OPEL ZAFIRA B 2014 Gebruikershandleiding (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2014, Model line: ZAFIRA B, Model: OPEL ZAFIRA B 2014Pages: 225, PDF Size: 7.89 MB
Page 71 of 225

Opbergen69OpbergenOpbergruimten............................. 69
Bagageruimte .............................. 71
Dakdragersysteem ....................... 77
Beladingsinformatie .....................78Opbergruimten
Opbergvakken9 Waarschuwing
Berg geen zware of scherpe ob‐
jecten in de opbergruimten op. An‐ ders kan de klep van de opberg‐
ruimte open gaan en kunnen de
inzittenden bij krachtig remmen,
plotseling afslaan of een ongeval
letsel door rondslingerende voor‐
werpen oplopen.
Handschoenenkastje
Het handschoenenkastje heeft een
pennenhouder.
Het handschoenenkastje tijdens het
rijden gesloten houden.
Bekerhouders
Er zitten bekerhouders in de midden‐
console, in de portieren en in de ach‐
terste zijpanelen.
Page 72 of 225

70Opbergen
Er zitten meer bekerhouders in de
naar voren geklapte middelste rug‐
leuning.
Opbergvak voor
(zonne)bril
Neerklappen en openen.
Geen zware voorwerpen in het op‐
bergvakje leggen.
Opbergvak onder
passagiersstoel
Opbergvak aan handgreepuitsparing
optillen en uittrekken. Maximale be‐
lasting: 1,5 kg. Om te sluiten, induwen
en vastklikken.
Page 73 of 225

Opbergen71Opbergvakken
hemelbekleding
Om te openen, op de aangegeven
plaatsen drukken.
De maximaal toelaatbare belasting
van de twee opbergvakken voorin is
1 kg per vak, die van de drie opberg‐
vakken achterin 2 kg per vak.
Tijdens het rijden moeten de opberg‐
vakken gesloten blijven.
Bagageruimte
Laadruimte Opbergvakken in de
bagageruimte
Om het deksel te openen, de vloer‐
bedekking optillen. Treklip omhoog‐
zetten, verdraaien en omhoogtrek‐
ken. In het opbergvak liggen het
boordgereedschap 3 178 en de ko‐
gelstang van de trekhaak.
Links achter de klep in de zijwandbe‐ kleding van de bagageruimte bevindt
zich de zekeringendoos 3 176.
Aan de rechterkant achter de klep zit
de bandenreparatieset 3 184.
Bagagerolhoes
bagageruimte Geen zware voorwerpen of voorwer‐
pen met scherpe randen op de baga‐
gerolhoes bagageruimte leggen.
Alvorens de bagagerolhoes bagage‐
ruimte te bedienen, de achterste vei‐
ligheidsgordels door de zijdelingse
gordelhouders halen.
Openen
Page 74 of 225

72Opbergen
Bagagerolhoes uit de zijdelingse hou‐
ders nemen. Deze rolt automatisch
op.
Sluiten
Bagagerolhoes bagageruimte aan handgreep naar achteren trekken en
in de zijdelingse houders haken.
Demonteren
Bagagerolhoes bagageruimte ope‐
nen.
Ontgrendelingshendel omhoogtrek‐
ken en vasthouden. Bagagerolhoes
bagageruimte rechts optillen en uit de
bevestigingen verwijderen.
Monteren
Bagagerolhoes bagageruimte links in de bevestiging vastmaken, de ont‐grendelingshendel omhoogtrekken
en vasthouden, de bagagerolhoes
bagageruimte rechts aanbrengen en
vergrendelen.
Opbergen achter derde zitrij
Bagagerolhoes bagageruimte links in
de bevestiging vastmaken, de ont‐
grendelingshendel omhoogtrekken
en vasthouden, de bagagerolhoes
bagageruimte rechts aanbrengen en
vergrendelen.
Bodemafdekking
bagageruimte
Wanneer de derde zitrij is ingeklapt,
kan een bodemafdekking op de vloer van de bagageruimte worden gelegd.
Bevestigingsrails en -
haken
Haak in de gewenste stand in de rails
aanbrengen: daartoe de haak in de
bovenste groef van de rail aanbren‐
gen en in de onderste groef duwen.
Page 75 of 225

Opbergen73
Bij het gebruik van de rails (behalve
met het scheidingsnet voor de ach‐
terklep) moeten de zitplaatsen van de derde zitrij ingeklapt worden 3 53 en
de veiligheidsgordels van de vloer losgehaakt worden. Losgemaakte
gordelhaken aan de magneten van
de gordelhouders bevestigen 3 57.
Sjorogen
De sjorogen dienen om voorwerpen
vast te zetten, bijv. met spanbanden,
met een bagagenet of met een veilig‐ heidsnet.
De ogen ter bevestiging van de af‐neembare veiligheidsgordels mogen
niet als sjorogen worden gebruikt.
Veiligheidsgordels van de derde zitrij
nooit gebruiken om bagage vast te
zetten.
FlexOrganizer De FlexOrganizer is een flexibel sys‐
teem voor de indeling van de baga‐
geruimte of voor de bevestiging van
bagage.
Het systeem bestaat uit
■ adapters,
■ een flexibel scheidingsnet,
■ nettassen voor de zijwanden,
■ haken.
De onderdelen worden met adapters
of haken in de twee geleiderails in de zijwanden gemonteerd. Het schei‐
dingsnet kan ook direct voor de ach‐
terklep gemonteerd worden.
Flexibel scheidingsnet
In iedere rail een adapter plaatsen:
handgreep openklappen, adapters in
de bovenste en de onderste groef van de rail plaatsen en in de gewenste
positie brengen. Voor het blokkeren
van de adapter de handgreep dicht‐ klappen. De stangen van het net
Page 76 of 225

74Opbergen
moeten worden uitgetrokken alvo‐
rens deze in de adapters te plaatsen:
alle uiteinden uittrekken en rechtsom
vastdraaien.
Om ze te plaatsen, de stangen iets
samendrukken en in de bijbehorende openingen van de adapters steken.
De lange stang moet in de bovenste
adapter worden geplaatst.
Netstang verwijderen door deze sa‐
men te drukken en uit de adapters te
nemen. Handgreep van de adapter
openklappen, eerst uit de onderste
groef en daarna uit de bovenste groef
verwijderen.Haken en nettas
De nettas kan aan de haken worden
bevestigd.
Scheidingsnet voor achterklep
Het scheidingsnet kan direct voor de
achterklep worden gemonteerd om te
voorkomen dat de bagage bij het ope‐
nen van de achterklap uit de auto valt.
Vóór het monteren moeten de vier uit‐
einden van de netstangen ingescho‐
ven worden door elk van de uiteinden linksom te draaien en naar binnen te
duwen.
Netstangen aanbrengen door deze
iets samen te drukken en in de bijbe‐
horende openingen te steken. De
lange stang moet bovenaan worden
aangebracht.
Page 77 of 225

Opbergen75
Netstangen verwijderen door dezesamen te drukken en uit te nemen.
Om bij een uitgeklapte derde zitrij
eenvoudig in te kunnen laden, eerst
de onderste stang plaatsen, inladen
en vervolgens de bovenste stang
plaatsen.
Veiligheidsnet Het veiligheidsnet kan achter de
tweede zitrij of achter de voorstoelen
worden gemonteerd.
Het is niet toegestaan om personen
achter het veiligheidsnet te vervoe‐
ren.Monteren
In het dakframe zitten twee monta‐
geopeningen: stang van het net aan
één kant inhaken en vergrendelen,
stang samendrukken en aan de an‐
dere kant inhaken en vergrendelen.
Achter de tweede zitrij
Haken van de gordels voor het span‐
nen van het net in de sjorogen in de
vloer inhaken en aanspannen.
Page 78 of 225

76Opbergen
Achter de voorstoelen
Haken van de gordels voor het span‐
nen van het net in de gleuven inhaken
en aanspannen.
Demonteren
Lengteregelaars van de gordels voor
het spannen van het net omhoogklap‐
pen en gordels loshaken. Bovenste
netstang aan één kant losmaken, sa‐ mendrukken en aan de andere kant
losmaken en uit de openingen halen.
Opbergen
Spanbanden zoals op de afbeelding
wordt getoond op het net leggen.
Bovenste netstang tot iets boven het
midden omlaagrollen.
Bovenste netstang over de spanban‐ den naast de onderste netstang leg‐
gen. De haakjes van de bovenste net‐ stang moeten hierbij van de onderste
netstang af wijzen.
Klittenband naast de lengteregelaars
strak om het net vastmaken. De leng‐ teregelaars en de netstangen moeten
vlak en naast elkaar liggen.
Page 79 of 225

Opbergen77
Zitting van de tweede zitrij opklappen
3 51. Veiligheidsnet in de houders
schuiven, zitting omlaagklappen en
vergrendelen.
Gevarendriehoek
Gevarendriehoek in de uitsparing in
de achterklep opbergen en met de
banden links en rechts vastzetten.
Verbanddoos
EHBO-etui in de uitsparing in de ach‐ terklep opbergen en met de band
vastzetten.
Dakdragersysteem
Om veiligheidsredenen en ter vermij‐
ding van dakschade adviseren wij het voor uw auto goedgekeurde dakdra‐
gersysteem te gebruiken.
Gebruiksaanwijzing van het dakdra‐
gersysteem in acht nemen en dak‐
dragersysteem verwijderen wanneer
het niet wordt gebruikt.
Model zonder dakreling
Afdekkingen van de montageopenin‐
gen omhoogklappen.
Page 80 of 225

78Opbergen
Dakdragersysteem op de bijbeho‐
rende punten bevestigen.
Model met dakreling
Ter bevestiging van het dakdrager‐
systeem de montagepennen in de op
de afbeelding weergegeven openin‐
gen steken.
Beladingsinformatie
■ Zware voorwerpen in de bagage‐ ruimte tegen de rugleuningen leg‐
gen. Controleren of de rugleunin‐
gen naar behoren zijn vergrendeld. Bij stapelbare voorwerpen de
zwaarste voorwerpen onderaan
leggen.
■ Voorwerpen met spanbanden aan de sjorogen vastzetten 3 73.
■ Losse voorwerpen in de bagage‐ ruimte vastzetten om glijden tegen
te gaan.
■ Bij het vervoeren van bagage in de
bagageruimte mogen de rugleunin‐ gen van de tweede zitrij niet schuin
naar voren geklapt zijn.
■ Bagage niet boven de rugleuningen
laten uitsteken.
■ Geen voorwerpen op de bagage‐ rolhoes bagageruimte of op het in‐strumentenpaneel leggen.
■ De bagage mag de bediening van pedalen, handrem, schakelhendel
en de bewegingsvrijheid van de be‐ stuurder niet belemmeren. Geen
losse voorwerpen in het interieur
leggen.
■ Niet met een geopende achterklep rijden.9 Waarschuwing
Controleer altijd of de lading in het
voertuig goed vastgezet is. Als datniet het geval is, kunnen er voor‐
werpen in het voertuig rondslinge‐
ren en letsel of schade aan de la‐
ding of de auto veroorzaken.