Lancia Delta 2010 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2010, Model line: Delta, Model: Lancia Delta 2010Pages: 276, PDF Size: 5.83 MB
Page 211 of 276

210NOODGEVALLEN
38
38
38
–
38
38
38
38
38
38
38
38F42
F43
F44
F45
F46
F47
F48
F49
F50
F51
F52
F535
30
15
–
20
20
20
5
7,5
5/7,5 (*)
15
7,5
VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRE FIGUUR
Regeleenheid remsysteem, gierhoeksensor
Module voor ruitenwissers op de stuurkolomschakelaar, module
voor tweeweg-pomp ruitensproeiers voor/achter
op de stuurkolomschakelaar
Aansteker/stekkerdoos op tunnelconsole, stekkerdoos bagageruimte
Beschikbaar
Motor opendak
Ruitbediening voor bestuurderszijde
Ruitbediening voor passagierszijde
Schakelaarpanelen waarschuwingsknipperlichten, rechts, links
en in het midden op de autoradio/radionavigatiesysteem (verlichting),
bedieningsorganen op het stuurwiel (verlichting), Schakelaarpaneel
op plafondverlichting voor (verlichting), regeleenheid interieurbewaking,
elektrisch bedienbaar opendak (regeleenheid, verlichting schakelaars),
regensensor/schemersensor, elektronisch dimbare binnenspiegel,
inschakeling verwarmingselementen in voorstoelen
Regeleenheid Airbag
Aansteker (verlichting), bediening cruise-control,
convergenceregeleenheid, regeleenheid parkeersensoren,
AQS-sensor, regeleenheid airconditioning, elektrisch verstelbare
buitenspiegels, regeleenheid bandenspanningcontrole, regeleenheid
rijstrookbewaking, regeleenheid op gasontladingslamp rechts (*)
Module voor achterruitwisser op de stuurkolomschakelaar
Instrumentenpaneel, richtingaanwijzers achter
175-214 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:53 Pagina 210
Page 212 of 276

NOODGEVALLEN211
4
F08
F09
F10
F11
F14
F15
F16
F17
F18
F19
F22
F22
F23
F24
F30
F85
ZEKERINGENTABEL – Zekeringenkast motorruimte
–
20
10
10
15
30
7,5
10
7,5
7,5
15
20
20
5
15
15–
40
40
40
40
40
40
40
40
40
40
40
40
40
40
40
VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRE FIGUUR
Beschikbaar
Koplampsproeierpomp
Claxon
Secundaire verbruikers elektronische inspuiting
Grootlicht
Extra verwarming PTC1
Regeleenheid motormanagementsysteem
Primaire verbruikers elektronische inspuiting
Regeleenheid motormanagementsysteem
Aircocompressor
Primaire verbruikers elektronische inspuiting (motor 1.4)
Primaire verbruikers elektronische inspuiting (motor 1.8 en diesel)
Regeleenheid remsysteem (kleppen)
Regeleenheid elektrische stuurbekrachtiging
Mistlampen voor/cornering lights
Brandstofpomp
175-214 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:53 Pagina 211
Page 213 of 276

212NOODGEVALLEN
42
42
42
42
42
42F1
F2
F3
F6
F4
F530
30
10
10
15
10
ZEKERINGENTABEL – Zekeringenkast bagageruimte
VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRE FIGUUR
Stoelverstelling rechtsvoor
Stoelverstelling linksvoor
Stoelverwarming linksvoor
Stoelverwarming rechtsvoor
Regeleenheid Hifi-audiosysteem
BASSBOX-luidspreker (Hifi-audiosysteem)
175-214 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:53 Pagina 212
Page 214 of 276

NOODGEVALLEN213
4
ACCU OPLADEN
BELANGRIJK De beschrijving voor het opladen van de
accu dient slechts ter informatie. Wendt u bij voorkeur tot
het Lancia Servicenetwerk om deze werkzaamheden uit
te laten voeren.
We raden u aan de accu langzaam en met een lage stroom-
sterkte (ampèrage) gedurende ca. 24 uur op te laden. Als
u de accu langer oplaadt, kan de accu worden beschadigd.
Ga voor het opladen als volgt te werk:
❍maak de klem los van de minpool op de accu;
❍sluit de kabels van het laadapparaat aan op de accu-
polen; let hierbij op de polariteit;
❍schakel de acculader in;
❍aan het einde van het opladen: schakel eerst de accu-
lader uit en koppel dan de accu los;
❍sluit de klem weer aan op de minpool van de accu.
De vloeistof in de accu is giftig en corrosief.
Vermijd het contact met de huid en de ogen.
Het opladen van de accu moet worden uitge-
voerd in een goed geventileerde ruimte, ver verwij-
derd van open vuur en vonkvormende apparaten:
brand- en ontploffingsgevaar.
Probeer een bevroren accu niet op te laden:
eerst moet de accu ontdooid worden, anders
loopt u het risico dat de accu ontploft. Als de
accu bevroren is geweest, moet door deskundig per-
soneel worden gecontroleerd of de cellen niet be-
schadigd zijn en of de bak geen scheuren vertoont,
waardoor de giftige en corrosieve vloeistof kan weg-
lekken.
OPKRIKKEN VAN DE AUTO
Als de auto omhoog gezet moet worden, wendt u dan tot
een werkplaats van het Lancia Servicenetwerk; deze be-
schikt over een garagekrik of hefbrug.
175-214 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:53 Pagina 213
Page 215 of 276

214NOODGEVALLEN
SLEPEN VAN DE AUTO
Bij de auto is een sleepoog geleverd. Het sleepoog bevindt
zich in de gereedschaphouder onder de bekleding in de
bagageruimte.
SLEEPOOG BEVESTIGEN fig. 43-44
Ga als volgt te werk:
❍verwijder de dop A;
❍neem het sleepoog B uit de zitting in de gereedschap-
houder;
❍draai het sleepoog geheel op de schroefdraadpen voor
of achter.
fig. 43L0E0090mfig. 44L0E0091m
Draai voor het slepen de sleutel in stand MAR
en vervolgens in STOP zonder de contactsleu-
tel uit het slot te verwijderen. Als de contact-
sleutel uit het contactslot wordt genomen, schakelt au-
tomatisch het stuurslot in waardoor het onmogelijk
wordt de auto te besturen. Houd er rekening mee dat
de rembekrachtiging en de elektrische stuurbekrach-
tiging niet werken zolang de motor niet is aangesla-
gen, waardoor meer kracht nodig is voor de bedie-
ning van het rempedaal en het stuur. Gebruik voor het
slepen geen elastische kabels en rijd zo gelijkmatig mo-
gelijk. Controleer tijdens het slepen of de sleepkabel
geen carrosseriedelen kan beschadigen. Houdt u bij het
slepen van een auto aan de wettelijke voorschriften.
Dit geldt zowel voor het slepen zelf als voor het gedrag
naar andere weggebruikers. Start de motor niet als de
auto wordt gesleept.
175-214 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:53 Pagina 214
Page 216 of 276

5
ONDERHOUD EN ZORG215
Geprogrammeerd onderhoud .................................................... 216
Onderhoudsschema .................................................................. 217
Periodieke controles .................................................................. 221
Zwaar gebruik van de auto........................................................ 221
Niveaus controleren .................................................................. 223
Luchtfilter ................................................................................ 230
Pollenfilter ............................................................................... 230
Dieselfilter................................................................................. 230
Accu ........................................................................................ 231
Wielen en banden ..................................................................... 234
Rubber slangen ........................................................................ 236
Ruitenwissers/achterruitwisser .................................................. 236
Carrosserie ............................................................................... 239
Interieur ................................................................................... 242
215-242 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:55 Pagina 215
Page 217 of 276

216ONDERHOUD EN ZORG
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD
Doelmatig onderhoud is een beslissende factor voor een
lange levensduur, de beste prestaties en een zo zuinig mo-
gelijk gebruik van de auto.
Om dit te realiseren heeft Lancia een reeks controle- en
onderhoudsbeurten samengesteld die iedere 30.000 km
(benzine-uitvoeringen) en iedere 35.000 km (dieseluit-
voeringen) moet worden uitgevoerd.
Onthoud echter dat het geprogrammeerd onderhoud niet
volledig toereikend is om de auto in optimale staat te hou-
den: zowel in de beginperiode voor de servicebeurt
bij 30.000/35.000 kilometer als daarna, tussen twee ser-
vicebeurten in, moet regelmatig wat aandacht aan de au-
to worden geschonken. Controleer bijvoorbeeld regelma-
tig de bandenspanning en de vloeistofniveaus en vul de-
ze laatste zo nodig bij.
BELANGRIJK De servicebeurten van het Geprogram-
meerd Onderhoud zijn door de fabrikant voorgeschreven.
Het niet uitvoeren van deze servicebeurten kan het ver-
vallen van de garantie tot gevolg hebben.De werkzaamheden van het Geprogrammeerd Onderhoud
kunnen door het Lancia Servicenetwerk tegen vaste ta-
rieftijden worden uitgevoerd.
Eventuele reparaties die nodig blijken tijdens het uitvoe-
ren van de diverse inspecties en controles van het gepro-
grammeerd onderhoud, worden uitsluitend na toestem-
ming van de klant uitgevoerd.
BELANGRIJK Het is raadzaam eventuele kleine defec-
ten onmiddellijk door het Lancia Servicenetwerk te laten
verhelpen en daarmee niet te wachten tot de volgende ser-
vicebeurt.
Als de auto vaak wordt gebruikt voor het trekken van aan-
hangers, moeten er kortere intervallen worden aangehou-
den voor de werkzaamheden van het geprogrammeerd on-
derhoud.
215-242 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:55 Pagina 216
Page 218 of 276

ONDERHOUD EN ZORG217
5
30 60 90 120 150 180
●●● ●●●
●●● ●●●
●●● ●●●
●●● ●●●
●●● ●●●
●●● ●●●
●●● ●●●
●●● ●●●
●●● ●●●
●●● ●●●
●●
●●
GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA
Benzine-uitvoeringen
× 1000 km
Banden op conditie en slijtage controleren en bandenspanning eventueel herstellen
Werking verlichting (koplamp- en achterlichtunits, richtingaanwijzers,
waarschuwingsknipperlichten, bagageruimte, interieur,
waarschuwings-/controlelampjes enz.) controleren
Werking ruitenwissers/-sproeiers voor/achter controleren
Stand wisserbladen voor/achter controleren en wisserbladen op slijtage controleren
Remblokken voor (schijfremmen) op conditie en slijtage controleren
en werking waarschuwingslampje voor versleten remblokken controleren
Remblokken achter (schijfremmen) op conditie en slijtage controleren
Visueel de conditie controleren van: buitenzijde carrosserie,
bodemplaatbescherming, uitlaat, brandstof- en remleidingen, rubber delen
(stofkappen, hoezen enz.), en rubber slangen van het rem- en brandstofsysteem
Vergrendelmechanismen van de motorkap en achterklep
op vervuiling controleren en mechanismen smeren
Vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen (remsysteem, hydraulische
koppelingbediening, ruitensproeiers, accu, motorkoelsysteem enz.)
Handrem controleren en eventueel afstellen
Conditie van aandrijfriemen voor hulporganen visueel controleren
Conditie van getande distributieriem visueel controleren
215-242 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:55 Pagina 217
Page 219 of 276

218ONDERHOUD EN ZORG
30 60 90 120 150 180
●●● ●●●
●●
●●● ●●●
●
●
●●● ●●●
●●●
●●● ●●●
●●●
●●● ●●●× 1000 km
Uitlaatgasemissie controleren
Benzinedamp-opvangsysteem controleren
Motormanagementsysteem controleren (m.b.v. diagnosestekker)
Aandrijfriem(en) voor hulporganen vervangen
Getande distributieriem vervangen (*)
Bougies vervangen
Luchtfilterelement vervangen
Motorolie en oliefilter vervangen (of om de 24 maanden)(**)
Remvloeistof vervangen (of om de 24 maanden)
Pollenfilter vervangen (of om de 15 maanden)
(*) Ongeacht de kilometerstand moet de distributieriem bij zware bedrijfsomstandigheden (koude klimaten, gebruik in stadsverkeer,
langdurig stationair draaien) om de 4 jaar worden vervangen of in ieder geval om de 5 jaar.
(**) Als de auto overwegend in stadsverkeer gebruikt wordt en in elk geval als de auto jaarlijks minder dan 10.000 km rijdt, dan
moet de motorolie en het oliefilter iedere 12 maanden worden vervangen.
Om de juiste werking te garanderen en om ernstige schade aan de motor te voorkomen, is voor de uitvoeringen 1.4 Turbo Jet het
volgende van fundamenteel belang:
– gebruik uitsluitend het merk en type bougies dat specifiek voor de Turbo Jet-motor is voorgeschreven (zie de paragraaf „Motor”);
– houdt u strikt aan het vervangingsinterval van de bougies dat in het Geprogrammeerd Onderhoudsschema staat aangegeven;
– het is raadzaam u hiervoor tot het Lancia Servicenetwerk te wenden.
215-242 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:55 Pagina 218
Page 220 of 276

ONDERHOUD EN ZORG219
5
35 70 105 140 175
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●● ● ● ●
●●
●● ● ● ●
●●
Dieseluitvoeringen
× 1000 km
Banden op conditie en slijtage controleren en bandenspanning eventueel herstellen
Werking verlichting (koplamp- en achterlichtunits, richtingaanwijzers,
waarschuwingsknipperlichten, bagageruimte, interieur,
waarschuwings-/controlelampjes enz.) controleren
Werking ruitenwissers/-sproeiers voor/achter controleren
Stand wisserbladen voor/achter controleren en wisserbladen op slijtage controleren
Remblokken voor (schijfremmen) op conditie en slijtage controleren
en werking waarschuwingslampje voor versleten remblokken controleren
Remblokken achter (schijfremmen) op conditie en slijtage controleren
Visueel de conditie controleren van: buitenzijde carrosserie, bodemplaatbescherming,
uitlaat, brandstof- en remleidingen, rubber delen (stofkappen, hoezen enz.),
en rubber slangen van het rem- en brandstofsysteem
Vergrendelmechanismen van de motorkap en achterklep
op vervuiling controleren en mechanismen smeren
Vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen (remsysteem, hydraulische
koppelingbediening, ruitensproeiers, accu, motorkoelsysteem enz.)
Handrem controleren en eventueel afstellen
Spanning van aandrijfriemen voor hulporganen controleren en eventueel afstellen
(behalve uitvoeringen met automatische riemspanners)
Uitlaatgasemissie/roetuitstoot controleren
Conditie van aandrijfriemen voor hulporganen visueel controleren
215-242 Delta NL 3ed Allin. 4ed 20-04-2010 16:55 Pagina 219