BMW MOTORRAD K 1200 R 2004 Handleiding (in Dutch)

6109
Onderhoud
• De motorfiets optillen, tege-lijkertijd de hendel naar
beneden drukken tot de
motorfiets loodrecht staat.
• De hendel op de bodem drukken.
GloeilampenOpmerkingen bij de glo-
eilampenEen defecte gloeilamp wordt
op het display door het sym-
bool defecte lamp aangeduid.
Bij een defect aan het rem- of
het achterlicht brandt boven-
dien de waarschuwingslamp
algemeen geel.
Bij een defect aan het achter-
licht wordt als vervanging het
remlicht gebruikt door de
lichtsterkte van de tweede
gloei-
spiraal tot achterlichtniveau
terug te brengen. Een defect
van het achterlicht wordt
bovendien op het display
aangeduid.
Een defecte lamp bij een
motorfiets vormt een vei-
ligheidsrisico, omdat berijder en machine door andere
verkeersdeelnemers sneller
over het hoofd worden gezien.
Defecte gloeilampen zo snel
mogelijk vervangen, het beste
kunt u hiertoe altijd een set
reservelampen meenemen.
c
Een overzicht van de toe-
gepaste gloeilamptypen
staat op (
b
139). c
Raak het glas van de
nieuwe gloeilamp niet
met de blote vingers aan. Voor
het aanbrengen een schone
droge doek gebruiken. Vuilaf-
zettingen, vooral olie en vet-
ten, beïnvloeden de warmte-
afvoer. Oververhitting en een
kortere levensduur van de glo-
eilampen zijn hiervan het ge-
volg. c

Onderhoud6110
Een overzicht van de toe-
gepaste bevestigingsme-
thoden staat op (
b
128). c
Gloeilamp dimlicht
vervangen
Bij de volgende werk-
zaamheden kan een
onveilig geplaatste motorfiets
omvallen.
Erop letten dat de motorfiets
veilig staat. c
Gloeilampen staan onder
druk, beschadigingen
kunnen tot verwondingen
leiden.
Bij het verwisselen van lampen
bescherming voor ogen en
handen dragen. c
Voor een betere bereik-
baarheid het stuur naar
rechts draaien. c Grootlicht
1 en dimlicht 2 zijn
van achteren bereikbaar.
• Contact uitzetten.
•Afdekking 3 door linksom
draaien losmaken en
verwijderen. •Stekker
4 losmaken.
• Veerbeugel 5 uit de arrete-
ring haken en wegklappen.

6111
Onderhoud
• Gloeilamp 6 verwijderen.
Bij de montage in omgekeerde
volgorde te werk gaan. • Bij de montage erop letten
dat de nok 7 naar boven
wijst.
Gloeilamp grootlicht
vervangen
Bij de volgende werk-
zaamheden kan een on-
veilig geplaatste motorfiets
omvallen.
Erop letten dat de motorfiets
veilig staat. c
Gloeilampen staan
onder druk, beschad-
igingen kunnen leiden tot
verwondingen.
Bij het verwisselen van lampen
bescherming voor ogen en
handen dragen. c
Voor een betere bereik-
baarheid het stuur naar
links draaien. c • De grootlichtlamp wordt op
dezelfde wijze als de dim-
lichtlamp vervangen. De
grootlichtlamp is echter gefi-
xeerd met een haakse veer-
beugel.
Stadslichtlamp
vervangen
Bij de volgende werk-
zaamheden kan een
onveilig geplaatste motorfiets
omvallen.
Erop letten dat de motorfiets
veilig staat. c

Onderhoud6112
• Contact uitzetten.
• Schroeven1 aan beide
zijden van het lamphuis
verwijderen. • Lamphuis naar voren trek-
ken en iets naar beneden
klappen.
• Lamphouder 2 door linksom
draaien uit het koplamphuis
verwijderen.
• Gloeilamp 3 uit de lamphou-
der trekken.
Bij de montage in omgekeerde
volgorde te werk gaan.
• Een droge doek gebruiken om de lamp vast te pakken. • Het lamphuis in de bevesti-
gingen 4 op het frame
drukken en de schroeven
aanbrengen.
Foutief aangebrachte
bedrading van de lampen
kan aan de besturing blijven
vasthaken.
Elektrische bedrading met de
betreffende klemmen aan de
achterzijde van de koplamp
vastzetten. c

6113
Onderhoud
Gloeilampen rem- en
achterlicht vervangen
Bij de volgende werk-
zaamheden kan een
onveilig geplaatste motorfiets
omvallen.
Erop letten dat de motorfiets
veilig staat. c
• Contact uitzetten.
• Buddyseat verwijderen (
b
44).
•Schroef 1 verwijderen. • Lamphuis naar achteren uit
de houders 2 trekken.
• Lamphouder 3 door linksom
draaien uit het lamphuis
verwijderen. • Gloeilamp in de houder
drukken en door linksom
draaien verwijderen.
Bij de montage in omgekeerde
volgorde te werk gaan.
• Een droge doek gebruiken om de lamp vast te pakken.
Gloeilampen
knipperlichten voor/
achter vervangen
Bij de volgende werk-
zaamheden kan een on-
veilig geplaatste motorfiets
omvallen.
Erop letten dat de motorfiets
veilig staat. c
• Contact uitzetten.

Onderhoud6114
•Schroef 1 verwijderen.
• Lampglas aan bevestigings- zijde uit het richtingaanwij-
zerhuis trekken. • Gloeilamp
2 in de houder 3
drukken en door linksom
draaien verwijderen.
Bij de montage in omgekeerde
volgorde te werk gaan.
• Een droge doek gebruiken om de lamp vast te pakken.
Starthulp
De bedrading naar de
contactdoos is niet bere-
kend op het starten van de
motor m.b.v. hulpstartkabels.
Een te hoge stroomsterkte kan tot brand of schade aan de
boordelektronica leiden.
De contactdoos niet voor star-
thulp gebruiken.
c
Geen startspray of der-
gelijke hulpmiddelen voor
het starten van de motor
gebruiken. c
Door contact tussen de
pooltangen van de start-
kabel en de motorfiets kan
kortsluiting ontstaan.
Alleen startkabels met volledig
geïsoleerde pooltangen
gebruiken. c
Starthulp met een hogere
spanning dan 12 V kan
tot schade aan de boordelek-
tronica leiden.
Controleren of de accu van de
andere motorfiets een span-
ning van 12 V heeft. c

6115
Onderhoud
• Tijdens de starthulp de accu niet van het boordnet
losmaken.
• Het deksel van de accubak verwijderen (
b
117).
• De motor van de stroomle- verende motorfiets tijdens
de starthulp laten draaien.
• De rode hulpstartkabel eerst op de pluspool van de ontla-
den accu en daarna op de
pluspool van de hulpaccu
aansluiten.
• De zwarte hulpstartkabel op
de minpool van de hulpaccu
en daarna op de minpool van
de ontladen accu aansluiten.
• De motorfiets met de ontla- den accu normaal starten.
Bij het mislukken van de
startpoging, ter bescher-
ming van de startmotor en de hulpaccu, pas na enkele
minuten weer een nieuwe
startpoging doen.
• Beide motoren enkele minu- ten laten draaien, voordat de
hulpstartkabels worden
losgemaakt.
• Maak de hulpstartkabels eerst los van de minpool en
vervolgens van de pluspool.
• Het deksel van de accubak vastzetten.
Het aanraken van onder
spanning staande delen
van het ontstekingssysteem bij
draaiende motor kan tot
elektrische schokken leiden.
Bij draaiende motor geen on-
derdelen van het ontstekings-
systeem aanraken.c
AccuOnderhouds-
aanwijzingenUw motorfiets is met een
onderhoudsvrije accu
uitgerust.
Vakkundig onderhoud, lading
en opslag verhogen de levens-
duur van de accu en is een
voorwaarde voor eventuele
garantieclaims.
Om een lange levensduur van
de accu te bereiken, moeten
de volgende richtlijnen worden
aangehouden:
– De bovenzijde van de accu goed schoon en droog
houden.
– De accu niet openen.
– Geen water bijvullen.

Onderhoud6116
– Voordat de accu wordt opgeladen beslist de opla-
adaanwijzingen op de
volgende pagina's in acht
nemen.
– De accu niet ondersteboven houden.
Bij aangesloten accu-
klemmen wordt de accu
door de boordelektronica
(klok, enz.) ontladen. Dit kan
leiden tot een diepte-ontlading
van de accu. In dit geval zijn
garantie-aanspraken uitgeslo-
ten.
Indien de motorfiets meer dan
twee maanden niet wordt ge-
bruikt, de accu loskoppelen of
een druppellader op de accu
aansluiten. c BMW Motorrad heeft een
speciaal op de elektroni-
ca van uw motorfiets
afgestemde druppellader ont-
wikkeld. Met dit apparaat kunt
u de lading van uw accu ook
als de motorfiets langere tijd
niet wordt gebruikt op peil
houden. Meer informatie is
verkrijgbaar bij uw
BMW motorfietsdealer. c
Opladen van de
aangesloten accu Als bij aangezet contact de
controlelampen niet branden
en het multifunctioneel display
niets aangeeft, is de accu
volledig ontladen.
• Aangesloten accu via de
contactdoos laden. • Hierbij de handleiding van
het laadapparaat in acht
nemen.
Het opladen van een
volledig ontladen accu
via de contactdoos kan scha-
de aan de elektrische installa-
tie veroorzaken.
Een volledig ontladen accu
moet altijd rechtstreeks via de
accupolen worden opgela-
den. c
• Een diep ontladen accu nooit via de contactdoos
opladen, maar de accu van
het boordnet losmaken en
het laadapparaat
rechtstreeks op de accupo-
len aansluiten.
• Hierbij de handleiding van het laadapparaat in acht
nemen.

6117
Onderhoud
Laat u bij uw BMW mo-
torfietsdealer adviseren
over geschikte laadappara-
ten. c
Als de accu niet volledig ontla-
den is, kan deze via de con-
tactdoos worden opgeladen.
De op een extra contactdoos
OA aangesloten
accessoires losmaken.
Contact aanzetten.
Laadapparaat op de contac- tdoos aansluiten. Hierbij de
handleiding van het laadap-
paraat in acht nemen.
Contact uitzetten.
De elektronica van de
motorfiets herkent, wan-
neer de accu volledig is opge-
laden. In dit geval wordt de
contactdoos uitgeschakeld. cAls de accu niet via de
boordcontactdoos kan
worden opgeladen, dan is het
gebruikte laadapparaat moge-
lijk niet geschikt voor de
elektronica van uw motorfiets.
In dit geval de accu direct via
de polen van de losgekoppel-
de accu opladen. c
Opladen van de
losgekoppelde accu
Als de motorfiets gedu-
rende langere tijd niet
wordt gebruikt, moet de accu
regelmatig worden bijgeladen.
Hiertoe het behandelingsvoor-
schrift bij de accu opvolgen.
Vóór het weer in gebruik
nemen de accu volledig
opladen. c De accu met een geschikt
laadapparaat opladen.
Hierbij de handleiding van het laadapparaat in acht
nemen.
Na het beëindigen van het opladen de poolklemmen
van het laadapparaat van de
accupolen losmaken.
Accu uitbouwen
Een overzicht van de toe-
gepaste bevestigingsme-
thoden staat op (
b
128). c
Bij de volgende werk-
zaamheden kan een
onveilig geplaatste motorfiets
omvallen.
Erop letten dat de motorfiets
veilig staat. c
Contact uitzetten.

Onderhoud6118
•Bouten 1 verwijderen.
• Het deksel van de accubak naar voren en naar boven
verwijderen. •Eerst de minkabel 2
losma-
ken.
• Vervolgens de pluskabel 3
losmaken. •Bouten
4 losmaken en de
bevestigingsbeugel naar
achteren trekken.
• Accu naar boven optillen; indien dit zwaar gaat, kante-
lende bewegingen maken.
Accu inbouwen
Een overzicht van de
toegepaste bevestigings-
methoden en de betreffende
aanhaalmomenten staat op
(
b
128). c
Bij de volgende werk-
zaamheden kan een
onveilig geplaatste motorfiets
omvallen.
Erop letten dat de motorfiets
veilig staat.c
• Contact uitzetten.
• De accu in de accubak aanbrengen, pluspool in
rijrichting rechts.