuur knippert.
Wanneer er een pop-updisplay wordt
weergegeven
Wanneer er een pop-updisplay wordt
weergegeven, wordt het actuele display
mogelijk niet langer weergegeven. In dat
geval keert het display terug zodra het
pop-updisplay is verdwenen.
Weergave buitentemperatuur
• Wanneer de omgevingstemperatuur
ongeveer 3°C of lager is, gaat
gedurende ongeveer 10 seconden
knipperen en dooft de weergave van
de buitentemperatuur.
• Onder de volgende omstandigheden
wordt mogelijk niet de juiste
buitentemperatuur weergegeven of
duurt het langer voordat de weergave
wordt gewijzigd:
– Wanneer de auto stilstaat (inclusief
wanneer “Mijn ruimte-modus”
wordt gebruikt) of met lage
snelheid rijdt (lager dan 20 km/h)
3.1 Instrumentenpaneel
170
Page 173 of 610

– Wanneer de buitentemperatuur
plotseling verandert (bijvoorbeeld
bij het in- of uitrijden van een
garage of tunnel)
• Wanneer -- of E wordt weergegeven,
zit er mogelijk een storing in het
systeem. Laat de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Hybridesysteemindicator/toerenteller
De informatie op het display die wordt
geselecteerd via “HUD Driving Support”
(rijondersteuning HUD) op het scherm
wordt weergegeven. (→Blz. 169)
Hybridesysteemindicator
ALaadgebied
BHybride eco-gebied
CEco-gebied
DPower-gebied
Er wordt dezelfde informatie
weergegeven als op het
multi-informatiedisplay
(hybridesysteemindicator).
Zie blz. 154 voor meer informatie.
Toerenteller
Geeft het motortoerental aan in
omwentelingen per minuut.
3.1.5 Energiemonitor/
verbruiksscherm
U kunt de status van uw auto zien op het
multi-informatiedisplay en op het scherm
van het audiosysteem
*(indien aanwezig).
*Navigatiesysteem of multimediasysteem
Systeemonderdelen
AScherm audiosysteem (indien
aanwezig)
BMulti-informatiedisplay
CBedieningstoetsen
instrumentenpaneel (→blz. 157)
Energiemonitor
De energiemonitor kan worden gebruikt
om de rijstatus van de auto, de
bedrijfsstatus van het hybridesysteem en
de energieregeneratiestatus te
controleren.
Weergave
Multi-informatiedisplay
Druk op
ofvan de
bedieningstoetsen van het
instrumentenpaneel op het stuurwiel,
selecteer
en druk vervolgens opofom de energiemonitor weer te
geven.
Scherm audiosysteem (zonder
navigatiefunctie)
1. Druk op de toets MENU.
2. Selecteer “Info” op het scherm
“Menu”.
3.1 Instrumentenpaneel
171
3
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
Page 174 of 610

Als een ander scherm dan
“Energiemonitor” wordt
weergegeven, selecteert u “Energie”.
Scherm audiosysteem (met
navigatiefunctie)
1. Druk op de toets MENU.
2. Selecteer “Info” op het scherm
“Menu”.
3. Selecteer ECO op het scherm
“Informatie”.
Als een ander scherm dan
“Energiemonitor” wordt
weergegeven, selecteert u “Energie”.
Het display aflezen
De pijlen verschijnen overeenkomstig de
energiestroom. Wanneer er geen
energiestroom is, worden er geen pijlen
weergegeven.
De kleur van de pijlen wijzigt als volgt:
Groen: Als het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt geregenereerd of
opgeladen.
Geel: Als het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt gebruikt.
Rood: Als de benzinemotor wordt
gebruikt.
Multi-informatiedisplay
In de afbeelding worden alle pijlen ter
illustratie weergegeven. De
daadwerkelijke weergave is afhankelijk
van de omstandigheden.
ABenzinemotor
BBatterijpakket (tractiebatterij)
CBanden voor
DBanden achter
Scherm audiosysteem (behalve tijdens
laden)
In de afbeelding worden alle pijlen ter
illustratie weergegeven. De
daadwerkelijke weergave is afhankelijk
van de omstandigheden.
ABenzinemotor
BElektromotor voor (tractiemotor)
CBatterijpakket (tractiebatterij)
DElektromotor achter (tractiemotor)
EBanden voor
FBanden achter
Scherm audiosysteem (tijdens laden)
In de afbeelding worden alle pijlen ter
illustratie weergegeven. De
daadwerkelijke weergave is afhankelijk
van de omstandigheden.
ABenzinemotor
BElektromotor voor (tractiemotor)
CAirconditioningsysteem in werking*
DLaadstekker
3.1 Instrumentenpaneel
172
Page 175 of 610

EAccessoireaansluiting*(220 V AC)
FBatterijpakket (tractiebatterij)
*De iconen worden weergegeven als het
airconditioningsysteem in werking is
en/of de accessoireaansluiting wordt
gebruikt.
Scherm audiosysteem (beginscherm)
In de afbeelding worden alle pijlen ter
illustratie weergegeven. De
daadwerkelijke weergave is afhankelijk
van de omstandigheden.
ABenzinemotor
BBatterijpakket (tractiebatterij)
CWiel
Kleur van het batterijpakket
(tractiebatterij) op het display
Het is groen wanneer het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt opgeladen en geel
wanneer het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt gebruikt.
Waarschuwing ladingstoestand
batterijpakket (tractiebatterij)
• De zoemer klinkt met tussenpozen als
het batterijpakket (tractiebatterij)
ongeladen blijft als de selectiehendel
in stand N staat of als de resterende
lading onder een vastgesteld niveau
daalt. Als de ladingstoestand nog
verder daalt, klinkt de zoemer continu.• Volg de aanwijzingen die worden
weergegeven op het scherm om het
probleem te verhelpen als er een
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven op het multi-
informatiedisplay en er een zoemer
klinkt.
Kleur van de benzinemotor op het
scherm van het audiosysteem
Hij is blauw wanneer de motor
warmdraait en wordt rood wanneer het
warmdraaien is voltooid.
Het vermogen van het hybridesysteem
wordt mogelijk beperkt wanneer de
benzinemotor blauw wordt
weergegeven.
Verbruik
Weergave
Audiosysteem zonder navigatiefunctie
1. Druk op de toets MENU.
2. Selecteer “Info” op het scherm
“Menu”.
3. Selecteer “Ritinformatie” of
“Geschiedenis”
Audiosysteem met navigatiefunctie
1. Druk op de toets MENU.
2. Selecteer “Info” op het scherm
“Menu”.
3. Selecteer ECO op het scherm
“Informatie”.
4. Selecteer “Ritinformatie” of
“Geschiedenis”
3.1 Instrumentenpaneel
173
3
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
Page 176 of 610

Reisinformatie
Als een ander scherm dan “Ritinformatie”
wordt weergegeven, selecteert u
“Ritinformatie”.
De afbeelding is slechts een voorbeeld en
kan afwijken van de werkelijke situatie.
AHet brandstofverbruik gedurende de
laatste 15 minuten
BDe geregenereerde energie
gedurende de laatste 15 minuten
Eén symbool staat voor 50 Wh. Er
worden maximaal 5 symbolen
getoond.
CActueel brandstofverbruik
DResetten van de verbruiksgegevens
EGemiddelde rijsnelheid sinds het
starten van het hybridesysteem
FVerstreken tijd sinds het starten van
het hybridesysteem
GActieradius (→blz. 175)
Het gemiddelde brandstofverbruik
gedurende de laatste 15 minuten wordt
door middel van kleuren verdeeld in
vorige gemiddelden en gemiddelden
sinds de laatste keer dat het contact AAN
is gezet. Het weergegeven gemiddelde
brandstofverbruik is een globale waarde.
Geschiedenis
Als een ander scherm dan “Geschiedenis”
wordt weergegeven, selecteert u
“Geschiedenis”.
De afbeelding is slechts een voorbeeld en
kan afwijken van de werkelijke situatie.
AHet beste gemeten brandstofverbruik
BRecent brandstofverbruik
CVorige gemeten brandstofverbruik
• Zonder navigatiefunctie:
Geeft het gemiddelde dagelijkse
brandstofverbruik weer. (In plaats van
de datum wordt “Rit 1” t/m “Rit 5”
weergegeven.)
• Met navigatiefunctie:
Geeft het gemiddelde dagelijkse
brandstofverbruik weer.
DHet recente brandstofverbruik
bijwerken
EDe gegevens uit de geschiedenis
resetten
De geschiedenis van het gemiddelde
brandstofverbruik is door middel van
kleuren verdeeld in vorige gemiddelden
en het gemiddelde brandstofverbruik
sinds de gegevens de laatste keer zijn
bijgewerkt. Het weergegeven gemiddelde
brandstofverbruik is een globale waarde.
De gegevens uit de geschiedenis
bijwerken
Werk het recente brandstofverbruik bij
door “Updaten” te selecteren om het
actuele brandstofverbruik opnieuw te
meten.
De gegevens resetten
De verbruiksgegevens kunnen worden
gewist door “Clear” (wissen) te
selecteren.
Energie
3.1 Instrumentenpaneel
174
Page 177 of 610

Actieradius
Geeft de geschatte maximale afstand aan
die nog met de in de tank aanwezige
brandstof kan worden gereden.
Deze afstand wordt berekend op basis
van het gemiddelde brandstofverbruik.
Hierdoor kan de werkelijke afstand die
nog kan worden gereden, afwijken van de
weergegeven afstand.
3.1 Instrumentenpaneel
175
3
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
Page 178 of 610

3.1 Instrumentenpaneel
176
Page 179 of 610

4.1 Informatie over sleutels.........178
4.1.1 Sleutels..............178
4.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de
portieren................181
4.2.1 Portieren.............181
4.2.2 Achterklep.............186
4.2.3 Smart entry-systeem met
startknop.............200
4.3 Verstellen van de stoelen........206
4.3.1 Voorstoelen............206
4.3.2 Achterstoelen...........207
4.3.3 Ergonomisch geheugen
*......208
4.3.4 Hoofdsteunen...........211
4.4 Verstellen van het stuurwiel en de
buitenspiegels..............212
4.4.1 Stuurwiel.............212
4.4.2 Binnenspiegel
*..........213
4.4.3 Digitale binnenspiegel*......214
4.4.4 Buitenspiegels...........222
4.5 Openen en sluiten van de ruiten en het
schuifdak................223
4.5.1 Elektrisch bedienbare ruiten. . . .223
4.5.2 Panoramadak
*...........226
Voordat u gaat rijden4
177
Page 180 of 610

4.1 Informatie over sleutels
4.1.1 Sleutels
Soorten sleutels
Bij de auto worden de volgende sleutels
geleverd.
AElektronische sleutels
• Bedienen van het Smart
entry-systeem met startknop
(→blz. 200)
• Gebruik van de
afstandsbedieningsfunctie
(→blz. 180)
• Bediening van de op afstand
bedienbare airconditioning
(→blz. 379)
BMechanische sleutels
CPlaatje met sleutelnummer
Aan boord van een vliegtuig
Zorg ervoor dat u aan boord van een
vliegtuig niet op de toetsen van de
elektronische sleutel drukt. Zorg ervoor
dat de toetsen niet per ongeluk ingedrukt
kunnen worden als u de elektronische
sleutel in bijvoorbeeld een tas hebt
opgeborgen. Bij het indrukken van de
toetsen kan de elektronische sleutel
radiogolven uitzenden die de bediening
van het vliegtuig kunnen beïnvloeden.
Leegraken batterij elektronische sleutel
• De standaard levensduur van de
batterij is1-2jaar.• Als de batterij bijna leeg is, klinkt een
waarschuwingssignaal in de auto en
wordt er een melding weergegeven op
het multi-informatiedisplay als het
hybridesysteem wordt uitgeschakeld.
• Schakel de energiebespaarmodus van
de elektronische sleutel in om te
voorkomen dat de batterij van de
elektronische sleutel leegraakt
wanneer deze gedurende langere tijd
niet wordt gebruikt. (→Blz. 202)
• Omdat de elektronische sleutel altijd
radiogolven ontvangt, raakt de
batterij ook ontladen wanneer de
elektronische sleutel niet wordt
gebruikt. De volgende symptomen
geven aan dat de batterij van de
elektronische sleutel mogelijk
ontladen is. Vervang de batterij indien
nodig.
– Het Smart entry-systeem met
startknop of de afstandsbediening
werkt niet.
– Het detectiegebied wordt kleiner.
– Het ledcontrolelampje in de sleutel
gaat niet branden.
U kunt zelf de batterij vervangen
(→blz. 446). Aangezien echter de
elektronische sleutel beschadigd zou
kunnen raken, raden wij u aan om de
vervanging te laten uitvoeren door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
• Houd, om de levensduur van de
batterij niet nodeloos te bekorten, de
elektronische sleutel op een afstand
van minimaal 1 m van de volgende
elektrische apparaten met een
magnetisch veld:
– Televisietoestellen
– Computers
– Mobiele telefoons, draadloze
telefoons en batterijladers
– Tafellampen
– Inductiekookplaten
• Als de elektronische sleutel zich
langer dan noodzakelijk is in de buurt
4.1 Informatie over sleutels
178