YAMAHA SR400 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2016, Model line: SR400, Model: YAMAHA SR400 2016Pages: 94, PDF Size: 2.51 MB
Page 61 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-23
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU22382
Controleren van voorremblokken
en achterremschoenen
De voorremblokken en achterremschoenen
moeten worden gecontroleerd op slijtage
volgens de intervalperioden voorgeschre-
ven in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema.
DAU22432Remblokken voorrem
Elk voorremblok is v oorzien van slijtage-in-
dicatorgroeven, zodat het remblok kan wor-
den gecontroleerd zonder de rem te hoeven
demonteren. Let op de slijtage-indicator-
groeven om de rembloks lijtage te controle-
ren. Wanneer een remblok zover is
afgesleten dat de slijtage-indicatorgroeven
vrijwel zijn verdwenen, vraag dan een
Yamaha dealer de remblokken als set te
vervangen.
DAU22541Remschoenen achterrem
De achterrem heeft een slijtage-indicator
zodat de remschoenslijtage kan worden ge-
controleerd zonder de rem te hoeven de-
monteren. Bekrachtig de rem en let op de
stand van de slijtage-indicator om de rem-
schoenslijtage te controleren. Wanneer een
remschoen zover is afgesleten dat de slijta-
ge-indicator bij de slijtagelimiet komt, vraag
dan een Yamaha dealer de remblokken als
set te vervangen.
1. Remblok
2. Slijtage-indicatorgroef remblok
1
21. Slijtage-indicator remschoen
2. Slijtagelimiet remschoen
12
2RD-9-D1.book 23 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 62 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-24
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU32346
Controleren van
remvloeistofniveau
Controleer alvorens te gaan rijden of de
remvloeistof boven de merkstreep voor mi-
nimumniveau staat. Meet het remvloeistof-
niveau en let erop dat de bovenzijde van het
reservoir horizontaal staat. Vul indien nodig
remvloeistof bij.
WAARSCHUWING
DWA15991
Onjuist uitgevoerd onderhoud kan resul-
teren in verlies van remvermogen. Neem
de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht:
Bij een te laag remvloeistofniveau
kan lucht binnendringen in het rem-
systeem, waardoor de rempresta-
ties afnemen.
Reinig de reservoirdop alvorens
deze te verwijderen. Gebruik uitslui-
tend DOT 4 remvloeistof uit een on-
aangebroken verpakking.
Gebruik uitsluitend de aanbevolen
remvloeistof, anders kunnen de
rubberafdichtingen beschadigd ra-
ken met lekkage tot gevolg.
Vul bij met hetzelfde type remvloei-
stof. Toevoeging van een ander
type remvloeistof dan DOT 4 kan re-
sulteren in een schadelijke chemi- sche reactie.
Pas op en zorg dat tijdens bijvullen
geen water het remvloeistofreser-
voir kan binnendringen. Water zal
het kookpunt van de remvloeistof
aanzienlijk verlage
n zodat dampbel-
vorming kan optreden.
LET OP
DCA17641
Remvloeistof kan gelakte of kunststof
onderdelen beschadigen. Veeg gemors-
te remvloeistof steeds direct af.
Naarmate de remblokken afslijten, zal het
remvloeistofniveau geleidelijk verder dalen.
Een laag remvloeistofniveau kan duiden op
versleten remblokken en/of lekkage in het
remsysteem. Controleer daarom de rem-
blokken op slijtage en het remsysteem op
lekkage. Vraag als het remvloeistofniveau
plotseling sterk is gedaald een Yamaha
dealer om een inspectie alvorens verder te
rijden.
1. Merkstreep minimumniveau
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4
1
2RD-9-D1.book 24 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 63 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-25
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU22724
Remvloeistof verversen
Vraag een Yamaha dealer de remvloeistof
te verversen volgens de intervalperioden
voorgeschreven in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema. Laat bovendien de
oliekeerringen van de hoofdremcilinder, de
remklauwen en de remslang vervangen vol-
gens de intervalperioden of wanneer ze lek-
ken of zijn beschadigd.
Vloeistofafdichtingen: Vervang elke
twee jaar.
Remslang: Vervang elke vier jaar.
DAU22762
Spanning aandrijfketting
De spanning van de aandrijfketting moet
voorafgaand aan elke rit worden gecontro-
leerd en indien nodig worden bijgesteld.
DAU59593Aandrijfketting controleren op spanning 1. Zet de motorfiets op de middenbok.
2. Schakel de versnellingsbak in de vrij- stand.
3. Druk de aandrijfketting in het midden
tussen de aandrijfas en de achterwiel-
as in met een kracht van 50 N (5.0 kgf,
11 lbf).
4. Meet de spanning van de aandrijfket- ting zoals getoond.
5. Stel de spanning van de ketting als volgt bij als deze niet correct is.
DAU59642Om de spanning van de aandrijfketting
af te stellen
Raadpleeg een Yamaha dealer voordat u
de spanning van de aandrijfketting afstelt.
1. Haal de motorfiets van de middenbok en klap de zijstandaard omlaag.
2. Draai de stelmoer voor de vrije rempe-
daalslag, de bevestigingsmoer van de
remankerstang en de wielasmoer los.
Spanning aandrijfketting:
30.0–40.0 mm (1.18–1.57 in)
1. Spanning aandrijfketting
1
2RD-9-D1.book 25 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 64 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-26
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
3. Draai de borgmoer op de kettingspan- ner aan beide uiteinden van de achter-
brug los.
4. Zet de motorfiets op de middenbok.
5. Draai de stelbout op beide uiteinden van de achterbrug in de richting (a) om
de aandrijfketting strakker te stellen.
Stel de ketting losser door de stelbout
op beide uiteinden van de achterbrug
in de richting (b) te draaien en dan het
achterwiel naar voren te drukken.
LET OP: Een onjuiste kettingspan-
ning leidt tot overbelasting van de
motor en andere essentiële onder-
delen van de machine en kan resul-
teren in overslaan of breken van de
ketting. Houd om dit te voorkomen
de kettingspanning binnen de ge-
specificeerde waarden.
[DCA10572]
OPMERKING
Gebruik voor een goede wieluitlijning de uit-
lijnmerktekens aan beide zijden van de ach-
terbrug om zeker te zijn dat beide
kettingspanners dezelfde positie hebben. 6. Haal de motorfiets van de middenbok
en klap de zijstandaard omlaag.
7. Draai beide borgmoeren van de aan-
drijfkettingspanner vast met het voor-
geschreven aanhaalmoment en zet
dan de wielasmoer en de bevesti-
gingsmoer van de remankerstang vast
met het voorgeschreven aanhaalmo-
ment.
8. Stel de vrije slag van het rempedaal af. (Zie pagina 6-20.)
WAARSCHUWING
DWA10661
Controleer de werking van het remlicht
na het afstellen van de vrije rempedaal-
slag.
9. Zorg ervoor dat de kettingspanners in dezelfde stand staan, dat de spanning
van de aandrijfketting correct is en dat
de aandrijfketting soepel beweegt.
1. Stelmoer vrije slag rempedaal
2. Stelbout spanning aandrijfketting
3. Borgmoer kettingspanner
4. Wielasmoer
5. Bevestigingsmoer remankerstang
6. Remankerstang
6
12
3
4
5
1. Wielasmoer
2. Borgmoer kettingspanner
3. Stelbout spanning aandrijfketting
4. Uitlijnmerktekens
Aanhaalmomenten: Borgmoer kettingspanner:16 Nm (1.6 m·kgf, 12 ft·lbf)
Wielasmoer: 129 Nm (12.9 m·kgf, 92 ft·lbf)
Bevestigingsmoer remankerstang:
19 Nm (1.9 m·kgf, 14 ft·lbf)
1
2
(a) (b)
3
4
2RD-9-D1.book 26 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 65 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-27
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU23026
Aandrijfketting reinigen en
smeren
De aandrijfketting moet worden gereinigd
en gesmeerd volgens de intervalperioden
zoals voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema, anders zal
de ketting snel slijten, met name in vochtige
of stoffige gebieden. Onderhoud de ketting
als volgt.
LET OP
DCA10584
De aandrijfketting moet worden ge-
smeerd nadat de motorfiets is gewassen
of ermee in de regen of in vochtige ge-
bieden is gereden. 1. Reinig de aandrijfketting met petrole- um en een zacht borsteltje. LET OP:
Reinig de aandrijfketting niet met
stoomreinigers, hogedrukreinigers
of ongeschikte oplosmiddelen om
schade aan de O-ringen te voorko-
men.
[DCA11122]
2. Wrijf de aandrijfketting droog.
3. Smeer de aandrijfketting grondig met speciale smering voor o-ringkettingen.
LET OP: Breng geen motorolie of
andere smeermiddelen aan op de
aandrijfketting, deze kunnen stof-
fen bevatten die de O-ringen kun-
nen beschadigen.
[DCA11112] DAU23098
Kabels controleren en smeren
De werking van alle bedieningskabels en de
conditie van alle kabels moet voorafgaand
aan elke rit worden gecontroleerd en de ka-
bel en kabeleinden moeten indien nodig
worden gesmeerd. Vraag een Yamaha
dealer een kabel te controleren of te vervan-
gen wanneer deze is beschadigd of niet
soepel beweegt.
WAARSCHUWING!
Schade aan de buitenbehuizing van ka-
bels kan leiden tot interne roestvorming
en storing veroorzaken met de beweging
van kabels. Vervang beschadigde ka-
bels zo snel mogelijk om onveilige om-
standigheden te voorkomen.
[DWA10712]
Aanbevolen smeermiddel: Yamaha-kabelsmeermiddel of een
ander geschikt kabelsmeermiddel
2RD-9-D1.book 27 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 66 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-28
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU23115
Controleren en smeren van
gasgreep en gaskabel
De werking van de gas greep hoort vooraf-
gaand aan elke rit te worden gecontroleerd.
Daarnaast moet de kabel door een Yamaha
dealer worden gesmeerd volgens de inter-
valperioden vermeld in het periodieke on-
derhoudsschema.
De gaskabel is voorzi en van een rubber af-
dekking. Zorg ervoor dat de afdekking ste-
vig is aangebracht. Zelfs als de afdekking
correct is aangebracht, is de kabel niet vol-
ledig beschermd tegen binnendringend wa-
ter. Let er daarom op dat er geen water
direct op de afdekking of kabel komt bij het
wassen van de machine. Als de kabel of de
afdekking vies wordt, wrijf deze dan schoon
met een vochtige doek.
DAU23144
Rem- en koppelingshendels
controleren en smeren
De werking van de rem- en de koppelings-
hendel moet voorafgaand aan elke rit wor-
den gecontroleerd en de
hendelscharnierpunten moeten indien no-
dig worden gesmeerd.
Remhendel
Koppelingshendel
Aanbevolen smeermiddelen:Remhendel:Siliconenvet
Koppelingshendel:
Lithiumvet
2RD-9-D1.book 28 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 67 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-29
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU23185
Rempedaal controleren en
smeren
De werking van het rempedaal moet vooraf-
gaand aan elke rit worden gecontroleerd en
het pedaalscharnierpunt moet indien nodig
worden gesmeerd.
DAU23215
Middenbok en zijstandaard
controleren en smeren
De werking van de middenbok en de zij-
standaard moet voorafgaand aan elke rit
worden gecontroleerd en de scharnierpun-
ten en de metaal-op-metaal contactvlakken
moeten indien nodig worden gesmeerd.
WAARSCHUWING
DWA10742
Als de middenbok of de zijstandaard niet
soepel omhoog en omlaag beweegt,
vraag dan een Yamaha dealer deze te
controleren of te repareren. Een slecht
functionerende middenbok of zijstan-
daard kan het wegdek raken en u aflei-
den, waardoor u de controle over de
machine kunt verliezen.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet
Aanbevolen smeermiddel:Lithiumvet
2RD-9-D1.book 29 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 68 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-30
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAUM1653
Achterbrugscharnierpunten
smeren
De achterbrugschar nierpunten moeten
worden gesmeerd door een Yamaha dealer
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema.
DAU51951
Voorvork controleren
De conditie en de werking van de voorvork
moeten als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden vermeld in het pe-
riodieke smeer- en onderhoudsschema.
Om de conditie te controleren
Controleer de voorvork op schade en over-
matige olielekkage.
Om de werking te controleren
1. Zet de machine op een vlakke onder- grond en houd deze rechtop.
WAARSCHUWING! Ondersteun de
machine zorgvuldig om omvallen
en mogelijk letsel te voorko-
men.
[DWA10752]
2. Bekrachtig de voorrem en druk hetstuur een paar keer stevig naar bene-
den om te controleren of de voorvork
soepel in- en uitveert.
LET OP
DCA10591
Als schade wordt gevonden of de voor-
vork niet soepel beweegt, vraag dan een
Yamaha dealer te repa reren of te contro-
leren.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet
2RD-9-D1.book 30 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 69 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-31
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU45512
Stuursysteem controleren
Losse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuursy-
steem moet als volgt worden gecontroleerd
volgens de intervalperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderhoudsschema. 1. Zet de machine op de middenbok. WAARSCHUWING! Ondersteun de
machine zorgvuldig om omvallen
en mogelijk letsel te voorko-
men.
[DWA10752]
2. Houd de voorvorkpoten aan het onder-
ste uiteinde beet en probeer ze naar
voren en achteren te bewegen. Als
speling wordt gevoeld, vraag dan een
Yamaha dealer het stuursysteem te in-
specteren of repareren.
DAU23292
Controleren van wiellagers
De voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalperio-
den voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel-
naaf speling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer de
wiellagers te controleren.
2RD-9-D1.book 31 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分
Page 70 of 94

Periodiek onderhoud en afstelling
6-32
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU40447
Accu
De accu bevindt zich onder het zadel. (Zie
pagina 3-13.)
Dit model is voorzien van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt
hoeft niet te worden gecontroleerd en er
hoeft geen gedistilleerd water te worden bij-
gevuld. Er moet echter wel worden gecon-
troleerd of de accustekker stevig is
aangesloten.
WAARSCHUWING
DWA10761
Elektrolyt is giftig en gevaarlijk om-
dat het zwavelzuur bevat, een stof
die ernstige brandwonden veroor-
zaakt. Vermijd contact met de huid,
ogen of kleding en bescherm uw
ogen altijd bij werkzaamheden nabij
accu’s. Voer als volgt EERSTE
HULP uit als er lichamelijk contact
is geweest met elektrolyt. UITWENDIG: Spoel overvloedig met water.
INWENDIG: Drink grote hoeveel-
heden water of melk en roep di-
rect de hulp in van een arts.
OGEN: Spoel gedurende 15 mi- nuten met water en roep direct
medische hulp in.
Accu’s produceren het explosieve
waterstofgas. Houd daarom von-
ken, open vuur, sigaretten e.d. uit
de buurt van de accu en zorg voor voldoende ventilatie bij acculaden
in een afgesloten ruimte.
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te laden
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
LET OP
DCA16522
Voor het opladen van een VRLA (Valve
Regulated Lead Acid)-accu is een speci-
ale acculader (met constante spanning)
vereist. Bij gebruik van een conventione-
le acculader raakt de accu beschadigd.
Om de accu op te bergen 1. Verwijder de accu als het voertuig lan- ger dan een maand niet wordt ge-
bruikt, laad hem volledig bij en zet dan
weg op een koele en droge plek.
LET OP: Als u de accu verwijdert.
draait u eerst de sleutel naar “OFF”
en haalt u daarna de stekker
los.
[DCA16323]
2. Als de accu langer dan twee maanden wordt weggeborgen, moet deze min-
stens eenmaal per maand worden ge-
controleerd; laad de accu dan indien
nodig steeds volledig bij.
3. Laad de accu volledig bij alvorens te
installeren. LET OP: Als u de accu in-
stalleert, draait u eerst de sleutel
naar “OFF” en sluit u daarna de
stekker aan.
[DCA16931]
LET OP
DCA16531
Houd de accu steeds opgeladen. Stallen
van een ontladen accu kan leiden tot
permanente accuschade.
1. Accu
1
2RD-9-D1.book 32 ページ 2015年9月9日 水曜日 午後2時56分