PEUGEOT PARTNER TEPEE ELECTRIC 2017 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2017, Model line: PARTNER TEPEE ELECTRIC, Model: PEUGEOT PARTNER TEPEE ELECTRIC 2017Pages: 252, PDF Size: 9.95 MB
Page 81 of 252

43
Terugplaatsen
Controleer de correcte vergrendeling
op de vloer van de bank als hij is
teruggeklapt.
Verwijderen van de achterbank
F Schuif indien nodig de voorstoelen naar voren. F
Z
et de achterbank (deel 1/3 en/of deel 2/3)
in de neergeklapte stand.
Raadpleeg het gedeelte "Neerklappen",
zoals eerder beschreven.
F
K
antel het geheel naar achteren tot het
wordt vergrendeld.
F
Z
et de rugleuning rechtop.
De stoel is correct vergrendeld wanneer de
knop (op de rugleuning) niet langer zichtbaar is.
F
K
antel de gehele achterbank ongeveer 45°
naar achteren.
F B reng de achterbank verticaal
omhoog tot
de aanslag.
F Z et de achterbank rechtop door deze naar
voren te kantelen en breng de achterbank
vervolgens omhoog.
Terugplaatsen van de achterbank
F Zet de zitbank (deel 1/3 en/of deel 2/3) in de verticale positie.
F
P
laats de haken tussen de twee stangen.
F
K
antel de bank naar achteren.
Raadpleeg het gedeelte "Neerklappen",
zoals hierboven beschreven, om de bank
(deel 1/3 en/of deel 2/3) terug te zetten in
de stand voor "passagiersvervoer".
Achterstoelen (5 zitplaatsen)
De drie onafhankelijke achterstoelen zijn voorzien
van kommavormige hoofdsteunen.
Als de rugleuning van de middelste stoel op de
zitting is geklapt, kan de achterzijde daar van
gebruikt worden als tafeltje met bekerhouder.
3
Ergonomie en comfort
Page 82 of 252

44
De rugleuning in de
zitstand terugplaatsen
F Ontgrendel de rugleuning door aan de hendel te trekken en zet de rugleuning ver volgens
terug in de oorspronkelijke stand.
Zorg dat de rugleuning zorgvuldig vergrendeld
wordt wanneer deze in de zitstand wordt
teruggeplaatst.
De stoel in de neergeklapte
stand zetten
F Trek aan de hendel om de rugleuning in de tafelstand te zetten.
F
T
il de stang aan de achterzijde van de stoel
op om de achterste verankeringspunten te
ontgrendelen.
F
K
antel de gehele stoel naar voren tot deze
wordt vergrendeld.
Elke stoel kan afzonderlijk worden ver wijderd.
Controleer bij het plaatsen van een stoel in de
zitstand of nadat deze is ver wijderd en weer
aangebracht of de stoel correct op de vloer is
vergrendeld.
Hoofdsteunen
Verstellen van de rugleuning
Hoge stand: trek de hoofdsteun omhoog.
Lage stand: duw de hoofdsteun omlaag.
Druk met de hoofdsteun in de hoge stand op de
nok en trek de hoofdsteun omhoog om deze te
verwijderen.
Steek om de hoofdsteun terug te zetten
de pennen van de hoofdsteun recht in de
openingen van de rugleuning. F
G
ebruik de knop om de hoek van de
rugleuning te verstellen.
De rugleuning in de
tafelstand zetten
F Trek aan de hendel om de rugleuning op de stoel te klappen.
Leg geen zware of harde voor werpen op
de tafel; deze kunnen bij een noodstop of
een aanrijding veranderen in gevaarlijke
projectielen.
Ergonomie en comfort
Page 83 of 252

45
De stoel terugzetten
Controleer voor het terugklappen
of er geen voor werpen het correct
vergrendelen van de stoelverankeringen
verhinderen.
De stoel verwijderen
F Schuif indien nodig de stoelen naar voren en laat de hoofdsteun zakken.
F
Z
et de stoel in de neergeklapte stand.
Raadpleeg het gedeelte "De stoel in de
neergeklapte stand zetten" zoals eerder
beschreven. F
D
ruk op de rode hendel om de voorste
verankeringen te ontgrendelen.
F
K
antel het geheel ongeveer 45° naar
achteren zonder de hendel los te laten.
F
L
aat de hendel los.
F
B
reng de stoel verticaal
omhoog tot deze
tegen de verankeringen ligt.
F
K
antel de stoel naar voren en breng deze
vervolgens omhoog.
De stoel terugzetten
F Druk op de rode knop.
F K lap de stoel terug om de achterste
verankeringspunten te bevestigen
F
T
il de rugleuning op door aan de hendel te
trekken.
F
C
ontroleer of het geheel correct is
verankerd.
F
K
antel de stoel ongeveer 45° naar voren.
F
P
laats de haken tussen de twee stangen.Controleer voor het terugklappen
of er geen voor werpen het correct
vergrendelen van de stoelverankeringen
verhinderen.Na de verschillende handelingen:
-
v er wijder een hoofdsteun niet zonder
deze op te bergen en aan een steun te
bevestigen,
-
z
org er voor dat passagiers de
veiligheidsgordels altijd kunnen bereiken
en gemakkelijk kunnen vastmaken,
-
g
a niet rijden voordat alle passagiers hun
veiligheidsgordel hebben vastgemaakt en
afgesteld.
F Klap de stoel terug om de achterste verankeringspunten te bevestigen
F
T
rek aan de hendel om de rugleuning in de
oorspronkelijke stand te zetten.
F
Z
et de hoofdsteun omhoog.
3
Ergonomie en comfort
Page 84 of 252

46
Modulariteit stoelen 2e zitrij
De rugleuning verstellenDe rugleuning in de tafelstand
zetten
F Zet de hoofdsteun helemaal omlaag. F
B
edien de knop om de hoek van de
rugleuning te verstellen.
F
B
edien de hendel om de rugleuning op de
stoel te klappen.
Achterstoelen (7 zitplaatsen)
De stoelen van zitrij 2 en 3 zijn afzonderlijk
verstelbaar.
Elke stoel is uitneembaar en heeft een vaste
plaats in de auto, zoals aangegeven op de
s t i c ke r.
Hoofdsteun
De stoelen zijn voorzien van kommavormige
hoofdsteunen.
Hoge stand: druk op de nok en trek de hoofdsteun
omhoog.
Lage stand: druk op de nok en duw de hoofdsteun aan
de bovenzijde omlaag.
Zet de hoofdsteun in de hoogste stand en trek de
hoofdsteun vervolgens omhoog om deze te verwijderen.
Berg de hoofdsteun in de auto op en zorg dat deze
goed bevestigd wordt.
Steek om de hoofdsteun terug te zetten de pennen van
de hoofdsteun recht in de openingen van de rugleuning.
Stoelen 2e zitrij
Stoelen 3e zitrij
Ergonomie en comfort
Page 85 of 252

47
De rugleuning rechtop zetten
F Ontgrendel de rugleuning door aan de hendel te trekken en zet de rugleuning
ver volgens terug in de oorspronkelijke
stand.
F
C
ontroleer of de rugleuning correct
vergrendeld is.
De stoel neerklappen De stoel in terugzetten
Let bij het terugklappen van de stoel erop
dat:
-
d
it niet verhinderd wordt door voeten
van passagiers op de 3e zitrij die zich
op de verankeringspunten bevinden,
-
d
e stoel zorgvuldig is vergrendeld op
d e v l o e r,
-
d
e veiligheidsgordel beschikbaar is
voor de passagier.
Modulariteit stoelen 3e zitrij
De rugleuning in de tafelstand
zetten
F Beweeg de hoofdsteun omlaag tot tegen de aanslag.
F
Z
et de stoel in de tafelstand.
F
T
rek aan de rode riem aan de achterzijde
van de stoel om de steunen uit de
verankeringspunten op de vloer te
verwijderen.
F
K
antel de gehele stoel naar voren. F achteren.
De rugleuning rechtop zetten
F Ontgrendel de rugleuning door aan de hendel
te trekken en zet de rugleuning ver volgens
terug in de oorspronkelijke stand.
F Controleer of het geheel correct is
verankerd.
De stoel in de neergeklapte stand
zetten
F Gebruik de hendel om de rugleuning op de stoel te klappen.
F
Z
et de rugleuning in de tafelstand.
3
Ergonomie en comfort
Page 86 of 252

48
Let erop dat het terugklappen van de stoel niet
verhinderd wordt door voeten van passagiers op
de 3e zitrij die zich op de verankeringspunten
van de stoel op de 2e zitrij bevinden.
Uitstappen
F Zet de hoofdsteun helemaal omlaag.
F
B
edien de gele hendel aan de achterzijde
van de rugleuning van de stoel van de 2e
zitrij.
F
K
lap de rugleuning neer in de tafelstand.
De stoel terugzetten
Controleer:
- o f de zitting goed is vergrendeld op de
v l o e r,
-
o
f de veiligheidsgordel beschikbaar is
voor de passagier.
Instappen naar en
uitstappen vanaf de 3e zitrij
Instappen
F Til de stang (uitgerust met een rode riem) aan de achterzijde van de stoel op om de
steunen uit de verankeringspunten op de
vloer te verwijderen.
F
K
antel de gehele stoel naar voren.
F
D
ruk op de rode knop.
F
K
antel de gehele stoel naar achteren. F
Z
et de stoel van de 2e zitrij in de tafelstand.
F
K
antel de stoel naar de neergeklapte stand
voor toegang.
Ergonomie en comfort
Page 87 of 252

49
Zorg dat de middelste veiligheidsgordel
goed in de behuizing in de hemelbekleding
is opgeborgen.
Bediening stoelen 2e zitrij
De stoel verwijderen
De stoel terugplaatsen
Het label op de stoel duidt de positie aan
waarop de stoel moet worden aangebracht.
F
T
rek aan de rode riem om de stoel in de
neergeklapte stand te zetten.
F
K
antel de gehele stoel naar voren.
F
S
tap uit via de schuifdeur. F
S
chuif indien nodig de voorstoelen naar
voren.
F
Z
et de hoofdsteun omlaag.
F
Z
et de stoel in de neergeklapte stand.
F
K
antel de gehele stoel naar voren en breng
deze ver volgens omhoog. Let erop dat het vergrendelen van de stoel
niet wordt verhinderd door voor werpen of
voeten van passagiers achterin die zich op
de verankeringspunten bevinden.Bediening stoelen 3e
zitrij
De stoel verwijderen
F Plaats de haken van de voorste steunen
tussen de twee stangen.
F
K
lap de stoel terug om de achterste
verankeringspunten te bevestigen.
F
B
edien de hendel om de rugleuning in de
oorspronkelijke stand te zetten.
F
Z
et de hoofdsteun omhoog.
3
Ergonomie en comfort
Page 88 of 252

50
De stoel terugplaatsen
Op het stoellabel staat vermeld waar de stoel
moet worden geplaatst. F
Z
et de hoofdsteun omlaag.
F
Z
et de stoel in de neergeklapte stand.
F
K
antel het geheel naar voren.
F
H
oud de neergeklapte stoel aan beide
zijden vast, kantel de stoel naar voren en
breng deze omhoog.
F
P
laats de haken van de voorste steunen
tussen de twee stangen.
F
L
et er op dat de achterste
verankeringspunten niet worden
geblokkeerd en dat de veiligheidsgordel
juist geplaatst en toegankelijk is.
F
K
lap de stoel naar achteren om de achterste
steunen te vergrendelen.
F
G
ebruik de hendel om de rugleuning in de
oorspronkelijke stand te zetten.
F
Z
et de hoofdsteun omhoog. Leg geen zware of harde voor werpen op
de rugleuningen die een tafel vormen;
deze kunnen bij een noodstop of een
aanrijding veranderen in gevaarlijke
projectielen.
Na de verschillende handelingen:
-
v
er wijder een hoofdsteun niet zonder
deze op te bergen; bevestig hem aan
een steun in de auto,
- z org er voor dat passagiers de
veiligheidsgordels altijd kunnen
bereiken en makkelijk kunnen
vastmaken,
-
g
a niet rijden voordat alle passagiers
hun veiligheidsgordel hebben
vastgemaakt en afgesteld,
-
e
en passagier op de 3e zitrij mag de
verankeringspunten van de stoel op de
2e zitrij niet afdekken,
-
e
en passagier op de 3e zitrij mag de
stoel voor hem/haar op zitrij 2 niet in
de neergeklapte stand hebben staan;
dit is om te voorkomen dat de stoel
onver wacht in de richting van de
passagier kantelt en letsel veroorzaakt.
Dubbele cabine
Achterbank
De dubbele cabine bestaat uit een achterbank
voor 3 personen (zitrij 2), waar van de
eendelige rugleuning is geïntegreerd in het
beschermingsrooster.
Toegang tot de achterbank vindt plaats via de
schuifdeur.
Ergonomie en comfort
Page 89 of 252

51
De bank in de neergeklapte stand zetten
F Schuif indien nodig de voorstoelen naar voren en zet de middelste veiligheidsgordel
vast.
F
C
ontroleer of de riemen en geleiders
van de veiligheidsgordels correct langs
de zijpanelen zijn geplaatst, zodat het
verschuiven van de rugleuning niet wordt
belemmerd.
F
O
ntgrendel de rugleuning door aan hendel
A te trekken. F
K
lap met dezelfde hand de rugleuning en
het bijbehorende rooster op de stoel.
F
H
oud de rode riem vast (als een
handgreep), til het geheel verticaal omhoog
en ondersteun de beweging tot aan de
neergeklapte stand.
De opgeklapte zitting steunt tegen de
rugleuningen van de stoelen op de eerste zitrij.
De bank terugplaatsen in de zitpositie
F Houd in één beweging de rode lus vast en trek deze horizontaal naar achteren.
Ondersteun de beweging tot de steunen
van de achterbank in de vloer worden
vergrendeld.
F
Z
et de rugleuning rechtop. De hendel A
wordt automatisch ontgrendeld.
F
C
ontroleer of de vergrendeling bij de
onderzijde van de achterbank correct is
nadat deze in de zitpositie is gezet.
Laat het geheel niet plotseling vallen.
3
Ergonomie en comfort
Page 90 of 252

52
Modulariteit en configuratie van zitplaatsen
De diverse handelingen moet worden
uitgevoerd bij stilstaande auto.
Configuraties uitvoeringen met 5 zitplaatsen
Hoofdsteunen en
veiligheidsgordels
De drie zitplaatsen zijn voorzien van
veiligheidsgordels met oprolautomaten. De
veiligheidsgordels van de buitenste zitplaatsen
zijn aan de carrosseriepanelen bevestigd. De
veiligheidsgordel van de middelste zitplaats is
aan de rugleuning van de zitplaats bevestigd.
Elke stoel beschikt over een hoofdsteun die
aan het laadschotrooster bevestigd is en
verwijderd kan worden.Ver wijder een hoofdsteun niet zonder
deze op te bergen en aan een steun te
bevestigen,
Rijd niet met passagiers achterin zonder
dat de hoofdsteunen op hun plek zijn
aangebracht.
Het is niet nodig tijdens de kantelbeweging
met de vrije arm te assisteren, geleiden of
vast te houden.
De bevestigingen van de achterste
veiligheidsgordels zijn niet ontworpen
voor het vastzetten van de lading. Gebruik
hier voor uitsluitend de sjorogen op de vloer.
De achterbank van de dubbele cabine is
niet geschikt voor het bevestigen van een
kinderzitje.
Ergonomie en comfort