CITROEN C-ELYSÉE 2017 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2017, Model line: C-ELYSÉE, Model: CITROEN C-ELYSÉE 2017Pages: 306, PDF Size: 9.41 MB
Page 111 of 306

109
Parkeren van de auto
Voordat u de motor afzet, kunt u:
- d e selectiehendel in de stand N bewegen
om de neutraalstand te selecteren,
of
-
e
en versnelling ingeschakeld laten. In dat
geval kan de auto niet worden verplaatst.
U dient bij het parkeren echter altijd de
parkeerrem aan te trekken .
Als de auto enige tijd moet stilstaan met
draaiende motor, selecteer dan altijd de
neutraalstand N .
Controleer voordat u werkzaamheden
onder de motorkap uitvoert altijd of de
selectiehendel in de neutraalstand N staat
en de parkeerrem is aangetrokken.
Synchroniseren
Na het loskoppelen en weer aansluiten van de
accu moet de versnellingsbak worden gereset.
F
Z
et het contact aan.De aanduidingen AUTO
en – verschijnen op het
instrumentenpaneel.
F
S
electeer de stand N .
F
T
rap het rempedaal volledig in.
F
W
acht ongeveer 30 seconden tot op het
instrumentenpaneel de aanduiding N of de
ingeschakelde versnelling verschijnt.
F
B
eweeg de selectiehendel naar de stand A
en vervolgens naar de stand N .
F
S
tart, ter wijl u het rempedaal nog steeds
ingetrapt houdt, de motor.
De versnellingsbak werkt dan weer normaal. In uitzonderlijke gevallen kan het
noodzakelijk zijn om de automatische
transmissie te resetten: in dat geval kan
de auto niet worden gestart en schakelt de
transmissie niet.
Storing
of
Als bij aangezet contact dit
verklikkerlampje gaat branden
en de aanduiding AUTO
gaat
knipperen in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op
het multifunctionele display, duidt dit
op een storing in de versnellingsbak.
Laat ze controleren door het
CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats. De aanduidingen AUTO
en – verschijnen op het
instrumentenpaneel.
Volg de hierboven beschreven procedure.
6
Rijden
Page 112 of 306

110
Automatische transmissie (EAT6)
Bij deze automatische transmissie met zes
versnellingen kunt u kiezen uit automatisch
schakelen, aangevuld met de programma's
Sport en Sneeuw, en handmatig schakelen.
De transmissie heeft dus twee
gebruiksmogelijkheden:
-
a
utomatisch schakelen : het schakelen
wordt elektronisch aangestuurd, aangevuld
met het programma Sport voor een meer
dynamische rijstijl of het programma
Sneeuw voor gemakkelijker rijden op een
ondergrond met weinig grip,
-
h
andmatig schakelen : in deze stand kan
de bestuurder zelf schakelen.
Bediening van de
transmissie
1 Selectiehendel.
2 To e t s " S" (Spor t) .
3 To e t s " T" (Sneeuw) .
Standen van de
selectiehendel
P.Parkeren.
-
S tilzetten van de auto, met of
zonder aangetrokken parkeerrem.
-
S
tarten van de motor.
R. Achteruit.
-
A
chteruitrijden, stilstaande auto,
stationair toerental.
N. Neutraalstand.
-
S
tilzetten van de auto, met
aangetrokken parkeerrem.
-
S
tarten van de motor.
D. Automatisch inschakelen.
M + / -. Zelf schakelen tussen de zes
versnellingen. F
B
eweeg de selectiehendel kort naar voren
om op te schakelen.
F
B
eweeg de selectiehendel kort naar
achteren om terug te schakelen.
of
Rijden
Page 113 of 306

111
Starten van de auto
F Trek de parkeerrem aan.
F S electeer de stand P of N .
F
S
tart de motor.
Als niet aan deze voor waarden is voldaan,
klinkt een geluidssignaal in combinatie met een
waarschuwingsmelding.
F
T
rap bij draaiende motor het rempedaal in.
F
Z
et de parkeerrem vrij.
F
S
electeer de stand R , D of M,
F
L
aat het rempedaal geleidelijk los.
De auto begint te rijden. Als tijdens het rijden per ongeluk de stand N
wordt geselecteerd, laat het motortoerental
dan zakken tot stationair toerental en zet de
selectiehendel in de stand D alvorens het
gaspedaal weer in te trappen.
Laat bij temperaturen onder -23 °C de
motor gedurende vier minuten stationair
draaien. Dit is belangrijk voor de goede
werking en de levensduur van de motor en
transmissie.
Weergave op het display
Wanneer u met de selectiehendel een stand
inschakelt, verschijnt het desbetreffende
pictogram op het instrumentenpaneel.
P. Parkeren.
R. Achteruit.
N. Neutraalstand.
D. Rijden.
S. Programma Sport .
T . Programma Sneeuw
.
1 2 3 4 5 6. Ingeschakelde versnelling bij
handmatig schakelen.
-. Ongeldige waarde bij handmatig
schakelen.
Voet op rempedaal
F Als dit verklikkerlampje
gaat branden op het
instrumentenpaneel, trap dan
het rempedaal in (bijv.: starten
van de motor).
Als de motor stationair draait, het
rempedaal is losgelaten en de stand R, D
of M is geselecteerd, zet de auto zich zelfs
al in beweging als het gaspedaal niet is
ingetrapt.
Laat bij draaiende motor daarom geen
kinderen alleen in de auto achter.
Trek de parkeerrem aan en
selecteer de stand P indien er
onderhoudswerkzaamheden moeten
worden uitgevoerd bij draaiende motor.
6
Rijden
Page 114 of 306

112
Automatisch inschakelen
F Selecteer de stand D om automatisch te
laten schakelen tussen de zes versnellingen.
De versnellingsbak werkt dan in de auto-
adaptieve stand, zonder dat u zelf hoeft
te schakelen. De versnellingsbak kiest
voortdurend de meest geschikte versnelling,
afhankelijk van de rijstijl, het profiel van de weg
en de belading van de auto.
Voor een maximale acceleratie zonder de
stand van de selectiehendel te wijzigen,
moet het gaspedaal volledig worden
ingetrapt (kickdown). De versnellingsbak
schakelt automatisch terug of handhaaft de
ingeschakelde versnelling totdat de motor het
maximumtoerental bereikt.
Bij het remmen schakelt de versnellingsbak
automatisch terug om sterker op de motor af te
remmen.
Om de veiligheid te verbeteren schakelt de
versnellingbak niet naar een hogere versnelling
als u het gaspedaal plotseling loslaat.
Zet de selectiehendel nooit in de stand N
als de auto rijdt.
Zet de selectiehendel nooit in de stand P
of R als de auto niet volledig stilstaat.
Achteruit
Als bij aangezet contact de achteruitversnelling
R wordt ingeschakeld, wordt automatisch de
parkeerhulp achter geactiveerd.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de Parkeerhulp .
Kruipfunctie (rijden zonder
gasgeven)
Dankzij deze functie verloopt het rijden op lage
snelheid soepeler (inparkeren, file rijden, ...).
Als de motor draait, de parkeerrem is vrijgezet
en de stand D, M of R is geselecteerd, zet de
auto zich langzaam in beweging zodra u
het rempedaal loslaat (zelfs zonder dat u het
gaspedaal bedient).
Programma's Sport en Sneeuw
Deze twee specifieke programma's vullen de
automatische werking aan onder bijzondere
rijomstandigheden.
Programma Sport "S"
F Druk op de toets S als de motor is gestart.
Het schakelprogramma maakt dan automatisch
een dynamische rijstijl mogelijk.
Op het instrumentenpaneel
verschijnt de aanduiding S .
Rijden
Page 115 of 306

113
Handmatige instellingen
F Selecteer de stand M om sequentieel te
schakelen in de zes versnellingen.
F
B
eweeg de selectiehendel naar het symbool
+ om één versnelling op te schakelen.
F
B
eweeg de selectiehendel naar het symbool
– om één versnelling terug te schakelen.
Het schakelen naar een andere versnelling
kan alleen als de snelheid van de auto en
het toerental van de motor dit toestaan,
anders wordt er tijdelijk overgegaan op de
automatische bediening.
D en verschijnen achtereenvolgens
de ingeschakelde versnellingen.
Als het motortoerental te laag of te hoog is,
knippert de geselecteerde versnelling enkele
seconden en vervolgens wordt de werkelijk
ingeschakelde versnelling weergegeven.
Er kan elk moment van de stand D (rijden in de
automatische stand) naar de stand M (rijden in
de handbediende stand) worden geschakeld.
Als de auto stopt of langzaam rijdt,
wordt automatisch de eerste versnelling
ingeschakeld. De programma's Sport en Sneeuw werken
niet in de handbediende stand.Ongeldige waarde bij handmatig
schakelen
Dit symbool verschijnt als een
versnelling niet goed is ingeschakeld
(de selectiehendel bevindt zich
tussen twee standen in).
Programma Sneeuw T
F Druk op de toets " T" als de motor is
gestart.
De versnellingsbak past zich aan voor het
rijden op gladde wegen.
Dit schakelprogramma zorgt ervoor dat u
gemakkelijker kunt rijden op een ondergrond
met weinig grip.
Om terug te keren naar de auto-
adaptieve stand kunt u het geselecteerde
programma op elk gewenst moment
uitschakelen door opnieuw op de
desbetreffende toets te drukken. T wordt weergegeven op het
instrumentenpaneel.
6
Rijden
Page 116 of 306

114
Parkeren van de auto
Voordat u de motor afzet, kunt u de
selectiehendel in de stand P of N bewegen om
de neutraalstand te selecteren.
Trek in beide gevallen de parkeerrem aan om
de auto stil te zetten.Als de selectiehendel niet in de stand
P staat, verschijnt bij het openen van
het bestuurdersportier of na ongeveer
45
seconden een waarschuwingsmelding
op het display.
F
Z
et de selectiehendel in de stand P ;
de melding verdwijnt.
Rijd stapvoets wanneer u op een
ondergelopen weg rijdt of een beek
doorkruist.
Storing
of Als bij aangezet contact dit
verklikkerlampje gaat branden in
combinatie met een geluidssignaal
en een waarschuwingsmelding op
het display, duidt dit op een storing
in de transmissie.
In dit geval werkt de transmissie met een
noodprogramma en blijft de 3e versnelling
ingeschakeld. U kunt dan een hevige schok
waarnemen bij het selecteren van R vanuit
de stand P , of R vanuit de stand N . Dit is niet
gevaarlijk voor de transmissie.
Rijd niet harder dan 100
km/h (afhankelijk van
de geldende snelheidslimiet).
Neem zo snel mogelijk contact op met het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats. De automatische transmissie kan
beschadigd raken:
-
a
ls u het gaspedaal en het rempedaal
gelijktijdig intrapt,
-
a
ls u, wanneer de accu geen stroom
levert, de selectiehendel geforceerd in
de stand P of een andere stand zet.
Als u langere tijd stilstaat met draaiende
motor (files...), kunt u, om brandstof te
besparen, de selectiehendel in de stand
N zetten en de parkeerrem aantrekken.
Rijden
Page 117 of 306

115
Opschakelindicator
Dit systeem adviseert de bestuurder op
te schakelen om het brandstofverbruik te
verminderen.Bij een elektronisch gestuurde of
automatische versnellingsbak is
dit systeem uitsluitend actief in de
handgeschakelde stand.
Werking
Afhankelijk van de rijomstandigheden en de
uitrusting van uw auto kan het systeem u
adviseren één of meer versnellingen op te
schakelen. U kunt deze aanwijzingen opvolgen
zonder de tussenliggende versnellingen in te
hoeven schakelen.
Het is niet verplicht om de aanbevolen
versnellingen ook daadwerkelijk in te
schakelen. De keuze van de optimale
versnelling hangt namelijk altijd af van de
situatie op de weg, de verkeersdrukte en
de veiligheid. De bestuurder blijft derhalve
altijd zelf verantwoordelijk voor het al dan
niet opvolgen van een schakeladvies van het
systeem.
De functie kan niet worden uitgeschakeld. Voorbeeld:
-
U r
ijdt in de derde versnelling.
-
U t
rapt het gaspedaal in.
-
H
et systeem kan u in dit geval adviseren
een hogere versnelling in te schakelen.
De informatie wordt in de vorm van een pijl op
het instrumentenpaneel weergegeven. Het systeem past het schakeladvies
aan de rijomstandigheden (helling,
belading van de auto enz.) en de rijstijl
van de bestuurder (veel vermogen nodig,
accelereren, remmen enz.) aan.
Het systeem zal u nooit adviseren om:
-
d
e eerste versnelling in te schakelen,
-
d
e achteruitversnelling in te
schakelen,
-
t
erug te schakelen.
Bij auto's met handgeschakelde
versnellingsbak kan naast de pijl ook
de geadviseerde versnelling worden
weergegeven.
6
Rijden
Page 118 of 306

116
Stop & Start
Het Stop & Start-systeem zet de motor
tijdelijk af (STOP-stand) als u stopt (bij rood
licht, opstoppingen enz.). De motor wordt
automatisch gestart (START-stand) als u weer
weg wilt rijden. Het starten gebeurt direct, snel
en stil.
Het Stop & Start-systeem zorgt voor een
lager brandstofverbruik, minder uitstoot van
schadelijke stoffen en een aangename rust in
het interieur tijdens het wachten.Werking
Overgang naar de STOP-stand
Als u in de STOP-stand bij een auto met
een handgeschakelde versnellingsbak een
versnelling inschakelt, maar daarbij het
koppelingspedaal niet volledig intrapt, wordt er
een melding weergegeven met het verzoek het
koppelingspedaal volledig in te trappen, omdat
anders de motor niet gestart kan worden.
Als de STOP-stand geactiveerd is, blijven alle
andere componenten zoals de remmen en de
stuurbekrachtiging normaal functioneren.
Tank nooit als de motor door het Stop &
Start-systeem is afgezet; zet in dat geval
altijd het contact af en neem de sleutel uit
het contactslot.Bij een elektronisch gestuurde
versnellingsbak gaat het
verklikkerlampje "ECO" op het
instrumentenpaneel branden en wordt
de motor in de STOP-stand gezet als
het rempedaal wordt ingetrapt of de
selectiehendel in de stand N
wordt
gezet ter wijl de auto stilstaat.
Bijzonderheden: STOP-stand niet
beschikbaar
De STOP-stand wordt niet geactiveerd als:
- H et bestuurdersportier is geopend.
-
D
e veiligheidsgordel van de bestuurder niet
is vastgemaakt.
-
D
e klimaatregeling in het interieur dat niet
toelaat.
-
D
e voorruitontwaseming is ingeschakeld.
-
E
r bepaalde bijzondere omstandigheden
zijn (laadtoestand accu, motortemperatuur,
rembekrachtiging, buitentemperatuur...).
Het verklikkerlampje "ECO"
knippert een paar seconden en gaat
vervolgens uit.
Dit is volkomen normaal.
Rijden
Page 119 of 306

117
Handmatig uit-/inschakelen
In bepaalde gevallen, bijvoorbeeld om het
thermische comfort in het interieur op peil te
houden, kan het nuttig zijn het Stop & Start-
systeem uit te schakelen.
Het systeem kan bij aangezet contact op elk
gewenst moment worden uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet in de STOP-stand,
wordt hij onmiddellijk weer gestart.
Het Stop & Start-systeem wordt automatisch
weer ingeschakeld als het contact wordt
aangezet.Overgang naar de START-stand
- u het rempedaal loslaat ter wijl de selectiehendel in de stand A of M staat,
-
u
, met de selectiehendel in de stand
N en het rempedaal niet ingetrapt, de
selectiehendel in de stand A of M zet,
-
u
de achteruitversnelling inschakelt.Bij een elektronisch gestuurde
versnellingsbak gaat het
verklikkerlampje "ECO" uit en wordt
de motor automatisch gestart als:
Bijzonderheden: automatisch
activeren van de START-stand
De START-stand wordt om veiligheids- of
comfortredenen automatisch geactiveerd als:
-
H
et bestuurderportier wordt geopend.
-
D
e veiligheidsgordel van de bestuurder
wordt losgemaakt.
-
D
e snelheid van de auto hoger is dan
3
km/h bij een elektronisch gestuurde
versnellingsbak.
-
E
r bepaalde bijzondere omstandigheden
zijn (laadtoestand accu, motortemperatuur,
rembekrachtiging, instelling airconditioning
e n z .) .
Het verklikkerlampje "ECO"
knippert een paar seconden en gaat
vervolgens uit.
Dit is volkomen normaal.
6
Rijden
Page 120 of 306

118
Met toets
Druk op deze knop om het systeem uit te
schakelen.
Het uitschakelen wordt bevestigd door het
branden van het lampje van de toets en de
weergave van een melding.
Als u nogmaals op deze toets drukt, wordt de
functie weer ingeschakeld.
Het lampje van de toets gaat uit en er wordt
een melding weergegeven.
Met touchscreen
Druk op MENU.
Activeer of deactiveer in het menu " Rijden /
Auto " de optie " Stop & Start-systeem ".
Motorkap openen
Rijden op een overstroomde weg
Schakel het Stop & Start-systeem uit
wanneer u over een overstroomde weg
moet rijden.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer rijadviezen , met name over het
rijden op overstroomde wegen.
Schakel omwille van uw veiligheid het Stop &
Start-systeem altijd uit alvorens werkzaamheden
onder de motorkap uit te voeren om
verwondingen als gevolg van het automatisch
inschakelen van de START-stand te voorkomen.
Storing
Bij een storing in het systeem
knippert het verklikkerlampje van de
toets "ECO OFF" enige tijd en gaat
het vervolgens permanent branden.
Laat ze controleren door het
CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Als er in de STOP-stand een storing zou
optreden, kan het zijn dat de motor niet
meer wil aanslaan of direct afslaat. Alle
verklikkerlampjes op het instrumentenpaneel
gaan branden. Zet in dat geval het contact af
en start de auto met behulp van de sleutel.
Auto's met het Stop & Start-systeem zijn
voorzien van een speciale 12V-accu.
Laat werkzaamheden aan dit type accu
alleen door het
CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats uitvoeren.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de 12V-accu .
Rijden